Regeling vervallen per 01-01-2015

Gemeentelijk rioleringsplan

Geldend van 24-10-2013 t/m 31-12-2014

Intitulé

Gemeentelijk rioleringsplan

Hoofdstuk 1 Inleiding

Aan Ingenieursbureau Moons BV te Waalwijk is opdracht verstrekt tot het actualiseren van het vigerende GRP 2008-2012, tot een actualisatienotitie GRP 2013-2017. Het vigerende GRP is in oktober 2008 opgesteld door de gemeente Aalburg in combinatie met een oud medewerker van Ingenieursbureau Moons voor de periode 2008-2012. Het plan is een voortzetting en herziening van het GRP dat was vastgesteld voor de periode 1996-2000.

De actualisatie van het bestaande GRP zal gelden voor de periode 2013 t/m 2017 en  omvat onderstaande onderdelen:

  • 1.

    Evaluatie GRP 2008-2012

  • 2.

    Actualisatie GRP (wetgeving, zorgplichten, etc.)

  • 3.

    Opname projecten Waterplan

  • 4.

    Financiële gevolgen

 

Dit project is vanuit Ingenieursbureau Moons uitgevoerd door ir. J.M. Moons. De uitvoering van de werkzaamheden is een nauwe samenwerking met de medewerkers van de gemeente Aalburg gedaan, aangezien de inhoud van het einddocument dicht bij de gemeente dient te staan.

 

Deze rapportage heeft de vorm van een actualisatienotitie en is derhalve geen nieuw GRP. De actualisatienotitie zal worden gebruikt als een aanvulling en verlenging van het vigerende GRP 2008-2012. Via de actualisatienotitie wordt het benodigde geld gegarandeerd voor de uitvoering van de Waterplanmaatregelen, maar ook de borging van de watertaken conform de Waterwet worden vastgelegd. Er is bewust gekozen voor een actualisatienotitie, omdat de gemeente Aalburg voornemens is om samen met de gemeenten Woudrichem en Werkendam binnen Werkeenheid 4 van het samenwerkingsverband afvalwaterketen West-Brabant een gezamenlijk verbreed (inter)gemeentelijk rioleringsplan op te stellen (in 2016 / 2017)

Artikel 1.1. Samenvatting

Doel en aanleiding actualisatienotitie GRP 2013-2017

Deze notitie is een overbrugging tussen het huidige GRP 2008-2012 en het op te stellen verbreed GRP met Woudrichem en Werkendam (in 2016/2017) en geldt voor de periode  2013 tot en met 2017. De doelen en functionele eisen vanuit het GRP 2008-2012 zijn niet gewijzigd.

Evaluatie GRP 2008-2012

De gestelde doelen in het GRP 2008-2012 zijn grotendeels behaald. Vanuit de benchmark 2010 is gebleken dat onze gemeente bovengemiddeld scoort t.o.v. andere gemeenten. De beheerkosten en de rioolheffing zijn lager dan gemiddeld.

Wetgeving en uitbreiding verbrede zorgplichten

Met het opstellen van de actualisatienotitie speelt de gemeente in op de actuele wet- en regelgeving en de uitbreiding van de zorgplichten. In de actualisatienotitie zijn de nieuwe (verbrede) zorgplichten op het gebied van hemelwater en grondwater beschreven en geborgd.

Opname waterplanprojecten

De waterplanprojecten zijn in overleg met het waterschap opgenomen in de projectenlijst van deze actualisatienotitie. Hiermee is sprake van een zogenaamd verbreed GRP en zijn de kosten van de waterplanprojecten gedekt via de (verbrede) rioolheffing.

Basisgegevens

Het beheersysteem is redelijk goed gevuld. Van een klein deel moeten de eigenschappen nog ingevuld worden. De totale lengte van het rioolstelsel in Aalburg is circa 197 km. Van 16% van het stelsel zijn onvoldoende inspectiegegevens beschikbaar; dat is weinig en zal in de planperiode opgelost worden. Het reinigings- en inspectieplan 2012-2016 omvat circa 37 km. In de periode 2013 t/m 2017 zou op basis van de kwaliteit, 3,5 km riool vervangen moeten worden. De gemeente kiest echter vaak voor repareren i.p.v. vervangen. Daarmee is in deze actualisatienotitie dan ook gerekend. Over 25 jaar is er pas een duidelijke toename in de vervangingsinvesteringen te verwachten.

Financiën en kostendekking

In de planperiode 2013 t/m 2017 wordt geen uitbreiding van de formatieplaatsen voorzien. De gemiddelde kosten in de eerste 25 jaar bedragen € 849.000 per jaar inclusief BTW. Voor de kostendekking is gerekend met bedragen inclusief BTW. De uitgaven zijn iets lager dan in het GRP 2008-2012. Die waren toen € 853.700 per jaar. In de actualisatienotitie is gerekend met een kostendekkende rioolheffing van € 173 per aansluiting. Hiermee wordt het huidige tarief gehandhaafd.

Hoofdstuk 2 Evaluatie GRP 2008-2012

In het GRP 2008-2012 zijn de doelen omschreven. Bij de doelen is omschreven welke activiteiten daarvoor uitgevoerd dienen te worden. Onderstaand is aangegeven in welke mate nu aan deze doelen voldaan wordt.

  • 1.

    Inzameling en transport van afvalwater

  • -

    Beoordelen uitgevoerde inspecties conform de NEN3399

  • Alle inspecties zijn nagekeken en ingevoerd in het beheersysteem Rioscoop®

  • -

    Controleren of alle panden op de riolering zijn aangesloten

  • Alle panden zijn inmiddels aangesloten op de riolering

  • -

    Binnen 10 jaar moet het hele stelsel minstens 1 maal gereinigd en geïnspecteerd zijn

  • 90% van het stelsel is gereinigd en geïnspecteerd

  • -

    Analyse van de meldingen van de telemetrie en andere meldingen om te toetsen of de gemalen naar behoren werken: 

  • De werking van de gemalen wordt doorlopend getoetst, o.a. via telemetrie. De werking van de gemalen is goed

  • 2.

