Regeling vervallen per 01-01-2017

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2016

Geldend van 23-12-2015 t/m 31-12-2016

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2016

De raad van de gemeente Alkmaar;

gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr. 2015-1633;

gelet op het advies van de commissie Bestuur en Middelen;

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2016.

(Verordening precariobelasting 2016)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: een periode van 24 uren, aanvangende te 00.00 uur, of een gedeelte daarvan;

  • b.

    week: een periode van zeven achtereenvolgende dagen;

  • c.

    maand: een kalendermaand;

  • d.

    jaar: een kalenderjaar;

  • e.

    vergunning: een door het gemeentebestuur verleende en in een gemeentelijke registratie opgenomen toestemming op grond waarvan een persoon een of meer voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond mag hebben;

  • f.

    woonschip: een schip uitsluitend of hoofdzakelijk dienend als woning of tot woning bestemd.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘precariobelasting’ wordt een directe belasting geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. De precariobelasting wordt geheven van degene die het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

  • 2. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.

Artikel 4 Vrijstellingen

De precariobelasting wordt niet geheven voor het hebben van:

  • a.

    voorwerpen, indien de gemeente voor het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond waarop het voorwerp of de voorwerpen zich bevinden een recht heft op grond van artikel 229, eerste lid, onderdeel a, van de Gemeentewet, dan wel een privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;

  • b.

    voorwerpen, waarvan de gemeente genot hebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is, met uitzondering van voorwerpen die in gebruik zijn bij een derde;

  • c.

    ten behoeve van het publiek aangebrachte brievenbussen, postzegelautomaten, telefooncellen en niet tot reclame dienende aanwijzingen voor het publiek;

  • d.

    wijzers en verkeersaanwijzingen van de Koninklijke Nederlandse Toeristenbond A.N.W.B. en van andere overeenkomstige instellingen;

  • e.

    borden, masten, palen e.d., die in verband met verkiezingen van vertegenwoordigende lichamen zijn aangebracht;

  • f.

    buisleidingen, dienende voor de afvoer van water en rioolstoffen op de gemeentelijke riolering;

  • g.

    pilasters, plinten, kozijndorpels, gevelversieringen, bloembakken, goten, goot- of kroonlijsten, regenpijpen, balkons, spionnen e.d.;

  • h.

    het tijdelijk hebben van voorwerpen, uitsluitend gebezigd ten dienste van een weldadig doel;

  • i.

    rails ten dienste van een openbaar middel van vervoer;

  • j.

    het voor ten hoogste twee dagen hebben van een bak in gebruik voor de afvoer van afvalstoffen of de opslag van goederen;

  • k.

    het afsluiten van de openbare weg, het hebben van een feestverlichting of andere voorwerpen, uitsluitend in verband met evenementen ter opluistering van de viering van plaatselijke of nationale feestdagen dan wel een buurtfeest of wijkrommelmarkt;

  • l.

    openbare aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg, met uitzondering van uitstallingen, bedoeld in artikel 4, onder k van de Verordening reclamebelasting.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.

  • 2. De belasting wordt niet geheven indien deze minder dan € 5,00 bedraagt.

Artikel 6 Berekening van de precariobelasting

  • 1. Voor de berekening van de precariobelasting wordt met betrekking tot een in de tarieventabel genoemde lengte- of oppervlaktemaat een gedeelte daarvan als een volle eenheid aangemerkt.

  • 2. Indien een tarief per oppervlakte is vastgesteld, wordt de precariobelasting berekend naar de oppervlakte van de horizontale projectie van de voorwerpen, tenzij anders is bepaald.

  • 3. De oppervlakte van andere dan rechthoekige voorwerpen wordt gesteld op het product van de twee aangrenzende zijden van een om het voorwerp geplaatste denkbeeldige rechthoek.

  • 4. Indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt voor de berekening van de precariobelasting aangesloten bij de geldigheidsduur van die vergunning, tenzij blijkt dat het belastbaar feit zich gedurende een kortere periode heeft voorgedaan. In dat geval bestaat aanspraak op ontheffing, waarbij het vijfde lid van overeenkomstige toepassing is.

  • 5. Indien in de tarieventabel voor een voorwerp tarieven voor verschillende tijdseenheden zijn opgenomen, wordt de precariobelasting berekend op de voor de belastingplichtige meest voordelige wijze.

