Regeling vervallen per 01-01-2018

Legesverordening 2017

Geldend van 18-01-2017 t/m 31-12-2017 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Legesverordening 2017

De raad van de gemeente Almelo;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 oktober 2016;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid,

aanhef onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

besluit:

de volgende verordening vast te stellen:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • 2.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • 3.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • 4.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • 5.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

      • 1.

        een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

      • 2.

        Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • 2.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 3.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • 4.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor een uittreksel of afschrift uit de registers van de burgerlijke stand en een uittreksel uit de basisadministratie personen (bevolkingsregister), waarbij de Raad van Rechtsbijstand (RvR) de toevoeging heeft afgegeven met een minimum eigen bijdrage.

Artikel 5 Maatstaven en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 4.

    Het bedrag van de heffing op grond van Titel 2 van de tarieventabel wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op hele euro’s.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1.

    De leges op basis van titel 2 van de tarieventabel worden bij wege van aanslag geheven.

  • 2.

    De overige leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke of digitale kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    De bij wege van aanslag geheven leges zijn, in afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, invorderbaar in een termijn die vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die waarin het aanslagbiljet is gedagtekend.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6, tweede lid:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 10 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      digitaal wordt gedaan, op het moment van mailing van de kennisgeving. Dit moment ligt voor in ieder geval de volgende heffingen direct na de aanvraag en voor de verstrekking: onderdelen 1.1.3, 1.4.2.0, 1.4.2.1, 1.4.2.3.1, 1.4.3 en 1.4.4.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • i.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • ii.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • iii.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • iv.

      onderdeel 1.4.2.3.1 (papierenverstrekking uit de basisregistratie personen)

    • v.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • vi.

      onderdeel 1.9. 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • vii.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

Artikel 11 Nadere regels door het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

De ‘Legesverordening 2016’ van 17 november 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

  • 1.

    die zich voor die datum hebben voorgedaan;

  • 2.

    indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2017.

  • 2.

    De bekendmaking van het in onderdeel 2.1.1.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde normblad geschiedt door terinzagelegging.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Legesverordening 2017’.

Gedaan ter openbare vergadering van 3 november 2016,

de griffier, de burgemeester,

drs. C.M. Steenbergen, A.J. Gerritsen

Tarieventabel leges

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2017.

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

Hoofdstuk 14 Standplaatsen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 19 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Hoofdstuk 10 Overig/administratief

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk of registreren van een partnerschap of het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap of een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als bij de omzetting gebruik wordt gemaakt van een daartoe ingerichte ruimte:

1.1.1.1

op maandag tot en met vrijdag 09.00 uur - 18.00 uur:

€ 393,70

1.1.1.2

op maandag tot en met vrijdag 18.00 uur - 22.00 uur:

€ 686,40

1.1.1.3

op zaterdag en zondag:

€ 686,40

1.1.1.4

In afwijking van artikel 1.1.1.1 zijn geen leges verschuldigd indien het huwelijk wordt voltrokken op een door het college vastgesteld tijdstip voor kosteloze huwelijken.

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verstrekken van een (duplicaat) huwelijksboekje of voor het verstrekken van een (duplicaat) partnerschapboekje:

€ 28,20

1.1.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het benoemen van een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand, voor BABSEN die al beëdigd zijn:

€ 117,10

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het benoemen van een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand en de administratieve voorbereiding voor de beëdiging door de rechtbank:

€ 170,30

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk

€ 46,10

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,75

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,45

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,45

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 50,65

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 28,60

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 47,55

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,95

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering verhoogd met

€ 43,80

1.3.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een vermissing van het huidige rijbewijs verhoogd met

€ 10,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.0

tot het verstrekken namens de Minister van BZK van 1 uittreksel uit de basisregistratie personen via de RNI-inschrijfvoorziening aan een niet-gezetene

€ 14,50

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking (1(gezins-) uittreksel uit de basisregistratie personen):

