Regeling ter uitvoering van de artikelen 2.48 en 2.49 van de Wet basisregistratie personen (BRP)

Geldend van 06-11-2015 t/m heden

Intitulé

Regeling ter uitvoering van de artikelen 2.48 en 2.49 van de Wet basisregistratie personen (BRP)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer,

Gelet op de artikelen 1.1, 2.38, 2.39, 2.43, 2.45, 2.48 en 2.49 van de Wet basisregistratie personen, op artikel 30 van het Besluit basisregistratie personen op de circulaire: procedure bij aangiften van verblijf en adres, adreswijziging en vertrek die niet door de betrokken persoon zelf zijn gedaan (BPR2005U58068) van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) van 30 juni 2005, op de circulaire: uitschrijving personen uit de GBA bij vermoeden van achterlating in het land van herkomst (BPR2012-0000371368) van de Minister van BZK van 5 juli 2012 en op de circulaire: Handelwijze bij vermoedens van huwelijksdwang en achterlating, onttrekking van kinderen aan overheidstoezicht en aangifte van geboorte en medische verklaring (BRP2014-0000354950) van de Minister van BZK van 7 juli 2014;

Overwegende dat het noodzakelijk is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de aangifte van verblijf en adres, van adresverandering en van vertrek om het oneigenlijke gebruik van de verplichting of bevoegdheid tot het doen van aangifte voor een andere persoon tegen te gaan;

Besluiten vast te stellen de Regeling ter uitvoering van de artikelen 2.48 en 2.49 van de Wet basisregistratie personen (BRP).

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Aangifte van verblijf en adres: de aangifte bedoeld in artikel 2.38 Wet BRP;

  • b.

    Aangifte van adreswijziging: de aangifte bedoeld in artikel 2.39 Wet BRP;

  • c.

    Aangifte van vertrek: de aangifte bedoeld in artikel 2.43 Wet BRP;

  • d.

    Aangifte van verhuizing: de aangifte bedoeld in artikel 2.38, 2.39 of 2.43 Wet BRP;

  • e.

    Adres: het woonadres, dan wel bij het ontbreken hiervan of bij toepassing van artikel 2.40, het briefadres;

  • f.

    Ingeschrevene: degene ten aanzien van wie een persoonslijst in een basisadministratie is opgenomen.

  • g.

    Inschrijving: de opneming van een persoonslijst in de basisadministratie;

  • h.

    Partner: echtgenoot, echtgenote dan wel geregistreerd partner;

  • i.

    Hetzelfde woonadres: hetzelfde nieuwe woonadres.

Artikel 2 Categorieën van personen die verplicht zijn tot het doen van aangifte van Adreswijziging en vertrek:

  • 1. ouders, voogden en verzorgers voor minderjarigen jonger dan 16 jaar;

  • 2. ouders, voogden en verzorgers voor inwonende minderjarigen van 16 jaar en ouder, tenzij de minderjarige zelf de verplichting vervult;

  • 3. curatoren voor onder curatele gestelden.

Artikel 3 Categorieën van personen die bevoegd zijn tot het doen van aangifte van adreswijziging en vertrek:

  • 1. de ouder en zijn meerderjarige kind, indien beiden hetzelfde woonadres hebben, voor elkaar;

  • 2. echtgenoten dan wel geregistreerde partners die hetzelfde woonadres hebben, voor elkaar;

  • 3. elke meerderjarige voor een persoon die hem daartoe schriftelijk gemachtigd heeft;

  • 4. het hoofd van een instelling voor gezondheidszorg voor een in die instelling verblijvende persoon die wegens de toestand van zijn gezondheid niet in staat

    • a.

      kan worden geacht aan zijn verplichtingen te voldoen of een machtiging daartoe

    • b.

      af te geven, dan wel de echtgenoot, de geregistreerde partner of andere

    • c.

      levensgezel of de bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad van een

    • d.

      zodanig persoon, onder overlegging van een schriftelijke verklaring ter zake van

    • e.

      het hoofd van de betreffende instelling.

Artikel 4 Aanvullende voorwaarden tot het verrichten van aangifte voor een ander

  • 1. De aangifte van verblijf en adres wordt gedaan in de gemeente waar betrokkene het woonadres heeft;

  • 2. De aangifte van verhuizing wordt gedaan in de gemeente waar hij het nieuwe adres heeft en kan uitsluitend worden gedaan indien de aangever hetzelfde nieuwe woonadres heeft;

  • 3. De aangifte van vertrek wordt gedaan in de gemeente van inschrijving, met dien verstande dat de verplichting uitsluitend vervuld kan worden indien:

    • a.

      zij die verplichting ook voor zichzelf vervullen, en

    • b.

      alle andere ingezetenen met hetzelfde woonadres en een gezinsrelatie met de aangever die verplichting vervullen of die verplichting voor hen wordt vervuld;

  • 4. De aangever is verplicht om bij de aangifte alle benodigde stukken te overleggen

  • 5. Onder benodigde stukken als bedoeld in het vierde lid wordt in ieder geval verstaan een kopie van een geldig identiteitsbewijs.

Artikel 5 Aanvullende voorwaarden bij vertrek naar het buitenland van een partner eventueel met kinderen terwijl aangever zelf ingeschreven blijft op een adres in Nederland:

  • 1. Partner dient zelf aangifte te doen van vertrek naar het buitenland;

  • 2. Van partner dient een kopie van een geldig identiteitsbewijs bij de aangifte van vertrek te worden gevoegd;

  • 3. De aangever dient het adres en telefoonnummer in het buitenland waar ingeschrevene en eventueel de kinderen te bereiken zijn, op te geven.

Artikel 6 Aanvullende voorwaarden bij vertrek naar het buitenland van kinderen terwijl aangever en partner zelf ingeschreven blijven op een adres in Nederland

  • 1. Partner dient een verklaring over te leggen dat hij/zij akkoord gaat met de overschrijving van kind(eren) naar het buitenland.

  • 2. Bij de verklaring, vermeld in het eerste lid, dient een kopie van een geldig Identiteitsbewijs van de desbetreffende ouder(s) te worden gevoegd.

Artikel 7 Aanvullende voorwaarden bij verhuizing van kinderen van het adres van de ene ouder naar het adres van de andere ouder :

  • 1. Indien het huwelijk van de ouders is ontbonden door een gerechtelijke beschikking waarin vermeld is wat het verblijfadres is van het kind of kinderen, dan is de gerechtelijke uitspraak bepalend voor het verblijfadres van het kind of de kinderen tenzij beide ouders schriftelijk anders bepalen.

  • 2. De ouder die het ouderlijk gezag uitoefent, bepaalt waar het kind wordt ingeschreven. Indien beide ouders het ouderlijk gezag uitoefenen, bepalen zij dit gezamenlijk door het beiden ondertekenen van een verhuisaangifte.

  • 3. Bij de verhuisaangifte vermeld onder het tweede lid dienen kopieën van een geldig identiteitsbewijs te worden gevoegd.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na publicatie in het gemeenteblad

Artikel 10 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: “Regeling ter uitvoering van de artikelen 2.48 en 2.49 van de Wet BRP gemeente Aalsmeer 2015”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015.
De wnd. secretaris,
F.L. Romkema
De burgemeester,
J.J. Nobel

Toelichting beleidsregels BRP