    Wateroverlast voorkomen

  • -

    Met hydraulische berekeningen moet aangetoond worden dat het stelsel maximaal 1 maal per 2 jaar last heeft van water op straat.

  • Alle hydraulische berekeningen zijn uitgevoerd. Theoretisch zijn er enkele locaties waarbij water op straat berekend wordt, er is in de praktijk echter geen wateroverlast bekend.

  • -

    De klachtenregistratie van water op straat moet gevuld worden.  

    Er zijn geen klachten m.b.t. water op straat.

  • 3.

    Voorkomen dat relatief schoon water naar de riolering gaat

  • -

    Inspectiegegevens doornemen of aan deze eis voldaan wordt. :

  • Jaarlijks wordt ca. 10% van het totale rioleringsstel gecontroleerd.

  • -

    Streven naar gescheiden rioleringsstelsels.

    Gemeente past overal waar werkzaamheden aan de riolering worden uitgevoerd, dit uitgangspunt toe. Er wordt op veel plaatsen afgekoppeld.

  • 4.

    Voorkomen van vervuiling van oppervlaktewater

  • -

    Modelberekeningen uitvoeren en veldcontroles uitvoeren om te toetsen of de vuilvracht niet boven de 1650 kg CZV/jaar komt

  • De vuilvracht mag volgens de CIW 50 kg CZV per hectare per jaar bedragen. De gemeente Aalburg voldoet ruimschoots aan deze norm (de zogenaamde basisinspanning).

  • -

    Afkoppelen mag niet leiden tot verontreiniging van het oppervlaktewater.

  • Gemeente hanteert de richtlijnen van de Leidraad riolering bij het afkoppelen.

  • 5.

    Voorkomen vervuiling van grondwater en bodem

  • -

    Gemeente moet de aanbevelingen uit het handboek professionalisering handhaving hanteren.

  • Gemeente hanteert deze aanbevelingen

  • Gemeente moet een bodemkwaliteitskaart gaan hanteren. :

  • De bodemkwaliteitskaart is aanwezig en wordt gehanteerd; is echter niet bestuurlijk vastgesteld.

  • 6.

    Voorkomen van overige overlast bewoners

  • -

    M.b.t. bedrijfszekerheid van de gemalen moet gemeente

  • uitvoeringsprogramma uit GRP 2008-2012 volgen.

  • Gemeente heeft enige achterstand in de uitvoering

    opgelopen. Het programma is in deze actualisatie weer bijgewerkt.

  • -

    Gemeente moet een klachtenregistratie systeem hebben en klachten binnen 5 werkdagen opvolgen.  :

  • Er is een klachtenregistratiesysteem en de klachten worden binnen 5werkdagen opgevolgd. De meeste klachten worden zelfs binnen 24 uur opgevolgd.

 

Bij het opstellen van het GRP 2008-2012 is een uitgebreide activiteitenlijst opgesteld. Deze lijst is met gemeente en waterschap doorgenomen op 23 augustus 2012.

De gemeente heeft regelmatig ambtelijk overleg met het waterschap over zaken m.b.t. de riolering: het ARO-overleg. Dit overleg is ook bijgewoond op 6 september 2012, om specifieke zaken m.b.t. deze aanvullingsnotitie te bespreken. De resultaten van deze besprekingen vormen de belangrijkste bron van deze aanvullingsnotitie. Als bijlage 3 is een lijst opgenomen met de projecten uit het waterplan die in de periode 2008-2012 uitgevoerd zijn.

 

Door de stichting Rioned wordt regelmatig een benchmark gehouden van de rioleringszorg door de gemeente van Nederland. Over de gemeente Aalburg staat het volgende opgenomen in de benchmark.

 

De benchmark rioleringszorg 2010 was een landelijke prestatievergelijking vanuit de stichting Rioned waarmee gemeenten inzicht krijgen in de kenmerken en prestaties van hun riolering(szorg). Alle 430 gemeenten namen deel. Hieronder is kort samengevat wat de conclusies zijn voor de gemeente Aalburg

 

De rioolheffing 2010 is onder het gemiddelde van de regio (en Nederland). Er is in de afgelopen jaren relatief weinig geïnvesteerd in vervanging en verbetering van het rioolstelsel. Dit is het gevolg van het feit dat Aalburg op rioleringsgebied goed op orde is. De beheerkosten en de totale jaarlijkse kosten zijn ook laag ten opzichte van andere gemeenten in Nederland. Ook het aantal storingen, meldingen, klachten en claims is erg laag, wat uiteraard positief is.

Hoofdstuk 3 Ontwikkelingen en doelen

Volgens de wet Milieubeheer zijn Nederlandse gemeenten verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan op te stellen. Sinds de introductie van de Wet gemeentelijke watertaken op 1 januari 2008, heeft de gemeente naast de zorgplicht voor stedelijk afvalwater, ook de zorgplicht voor hemelwater en grondwater. Hiermee is de zorgplicht verbreed. Met de actualisatie van het GRP ontstaat in feite een vGRP (verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan).

Deze verbreding van de zorgplicht is in deze actualisatie opgenomen door het uitvoeringsprogramma van het waterplan in deze actualisering op te nemen. Alle werkzaamheden daarvan doorgenomen met het waterschap. De projecten van het waterplan die nog niet uitgevoerd zijn maar wel uitgevoerd moeten worden, zijn ook kostentechnisch in deze actualisatie opgenomen.