€ 14,50

1.4.2.1.2

Indien de aanvraag als bedoeld in artikel 1.4.2.1 via internet wordt gedaan, bedraagt het tarief:

€ 12,50

1.4.2.2

tot het verstrekken van daartoe geschikte opgaven voor publicatie van geboorten, huwelijksaangiften, voltrokken huwelijken, partnerschapsregistraties en sterfgevallen bij afsluiten van een:

1.4.2.2.1

maandabonnement

€ 88,00

1.4.2.2.2

jaarabonnement

€ 878,60

1.4.2.3.1

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50

1.4.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot afgifte van alle overige verklaringen omtrent personen, voor zover in deze verordening niet anders is bepaald:

€ 14,50

1.4.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de verstrekking van een afschrift van een persoonslijst:

€ 14,50

1.4.5

Inlichtingen uit de basisregistratie personen en inlichtingen en uittreksels uit de registers van de burgerlijke stand, die de pensioenuitvoerder nodig heeft met het oog op de uitvoering van zijn taak, zijn vrij van leges

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het kiezersregister

gereserveerd

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

gereserveerd

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een gedrukt stuk, voor zover daaromtrent geen andere bepalingen zijn opgenomen, per pagina

€ 0,30

met een minimum van

€ 3,80

en een maximum van

€ 22,80

1.7.1.2

het gemeenteblad per pagina

€ 0,20

met een minimum van

€ 3,80

1.7.1.3

de stukken, bestemd om in een openbare vergadering van de gemeenteraad te worden behandeld en/of het raadsverslag, met uitzondering van de stukken, genoemd in onderdeel 1.7.2, per vergadering

€ 9,80

1.7.1.4

een bouwverordening (inclusief toelichting) als bedoeld in artikel 2 van de Woningwet

€ 63,50

1.7.1.5

een brandbeveiligingsverordening

€ 53,80

1.7.1.6

Algemeen plaatselijke verordening

€ 34,70

1.7.2

Voor de gedrukte stukken, bedoeld in de artikelen 190 en 197 van de Gemeentewet, wordt de prijs telkenjare door burgemeester en wethouders bepaald, met dien verstande dat deze per pagina niet hoger is dan 

€ 0,10

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Kadastrale stukken

1.8.1

Het tarief bedraagt voor:

1.8.1.1

het in behandeling nemen van een op verzoek tot het doornemen van

de kadastrale registratie voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,80

1.8.1.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie uit de kadastrale kaart desgewenst met inbegrip van een kopie (A4 of A3 formaat)

€ 9,80

1.8.1.3

voor elke volgende kopie (A4 of A3 formaat)

€ 9,80

Geografische informatie

1.8.2

Het tarief bedraagt voor:

1.8.2.1

het in behandeling nemen van een op verzoek tot het doornemen van

€ 9,80

een luchtfoto, cyclomedia of hoogtemerkennet voor ieder daaraan

besteed kwartier

1.8.2.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie van een luchtfoto, cyclomedia of hoogtemerkennet desgewenst met inbegrip van een kopie (A4 of A3 formaat)

€ 9,80

1.8.2.3

voor elke volgende kopie (A4 of A3 formaat)

€ 9,80

Publiekrechtelijke beperkingen

1.8.3

Het tarief bedraagt voor:

1.8.3.1

het verstrekken van afschriften m.b.t. actuele informatie over publiekrechtelijke beperkingen

€ 14,70

1.8.3.2

Het uitvoeren van historisch onderzoek voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,80

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen

€ 41,35

1.9.2

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 14,54

1.9.3

tot het verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap

€ 14,54

1.9.4

tot het verstrekken van iedere andere verklaring omtrent een bepaalde persoon

€ 14,54

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 11,70

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 4,40

met een minimum per af te geven stuk van

€ 7,00

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 4,40

met een minimum per af te geven stuk van

€ 7,00

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,20

1.11.2

tot indeling in een urgentiecategorie als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,20

Hoofdstuk 12 Leegstandswet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 60,60

1.12.1.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 40,40

1.12.2

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven.

