Regeling vervallen per 01-06-2011

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Geldend van 01-10-2009 t/m 31-05-2011

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Gemeenteblad van Almelo

Geldende tekst

regelingnummer: 2361

NR. 24

Raadsbesluit van 27 oktober 2009, houdende vaststelling van de Verordening Cliëntenparticipatie Wwb en Wij.

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Artikel 1 Definities

  • a. De wet: de Wet werk en bijstand (WWB) alsmede de Wet investeren in jongeren (WIJ).

  • b. Het college: het college van burgemeester en wethouders van Almelo.

  • c. De gemeente: de gemeente Almelo.

  • d. Cliënten: personen, zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid van de WWB en artikel 2 van de WIJ.

  • e. Cliëntenraad: Kliënten Raad Almelo.

Artikel 2 Opdracht aan het college

Het college bevordert het instellen van een orgaan, bestaande uit cliënten, of hun vertegenwoordigers wanneer deze blijkens hun statuten zijn gericht op behartiging van de belangen van cliënten, hierna te noemen: cliëntenraad, met als doel deze te betrekken bij de uitvoering van de wet, zoals beschreven in deze verordening.

Artikel 3 Cliëntenraad

  • 1. De cliëntenraad is een rechtspersoon zonder winstoogmerk.

  • 2. De werkzaamheden van de cliëntenraad zijn blijkens haar reglement gericht op behartiging van de belangen van cliënten.

  • 3. De raad bestaat uit;

    • a.

      een onafhankelijk voorzitter zonder stemrecht, gekozen uit de stemgerechtigde leden, benoemd door het college op voordracht van de cliëntenraad;

    • b.

      een secretaris en een penningmeester met stemrecht, gekozen uit de stemgerechtigde leden, benoemd door de cliëntenraad.

    • c.

      merendeels cliënten, of hun vertegenwoordigers, wanneer deze blijkens hun statuten zijn gericht op behartiging van de belangen van cliënten met een minimum van 9 personen en een maximum van 15 personen. De cliëntenraad streeft ernaar dat de vertegenwoordiging zoveel mogelijk een representatieve afspiegeling is van de groep van cliënten.

    • d.

      De leden als bedoeld onder c. worden door de belangenorganisaties voorgedragen aan de cliëntenraad.

  • 4. De vertegenwoordigers als bedoeld onder lid 3 sub c hebben een zittingstermijn van vier jaar met een verlengingsmogelijkheid van 2 jaar.

  • 5. De voorzitter, secretaris en penningmeester vormen het dagelijks bestuur.

Artikel 4 Faciliteiten

  • 1. De cliëntenraad zorgt voor toegankelijke vergaderruimte voor de leden en ontmoetingsruimte voor de cliënten.

  • 2. De cliëntenraad is schriftelijk, telefonisch, per fax en digitaal bereikbaar voor leden, cliënten en de gemeente.

Artikel 5 Periodiek overleg cliëntenraad

De cliëntenraad komt minimaal 8 keer per jaar bijeen voor periodiek overleg over de uitvoering van de wet door de gemeente.

Artikel 6 Spreekuur

De cliëntenraad houdt op werkdagen spreekuur, waar de cliënten informatie of advies kunnen krijgen of gehoord worden.

Artikel 7 Standpunten cliëntenraad

De cliëntenraad kan aan het college gevraagd en ongevraagd zijn standpunten kenbaar maken over de uitvoering van de wet.

Artikel 8 Periodiek overleg met de gemeente

  • 1. De cliëntenraad overlegt in beginsel driemaal per jaar met het hoofd van afdeling Sociale & Economische Zaken of diens vertegenwoordiger.

  • 2. De cliëntenraad overlegt in beginsel driemaal per jaar met de relevante wethouder van de gemeente.

  • 3. De cliëntenraad kan agendapunten aandragen voor de overleggen zoals bedoeld in de leden 1 en 2 van dit artikel.

  • 4. Door of namens het college kunnen nadere regels worden gesteld over de wijze van agendering van de overleggen zoals bedoeld in de leden 1 en 2 van dit artikel.