  • 6. In afwijking van het bepaalde in artikel 1 wordt voor de berekening van de precariobelasting:

    • a.

      indien in de tarieventabel voor een voorwerp wel een weektarief, maar geen dagtarief is opgenomen, een gedeelte van een week gelijkgesteld met een week;

    • b.

      indien in de tarieventabel voor een voorwerp wel een maandtarief, maar geen dag- of weektarief is opgenomen, een gedeelte van een maand gelijkgesteld met een maand.

  • 7. Indien in de tarieventabel voor een voorwerp een dagtarief, weektarief of maandtarief is opgenomen en het belastingtijdvak een langere periode dan een dag, onderscheidenlijk een week of een maand omvat, gelden deze tarieven per dag, onderscheidenlijk week of maand van het belastingtijdvak.

Artikel 7 Belastingtijdvak

  • 1. In de gevallen waarin de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, is het belastingtijdvak de periode waarvoor de vergunning is verleend, met dien verstande dat bij een kalenderjaar overschrijdende geldigheidsduur van de vergunning het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.

  • 2. In andere dan de in het eerste lid bedoelde gevallen, is het belastingtijdvak de in het kalenderjaar gelegen aaneengesloten periode gedurende welke het belastbaar feit zich voordoet of heeft voorgedaan.

Artikel 8 Wijze van heffing

  • 1. De precariobelasting wordt bij wege van aanslag geheven.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt de voor een dag verschuldigde precariobelasting geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. In de gevallen bedoeld in artikel 7, eerste lid, is de precariobelasting verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. In de gevallen bedoeld in artikel 7, tweede lid, is de precariobelasting verschuldigd bij het einde van het belastingtijdvak.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald binnen twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2. In afwijking van het eerste lid, moet de precariobelasting worden betaald, ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 8, tweede lid:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending ervan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De verordening Precariobelasting 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in het vijfde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. De verordening rechten verkoopstandplaatsen 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in het vijfde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 3. De verordening benzinepompinstallaties 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in het vijfde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 4. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 5. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 6. Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening precariobelasting 2016’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 december 2015 te Alkmaar.
De raad voornoemd,
P.M. Bruinooge, voorzitter. drs. A.P.A. Koolen, griffier.

Tarieventabel behorende bij de verordening precariobelasting 2016

Nr.

omschrijving

eenheid

Bedrag (€)

1.00

Algemeen tarief commercieel gebruik

Voor het, met geheel of in betekenende mate commercieel doel hebben van voorwerpen of het gebruik van openbare gemeentegrond, indien voor het hebben van die voorwerpen of voor dat gebruik in de navolgende nummers niet in een bijzonder tarief is voorzien, met dien verstande, dat het minimum tarief € 48,24 bedraagt;

 

 

1.01

 

per m² per dag

0,37

1.02

 

per m² per week

1,65

 

 

per m² per maand

3,65

1.04

 

per m² per jaar

33,00

2.00

Algemeen tarief niet-commercieel gebruik

Voor het met geheel of overwegend niet-commercieel doel hebben van voorwerpen of het gebruik van openbare gemeente­grond, indien voor het hebben van die voorwerpen of voor het gebruik in de navolgende nummers niet in een bijzonder tarief is voorzien:

 

 

2.01

 

per dag

33,27

2.02

 

per week

99,75

3.00

Parkeerplaatsen

Voor het in gebruik nemen van een parkeerplaats, anders dan met een motorvoertuig, zijn de overige in deze tarieventabel opgenomen rechten niet van toepassing en wordt per parkeerplaats geheven:

 

 

3.01

In de betaald parkeergebieden:

 

 

 

in het afgesloten binnenstadsgebied

 

 

3.01.1

 

per dag

20,70

3.01.2

 

per week

61,90

3.01.3

 

per maand

148,20

3.01.4

 

per jaar

892,20

 

buiten het afgesloten binnenstadsgebied

 

 

3.01.5

 

per dag

20,70

3.01.6

 

per week

61,90

3.01.7

 

per maand

148,20

3.01.8

 

per jaar

534,90

3.02

Buiten de betaald parkeergebieden:

 

 

3.02.1

 

per dag

€ 6,00

3.02.2

 

per week

17,95

3.02.3

 

per maand

58,45

3.02.4

 

per jaar

489,75

 

 

 

 

4.00

Bouwmaterialen

Voor bouwmaterialen, zoals een loods, een keet, een container, een steiger of een stelling, een heikar of -stelling, een betonmolen, een asfaltketel of enig ander werktuig ten dienste van bouwwerken, anders dan genoemd onder 4.04 tot en met 4.11, met dien verstande dat het minimumtarief voor een steiger of stelling € 5,80 bedraagt en voor de overige voorwerpen € 49,35 bedraagt.

 

 

4.01

 

per m² per week

0,52

4.02

 

per m² per maand

2,06

4.03

 

per m² per jaar

16,59

4.04

Voor rijplaten

per m² per week

0,12

4.05

Voor rijplaten

per m² per maand

0,44

4.06

Voor rijplaten

per m² per jaar

5,78

4.07

Voor het hebben van een hijskraan, een trechter, betonpomp en hoogwerker of een ander middel tot laden of lossen van goederen

per m² per dag

2,06

4.08

 

per m² per week

4,27

4.09

Voor het hebben van containers, in gebruik voor de afvoer van afvalstoffen of opslag van goederen

 

 

4.10

In de betaald parkeergebieden:

 

 

 

in het afgesloten binnenstadsgebied

 

 

4.10.1

per container

per dag

20,70

4.10.2

per container

per week

61,90

4.10.3

per container

per maand

148,20

4.10.4

per container

per jaar

892,20

 

buiten het afgesloten binnenstadsgebied

 

 

4.10.5

per container

per dag

20,70

4.10.6

per container

per week

61,90

4.10.7

per container

per maand

148,20

4.10.8

per container

per jaar

534,90

4.11

Buiten de betaald parkeergebieden

 

 

4.11.1

per container

per dag

6,00

4.11.2

per container

per week

17,95

4.11.3

per container

per maand

58,45

4.11.4

per container

per jaar

489,75

5.00

Terrassen inclusief terrasboten

Voor het hebben van bankjes, stoelen, tafels, tochtschermen, parasols en dergelijke

 

 

5.01

 

per m² per dag

€ 0,47

5.02

 

per m² per maand

4,99

6.00

Woonschepen

Voor het innemen van een lig­plaats met een woonschip in gemeentelijk water:

 

 

6.01

 

per m¹ per maand

1,39

6.02

 

per m¹ per jaar

13,75

7.00

Verkooptoestel

 

 

7.01

Voor een automatisch verkooptoestel

per stuk/jaar

14,21

8.00

Uithangborden, lichtreclames en andere reclame-objecten

 

 

8.01

Voor het hebben van een uithangbord, uithangteken, letterreclame, zonder kunstverlichting, een vlag, klok of andere voorwerpen, dienende om de aandacht op het bedrijf te vestigen

per stuk per jaar

11,08

8.02

Voor een verwijzingsbord

per stuk per week

0,72

8.03

 

per stuk per maand

1,91

8.04

Voor het hebben van een lichtreclame, lichtbak, verlicht reclamebord, een lamp of lantaarn met opschrift of reclame, of een dergelijk verlicht voorwerp

per stuk per jaar

22,98

8.05

Voor het hebben van neonbuizen of dergelijke lichtapparaten

per m² per jaar

1,09

8.06

Voor het hebben van zonneschermen en luifels waarop reclame is aangebracht, gemeten langs de gevel

per m² per jaar

1,44

8.07

Voor het hebben van een aanplakbord of reclamezuil

per stuk per jaar

24,85

9.00

Uitstalling

Voor het hebben van zaken die buiten een (winkel)bedrijf op, over of boven een openbare plaats (portiek, stoep, galerij etc.) worden uitgestald of opgehangen, met dien verstande, dat het minimum tarief € 32,52 bedraagt;

 

 

9.01

 

per m² per dag

0,37

9.02

 

per m² per week

1,64

9.03

 

per m² per maand

3,70

9.04

 

per m² per jaar

33,01

10.00

Diverse objecten

 

 

10.01

Voor het hebben van een meterkastje voor gas of elektriciteit

per jaar

5,04

10.02

Voor het hebben van een septictank of een put

per m² per jaar

1,09

10.3

Voor het hebben van een vat of tank voor opslag of berging van benzine, petroleum, stookolie enz., niet behorende tot een benzinepompinstallatie

per 1.000 liter inhoud per jaar

3,25

10.4

Voor het hebben van een bij een tank behorend vulputje

per jaar

2,16

11.00

Maken van rioolaansluitingen

 

 

11.01

Voor het van gemeentewege tot stand brengen van een aansluiting van de perceelsriolering op het gemeentelijk riool en voor het vervangen van een niet van gemeentewege tot stand gebrachte aansluiting daarop door middel van een buisleiding met een maximum inwendige diameter van 16 cm.

