UITVOERINGSBESLUIT APV ARTIKEL 5:41

Geldend van 15-04-2009 t/m heden

Intitulé

UITVOERINGSBESLUIT APV ARTIKEL 5:41

UITVOERINGSBESLUIT

ARTIKEL 5:41 ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING VOOR DE GEMEENTE DEN HAAG

WINDSURFEN EN SURFEN

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

gelet op:

  • -

    het besluit van 31 maart 1998, aangevuld bij besluit van 17 oktober 2003, waarbij op basis van artikel 34 van de Algemene Politieverordening voor ’s-Gravenhage 1982 plaatsen, tijden en vaartuigen zijn aangewezen waarvoor het verbod uit artikel 34, eerste lid, van de APV niet geldt, en

  • -

    de wijziging van de APV, waardoor artikel 34 van de Algemene Politieverordening voor ’s-Gravenhage 1982 is vervangen door artikel 5:41 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag, en

  • -

    artikel 5:41 tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag.

Besluit:

I.

aan te wijzen als categorie van vaartuigen, waarmede het is toegestaan zich in zee tussen de golfbrekers (ook wel aangeduid als strandhoofden of Delflandse Hoofden) te bevinden - dan wel deze op het strand te hebben of te brengen -:

  • de windsurfplank, waaronder dient te worden verstaan:

    • "een niet van een motor voorzien klein zeilvaartuig, waarvan de mast door middel van spierkracht in een min of meer verticale stand pleegt te worden gehouden";

  • de surfplank, waaronder dient te worden verstaan:

    • "een niet van een motor of zeil voorzien klein vaartuig, waarop men zich al staand pleegt voort te bewegen op de golfbeweging van de zee”;

  • de kitesurfplank, waaronder dient te worden verstaan:

  • ''een niet van een motor of zeil voorzien klein vaartuig, waarop men zich al staand pleegt voort te bewegen met behulp van een vlieger'';

    de kano, waaronder dient te worden verstaan:

    • ''een smalle boot, die met in de hand gehouden peddel met spierkracht wordt voortbewogen".

II.

te bepalen, dat de onder punt I. bedoelde bevoegdheid slechts geldt:

  • a.

    tussen zonsopgang en zonsondergang;

  • b.

    buiten een afstand van 20 meter van de golfbrekers en;

  • c.

    buiten de monding van de Scheveningse Haven en;

  • d.

    buiten het gebied onder de Scheveningse pier.

III.

te bepalen dat, in de periode van 1 juni t/m 31 augustus en op 1 januari, de onder punt I. bedoelde bevoegdheid slechts geldt:

  • -

    tussen de golfbrekers 23 en 24, kitesurflesgebied;

  • -

    tussen de golfbrekers 24 en 25, wind- enkitesurfen;

  • -

    tussen de golfbrekers 35 en 36, golfsurfen;

  • -

    250 meter aan weerszijden van de golfbreker 37, kitesurfles;

  • -

    tussen het noordelijk havenhoofd en golfbreker 42, golfsurfen en individueel kanoen;

  • -

    tussen golfbreker 39 en het zuidelijk havenhoofd ("de Zuid");

  • -

    tussen golfbreker 42 en een punt gelegen op 250 meter ten noordoosten daarvan (t/o de vuurtoren en monument "de Naald"), wind- en kitesurfen;

IV.

te bepalen dat, de onder punt I. bedoelde bevoegdheid slechts geldt onder de volgende voorschriften:

  • 1.

    de windsurfplank dient voorzien te zijn van een deugdelijke mastplank-verbinding;

  • 2.

    men is verplicht een zwemvest of zwemvest-trapeze te dragen voorzien van een opvallende kleur;

  • 3.

    de in zee bevindende baders en zwemmers mogen niet worden gehinderd of in gevaar worden gebracht;

  • 4.

    de in het belang van de openbare orde en veiligheid door de politie gegeven bevelen dienen te allen tijde te worden opgevolgd;

V.

dat dit besluit in werking treedt met ingang van 15 april 2009;

VI.

in te trekken het besluit van 17 februari 2009, kenmerk/2009.170, waarbij regels zijn gegeven m.b.t. windsurfen en surfen;

VII.

te bepalen dat dit besluit wordt gepubliceerd in de Posthoorn van week 17 van 2009, m.i.v. 23 april 2009 terug te vinden zal zijn op de site http://zbs.denhaag.nl/internet onder risnummer 162952.

Ondertekening

Den Haag, 17 februari 2009
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, mw. A.W.H.Bertram,
de burgemeester, J.J.van Aartsen