Artikel 9 Incidenteel overleg met de gemeente

De cliëntenraad kan incidenteel overleggen met beleidsambtenaren van de gemeente over voor de cliëntenraad relevante beleidsonderwerpen.

Artikel 10

Geheimhoudingsplicht

  • 1.

    De cliëntenraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht en zorgt dat zijn leden ook worden geïnformeerd over de hiervoor bedoelde geheimhoudingsplicht. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente, zal de cliëntenraad informatie en gegevensdragers die hem ter beschikking staan niet aan derden kenbaar maken.

  • 2.

    Wat betreft persoonlijke informatie is de cliëntenraad gehouden aan de Wet bescherming persoonsgegevens.

Artikel 11 Informatievoorziening door de gemeente

Door of namens het college wordt de cliëntenraad voorzien van de voor de uitvoering van zijn taak relevante informatie, op een zodanig tijdstip dat de adviezen volwaardig kunnen worden betrokken bij de beleidsvoorbereiding en besluitvorming.

Artikel 12 Gemeentelijke subsidie

  • 1. De kosten van materiële voorzieningen van de cliëntenraad worden op jaarbasis opgenomen in het beleidsplan Wet Werk en Bijstand op basis van een door het college vastgesteld bedrag.

  • 2. Onder materiële voorzieningen worden verstaan:

    • a.

      de voorzieningen ten behoeve van het uitoefenen van cliëntenparticipatie door de cliëntenraad, waaronder vergaderruimte, portokosten, onderhouden van netwerkcontacten, drukwerk, vaste onkostenvergoeding alsmede door leden noodzakelijk te maken kosten zoals reis- en telefoonkosten, etc.;

    • b.

      kosten te maken ten behoeve van de deskundigheidsbevordering en aanschaf van documentatiemateriaal.

  • 3. Subsidies die reeds worden verstrekt aan de Kliënten Raad Almelo zullen in de verlening van de subsidie als bedoeld in dit artikel worden betrokken.

  • 4. Op deze subsidie is de geldende Algemene Subsidieverordening van de gemeente van toepassing.

Artikel 13 Geen benadeling

  • 1. Het college draagt er zorg voor dat cliënten die lid zijn of zijn geweest van de cliëntenraad uit hoofde van hun lidmaatschap, op geen enkele wijze worden benadeeld ten aanzien van hun uitkering en de bejegening door medewerkers van de gemeentelijke sociale dienst.

  • 2. Leden van de cliëntenraad kunnen niet persoonlijk aansprakelijk worden gesteld.

Artikel 14 Huishoudelijk Reglement

  • 1. De cliëntenraad stelt een Huishoudelijk Reglement vast dat geen bepalingen mag bevatten die in strijd zijn met deze Verordening.

  • 2. De besluitvorming bij het vaststellen van de tekst van de artikelen van het Huishoudelijk Reglement vereist een meerderheid van tweederde van het aantal uitgebrachte geldige stemmen.

Artikel 15 Onvoorziene of onduidelijke zaken

In alle gevallen waarin de Wet of deze Verordening niet voorziet of waarin over de uitleg van deze Verordening een geschil mocht ontstaan, beslist het college.

Artikel 16 Citeerwijze en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de Verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 2009 onder intrekking van de Verordening cliëntenparticipatie WWB, regelnummer 2256 welke werd vastgestel op 16 december 2004.

Aldus besloten in de openbare vergadering van 27 oktober 2009,

De griffier, de burgemeester,

drs. C.M. Steenbergen drs. J. van Lidth de Jeude

TOELICHTING VERORDENING CLIËNTENPARTICIPATIE WWB EN WIJ

Algemeen

Bij de behandeling van de Wet werk en bijstand is naar aanleiding van een amendement van het Tweede-Kamerlid Bakker een artikel ingevoegd over cliëntenparticipatie. Doel van dit amendement is dat de cliëntenparticipatie bij de gemeenten op een lijn wordt gebracht met de Wet SUWI. Daarin wordt gesteld dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoeringsstructuur waarin de cliënt centraal staat. De betrokkenheid en de inspraak van burgers met een inkomen rondom het minimum wordt daarmee verzekerd in de beleidsvorming, de uitvoering, de controle en de evaluatie van het hen betreffende beleid.

