Regeling vervallen per 31-12-2018

SUBSIDIEREGELING STIMULEREN VRIJWILLIGE INZET DEN HAAG 2015

Geldend van 01-01-2018 t/m 30-12-2018

Intitulé

SUBSIDIEREGELING STIMULEREN VRIJWILLIGE INZET DEN HAAG 2015

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS EN WETHOUDERS,

overwegende dat:

  • -

    het versterken van de Haagse Kracht een van de prioriteiten is van het college;

  • -

    de inzet van vrijwilligers daarom van groot belang is voor Den Haag en door het college wordt gestimuleerd;

  • -

    organisaties die met vrijwilligers werken een goed en professioneel vrijwilligersbeleid voeren en daarin optimaal ondersteund worden.

Besluit:

  • I.

    Vast te stellen de SUBSIDIEREGELING STIMULEREN VRIJWILLIGE INZET 2015.

  • II.

    Dat dit besluit wordt gepubliceerd in het gemeenteblad van week 11 van 2015 en met ingangvan 9 maart 2015 terug te vinden zal zijn op de site www.denhaag.nl/bestuurlijkestukken, onder risnummer 281063.

Den Haag, 3 maart 2015

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,

mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen

“Burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag, gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 besluiten vast te stellen de Subsidieregeling Stimuleren Vrijwillige Inzet Den Haag 2015.”

§ 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder: - Gemeentelijk vastgoed: bebouwde en onbebouwde onroerende zaken in eigendom van of in gebruik door de Gemeente Den Haag.

Artikel 1:2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 2:1 bedoelde activiteiten.

§ 2 De activiteiten en de doelgroep

Artikel 2:1. Activiteiten

  • 1. Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten en initiatieven die bijdragen aan een van de volgende criteria:

    • A.

      het stimuleren van vrijwilligerswerk;

    • B.

      het werven van vrijwilligers;

    • C.

      het trainen of ontwikkelen van vrijwilligers;

    • D.

      het versterken van de begeleiding van vrijwilligers;

    • E.

      het vergroten van de flexibilisering van vrijwilligerswerk;

    • F.

      het versterken en/of professionaliseren van het vrijwilligersbeleid van organisaties;

    • G.

      het stimuleren van maatschappelijk betrokken ondernemen.

  • 2. Het initiatief of de activiteit dient minimaal de bewoners en/of instellingen van drie Haagse stadsdelen tte bereiken.

Artikel 2:2. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een stichting of vereniging die

a.

is gevestigd in Den Haag; en

b.

die voor minimaal 70% met vrijwilligers werkt; en

c.

die niet-medische vormen van ondersteuning aan kwetsbare groepen biedt, zoals ouderen, dak- en thuislozen en mensen met een beperking of psychische problemen. De ondersteuning is gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en deelname aan de samenleving; en

d.

die zich in de dienstverlening tenminste op één van de volgende leefgebieden richt: financiën, huisvesting, gezin en opvoeding, dagbesteding, maatschappelijke participatie, geestelijke en lichamelijke gezondheid, verslaving en justitie.

§ 3 De kosten en de subsidie

Artikel 3:1. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Voor subsidie komen de redelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 2.1.

  • 2. Niet voor subsidie in aanmerking komen de kosten van:

    • -

      Activiteiten of initiatieven die onderdeel zijn van een regulier programma;

    • -

      Aanvragen die binnen een andere gemeentelijke subsidieregeling vallen of zijn gehonoreerd.

      Indien de aanvragende organisatie reeds subsidie van de gemeente Den Haag ontvangt, dient de meerwaarde van dit verzoek duidelijk aangegeven te worden;

    • -

      Initiatieven of activiteiten die consumptief van aard zijn.

  • 3. Er mogen uit de aanvraag zelf, voor de aanvragende organisaties, geen structurele financiële verplichtingen voortvloeien.

Artikel 3:2. Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal € 20.000,00.

§ 4 Subsidieplafond en verdeling

Artikel 4:1 Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt elk jaar een subsidieplafond van € 350.000,00.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen de hoogte van het subsidieplafond binnen de in het eerste lid genoemde periode wijzigen.

Artikel 4:2 Wijze van verdeling

  • 1. Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt op basis van een volledige aanvraag (naam, adres en telefoonnummer van de contactpersoon; het bank- of gironummer waarop de eventuele subsidie kan worden overgemaakt; de onder punt 5.1 genoemde onderdelen) en in volgorde van indiening bij burgemeester en wethouders, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3. Indien burgemeester en wethouders op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangen, stellen burgemeester en wethouders de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.

§ 5 Besluitvorming subsidie

Artikel 5:1. Aanvraag

In aanvulling/afwijking van de op grond van artikel 8, tweede en derde lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 over te leggen gegevens, legt de aanvrager bij zijn aanvraag een uitvoeringsprogramma en een begroting over. Het uitvoeringsprogramma bevat een duidelijke omschrijving van het initiatief of de activiteit, het te verwachten resultaat, de datum of periode van uitvoering en het kader waarin het initiatief of de activiteit plaatsvindt.

Artikel 5:2. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 in de periode januari tot en met september van het jaar waarin het initiatief of activiteit plaatsvindt, ingediend.

§ 6. Verplichtingen, verantwoording, vaststelling en voorschot

Artikel 6:1. Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 15 tot en met 18 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

  • a.

    Indien de subsidieontvanger voor het uitoefenen van zijn activiteiten huisvesting behoeft en de huisvestingslasten onderdeel uit maken van de te verstrekken subsidie, kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting worden verbonden om de activiteiten van de subsidieontvanger te laten plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, voor zover het gemeentelijk vastgoed geschikt is om deze activiteiten uit te oefenen, dan wel daartoe redelijkerwijs geschikt te maken is.

  • b.

    Indien aan een beschikking tot subsidieverlening de verplichting is verbonden dat de activiteitenvan de subsidieontvanger plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, kunnen daarbij verplichtingen worden opgelegd inzake meervoudig of gezamenlijk gebruik van het betreffende gemeentelijke vastgoed.

  • c.

    Indien de uitoefening van de activiteiten van de subsidieontvanger niet plaatsvindt in of opgemeentelijk vastgoed kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting worden verbonden dat de subsidieontvanger de huisvesting waarin de activiteiten plaatsvinden, in medegebruik geeft of verhuurt aan andere subsidieontvangers van de gemeente teneinde meervoudig of gezamenlijk gebruik van het betreffende vastgoed te realiseren.

§ 7. Slotbepalingen

Artikel 7:1. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2015.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2018.

  • 3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Stimulering Vrijwillige Inzet Den Haag 2015.

Artikel 7:2. Bekendmaking

Deze regeling wordt bekendgemaakt door plaatsing in het Gemeenteblad binnen een week na het besluit tot vaststelling ervan.

Toelichting

In 2015 is de Subsidieregeling Stimuleren Vrijwillige Inzet (Ris 281063) opgesteld om vrijwilligersorganisaties éénmalig te ondersteunen in het professionaliseren en uitbouwen van het vrijwilligerswerk.

Per 1 januari 2016 is een wijziging in de subsidieregeling stimuleren vrijwillige inzet (Ris 290682) in werking getreden die voorschrijft dat alleen organisaties die voor minimaal 70% met vrijwilligers werken aanspraak kunnen maken op deze subsidieregeling.

Op basis van de ervaringen in de jaren 2015-2017 behoeft de subsidieregeling stimuleren vrijwillige inzet Den Haag 2015 een aanpassing om de doelstelling van de regeling te waarborgen. Deze wijziging bevat een verduidelijking op de huidige regeling.

wijziging: Alleen organisaties die niet-medische vormen van ondersteuning voor kwetsbare groepen aanbieden komen in aanmerking voor een subsidie op grond van deze regeling.