Artikel 3.1. Ontwikkelingen

Met het opstellen van het vGRP speelt de gemeente in op de actuele regelgeving en de uitbreiding van de zorgplichten. Verder zal bij het opstellen van het vGRP rekening gehouden worden met de relevante ontwikkelingen die zich de afgelopen planperiode hebben voorgedaan in de gemeente, zoals de Structuurvisie “Land van Heusden en Altena”, het Besluit Lozing Buiten Inrichtingen, het Bestuursakkoord Water, het Provinciale Waterplan en het Waterbeheerplan van waterschap Rivierenland. Verder heeft het waterschap Rivierenland de Nota Riolering “Samen door een buis” opgesteld, waarin de visie van het waterschap is opgenomen hoe zij willen samenwerken op het gebied van riolering met de gemeenten in het beheergebied. De evaluatie van het vigerende GRP (2008-2012) en de opname van projecten uit het Waterplan zijn van groot belang.

Als gevolg van de financiële en economische crisis worden gemeenten en waterschappen vanaf 2010 geconfronteerd met een grote bezuinigingsopgave. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Unie van Waterschappen (UvW) hebben hiertoe een gezamenlijke aanpak voor de afvalwaterketen (riolering en afvalwaterzuivering) uitgewerkt. De VNG en de UvW stellen voor de bezuinigingsopgave voor gemeenten en waterschappen via een intensieve samenwerking vorm te geven. Het opstellen van het vGRP en daarmee het bepalen van het beleid voor de komende jaren is een geschikt moment om tevens rekening te houden met de bezuinigingsopgave.

Artikel 3.2. Doelen

De gemeente heeft als doel gesteld om zo spoedig mogelijk de definitieve aanvullingsnotitie vGRP gereed te hebben. In het verbrede GRP staat beschreven hoe de gemeente invulling wil geven aan haar zorgplichten ten aanzien van:

  • 1.

    het inzamelen en transport van het stedelijk afvalwater

  • 2.

    het afvloeiend hemelwater

  • 3.

    het voorkomen van structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand

De plannen zijn opgesteld in nauwe samenwerking tussen de betrokken afdelingen binnen de gemeente. Er dient een goede afstemming plaats te vinden met de het waterschap Rivierenland en de provincie Noord Brabant.

Artikel 3.3. Afvalwaterzorgplicht

Ambitie, doelen en functionele eisen conform GRP 2008-2012

Artikel 3.4. Hemelwaterzorgplicht

De nieuwe wetgeving geeft de gemeenten een zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater. Het gaat hierbij om hemelwater dat perceeleigenaren redelijkerwijs niet zelf kunnen verwerken. In eerste instantie is de perceeleigenaar zelf verantwoordelijk voor de verwerking op zijn/haar terrein. Daar waar dit niet mogelijk is zal de gemeente zorgdragen voor een doelmatige inzameling en transport van het hemelwater. Dit is in de huidige situatie al het geval; dus vanuit de praktijk wordt al gewerkt vanuit een verbrede zorgplicht voor hemelwater. Hemelwater wordt, daar waar mogelijk is, zo veel mogelijk ontvlochten van het vuilwater. Op veel plekken is dit inmiddels gerealiseerd binnen de gemeente Aalburg. Er is een nauwkeurig overzicht aanwezig bij gemeente over het aangesloten en afgekoppelde verhard oppervlak. Bij nieuwbouwwijken wordt het watertoetsproces doorlopen en is het uitgangspunt hydrologisch neutraal bouwen. Als er geen bestemmingswijziging is zal de gemeente altijd gaan voor zoveel mogelijk afkoppelen van verhard oppervlak. Een gescheiden rioolstelsel is verplicht bij nieuwbouw. Bij afkoppelen van verhard oppervlak is het uitgangspunt dat geen vervuiling van oppervlaktewater optreedt en indien nodig worden hiervoor (bron)maatregelen in het afkoppelplan opgenomen.

Er wordt geen losstaand afkoppelplan opgesteld, maar projectmatig afgekoppeld. Dit heeft inmiddels al positieve effecten opgeleverd:

  • -

    Aangesloten verhard oppervlak BRP 2008: 83,40 hectare;

  • -

    Prognose verhard oppervlak 2012 in BRP 2008: 69,06 hectare;

  • -

    Werkelijk verhard oppervlak 2012:P ectare;

  • -

    Extra afgekoppeld t.o.v. prognose: 8,26 hectare, wat neerkomt

Artikel 3.5. Grondwaterzorgplicht

Deze zorgplicht is geheel nieuw. Elke gemeente dient te voorkomen dat structureel nadelige gevolgen ontstaan als gevolg van een (te) hoge (of lage) grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming in het bebouwde gebied. Zo kan de gemeente waterhuishoudkundige maatregelen treffen, mits doelmatig, in het openbare terrein.

De ambitie m.b.t. grondwaterzorgplicht is: de gemeente zorgt ervoor dat er geen structureel nadelige gevolgen ontstaan als gevolg van een (te) hoge (of lage) grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming in het bebouwde gebied.

Als gevolg van grondwaterproblemen (hoofdzakelijk door kwelwater) heeft de gemeente Aalburg in het begin van de jaren ’90, een uitgebreid peilbuizennet in gebruik genomen. Op basis van de meetgegevens zijn daarop, met behulp van provinciale subsidiegelden, diverse drainagesystemen aangelegd in Wijk en Aalburg, en in Veen. Na aanleg van deze drainagesystemen zijn de grondwaterklachten afgenomen. De drainagesystemen zijn in het reguliere onderhoud opgenomen en worden, indien nodig, gereinigd. De gemeente Aalburg voldoet hiermee aan de nieuwe grondwaterzorgplicht.  

Artikel 3.6. Waterloket

Vanuit het samenwerkingsverband afvalwaterketen West-Brabant is het project “waterloket” gezamenlijk opgepakt. De gemeente Aalburg gaat het waterloket nog in 2013 in de gemeentelijke organisatie en website opnemen. Hierbij worden ook zaken aangegeven waarvoor burgers terechtkunnen bij waterschap Rivierenland.