Artikel 47 van de Wet werk en bijstand schrijft voor dat gemeenten bij verordening regels opstellen voor cliëntenparticipatie. Met de invoering van de Wet investeren in jongeren per 1 oktober 2009, welke ten aanzien van jongeren tot 27 jaar deels in de plaats treedt van de WWB, geldt deze verplichting ook voor deze wet. Dit was de reden om de Verordening cliëntenparticipatie WWB in te trekken en te vervangen door een verordening die op beide wetten van toepassing is. Gezien de overlap en het raakvlak van WWB en WIJ lag het in de rede om te kiezen voor één verordening om daarmee eenheid in beleid te waarborgen.

De gemeente Almelo hecht grote waarde aan cliëntenparticipatie.

Cliëntenparticipatie als bedoeld in artikel 47 WWB en artikel 12 eerste lid onderdeel d WIJ beoogd een nauwe betrokkenheid van de cliënten bij de uitvoering van de Wet werk en bijstand en de per 1 oktober 2009 van kracht zijnde Wet investeren in jongeren.

Deze verordening richt zich niet op de brede adviescommissie, maar op de reeds bestaande Kliënten Raad Almelo (KRA). Deze organisatie is samengesteld uit leden van diverse belangorganisaties. De KRA is de organisatie die invulling kan geven aan cliëntenparticipatie zoals de wetgever het bedoeld heeft.

Met deze verordening wordt in feite geregeld wat de gemeente Almelo al jaren doet, namelijk dat het college zich inspant voor de belangenbehartiging van jongeren in de zin van de WIJ, bijstandsgerechtigden, mensen met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet en andere werkloze werkzoekenden zonder uitkering die onder de werking van de WWB vallen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Definities

Dit artikel bevat enkele begripsomschrijvingen.

Artikel 2 Opdracht aan het college

Het college spant zich in voor cliëntenparticipatie. Zij doet dit door het bestaan van een cliëntenraad te bevorderen. In de praktijk zal dit leiden tot een raad die voortkomt uit de Kliënten Raad Almelo, een organisatie die reeds geruime tijd belangenbehartiging verzorgt in Almelo.

De rechten en plichten die voortvloeien uit deze verordening zijn van toepassing op de cliëntenraad waarmee het college afspraken maakt om de belangenbehartiging voor een bepaalde periode uit te voeren.

De cliëntenraad kan zijn standpunten over de uitvoering van de wet aan het college kenbaar maken. Het gaat daarbij om een breed scala van onderwerpen die de cliënten raken, zoals inkomensverstrekking, arbeidsreïntegratie en fraudebestrijding.

De wijze waarop de cliëntenraad betrokken wordt, is beschreven in de rest van de verordening.

Artikel

3 Samenstelling cliëntenraad

De cliëntenraad moet een rechtspersoon zijn zonder winstoogmerk. De doelstellingen moeten vastgelegd zijn en er mag geen winst behaald worden met de activiteiten die voor de cliënten worden verricht. De werkzaamheden van de cliëntenraad moeten gericht zijn op belangenbehartiging van cliënten. Deze verordening voorziet in het voorschrift om een huishoudelijk reglement vast te stellen. De nonprofit-gedachte dient in het reglement te worden opgenomen.

Omdat het hier gaat om belangenbehartiging van cliënten, is het wenselijk, en zelfs noodzakelijk, dat de cliëntenraad voor het grootste deel bestaat uit leden van de doelgroep zelf en dat hij een representatieve afspiegeling is van de doelgroep. Uiteraard mag de doelgroep zich laten vertegenwoordigen. De werkzaamheden van deze vertegenwoordigers moeten ook gericht zijn op belangenbehartiging van cliënten met betrekking tot de uitvoering van de wet door de gemeente. Ook hier moet dit blijken uit het reglement.

Het kan ook nuttig zijn input vanuit andere expertises bij de belangenbehartiging te betrekken. Zo kunnen bijvoorbeeld (vertegenwoordigers van) mensen met een WAO-uitkering een belangrijke bijdrage leveren.