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

gereserveerd

Hoofdstuk 14 Standplaatsen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.14.1

om plaatsing op de wachtlijst voor aanvragen commerciële standplaatsen als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 29,90

1.14.2

voor verlenging van de plaatsing op de wachtlijst voor aanvragen commerciële standplaatsen als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 15,20

1.14.3

voor het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van een incidentele commerciële standplaats op basis van artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 42,70

1.14.4

voor het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van een vaste commerciële standplaats op basis van artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 101,40

Hoofdstuk 15 Winkeltijden

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een avond- of nachtwinkel

€ 281,20

Hoofdstuk 16 Wet op de kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van 4 jaar

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van 4 jaar, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 44,30

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

1.17.1

Voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van

uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.2, derde lid van de Telecommunicatiewet en artikel 8 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren:

€ 159,60

1.17.2

Indien over een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente,

andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het in onderdeel 1.17.1 genoemde bedrag verhoogd met:

€ 159,60

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.18.1

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 36,25

1.18.2

<gereserveerd>

1.18.3

in afwijking van het bepaalde in artikel 1.18.1 is het tarief voor een ontheffing om langer te mogen parkeren in een blauwe zone:

1.18.3.1

voor bezoekers voor maximaal 24 uur (zogeheten bezoekersregeling)

€ 1,00

1.18.3.2

voor een eerste ontheffing van bewoners in de blauwe zone per jaar

€ 85,80

1.18.3.3

voor een tweede ontheffing van diezelfde bewoner per jaar

€ 109,15

1.18.3.4

voor een derde ontheffing van diezelfde bewoner per jaar

€ 138,85

1.18.3.5

voor een eerste ontheffing van ondernemers in de blauwe zone per jaar

€ 360,00

1.18.3.6

voor een tweede ontheffing van diezelfde ondernemer per jaar

€ 418,35

1.18.3.7

voor een derde ontheffing voor diezelfde ondernemer per jaar

€ 486,15

1.18.3.8

Als de gemeente een verleende ontheffing als bedoeld in de onderdelen 1.18.3.2 tot en met 1.18.3.7 intrekt wegens afschaffing van het regime van de blauwe zone op de plaats waarop de ontheffing betrekking heeft, bestaat aanspraak op teruggaaf van zoveel twaalfde gedeelten van de geheven leges als dat er volle kalendermaanden zijn sinds de afschaffing van het regime van de blauwe zone.

1.18.4

een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), waarbij:

1.18.4.1

een medische keuring noodzakelijk is

€ 113,90

1.18.4.2

geen medische keuring noodzakelijk is

€ 27,10

1.18.4.3

een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart zoals bedoeld in de artikelen 1.18.4.1 en 1.18.4.2

€ 27,10

1.18.5

een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) voor het bestuur van een instelling als bedoeld in artikel 8 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (I-kaart)

€ 39,10

1.18.6

een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats nabij de woning dan wel het  verplaatsen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 212,30

1.18.6.1

het wijzigen van een kenteken op het bord ten behoeve van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 20,70

1.18.7

overeenkomstig het artikel 1.18.4.1 geheven bedrag, wordt indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat de medische keuring heeft plaatsgevonden het bedrag terugbetaald

1.18.8

een beschikking ingevolge de Wet personenvervoer, indien deze beschikking voor de aanvrager, dan wel voor diegene ten behoeve van wie de aanvraag is ingediend, gunstig is

€ 29,30

1.18.9

een ontheffing als bedoeld in artikel 5.2 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 26,10

1.18.10

een vergunning als bedoeld in artikel 4.13 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 62,50

1.18.11

een ontheffing op basis van artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs)

€ 122,20

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.19.1.1

een afdruk, fotokopie van een tekening of een ingescand document

per 1 m2 oppervlakte

€ 15,20

op A3-formaat

€ 7,60

1.19.1.2

zwart/wit fotokopieën van schriftelijke stukken, vervaardigd op grond van een verzoek ingevolge artikel 1 van de Wet openbaarheid van bestuur per pagina (op papier van A4 of A3 formaat)