Artikel 3.7. Samenwerkingsverband afvalwaterketen West-Brabant, werkeenheid 4

Vanwege beoogde kostenbesparingen in de afvalwaterketen en kwaliteitsverbeteringen in de procesgang voor het transporteren en zuiveren van afvalwater slaan landelijk gemeenten en waterschappen de handen ineen met samenwerkingsverbanden. Op schaal van de samenwerking in West-Brabant is dat ook het geval. In het voorjaar van 2011 is het college akkoord gegaan met deelname aan de werkeenheid 4, bestaande uit de gemeenten Aalburg, Drimmelen, Geertruidenberg, Oosterhout, Werkendam en Woudrichem en de waterschappen Rivierenland en Brabantse Delta. Inmiddels is een inventarisatie gemaakt op welke onderdelen de gemeente wil gaan samenwerken met het oog op de kosten, kwetsbaarheid en kwaliteit. Voor 2012 tot en met 2015 is een aantal thema’s genoemd waar verdergaande samenwerking nuttig wordt geacht:

Meten - Raamwerk BRP - Strategie doelmatig afkoppelen - Verordening Riolering – Grondwatermeetnet - OAS Sleeuwijk - Duurzame financiering – Waterloket - Doelmatig renoveren - Doelmatig reinigen en inspecteren – Incidentenplan - Verkeerde aansluitingen - Doelmatig straatreinigen – Communicatieplan – Duurzaamheidsplan - PvE nieuwe aanleg - Raamwerk GRP/waterplan – Klimaatontwikkeling - gezamenlijk GRP/waterplan - diverse beheerprojecten.

Artikel 3.8. Afspraken binnen de afvalwaterketen

Afspraken tussen waterschap Rivierenland en de gemeente worden gemaakt en vastgelegd in een (verbreed) gemeentelijk rioleringsplan. In dit geval zijn de afspraken aangegeven in bijlage 1. Verder is de optimalisatiestudie afvalwatersysteem (OAS) inmiddels gereed, maar er moet nog een afvalwaterakkoord worden opgesteld tussen de gemeente en het waterschap. Als het afvalwaterakkoord gereed is, zijn alle afspraken vastgelegd. Vanuit de OAS zijn geen gemeentelijke maatregelen voorzien. Wel zijn er enkele ingrijpende waterschapsmaatregelen opgenomen, zoals het opheffen van twee rioolwaterzuiveringsinrichtingen (Wijk en Aalburg en Drongelen) en de aanleg van een nieuw persleidingsysteem richting de rioolwaterzuiveringsinrichting Sleeuwijk.

Hoofdstuk 4 Gegevens

Artikel 4.1. Rioleringsbeheersysteem

De gemeente gebruikt het beheersysteem van Ingenieursbureau Moons: Rioscoop®. Dit wordt door de gemeente zelf bijgehouden. Voordat met de notitie is begonnen, heeft de gemeente eerst alle data geactualiseerd. Een kopie van deze data is ter beschikking gesteld.

De aanwezige inspectiebestanden zijn opnieuw aan de tekening gekoppeld om zeker te weten dat de meest recente gegevens gebruikt zijn.

Basisgegevens rioolstelsel

Onderdeel

Lengte / aantal

Vrijvervalriolering

105600 m

Mechanische riolering (drukleidingen en vacuümleidingen), inclusief persleidingen

63370 m

Drainageleiding

24597 m

Drukrioleringsgemalen en vacuümputten

320 stuks

Rioolgemalen gemeente

12 stuks

Rioolgemalen waterschap

6 stuks

Berg(bezink)voorzieningen

5 stuks

Externe riooloverstorten

17 stuks

Regenwateruitlaten

5 stuks

IBA’s (individuele behandeling afvalwater)

4 stuks

Totaal afstromend verhard oppervlak

60,80 hectare

Tabel 1: Belangrijkste basisgegevens

 

Inspecties ouder dan 10 jaar, zijn niet meer betrouwbaar genoeg om er maatregelen op te baseren. Dat betekent dat van 10% van het stelsel dat geïnspecteerd moet zijn, er geen of te oude inspectiegegevens beschikt. Dat is weinig en wordt bij de reinigings- en inspectieronde van 2016 opgelost.

 

Persleidingen, vacuümleidingen, duikers, drainage, leidingen buiten gebruik en vuilwaterriolen kleiner dan 200 mm, worden niet geïnspecteerd. Totale lengte van de riolering die in aanmerking komt om geïnspecteerd te worden bedraagt: 82,362 km

Artikel 4.2. Overzicht basisrioleringsplannen en vergunningen

In 2008 zijn alle rioolstelsels geïnventariseerd en hydraulisch doorgerekend. Deze zogenaamde basisrioleringsplannen (BRP) zijn opgesplitst in twee rapporten: BRP Wijk en Aalburg 2008 en BRP overige kernen 2008. In de projectenlijst (bijlage 1) is onder de maatregelen P12005 / P12006 / P12007 / P07015 / P07017 / P07019 de interne en externe actualisatie van de basisrioleringsplannen opgenomen. De basisbestanden vanuit de basisrioleringsplannen uit 2008 worden doorlopend up-to-date gehouden door de gemeente. Alle afkoppelprojecten, veranderingen in de basisbestanden (riolering etc.), sanering overstorten worden nauwkeurig bijgehouden. Dit is een doorlopend proces.

In 2009 is op basis van de door het waterschap Rivierland goedgekeurde basisrioleringsplannen een aansluitvergunning aangevraagd door de gemeente. Deze vergunning is niet meer verleend in verband met het nog op te stellen afvalwaterakkoord (resultaat OAS). Als het afvalwaterakkoord gereed en ondertekend is, komt de noodzaak voor een aansluitvergunning te vervallen. De afspraken zijn dan voldoende vastgelegd.

Op 11 juni 2010 is door waterschap Rivierenland een Wvo-vergunning verleend voor incidentele lozingen van riool- en hemelwater op oppervlaktewater. Onderstaande Wvo-vergunningen zijn verleend:

  • -

    Genderen, besluitnummer 200942479;

  • -

    Meeuwen en Babyloniënbroek, besluitnummer 200942480;

  • -

    Veen, besluitnummer 200942481;

  • -

    Eethen, besluitnummer 200942482;

  • -

    Wijk en Aalburg en Spijk, besluitnummer 200942484;

  • -

    Drongelen, besluitnummer 200942485.

