Regeling vervallen per 07-07-2018

Verordening op de kans- en de behendigheidsspelen

Geldend van 08-01-2007 t/m 06-07-2018

Intitulé

Verordening op de kans- en de behendigheidsspelen

De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn openbare vergadering van

19 december 2006;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 31 oktober 2006,

regnr. 06.1009;

gelet op de Gemeentewet;

Besluit

Vast te stellen de volgende Verordening op de kans en de behendigheidsspelen.

HOOFDSTUK I Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    beheerder: degene, die met het dagelijks toezicht en de onmiddellijke leiding in de speelautomatenhal is belast;

  • -

    behendigheidsautomaat: een speelautomaat waarvan

    • 1.

      het spelresultaat uitsluitend kan leiden tot een verlengde speelduur of het recht op gratis spellen, en

    • 2.

      het proces, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden beïnvloed waarbij het geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht en behendigheid bij het gebruik van de daartoe geboden middelen afhangt of en in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spellen verkregen wordt;

  • -

    hoogdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d van de Wet op de kansspelen;

  • -

    kansspelautomaat: een speelautomaat die geen behendigheidsautomaat is;

  • -

    laagdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 30, onder e van de Wet op de kansspelen;

  • -

    ondernemer: de natuurlijke of rechtspersoon die de speelautomatenhal, hoogdrempelige, laagdrempelige inrichting exploiteert;

  • -

    openbare weg: alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;

  • -

    speelautomaat: een automaat als omschreven in artikel 30 van de Wet op de kansspelen;

  • -

    Speelautomatenbesluit: Speelautomatenbesluit 2000;

  • -

    speelautomatenhal: een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30 c, eerste lid, onder c, van de wet;

  • -

    wet: Wet op de kansspelen.

HOOFDSTUK II Speelautomatenhallen

Artikel 2 Vergunning

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

  • 2. De burgemeester kan uitsluitend voor ten hoogste vijf speelautomatenhallen een vergunning verlenen voor het deel van de gemeente dat is gelegen in het gebied tussen de Dommel, Zuid Willemsvaart en de Hekellaan met daaraan toegevoegd het Hinthamereinde.

Artikel 3 Aanvraag

  • 1. De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:

    • a.

      een nauwkeurige beschrijving van de inrichting waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, alsmede een plattegrond waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welk aantal kansspel- en/of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

    • b.

      een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken;

    • c.

      een verklaring waaruit blijkt dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

    • d.

      een verklaring omtrent het gedrag van de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de statuten vertegenwoordigt(en) en van de beheerder.

  • 2. Verlenging van de vergunning moet uiterlijk 8 weken voor het aflopen van de vergunning worden aangevraagd.

Artikel 4 Verdagen

De burgemeester kan de beslissing eenmaal voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 5 Inhoud vergunning

  • 1. De vergunning kan uitsluitend worden gesteld op naam van de ondernemer en is niet overdraagbaar.

  • 2. In de vergunning wordt de naam van de beheerder vermeld.

  • 3. Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden. Deze hebben in elk geval betrekking op:

    • a.

      de sluitingstijden van de speelautomatenhal;

    • b.

      het toezicht in de speelautomatenhal;

    • c.

      het aantal en type speelautomaten dat mag worden opgesteld;

Artikel 6 Weigering vergunning

  • 1. De vergunning wordt geweigerd, indien:

    • a.

      het maximaal aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

    • b.

      de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is;

    • c.

      de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

    • d.

      de ondernemer of de beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag getuigt, onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende zaken;

    • e.

      door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

    • f.

      de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan, dan wel de vigerende overlastverordening.

  • 2. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het leeftijdsvereiste, gesteld in het eerste lid, onder c.

Artikel 7 Nieuwe beheerder

  • 1. Indien een overeenkomstig artikel 5, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 3, onder d, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken nadat de in artikel 3 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.