Afdeling SEZ ziet toe of de samenstelling van de cliëntenraad in overeenstemming is met de eisen van dit artikel.

De cliëntenraad moet worden voorgezeten. Om een gezonde balans te creëren tussen belangenbehartiging enerzijds en gemeentelijk handelen anderzijds dient een onafhankelijk voorzitter te worden benoemd zonder stemrecht binnen de raad.

Artikel 4 Faciliteiten

De cliëntenraad moet beschikken over afdoende faciliteiten, zowel voor de leden als voor de cliënten. De leden moeten kunnen vergaderen en de nodige informatie verzamelen. Voor de cliënten moet een ontmoetingsruimte bestaan die voor alle cliënten toegankelijk is.

Daarnaast moet de cliëntenraad zowel schriftelijk, telefonisch, per fax als digitaal bereikbaar zijn voor leden, cliënten en de gemeente.

De cliëntenraad zal daartoe in de gelegenheid worden gesteld door de gemeente Almelo. Een bepaling hieromtrent is opgenomen in artikel 12 van deze verordening.

Artikel 5 Periodiek overleg cliëntenraad

Om hun taak goed uit te kunnen oefenen, moeten de leden van de cliëntenraad periodiek bij elkaar komen voor overleg. Uiteraard kan de raad in haar reglement nadere bijeenkomsten vastleggen.

Artikel 6 Spreekuur

Omdat niet alle cliënten lid zijn van de cliëntenraad, en ook niet alle cliënten zijn aangesloten bij andere belangenbehartigers, moeten zij de mogelijkheid krijgen op individuele basis contact te hebben met de cliëntenraad. Daarom moet de cliëntenraad voor hen, op een gebruikelijk tijdstip (werkdagen), spreekuur houden waar zij informatie of advies kunnen krijgen, of gehoord worden.

Artikel 7 Standpunten cliëntenraad

De cliëntenraad heeft de bevoegdheid aan het college, gevraagd en ongevraagd, zijn standpunten over de uitvoering van de Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren kenbaar te maken.

De cliëntenraad stelt zich daarbij het volgende ten doel:

  • ·

    Het aan de orde stellen van onderwerpen en het doen van verbetervoorstellen die de kwaliteit van de dienstverlening van sociaal economische zaken betreffen.

  • ·

    Het geven van gekwalificeerde adviezen.

  • ·

    Het bewaken van het beleid van de gemeente inzake Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren.

  • ·

    Het zorg dragen voor informatie, hulp en advies aan cliënten en opkomen voor hun belangen.

Wanneer de gemeente nieuwe plannen maakt, of veranderingen wil aanbrengen in de dienstverlening, en deze de belangen van cliënten raken, kan het college de cliëntenraad vragen om zijn mening. In ieder geval vraagt het college de cliëntenraad zijn mening over het beleidsplan ter uitvoering van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren en de verantwoording daarvan.

Andersom kan de cliëntenraad zijn standpunten aan het college kenbaar maken, wanneer hij van mening is dat de belangen van cliënten geraakt worden door plannen van of uitvoering door de gemeente.

Het college betrekt de standpunten van de cliëntenraad in haar overwegingen, maar is er niet aan gehouden. De cliëntenraad geeft dus een niet – bindend standpunt.

Artikel 8 Periodiek overleg met de gemeente

In dit artikel is geregeld dat de cliëntenraad periodiek overleg heeft met de gemeente. Op deze wijze wordt gewaarborgd dat de cliëntenraad en de gemeente, de laatste zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau, in ieder geval driemaal per jaar bijeen komen voor het voeren van overleg over de uitvoering van de wet door de gemeente.

Wanneer het duidelijk is dat bijeenkomen niet zinvol is, bijvoorbeeld in vakantietijd, kunnen partijen in gezamenlijk overleg besluiten dat het overleg niet plaatsvindt.

In beginsel voert de cliëntenraad driemaal per jaar overleg met de wethouder. Het betreft hier de wethouder die sociale zaken en werkgelegenheid in portefeuille heeft.

Zowel de gemeente als de cliëntenraad kunnen agendapunten inbrengen.

Artikel 9 Incidenteel overleg met de gemeente

Het kan voorkomen dat de periodieke overleggen, zoals beschreven in artikel 8, niet afdoende of geschikt zijn om alle voor de cliëntenraad relevante onderwerpen aan de orde te stellen.

De periodieke overleggen zijn niet van dien aard dat daar alles tot in detail besproken kan worden. De cliëntenraad kan dan nader overleg plegen met de betrokken beleidsambtenaar.

Daarnaast is het mogelijk dat dringende beleidskeuzes gemaakt moeten worden in de periode tussen twee periodieke overleggen. Ook in dat geval kan de cliëntenraad de betrokken beleidsambtenaar tussentijds benaderen voor overleg.

Artikel 10

Geheimhoudingsplicht

Om een goed advies uit te kunnen brengen, neemt de cliëntenraad vaak in een vroeg stadium kennis van beleidsvoornemens. Daarvoor zullen vaak conceptbeleidsstukken overgelegd worden. Omdat beleid pas openbaar wordt na besluitvorming door het college, geldt tot dat moment voor de cliëntenraad de geheimhoudingsplicht.

Dit houdt onder andere in dat de cliëntenraad (de inhoud van) nog niet vastgestelde beleidsplannen niet verspreidt onder anderen dan zijn leden, en ook zijn leden zich aan de geheimhoudingsplicht houden.

Na schriftelijke toestemming van de gemeente mag de cliëntenraad (de inhoud) van beleidsplannen openbaar maken. Een openbaar besluit van het college van burgemeester en wethouders mag beschouwd worden als schriftelijke goedkeuring van de gemeente.

Artikel 11 Informatievoorziening door de gemeente

Om zijn taak goed te kunnen uitvoeren, heeft de cliëntenraad informatie van de gemeente nodig.

In ieder geval geeft het college de cliëntenraad het voorlichtingsmateriaal voor cliënten en relevante conceptbeleidsstukken. Het gaat daarbij om conceptbeleidsstukken over de uitvoering van de wet, zoals het beleidsplan ter uitvoering van de Wet Werk en Bijstand en de Wet investeren in jongeren en de verantwoording daarvan.

Onderhavig artikel is in aanvulling op artikel 8 en 9 van deze verordening, waarin reeds bepalingen zijn opgenomen inzake periodiek overleg en gegevensuitwisseling.

Artikel 12 Gemeentelijke subsidie

Het college verstrekt subsidie ter tegemoetkoming in de kosten voor facilitering van de cliëntenraad. Hierbij moet gedacht worden aan een tegemoetkoming in de kosten voor huisvesting, faciliteiten en secretariële ondersteuning.

De Kliënten Raad Almelo ontvangt reeds subsidie, waarmee reeds de nodige kosten kunnen worden voldaan. Meerkosten die voortkomen uit de werkzaamheden van de cliëntenraad komen voor vergoeding in aanmerking.

In het huishoudelijk reglement zal de cliëntenraad zaken rondom onkosten ed. vastleggen. Na goedkeuring van het college zullen de daarin voorkomende kosten worden vergoed.

Op deze subsidie is de geldende Algemene Subsidieverordening van de gemeente van toepassing. De regels zoals bedoeld in de subsidieverordening zullen via een protocol aan de cliëntenraad worden voorgelegd.

Artikel 13 Geen benadeling

Om te voorkomen dat leden van de cliëntenraad persoonlijke schade ondervinden in relatie tot hun deelname aan de raad is dit artikel opgenomen.

Artikel 14 Huishoudelijk Reglement

Het huishoudelijk reglement is in de toelichting van eerdere artikelen reeds aangehaald. Het reglement biedt de gelegenheid een aantal zaken te specificeren.

Artikel 15 Onvoorziene of onduidelijke zaken

Dit artikel spreekt voor zich.

Artikel 16 Citeerwijze en inwerkingtreding

Hier worden de naam van de verordening en de datum van inwerkingtreding geregeld.