Volgens het Besluit Lozing Buiten Inrichtingen (16 maart 2011) komen de Wvo-vergunningen te vervallen wanneer er tussen gemeente en waterschap overeenstemming is over een overzicht van de lozingswerken dat is opgenomen in een gemeentelijk rioleringsplan. Het overzicht van de lozingswerken is te vinden in de eerder beschreven basisrioleringsplannen en de overzichtstekeningen in de bijlagen van het GRP 2008-2012.

Hoofdstuk 5 Financiën en kostendekking

Artikel 5.1. Samenvatting

In de volgende paragrafen van dit hoofdstuk worden de financiën toegelicht. De ontwikkeling van de uitgaven, inkomsten en de reserve riolering is in onderstaande tabel samengevat.

Kosten-dekkings

plan op hoofdposten

Jaar

Exploitatie

Personeel

Kapitaals- lasten eerdere investeringen

Kapitaals-lasten vervan-gingen

Voorbe-reiding, directie

voering

en bege-leiding

Totaal

Inkomsten

Stand reserve riolering

2012

 

 

 

 

 

€ 0

 

€230000

2013

€ 411 500

€ 230927

€ 219 627

€ 0

€ 0

€862055

€ 906 970

€274915

2014

€ 411 500

€ 230927

€ 188 713

€ 0

€ 0

€831141

€ 906 970

€350744

2015

€ 411 500

€ 230927

€ 168 500

€ 3 462

€ 8 637

€823027

€ 906 970

€434687

2016

€ 411 500

€ 230927

€ 140 373

€ 7 449

€ 10044

€800294

€ 906 970

€541363

2017

€ 411 500

€ 230927

€ 135 493

€ 11 392

€ 10044

€799357

€ 906 970

€648976

 Tabel 2: Kostendekkingsplan op hoofdposten

 

 

Alle genoemde bedragen zijn inclusief 21% BTW.

 

Omdat er maximaal ingezet wordt op correctief onderhoud, zijn er in de planperiode geen vervangingsinvesteringen. Voor het correctief onderhoud is het budget verhoogd van € 10.000 naar € 40.000 per jaar.

 

Het correctief onderhoud wordt gebaseerd op de resultaten van de inspecties. Jaarlijks wordt er ca. 7,3 km riool gereinigd en geïnspecteerd.

 

Projecten uit het waterplan zijn gescreend met het waterschap. De overblijvende projecten zijn opgenomen in dit plan. Samen met de rioleringsprojecten is jaarlijks een bedrag van € 185.000 opgenomen.

 

In de planperiode is geen aanpassing van de personeelsformatie voorzien. Het budget bedraagt € 128.343.

 

De reserve in het rioolfonds zal volgens prognose tot 2032 blijven groeien. Daarna zal een scherpe daling inzetten. In de planperiode is geen stijging van het rioolrecht voorzien.

Artikel 5.2. Beleidskeuze

In de periode 2013-2017 zou er theoretisch (op basis van leeftijd), 3,5 km riolering vervangen moeten worden. In de praktijk pakt de gemeente deze theoretische vervangingen anders aan. Door regelmatig de kwaliteit van het rioolstelsel te monitoren en daarop maatregelen te treffen, blijft de kwaliteit van het rioolstelsel op een goed niveau. Dit betekent dat in de praktijk zoveel mogelijk op een verantwoorde manier vervangingen uitgesteld worden, door bijvoorbeeld levensduur verlengende reparaties of renovaties. Door het budget voor “correctief onderhoud vrijverval riool” op te hogen wordt bespaard op de vervangingskosten door het uitstellen van vervangingen. Binnen de planperiode vinden dus geen grootschalige vervangingsinvesteringen plaats, wel gerichte reparaties en renovaties op basis van het reinigings- en inspectieplan. Deze keuze wordt gemaakt voor de periode 2013-2017. Na de planperiode wordt opnieuw gekeken welke keuze het meest doelmatig is.

Artikel 5.3. BTW

In alle berekeningen van kosten is 21% BTW opgenomen.

De BTW is compensabel op grond van het BTW-compensatiefonds.

De BTW kan via de rioolheffing worden verhaald.

Artikel 5.4. Geplande werkzaamheden op strengniveau

In het beheersysteem zijn ook de geplande werkzaamheden opgenomen. Dit betreft activiteiten op strengniveau, zoals inspecteren, reinigen en vervangen. Activiteiten die niet aan strengen toegekend kunnen worden, heten projecten. Deze komen in de volgende paragraaf aan de orde.

Artikel 5.4.1. Reiniging en inspectie

Ook hierbij geldt dat persleidingen, vacuümleidingen, duikers, drainage en riolen buiten gebruik, worden niet geïnspecteerd of gereinigd. Deze zijn in onderstaande tekeningen weggelaten. Het reinigen en inspecteren wordt tegelijkertijd uitgevoerd. Het reinigings- en inspectieplan is opgesteld voor de jaren 2012, 2013, 2014 2015 en 2016. Elk jaar ongeveer 7300 m. De totale lengte van riolen die in aanmerking komen om te inspecteren bedraagt ca. 82 km. Bij het huidige tempo van inspecteren zal het gehele stelsel elke 10 jaar geheel geïnspecteerd zijn

Alleen in de kernen Aalburg en Meeuwen wordt in de periode 2012-2016 gereinigd en geïnspecteerd.

In onderstaande tabel zijn de kosten voor reinigen en inspecteren voor de komende 5 jaar weergegeven.