  • 2. De vergunning vervalt indien de beslissing op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen of exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvraag is ingediend binnen zes maanden na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8 Intrekking

De burgemeester kan de vergunning intrekken:

  • a.

    indien blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    indien de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is afgegeven zodanig zijn gewijzigd dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder e;

  • c.

    indien gehandeld wordt in strijd met aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen;

  • d.

    indien de exploitatie van een speelautomatenhal voor een periode van langer dan zes maanden wordt onderbroken;

Artikel 9 Voortzetting exploitatie

  • 1. Indien een ondernemer komt te overlijden dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, binnen dertien weken een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 2. In alle andere gevallen van wisseling van ondernemer dient binnen vier weken na overname van de speelautomatenhal een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

  • 3. Zolang op een tijdig ingediende aanvraag niet is beslist is voortzetting van de exploitatie toegestaan, met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de van rechtswege vervallen vergunning.

Artikel 10 Aanwezigheidsvergunning speelautomaten in hallen

  • 1. De aanwezigheidsvergunning, als bedoeld in artikel 30b juncto 30c van de Wet op de kansspelen, wordt uitsluitend gesteld op naam van de ondernemer, die de speelautomatenhal exploiteert en is niet overdraagbaar.

  • 2. In de aanwezigheidsvergunning wordt in ieder geval opgenomen:

    • a.

      de naam van de ondernemer;

    • b.

      het adres van de inrichting, waar de automaat aanwezig is;

    • c.

      de verplichting op of aan een speelautomaat een waarschuwing tegen gokverslaving en overige risico's van overmatig gokken te bevestigen. De plaats en de vorm van de waarschuwing moeten voldoen aan door de burgemeester te stellen eisen.

HOOFDSTUK II.A Hoog- en laagdrempelige inrichtingen.

Artikel 11 Aanwezigheidsvergunning speelautomaten in horecabedrijven

  • 1. Het is verboden in een inrichting een speelautomaat aanwezig te hebben zonder vergunning van de burgemeester.

  • 2. De burgemeester kan een vergunning verlenen, als bedoeld in artikel 30b juncto 30c van de Wet op de kansspelen, voor het aanwezig hebben in een inrichting van ten hoogste twee speelautomaten.

  • 3. De aanwezigheidsvergunning kan uitsluitend worden gesteld op naam van de ondernemer en is niet overdraagbaar.

    In de aanwezigheidsvergunning wordt in ieder geval opgenomen:

    • a.

      de naam van de ondernemer;

    • b.

      het adres van de inrichting, waar de automaat aanwezig is;

    • c.

      de verplichting op of aan een speelautomaat een waarschuwing tegen gokverslaving en overige risico's van overmatig gokken te bevestigen. De plaats en de vorm van de waarschuwing moeten voldoen aan door de burgemeester te stellen eisen.

HOOFDSTUK III Straf- en slotbepalingen

Artikel 12 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze regeling wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 13 Toezicht, opsporing en binnentreding

  • 1. Met het toezicht op de naleving van deze regeling en de opsporing van de in deze verordening strafbaar gestelde feiten, zijn de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren en personen, die door burgemeester en wethouders zijn aangewezen, belast. Zij zijn bevoegd tot het verlangen van de noodzakelijke inlichtingen en inzage van stukken.

  • 2. Zo dikwijls de zorg voor de naleving van het bij of krachtens deze regeling bepaalde dit vereist, wordt de bevoegdheid de inrichting, desnoods tegen de wil van de rechthebbende of gebruiker, te allen tijde te betreden verleend aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren en aan ambtenaren voor zover die:

    • a.

      door het bevoegde bestuursorgaan zijn belast met de uitvoering van bestuursdwang ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens deze regeling;

    • b.

      door het bevoegde bestuursorgaan zijn belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze regeling;

    • c.

      zijn belast met de opsporing van overtredingen van het bepaalde bij of krachtens deze regeling.

  • 3. De in lid 2 bedoelde last is te allen tijde uitvoerbaar.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de kans- en behendigheidsspelen".

Artikel 14 Datum van inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag, volgend op die van de afkondiging.

  • 2. Op dat tijdstip wordt de Verordening op de kans- en behendigheidsspelen d.d. 21 februari 2002 ingetrokken.

Ondertekening

's-Hertogenbosch,
De gemeenteraad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
drs. A. van der Jagt, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts