Mandaatbesluit opleggen 24-uurs verwijderingsbevelen

Geldend van 09-07-2018 t/m heden

Intitulé

Mandaatbesluit opleggen 24-uurs verwijderingsbevelen

De Burgemeester,

gelet op:

  • -

    titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 2:74C, eerste en tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag (APV).

overwegende dat:

  • -

    ingevolge artikel 2:74C van de APV de burgemeester een gebied kan aanwijzen, waar de openbare orde ernstig is verstoord door de aanwezigheid van verslaafden en/of handelaren in harddrugs;

  • -

    indien iemand zich in dit aangewezen gebied (het zgn. noodgebied) schuldig maakt aan bepaalde orde verstorende gedragingen, aan deze persoon een verblijfsontzegging kan worden opgelegd. Een verblijfsontzegging houdt in dat de betreffende persoon zich gedurende een tijdvak van 24 uur en bij herhaling, één, twee of drie maanden niet in het noodgebied mag bevinden;

  • -

    de overlast in het noodgebied wordt bestreden door het (preventief) zichtbaar aanwezig zijn in de vorm van gerichte politiesurveillance in combinatie met een stringent repressief optreden met onder meer bevelen tot verwijdering voor een tijdvak van 24 uur;

  • -

    deze bevoegdheid reeds een groot aantal jaren geleden is gemandateerd aan de politie en in 2016 voor het laatst is geactualiseerd. Bij dat besluit is een werkinstructie gevoegd waarin staat vermeld welke gedragingen tot een verwijderingsbevel kunnen leiden;

  • -

    deze werkinstructie moet worden gewijzigd in verband met het uitvoeringsbesluit tijdelijk verbod gebruik softdrugs ex artikel 2:48, derde lid van de APV dat op 12 juni 2018 in werking is getreden (RIS RIS299919). Met ingang van 15 juni 2018 handhaven de politie en de gemeentelijke handhavingsteams op het softdrugsverbod. De aanpassing werkinstructie houdt in dat de politie aan een persoon, die binnen het aangewezen gebied in groepsverband softdrugs gebruikt in de openbare ruimte en tot overlast is, naast een boete ook een 24 uurs verwijderingsbevel kan opleggen;

  • -

    de werkinstructie onlosmakelijk onderdeel uitmaakt van het mandaatbesluit. Daarom moet bij wijziging van de werkinstructie ook een nieuw mandaatbesluit worden genomen;

besluit:

  • I.

    mandaat te verlenen tot het op grond van artikel 2:74C, eerste en tweede lid, van de APV opleggen van verwijderingsbevelen voor een tijdvak van 24 uur, aan:

    • .

      de ambtenaren van de politie, Eenheid Den Haag, voor zover deze dienst doen in het gebied dat door de burgemeester op grond van artikel 2:74C, eerste lid, van de APV is aangewezen,

    • .

      de Buitengewoon Opsporingsambtenaren van het bedrijfsonderdeel Handhavingsorganisatie van de Dienst Stadsbeheer, voor zover deze werkzaam zijn in het gebied dat door de burgemeester op grond van artikel 2:74C, eerste lid, van de APV is aangewezen.

  • II.

    dat bij de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid gehandeld dient te worden overeenkomstig de bijgevoegde instructie;

  • III.

    dat dit besluit in werking treedt op de dag na bekendmaking in het gemeenteblad.

Den Haag,  28 juni 2018

Pauline Krikke