Reiniging en inspectie

Jaar

Reinigen

Inspecteren

Totaal

2012

 € 16 357.00

 € 19 778.00

 € 36 135.00

2013

 € 16 729.00

 € 19 570.00

 € 36 299.00

2014

 € 19 055.00

 € 17 572.00

 € 36 627.00

2015

 € 19 447.00

 € 17 114.00

 € 36 561.00

2016

 € 16 729.00

 € 19 570.00

 € 36 299.00

 

 

Totaal 5 jaar

 € 181 921.00

 

 

Gemiddeld

 € 36 384.20

tabel 3: Inspectie- en reinigingskosten

 

De gemiddelde kosten bedragen ca.€ 36.000,= per jaar. Hoewel de uitgangspunten realistisch zijn, worden er in de markt op dit moment andere prijzen gehanteerd. Deze liggen aanzienlijk lager. Daarom wordt jaarlijks een bedrag van € 30.000,= in de begroting gehanteerd.

Bij de projecten is een post “Onderhoud en onderzoek vrijvervalriolering: engineering jaarlijks” project P120010 opgenomen, waarin het opstellen van het reinigings- en inspectieplan zelf, is opgenomen

Artikel 5.4.2. Vervangingsplan

De totale waarde van het rioleringssysteem zoals dat opgenomen is in het beheersysteem Rioscoop® bedraagt ca. € 100 mln.

Er zijn 2 soorten vervangingen:

  • 1.

    Automatisch berekende vervangingen op basis van de kwaliteit van de leiding

  • 2.

    Daadwerkelijk ingeplande vervangingen

 

Voor het berekenen van de vervangingsinvesteringen moet van elk riool bekend zijn wanneer dit vervangen moet worden. Dat kan op basis van een gemiddelde levensduur van een riool en het aanlegjaar. Daarvoor kiest de gemeente niet.

Van elk riool is op basis van het aanlegjaar en de bij de inspectie geconstateerde kwaliteit, berekend wanneer het riool vervangen moet worden. Soms is dat na 40 jaar, maar vaak ook pas na 70 jaar. Dit is het “automatisch berekende vervangingsjaar”

Als het vervangingsmoment dichterbij komt, wordt het automatisch berekende vervangingsjaar vervangen door een daadwerkelijk gepland vervangingsjaar. Meestal wordt voor een periode van 5 tot 10 het vervangingsplan concreet ingepland. Dit is het “daadwerkelijk geplande vervangingsjaar”.

 

In het rioolbeheersysteem zijn geen daadwerkelijk geplande vervangingen aanwezig. Financieel dient dan rekening gehouden te worden met de automatisch berekende vervangingen. De kans dat deze vervangingen daadwerkelijk door gaan is reëel maar niet zeker. Daarom is bij de berekeningen een spreiding van het te verwachten investeringsjaar, van 5 jaar aangehouden. Eventuele daadwerkelijk geplande vervangingen worden wel in het planjaar zelf opgenomen.

 

De berekening is met Rioscoop® eerst opnieuw uitgevoerd. De uitgangspunten van het GRP2008-2012 zijn omgezet naar de nieuwe toestandsaspecten.

 

Hiermee zijn de vervangingsjaren opnieuw berekend.

 

In de periode 2013-2017 zou er theoretisch (op basis van leeftijd), 3,5 km riolering vervangen moeten worden. Zoals aangegeven kiest de gemeente voor repareren i.p.v. vervangen. Om dat te kunnen doen dient het budget voor “correctief onderhoud vrijverval riool” opgehoogd te worden van € 10.000 naar € 40.000 (zie tabel 6). De waarde van de theoretisch te vervangen riolering binnen de planperiode 2013 – 2017 bedraagt € 800.000. Deze vervangingen worden niet uitgevoerd. Binnen de planperiode vinden dus geen grootschalige vervangingsinvesteringen plaats, wel gerichte reparaties en renovaties op basis van het reinigings- en inspectieplan.  

 

Om de kosten van de vervangingen te kunnen berekenen, is eerst van elk riool de vervangingswaarde berekend. Eerst zijn de kostenkentallen geactualiseerd.

Als alle type leidingen in de berekening worden meegenomen ontstaat de onderstaande grafiek. Hoewel er t/m 2017 geen vervangingen gepland zijn, begint de lijn toch in 2015. Dit is zo omdat met een spreiding van 5 jaar wordt gerekend (zie eerdere motivering).

afbeelding binnen de regeling figuur 1: Vervangingsinvesteringen leidingen komende 60 jaar

 

afbeelding binnen de regeling figuur 2: Vervangingsinvestering t/m 2037

De kosten voor vervangingen worden geactiveerd en afgeschreven. Hiervoor is budget in de begroting opgenomen via kapitaallasten investeringsplanning. De kapitaallasten van niet uitgevoerde vervangingen worden in principe gestort in de reserve riolering. De rente is 5,3%.

De bedragen in figuur 2 zijn opgebouwd conform tabel 4

BIJLAGE 4: Vervangingsinvesteringen, bevat een overzicht van de berekende vervangingsinvesteringen per jaar.

Artikel 5.5. Projecten

Bij het opstellen van het vigerende GRP is een lijst met maatregelen opgesteld. Deze lijst is met gemeente en waterschap besproken en geactualiseerd.  Op basis daarvan is een nieuwe projectenlijst opgesteld. Deze is opgenomen onder BIJLAGE 1 (Waterplan)projecten. In deze tabel is onderscheid gemaakt tussen éénmalige projecten (0), jaarlijks terugkerende projecten (1) en intervalprojecten van 15 of 25 jaar (15 / 25). De projectcodes beginnend met W betreffen de overgenomen waterplanprojecten.

Uit deze tabellen is een nieuwe tabel samengesteld, waarin jaarlijkse projecten elk jaar voorkomen en éénmalige projecten 1 maal en projecten met een bepaald interval, elk interval.

afbeelding binnen de regeling figuur 3: Uitgaven projecten

De investeringen voor alle projecten in de planperiode 2013-2038 worden opgeteld en het totaal gedeeld door 25. Dit bedrag is bij de exploitatie opgenomen bij de post: “Projecten uitvoering GRP 2013-2038”

De projecten die ten laste van de exploitatie komen, belopen in totaal over 2013 t/m 2038 € 4.632.800,00. Per jaar gemiddeld € 185.000,00. Dit bedrag is opgenomen in tabel 6.