€ 0,21

1.19.1.3

kleuren fotokopieën van schriftelijke stukken, vervaardigd op grond van een verzoek ingevolge artikel 1 van de Wet openbaarheid van bestuur per pagina (op papier van A4 of A3 formaat)

€ 0,32

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot ontheffing als bedoeld in artikel 4.6 van de Algemene Plaatselijke Verordening (geluidhinder)

€ 28,70

1.19.2.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing of vergunning op basis van de Havenverordening

€ 42,70

1.19.3

Het tarief voor het verstrekken van een vervangende hondenpenning bedraagt

€ 8,00

1.19.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om bodeminformatie uit het gemeentelijk bodeminformatiesysteem betreffende de bodemgesteldheid per adres of locatie bedraagt

€ 66,80

1.19.5

Het tarief voor het in behandeling nemen van aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning als bedoeld

1.19.5.1

in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening (voorwerpen op, aan of boven de weg of op andere openbare plaatsen in strijd met de publieke functie van die weg of plaats), voor zover deze betrekking heeft op een uitstalling

€ 101,40

1.19.5.2

in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor zover deze betrekking heeft op een uitstalling van een tent van meer dan 50 m²

€ 32,10

1.19.5.3

in artikel 2:82 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 443,90

1.19.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.19.6.1

het verstrekken van een afschrift, foto of fotokopie van of uittreksels uit registers, verklaringen, akten of stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, voor elke pagina of gedeelte daarvan

€ 3,80

met een minimum per af te geven stuk van

€ 6,50

1.19.6.2

het verstrekken van afschriften, doorslagen of fotokopieën, van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

per pagina

€ 0,16

1.19.6.3

afschriften, doorslagen of fotokopieën in kleur, van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen per pagina

€ 0,27

1.19.6.4

voor het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening, indien de activiteit een commercieel oogmerk dient

€ 42,70

Indien de activiteit een ideëel oogmerk dient, is het in artikel 1.19.7 genoemde tarief van toepassing.

1,19.6.5

voor het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening ten behoeve van bouwactiviteiten

€ 42,30

1.19.7

een beschikking op aanvraag, hieronder begrepen een niet geheel afwijzende beschikking, vergunning, ontheffing of verklaring, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 10,30

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

A. Uitgangspunten “standaard” bouwwerken:

Bij het berekenen van de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt voor in onderstaande tabel genoemde bouwwerken voor de legesbepaling het legesbedrag afgeleid van de kubieke meters of de oppervlakte berekend volgens NEN 2580 (oppervlakte- en inhoudsberekening bouwwerken) vermenigvuldigd met de in onderstaande tabel naar de aard van het bouwwerk opgenomen standaardbouwkosten exclusief BTW:

BOUWKOSTEN

Woningen :

Rijtjeswoningen

€ 200,= per m3

Twee onder één kapwoningen

€ 225,= per m3

Vrijstaande woning tot en met 600 m3

€ 260,= per m3

Vrijstaande woning > 600 m3

€ 290,= per m3

Appartement, één of meer bouwlagen

€ 260,= per m3

II. Bijgebouwen bij woningen:

Latere aanbouw zoals een erker

€ 350,= per m3

Garage / berging / tuinhuisje

Hout

€ 95,= per m3

 

Halfsteens met plat dak

€ 125,= per m3

 

Halfsteens met kap

€ 135,= per m3

 

Spouw met plat dak

€ 150,= per m3

 

Spouw met kap

€ 170,= per m3

Dakkapel

 

€ 1.000,= per m breedte

Carport

 

€ 150,= per m2

Schuttingen en hekwerken

 

