Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening watertoeristenbelasting 2019 Aalburg

Geldend van 31-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening watertoeristenbelasting 2019 Aalburg

De raad van de gemeente Aalburg;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening watertoeristenbelasting 2019 Aalburg

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    vaartuig: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere recreatieve doeleinden;

  • b.

    lengte: de lengte over alles;

  • c.

    vaste ligplaats: een ligplaats die naar plaatselijk gebruik, zulks ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, is bestemd voor het regelmatig afmeren of ter anker leggen van een zelfde vaartuig gedurende een periode van tenminste één maand;

  • d.

    etmaal: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, aanvangend om 21.00 uur;

  • e.

    maand: een aaneengesloten tijdvak van 30 etmalen;

  • f.

    seizoen: het tijdvak van 16 april tot en met 16 oktober;

  • g.

    schipper: de gezagvoerder van een vaartuig of degene die deze vervangt.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'watertoeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf op vaartuigen die aanwezig zijn in wateren binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 door het ter beschikking stellen van ligplaatsen of vaartuigen.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

  • 3.

    Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is belastingplichtig de schipper, de eigenaar of de gebruiker van een vaartuig of degene die werkelijk verblijf houdt aan boord van een dergelijk vaartuig.

Artikel 4. Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • 1.

    van degenen die verblijf houden aan boord van:

    a. een vaartuig dat is ingericht en wordt gebruikt tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van bejaarden;

    b. kano's, roei- en volgboten;

    c. een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijk watergebied bevindt.

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers;

  • 3.

    waarvoor de gemeente belasting heft ingevolge de ‘Verordening toeristenbelasting 2019 Aalburg’.

Artikel 5. Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal verblijven in het belastingtijdvak. Het aantal verblijven wordt gesteld op de som van het aantal etmalen dat elke in artikel 2 bedoelde persoon verblijf heeft gehouden. Voor de toepassing van dit artikel wordt een gedeelte van een etmaal voor een vol etmaal gerekend.

Artikel 6. Belastingtarief

Het tarief bedraagt per persoon, per etmaal € 1,18.

Artikel 7. Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het seizoen.

Artikel 8. Wijze van belastingheffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9. Aanslaggrens

Een belastingaanslag wordt niet opgelegd als het aantal etmalen dat gelegenheid tot verblijf wordt of is gegeven, tijdens het belastingtijdvak minder dan tien zal of heeft belopen.

Artikel 10. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk drie maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de watertoeristenbelasting.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 31 december 2018.

Artikel 13. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening watertoeristenbelasting 2019 Aalburg’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Aalburg van 10 december 2018.

De griffier, De voorzitter,

E.W. Kooi A.M.T. Naterop