Alle prijzen in de tabel zijn verhoogd met 5%: stijging BTW en algemene prijsstijgingen. Deze lijst is als  BIJLAGE 1 opgenomen. Elke post van de projectenlijst is onderverdeeld in sub posten. Deze zijn onderstaand weergegeven; daarbij is aangegeven welk percentage de sub post is van de hoofdpost zoals opgenomen in  BIJLAGE 1

Omrekening kaal->totaal->deel van totaal

Onderdeel

Percentage

Cumulatief

% van totaal

Kaal

100%

100.00

61.32

AK

108%

108.00

4.91

WR

104%

112.32

2.65

VB DV TZ

120%

134.78

13.77

BTW

121%

163.09

17.36

Totaal

 

163.09

tabel 4: Opsplitsing bedragen projecten

 

Dit betekent dat als de kale aanneemsom € 100,00 bedraagt, de totale kosten voor de gemeente € 163,78 bedragen. En andersom, als in de projectenlijst voor de ombouw van een gemaal € 100,00 is opgenomen, de kale aanneemsom € 61,06 zal bedragen.

Dit zijn (op de BTW na) dezelfde omrekeningspercentages als in het GRP 2008‑2012.

Artikel 5.6. Personeel

In de planperiode is geen wijziging in de formatie nodig.

Ten opzichte van de beschikbare uren in de begroting 2008 is er een toename van de beschikbare uren in de begroting 2013: Beheer organisatie neemt toe met 765 uren, gemeentewerken storingsdienst neemt toe met 50 uren en de inning retributie neemt af met 205 uren. De beschikbare uren worden toereikend geacht voor de werkzaamheden binnen de planperiode van de actualisatienotitie. Er wordt vooral, daar waar mogelijk en nuttig, aangesloten bij samenwerkingsprojecten van de werkeenheid 4. Hiermee kunnen de beschikbare uren ook effectief worden ingevuld. Alle werkzaamheden op het gebied van voorbereiding, toezicht en directievoering worden uitbesteedt in de voorkomende projecten.

De post arbeid is opgebouwd uit de volgende posten:

  • 1.

    Werkzaamheden beheerorganisatie: 2000 uur

  • 2.

    Inning belastingen: afgerond 350 uur

    • -

      Intermediair belastingen (€ 2.173,00= omgerekend naar uren): 28 uur

    • -

      Bijdrage inning belastingen(€ 2.4690,00 omgerekend naar uren): 313

  • 3.

    Gemeentewerken storingsdienst: 800 uur

 

Hiervoor is in totaal een bedrag van € 128.343,00 per jaar opgenomen.

 

Personeel in GRP

 

Uren

Tarief

Inning retributie

350

 € 78,91

Beheer organisatie

2000

 € 78,91

Gemeentewerken storingsdienst

800

 € 56,86

tabel 5: Personeel in GRP

 

In alle projecten zijn ook voorbereiding en directievoering kosten opgenomen. Deze werkzaamheden worden niet door de gemeente zelf uitgevoerd.

Artikel 5.7. Exploitatie

Exploitatie

Exploitatie in GRP

fcl

ecl

Omschrijving

Bedrag

4343

6.240.01.06

Waterplannen

 € -

4310

6.722.01.00

Stroomkosten

 € 20.000,0 0

4343

6.722.01.01

Prev. onderhoud insp/contr. gemalen

 € 15.000,00

4343

6.722.01.02

Prev. Onderhoud schoonm./gemalen/vacuump./mech.riol.

 € 20.000,00

4343

6.722.01.03

Prev. Onderhoud regelm. Reinigen riool en inspecties

 € 30.000,00

4343

6.722.01.05

Prev. Onderhoud kolken schoonmaken

 € 20.000,00

4343

6.722.01.06

Gebruik veegmachine

 € 10.000,00

4343

6.722.01.07

Transport- en stortr. Straatvuil

 € 5.000,00

4343

6.722.01.08

Prev. Onderhoud controle overstorten

 € 1.000,00

4343

6.722.01.09

Prev. Onderhoud afvoer/storten slib

 € 5.000,00

4343

6.722.01.11

Corr. Onderhoud vrijverval stelsel

 € 40.000,00

4343

6.722.01.12

Corr. Onderhoud mechanisch stelsel (incl. verv. Pompunits)

 € 18.000,00

4343

6.722.01.13

Projecten uitvoering GRP 2013-2038 (inclusief waterplanprojecten)

 €185.000,00

4343

6.722.01.14

Urgente maatregelen

 € 30.000,00

4343

6.722.01.15

Kosten Rioned / telefoonaansluitingen

 € 5.000,00

4343

6.722.01.20

Onderhoud drainagestelsel

 € 7.500,00

Totaal

 € 411.500,00

 tabel 6: Exploitatieopzet in GRP

Artikel 5.8. Kapitaalslasten eerdere investeringen

Van de gemeente is een geactualiseerde lijst van de kapitaalslasten uit eerdere investeringen ontvangen. De lijst is als  BIJLAGE 2 Kapitaallasten opgenomen.

Artikel 5.9. Meerjareninvesteringsplan

Op basis van de kostenposten uit de voorliggende paragrafen is het meerjareninvesteringsplan opgesteld.  Hierin zijn de volgende onderdelen opgenomen:

  • 1.

    Rente en afschrijvingen op investeringen uit het verleden (bijlage 2)

  • 2.

    Exploitatie kosten (paragraaf 6.7)

  • 3.

    Projecten die niet aan een streng of put gekoppeld kunnen worden. Deze zijn opgenomen in de exploitatie onder de noemer “Projecten uitvoering GRP 2013-2038”

  • 4.