€ 100,= per m1

III. Agrarische bouwwerken:

1. Stallen

€ 43,= per m3

2. Werktuigberging / schuur Damwandprofiel

€ 25,= per m3

3. Werktuigberging / schuur Metselwerk

€ 48,= per m3

4. Mestkelders onder de stallen

€ 83,= per m3

5. Kassen

€ 31,= per m2

IV. Niet agrarische bouwwerken:

1a. Opslagloodsen plaatstaal damwandprofiel

€ 19,= per m3

1b. Opslagloodsen metselwerk

€ 52,= per m3

2. Kantoren / showroom / winkel / horeca

€ 273,= per m3

3. Scholen / sporthal / verkoophal (grootschalige detailhandels vestiging)

€ 258,= per m3

4. Noodschool / kleedgebouw (sportvereniging) / semipermanente unit

€ 185,= per m3

5a. Industriehal plaatstaal geïsoleerd

€ 62,= per m3

5b. Industriehal metselwerk

€ 105,= per m3

B. Uitgangspunt “niet-standaard” bouwwerken:

Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel Bouwkosten zijn genoemd worden de bouwkosten (exclusief BTW) als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan de aan een derde te betalen aanneemsom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de “Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) van het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de aan een derde te betalen bouwkosten berekend op de wijze als bedoeld in normblad NEN 2699, uitgave 2013, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd (exclusief BTW).

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.4

Conceptaanvraag: voordat een aanvraag wordt ingediend tot het verlenen van een vergunning om een bouwwerk te bouwen, kan aan de hand van een schetsplan worden gevraagd naar het oordeel van het bevoegd gezag omtrent de kans op het verlenen van een vergunning voor het bouwen van een, op basis van dat schetsplan, uitgewerkt bouwplan.

2.1.1.5

Moment van indienen: voor de aanvrager is een ontvangstbevestiging aangemaakt waarin vermeld staat dat de aanvraag ontvangen is en geregistreerd

2.1.1.6

Perceel: Het gebied waarop de (partiële) herziening /wijziging van het bestemmingsplan betrekking heeft

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag vanaf het moment van indienen:

2.2.1

tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a of c, van de Wabo (Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor een op basis van een concept aanvraag uitgewerkt plan in behandeling wordt genomen, worden de daarvoor geheven leges, indien de aanvrager en locatie hetzelfde zijn, met deze leges verrekend):

€ 234,00

2.2.2

vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, zijn geen kosten verbonden.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning vanaf het moment van indienen voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2,67%

van de bouwkosten als bedoeld in artikel 2.1.1.2 met een minimum van

€ 234,00

en een maximum van

€ 750.000,00

Extra welstandstoets

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€ -

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 319,00

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in deze titel bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

10%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een minimum van

€ 53,20

en een maximum van

€ 1.064,00

Anders dan via het Omgevingsloket online (OLO) ingediende aanvraag

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in artikel 2.3 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag niet wordt ingediend via het omgevingsloket online, maar op papier

€ 85,00

Aanlegactiviteiten

2.3.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 349,00

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

2.3.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking ):

€ 204,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking en tijdelijke afwijking):

indien de bouwkosten niet meer dan € 100.000,- bedragen, bedraagt het tarief

€ 204,00

indien de bouwkosten meer dan € 100.000 bedragen, bedraagt het tarief

€ 4.545,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

indien de bouwkosten niet meer dan € 100.000,- bedragen, bedraagt het tarief

€ 4.545,00

indien de bouwkosten meer dan € 100.000 bedragen, bedraagt het tarief

€ 14.132,00

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 204,00

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 349,00

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 349,00

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 204,00

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, evenals indien er wel sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, maar hiervoor op grond van het bepaalde in artikel 2 of 3 van het Besluit omgevingsrecht geen vergunning vereist is:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 204,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking en tijdelijke afwijking):

indien de bruto-oppervlakte niet meer dan 1.500 m2 bedraagt:

€ 204,00

indien de bruto-oppervlakte meer dan 1.500 m2 bedraagt:

