Uitvoeringsregeling binnenhavenbelasting Den Haag 2021

Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Intitulé

Uitvoeringsregeling binnenhavenbelasting Den Haag 2021

Toelichting:

Begin november 2020 is de Verordening binnenhavenbelasting Den Haag 2021 vastgesteld waarin aan het college de bevoegdheid is toegekend nadere regels te stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van binnenhavenbelasting. Deze regeling geeft hier uitvoering aan.

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

gelet op:

  • -

    de artikelen 6, 7 en 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen in verbinding met artikel 231, tweede lid, onderdeel a en b en derde lid en artikel 237 van de Gemeentewet;

  • -

    artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 8 van de Verordening binnenhavenbelasting Den Haag 2021; en

  • -

    artikel 3:17, tweede lid van de Organisatieregeling Gemeente Den Haag 2019 in verbinding met het Uitvoeringsbesluit Gemeentebelastingen Den Haag 2020;

besluit:

  • -

    vast te stellen de Uitvoeringsregeling binnenhavenbelasting Den Haag 2021:

Artikel 1Aangifte

  • 1.

    De belastingplichtige is gehouden, zodra zich een belastbaar feit voordoet een verzoek in te dienen bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte.

  • 2.

    Degene die belastingplichtige wordt, is gehouden onverwijld na ontvangst van het aangiftebiljet, schriftelijk aangifte te doen.

Artikel 2Intrekking

De Uitvoeringsregeling binnenhavenbelasting 2008 wordt ingetrokken met dien verstande dat de bepalingen van die regeling van kracht blijven voor de tijdvakken waarvoor zij hebben gegolden.

Artikel 3Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

Artikel 4Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling binnenhavenbelasting Den Haag 2021.

Den Haag, 1 december 2021

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Ilma Merx

de burgemeester,

Jan van Zanen

Ondertekening