    Reinigings- en inspectieplan. Dit is opgenomen in de exploitatie onder de noemer: “Prev. Onderhoud regelm. Reinigen riool en inspecties”

  • 5.

    Vervangingsinvesteringen van strengen en putten. Deze zijn opgenomen vanaf 2016. Tot 2016 wordt gerekend met een verhoogd budget voor reparaties: paragraaf 6.4.2

  • 6.

    Arbeidskosten zoals beschreven in paragraaf 6.6

 

afbeelding binnen de regeling

De getalsmatige weergave van deze grafiek is te vinden in BIJLAGE 5: Meerjaren investeringsplan

In deze grafiek zijn de rente en afschrijvingen op de kapitaalsinvesteringen samengevat in één post. De opsplitsing daarvan is te vinden in BIJLAGE 6: Rente en afschrijvingen kapitaalsinvesteringen.

De posten “Vervangingen”, “Voorbereiding en Directievoering” en “Begeleiding” betreffen alle de vervangingsinvesteringen van de riolen. De kapitaalsinvesteringen daarvan zijn te vinden in BIJLAGE 4: Vervangingsinvesteringen. Daarbij gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    In verband met de onzekerheid in welk jaar de investering werkelijk plaats zal vinden, is elke investering uitgespreid over 5 jaar. Een investering van € 100.000 in 2020 is terug te vinden als 5 investeringen in 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022

  • 2.

    De voorbereiding, directievoering en toezicht zijn opgenomen in jaar van de investering

  • 3.

    De afschrijvingstermijn is 60 jaar; het rentepercentage is 5,3%

afbeelding binnen de regeling

figuur 5: Meerjareninvesteringsplan 25 jaar

De gemiddelde kosten over de eerste 25 jaar bedragen € 849.000,00 (afgerond op € 1.000,00)

Alle bedragen in de grafieken zijn inclusief 21% BTW.

Artikel 5.10 Kostendekking

In de voorgaande paragrafen zijn de uitgaven en inkomsten behandeld. In principe moeten de inkomsten kostendekkend zijn. In onderstaande grafiek zijn deze tegen elkaar uitgezet.

afbeelding binnen de regeling

figuur 6: Kostendekking over eerste 25 jaar

De blauwe kolommen betreffen de totale uitgaven (inclusief BTW).

De rode kolommen betreffen de inkomsten.

De groene lijn is de inhoud van het rioolfonds. De reserve riolering heeft op peildatum van 1 januari 2012 een reserve riolering van € 294.400. Deze reserve bestaat uit een component voor rioolonderhoud van € 426.700 en een component voor egalisatie van tarieven riolering van ‑ € 132.200. De stand van de reserve riolering op peildatum van 1 januari 2013 is indicatief vastgesteld op circa € 230.000. Dit bedrag is ook meegenomen in de berekeningen.

In de eerste 25 jaar is er een gemiddeld overschot van ca. 65.000,00. Daarna loopt het tekort snel op.

Zoals in figuur 4 te zien is, beginnen na 20 jaar de grotere vervangingsinvesteringen van de riolering te komen. Het rioolrecht zal daarop dan aangepast moeten worden. Het heeft weinig zin om daarvoor nu al te sparen. Nieuwe technieken zullen hun intrede doen, waardoor het beheer en onderhoud van het rioolstelsel misschien nog veel efficiënter uitgevoerd kan worden. Dat gebeurt min of meer automatisch door elke 5 jaar het vGRP+ opnieuw op te stellen

Artikel 5.12. Kostendekkend rioolrecht

In  figuur 6 is te zien dat op termijn het rioolheffing verhoogd moet worden. In onderstaande figuur is de globale ontwikkeling van het rioolrecht geschetst. Daarbij zijn de volgende aannamen gedaan:

  • 1.

    Een gelijkblijvend aantal heffingseenheden

  • 2.

    Een gelijkblijvende methodiek van het beheer en onderhoud van het stelsel

  • 3.

    Aanpassen rioolrecht per periode van 5 jaar

 

In de volgende tabel is aangegeven met welk percentage het rioolrecht moet stijgen en met hoeveel %. Zeker voor de lange termijn is de grafiek uiterst speculatief.De stijgingen van 30, 50 of 60% willen we in de praktijk niet doorvoeren. Een eventuele stijging zal dan bijtijds worden ingezet om de kostenstijging over een langere termijn te kunnen dekken.

 

Dekkend rioolrecht

Jaar

Stijging RioolRecht in %

2013

0

2018

0

2023

0

2028

0

2033

10

2038

50

2043

60

2048

40

2053

10

2058

10

2063

45

2068

20

tabel 8: Benodigde stijging rioolrecht

 

In de volgende grafieken is het effect van deze stijgingen grafisch weergegeven.

afbeelding binnen de regeling

figuur 7: Ontwikkeling rioolfonds over 60 jaar; 0% rente over fonds

afbeelding binnen de regeling

figuur 8: Ontwikkeling rioolfonds over 25 jaar; 0% rente over fonds

Het tarief van de rioolheffing in de planperiode 2008-2012 is € 173 per aansluiting. Omdat dit tarief ook voor de nieuwe planperiode 2013-2017 kostendekkend is, is in de berekening uitgegaan van handhaving van het huidige tarief ad. € 173 per aansluiting.

afbeelding binnen de regeling

Bijlage 1 (Waterplan)projecten

bijlage 1 Waterplanprojecten

Bijlage 2 Kapitaallasten

bijlage 2 Kapitaallasten

Bijlage 3 Uitgevoerde waterplan maatregelen

Bijlage 3 Uitgevoerde Waterplanmaatregelen

Bijlage 4 Vervangingsinvesteringen

Bijlage 4 Vervangingsinvesteringen

Bijlage 5 Meerjaren investeringsplan

Bijlage 5 Meerjaren investeringsplan

Bijlage 6 Rente en afschrijvingen kapitaalsinvesteringen

Bijlage 6 Rente en afschrijvingen kapitaalsinvesteringen