per aansluiting

514,95

11.02

Indien daarvoor wel wegverharding moet worden opgebroken

per aansluiting

652,25

11.03

Voor aansluitingen met een diameter groter dan 16 cm de aan de belastingplichtige vooraf medegedeelde kostprijs van die aansluiting, blijkende uit een begroting van kosten, welke ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders zijn opgesteld. Voor de toepassing van deze bepaling wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

12.00

Rechten Benzinepompinstallaties

 

 

12.01

voor vaste pompinstallaties op gemeentegrond, indien de omzet 1.000.000 liter of meer bedraagt:

per liter

0,0113

 

en tevens voor een:

 

 

 

1. wasstation

per m²

76,75

 

2. quick-service-station

per m²

76,75

12.02

voor vaste pompinstallaties op gemeentegrond, indien de omzet minder bedraagt dan 1.000.000 liter

per pomp

492,30

 

en tevens voor een:

 

 

 

1. water- of luchtaftappunt

per stuk

76,75

 

2. bedieningshuisje en/of een pomp-trottoir, per m²

per m²

18,45

 

3. tank

per 1.000 liter inhoud

8,95

 

4. vulputje voor een tank

per stuk

8,95

 

5. lichtmast, blikvanger of een attentie­balk

per stuk

8,95

 

6. verplaatsbaar wagentje voor het afleveren van motorbrandstof

per stuk

48,95

12.03

indien geen pompen op gemeentegrond staan, zijn uitsluitend de rechten verschul­digd genoemd onder 12.02, 1 tot en met 6.

 

 

13.00

Rechten Verkoopstandplaatsen

 

 

13.01

indien de verkoopstandplaats is gelegen in het centrumgebied, voor:

 

 

 

a. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 1 dag per week, ongeacht de periode:

per jaar

450,15

 

verhoogd met:

per m²/jaar

78,62

 

b. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

450,15

 

verhoogd met:

per m²/jaar

116,21

 

c. een vaste verkoopstandplaats voor meer dan 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

450,15

 

verhoogd met:

per m²/jaar

193,48

 

d. een tijdelijke verkoopstandplaats, ongeacht de periode:

per jaar

94,16

 

verhoogd met:

per m²/dag

1,44

 

 

per m²/week

5,17

 

 

per m²/ maand

15,01

13.02

indien de verkoopstandplaats is gelegen in of nabij een winkelcentrum, voor:

 

 

 

a. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 1 dag per week, ongeacht de periode:

per jaar

295,98

 

verhoogd met:

per m²/jaar

51,31

 

b. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

295,98

 

verhoogd met:

per m²/jaar

75,29

 

c. een vaste verkoopstandplaats voor meer dan 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

295,98

 

verhoogd met:

per m²/jaar

125,21

 

d. een tijdelijke verkoopstandplaats, ongeacht de periode:

per jaar

48,88

 

verhoogd met:

per m²/dag

0,97

 

 

per m²/week

3,40

 

 

per m²/ maand

9,95

13.03

Indien de verkoopstandplaats is gelegen in een ander, niet onder de onderdelen 13.01 of 13.02 beschreven gebied, voor:

 

 

 

a. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 1 dag per week, ongeacht de periode:

per jaar

228,38

 

verhoogd met:

per m²/jaar

39,69

 

b. een vaste verkoopstandplaats, voor ten hoogste 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

228,38

 

verhoogd met:

per m²/jaar

58,35

 

c. een vaste verkoopstandplaats voor meer dan 2 dagen per week, ongeacht de periode:

per jaar

228,38

 

verhoogd met:

per m²/jaar

97,04

 

d. een tijdelijke verkoopstandplaats, ongeacht de periode:

per jaar

38,06

 

verhoogd met:

per m²/dag

0,74

 

 

per m²/week

2,64

 

 

per m²/ maand

7,51

13.04

Indien het een incidentele standplaats betreft ten behoeve van een maatschappelijk doeleinde, zoals omschreven in het Standplaatsenbeleid:

 

 

 

 

per dag

5,46

 

 

per week

27,15

 

 

per maand

81,39

De tarieven zijn inclusief eventueel ver­schuldigde omzetbe­lasting.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 december 2015 te Alkmaar.

De raad voornoemd,

P.M. Bruinooge, voorzitter. drs. A.P.A. Koolen, griffier.