€ 4.545,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 14.132,00

indien van gemeentewege een ruimtelijke onderbouwing dient te worden opgesteld (exclusief uit te voeren onderzoeken) wordt het legesbedrag verhoogd met:

€ 10.932,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 2.525,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 204,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 349,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 349,00

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 204,00

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 260,00

Dit bedrag wordt als volgt verhoogd voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580

0 tot en met 100 m² met een vast bedrag van

€ 260,00

101 tot en met 500 m² met een vast bedrag van

€ 124,55

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 1,37

501 tot en met 1000 m² met een vast bedrag van

€ 399,15

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,82

1001 tot en met 1500 m² met een vast bedrag van

€ 569,45

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,63

1501 tot en met 2500 m² met een vast bedrag van

€ 1.003,70

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,34

meer dan 2500 m² met een vast bedrag van

€ 1.292,15

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,22

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2014 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 9, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 0,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 0,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de in het bestemmingsplan aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 9, derde lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 0,00

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 204,00

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

gereserveerd

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 349,00

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 3 van de Bomenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 35,00

2.3.10.a

Handelsreclame

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.10a.1

indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h, van de Wabo:

€ 117,00

2.3.10a.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame aan de onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder i, van de Wabo:

€ 117,00

2.3.11

Opslag van roerende zaken

gereserveerd

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 204,00

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

2.3.13.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 204,00

2.3.14

Andere activiteiten

2.3.14.1

Gereserveerd

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 245,00

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 406,00

2.3.17

Advies

2.3.17

Advies

2.3.17.1 

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

€ 204,00

2.3.17.2.1

Adviescommissie m.e.r.

Indien een wettelijk voorschrift een advies van de commissie voor de milieueffectrapportage (m.e.r.) voorschrijft en wordt afgegeven of indien een vrijwillig advies wenselijk is en wordt afgegeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.Indien deze begroting is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.17.2.2

Indien van gemeentewege een milieueffectenrapportage dient te worden opgesteld (exclusief de uit te voeren onderzoeken) bedraagt het tarief:

€ 3.535,00

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 1.155,00

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 1.155,00

Hoofdstuk 4 Vermindering

gereserveerd

Hoofdstuk 5 teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor een activiteit

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een activiteit, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7, intrekt nadat deze is ingediend bij de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het indienen ervan

75%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in indienen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken na het in indienen ervan

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.1.4

De leges voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7 worden verrekend met de leges van een eerdere ingetrokken aanvraag van een omgevingsvergunning, indien de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn en de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is. De nieuwe aanvraag dient te worden ingediend binnen twaalf maanden na de intrekking.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor een activiteit

2.5.2.1

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor een activiteit

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.3.3

De leges voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7 worden verrekend met de leges van een eerdere weigering van een omgevingsvergunning, indien de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn en de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is. De nieuwe aanvraag dient te worden ingediend binnen twaalf maanden na de weigering.

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het niet behandelen van een aanvraag omgevingsvergunning voor een activiteit

2.5.4.1

Als de gemeente een aanvraag om omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7, niet behandelt op grond van artikel 4:5 Awb, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

75%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.4.2

De leges voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 t/m 2.3.5 of 2.3.7 worden verrekend met de leges van een eerdere niet behandelde aanvraag om een omgevingsvergunning, indien de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn en de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is. De nieuwe aanvraag dient te worden ingediend binnen twaalf maanden na de het buiten behandeling laten van de eerdere aanvraag.

