Verordening op de openluchtrecreatie

Geldend van 01-01-2008 t/m heden

Intitulé

Verordening op de openluchtrecreatie

De raad van de gemeente Aalsmeer;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 januari 2006, nr. 2006/729;

gelet op artikel 147 Gemeentewet jo 15 van de Wet op de Openluchtrecreatie,

besluit:

de volgende verordening vast te stellen:

De Verordening op de Openluchtrecreatie

Artikel 1 Algemene begripsbepalingen

In deze verordening wordt volstaan onder:

  • 1.

    Kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge artikel 40 van de Woningwet een bouwvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan we! worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;

  • 2.

    [vervallen.]

  • 3.

    Tent: onderdak van gespannen doek.

Artikel 2 Vrij kamperen

1. Het is in de gehele gemeente verboden ten behoeve van recreatief nachtverblijf kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden.

2. Het college kan ontheffing verlenen van dit verbod, voorzover het betrekking heeft op:

  • a.

    het plaatsen van ten hoogste één tent voor eigen gebruik door de eigenaar van een terrein en;

  • b.

    in de periode 1 april tot 1 november en;

  • c.

    binnen de op de bijgevoegde plattegrond gemarkeerde locatie.

3. In afwijking van het in het eerste lid genoemde verbod kunnen burgemeesters en wethouders plaatsen in de gemeente aanwijzen waar het, gedurende een deel van het jaar of het gehele jaar, toegestaan is zonder ontheffing met kampeerwagens te overnachten. Met een kampeerauto mag op een dergelijke plaats niet langer worden overnacht dan gedurende maximaal twee aaneengesloten nachten.

Artikel 3 Voorschriften aan een vergunning

Aan een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2 van deze verordening kunnen voorschriften verbonden worden in het kader van:

  • a.

    brandveiligheid;

  • b.

    landschaps- en natuurwaarden;

  • c.

    zedelijkheid of gezondheid;

  • d.

    milieubescherming;

  • e.

    de openbare orde;

  • f.

    het voorkomen of beperken van overlast,

  • g.

    de veiligheid van personen of goederen;

  • h

    de bescherming van de flora en fauna;

  • i.

    het uiterlijk aanzien van de gemeente;

  • j

    . het veilig en doelmatig gebruik van het openbaar water.

Artikel 4 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2 van deze verordening wordt geweigerd indien:

    • a.

      De aanvrager het verzoek doet om met een ander kampeermiddel dan een tent te kamperen;

    • b.

      De aanvrager het verzoek doet om met meer dan één tent te kamperen;

    • c.

      De aanvrager het verzoek doet om één tent te plaatsen welke een oppervlakte heeft van meer dan 30m2;

    • d.

      De aanvrager het verzoek doet om met meer dan zes personen te kamperen;

    • e.

      De aanvrager het verzoek doet buiten de locatie zoals gemarkeerd op de bijgevoegde / plattegrond te kamperen;

    • f.

      De aanvrager het verzoek doet om te kamperen op een perceel kleiner dan 500 m2;

    • g.

      De' aanvrager het verzoek doet om buiten de periode van 1 april tot 1 november te kamperen.

  • 2.

    Een ontheffing zoals bedoeld in artikel 2 van deze verordening kan worden geweigerd in het belang van:

    • a.

      brandveiligheid;

    • b.

      landschaps- en natuurwaarden;

    • c.

      zedelijkheid of gezondheid;

    • d.

      milieubescherming;

    • e.

      de openbare orde;

    • f.

      het voorkomen of beperken van overlast;

    • g.

      de veiligheid van personen of goederen;

    • h.

      de bescherming van de flora en fauna;

    • i.

      het uiterlijk aanzien van de gemeente;

    • j

      . het veilig en doelmatig gebruik van het openbaar water.

Artikel 5 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan de ontheffing als bedoeld in artikel 2 van de verordening intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    de verstrekte gegevens zodanig onjuist of onvolledig blijken te zijn dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen indien bij de beoordeling daarvan de juiste gegevens bekend waren geweest;

  • b.

    de ontheffing in strijd met een wettelijk voorschrift is gegeven;

  • c.

    blijkt dat de voorschriften gesteld in de ontheffing niet of niet behoorlijk worden nageleefd;

  • d.

    in verband met verandering van wetgeving, gewijzigde omstandigheden of gewijzigde inzichten de bescherming van de belangen met het oog waarop de vereiste ontheffing is gesteld zwaarder moet wegen dan het belang van de betrokkene bij een ongewijzigde ontheffing.

Artikel 6 Hardheidsclausule

Het college kan de artikelen 2 en 4 buiten toepassing laten of daarvarfafwijken, voorzover toepassing gelet op het belang van het kamperen leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 7 Toezichthouders

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast: de buitengewone opsporingsambtenaren in dienst van de gemeente Aalsmeer;

  • 2.

    Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening belast de bij besluit van college aangewezen personen.

Artikel 8 Strafbepaling

  • 1.

    Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 2 en 4 van deze verordening kan worden gestraft met een hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie;

  • 2.

    Met de opsporing van de bij of krachtens deze verordening strafbaar gestelde feiten zijn, onverminderd artikel 141 Wetboek van Strafvordering, belast de daartoe aangewezen buitengewone opsporingsambtenaren van de gemeente Aalsmeer.

Artikel 9 Slotbepaling

Deze verordening treedt in werking de achtste dag na die van bekendmaking.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening op de Openluchtrecreatie".

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 14 maart 2006.
, voorzitter, griffier

Bijlagen

Doc 1 Westeinderplassen