2.5.5

Teruggaaf als gevolg van het van rechtswege verlenen van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Indien de gevraagde vergunning niet binnen de daarvoor wettelijk gestelde termijn wordt verleend (vergunning van rechtswege), bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.6

Minimumbedrag voor teruggaaf

Het minimumbedrag voor teruggaaf is

€ 55,00

Bedragen hieronder komen niet voor teruggaaf in aanmerking

2.5.7

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van onderdeel 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

2.5.8

Geen vergunning vereist

Indien een besluit wordt genomen, dat voor de aangevraagde activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, zijn er geen leges verschuldigd.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 0,00

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 117,00

Hoofdstuk 8 Herziening of wijziging van een bestemmingsplan

(Partiële) herziening/ wijziging/ uitwerking bestemmingsplan

2.8.1

Het tarief voor een beoordeling door het college van een principeverzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen herziening, wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan in procedure zal worden gebracht bedraagt:

€ 1.866,00

Indien op het verzoek positief wordt besloten en hier een gevolg aan wordt gegeven, worden de daarvoor geheven leges, indien locatie en gevraagde ontwikkeling hetzelfde zijn, met deze leges verrekend.

Bestemmingsplan

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag/verzoek tot herziening, wijziging of uitwerking tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid en/of artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 15.287,00

2.8.3

Indien van gemeentewege een herziening, wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan dient te worden opgesteld (exclusief uit te voeren onderzoeken) wordt het legesbedrag verhoogd met:

€ 14.310,00

2.8.4

teruggaaf

2.8.4.1

Als een aanvrager zijn aanvraag om herziening, wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan als bedoeld in onderdeel 2.8.2 intrekt, nadat deze is ingediend bij de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het indienen ervan

100%

van de verschuldigde leges als bedoeld in artikel 2.8.2.

indien de aanvraag wordt ingetrokken na de termijn van 4 weken na het indienen ervan

25%

van de verschuldigde leges als bedoeld in artikel 2.8.2.

2.8.4.2

Indien een aanvraag/verzoek tot herziening, wijziging of uitwerking tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid en/of artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening wordt geweigerd, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges als bedoeld in artikel 2.8.2. De teruggaaf bedraagt:

25%

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Vervallen

Hoofdstuk 10 Overig/administratief

2.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit) waarvoor een vergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 2.5.8, 2.5.14, 2.5.28 en 2.5.29 van de Bouwverordening wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:

€ 204,00

2.10.2

Indien de aanvraag in de zin van subonderdelen 2.8.2 en 2.8.3 (bestemmingsplan) of de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1. (bouwactiviteit) of 2.3.3.2 (buitenplanse kleine afwijking en tijdelijke afwijking) of 2.3.3.3 (buitenplanse afwijking bij bouwactiviteit), waarbij uitsluitend ten behoeve van die aanvraag tevens een procedure tot vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder moet worden toegepast, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in voornoemde subonderdelen, verhoogd met:

€ 1.749,00

2.10.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit), waarvoor een bouwveiligheidsplan als bedoeld in artikel 2.7 lid a van de Ministeriële regeling omgevingsrecht door de aanvrager ingediend moet worden, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:

€ 237,00

2.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende vergunning of ontheffing als bedoeld in titel 2 van deze tarieventabel

€ 117,00

2.10.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 117,00

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Drank- en Horecawet

3.1.1

Het tarief bedraagt voor:

3.1.1.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet en als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening bij een oppervlakte van de inrichting:

van 0 tot en met 50 m2

€ 444,00

van 51 tot en met 75 m2

€ 505,00

van 76 tot en met 100 m2

€ 696,00

van 101 tot en met 150 m2

€ 858,00

van 151 tot en met 200 m2

€ 1.100,00

van 201 tot en met 300 m2

€ 1.265,00

van 301 tot en met 500 m2

€ 1.646,00

van 501 tot en met 1000 m2

€ 1.898,00

van 1001 tot en met 2000 m2

€ 2.530,00

meer dan 2000 m2

€ 3.796,00

3.1.1.1a

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:28, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening, als voor de betreffende horeca-inrichting geen vergunning nodig is als bedoeld in de Drank- en Horecawet

€ 444,00

3.1.1.2

het gelijktijdig in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging in de omschrijving van een vergunning als bedoeld in artikel 2:28 Algemene Plaatselijke Verordening en als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet (wijziging oppervlakte horecabedrijf / uitbreiding, wijziging sluitingsuur) met uitzondering van wijziging bedrijfsvoering

€ 152,00

3.1.1.3

het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging in de omschrijving van één van de in onderdeel 3.1.1.2 genoemde vergunningen

€ 152,00

3.1.1.4

Het afgeven van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet en als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening indien er alleen sprake is van een wijziging van een leidinggevende, per leidinggevende

€ 63,00

3.1.1.5

Het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 60,50

3.1.2

Als een aanvraag voor een vergunning genoemd in dit hoofdstuk buiten behandeling wordt gelaten wordt in rekening gebracht

€ 152,00

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

3.2.1.1

een vergunning tot het houden van een evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

3.2.1.1.1

indien het een evenement betreft dat moet worden beschouwd als een evenement van de risicocategorie B op basis van de in de Handreiking Veiligheid en Gezondheid bij grootschalige publieksevenementen in Twente

€ 151,00

3.2.1.1.2

indien het een evenement betreft dat moet worden beschouwd als een evenement van de risicocategorie C op basis van de in de Handreiking Veiligheid en Gezondheid bij grootschalige publieksevenementen in Twente

€ 285,00

3.2.1.2

een vergunning tot het houden van een voetbalwedstrijd als bedoeld in artikel 2:26a van de Algemene Plaatselijke Verordening:

3.2.1.2.1

indien de aanvraag betrekking heeft op meerdere wedstrijden

€ 130,00

3.2.1.2.2

indien de aanvraag betrekking heeft op één wedstrijd

€ 14,10

3.2.2

Indien ingevolge de wet, verordening of ander voorschrift bij de hier bedoelde uitvoeringen de aanwezigheid van een of meer brandwachten bedoelde uitvoeringen de aanwezigheid van een of meer brandwachten wordt vereist, wordt het tarief verhoogd per brandwacht en per uur met

€ 28,40

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.3.1.1

om een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening dan wel artikel 3:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening bij een oppervlakte van de inrichting:

van 0 tot en met 50 m2

€ 661,00

van 51 tot en met 75 m2

€ 989,00

van 76 tot en met 100 m2

€ 1.319,00

van 101 tot en met 150 m2

€ 1.649,00

van 151 tot en met 200 m2

€ 1.979,00

van 201 tot en met 300 m2

€ 2.640,00

van 301 tot en met 500 m2

€ 3.298,00

van 501 tot en met 1000 m2

€ 3.958,00

van meer dan 1000 m2

€ 4.618,00

3.3.1.2

tot wijziging van de leidinggevende van de in 3.3.1.1 bedoelde inrichting

€ 244,00

3.3.2

Het in artikel 3.3.1.1 bedoelde recht wordt verhoogd indien uit de aanvraag om vergunning blijkt dat de inrichting op enig moment geopend is van 00.00 uur tot:

01.00 uur met

€ 255,00

02.00 uur met

€ 506,00

03.00 uur met

€ 1.016,00

04.00 uur met

€ 1.270,00

3.3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging van het sluitingsuur van 00.00 uur naar:

01.00 uur

€ 255,00

02.00 uur

€ 506,00

03.00 uur

€ 1.137,00

04.00 uur

€ 1.270,00

3.3.4

Als een aanvraag voor een vergunning genoemd in dit hoofdstuk buiten behandeling wordt gelaten wordt in rekening gebracht

€ 152,00

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.4.1

tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,00

3.4.2

tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,00

3.4.3

tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,00

3.4.4

tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

€ 222,00

3.4.5

tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 222,00

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

3.5

gereserveerd

Hoofdstuk 6 Brandveiligheid

3.6.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het in gebruik hebben of houden van inrichtingen zoals bedoeld in artikel 2.1.1. lid 1-A,C,D van de Brandbeveiligingsverordening bedraagt

Artikel 2 lid 1 onder a betreft het tegelijkertijd aanwezig zijn van meer dan 50 personen. Artikel 2 lid onder b betreft het aan meer dan 10 personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf verschaffen. Artikel 2 lid 1 onder c betreft het verschaffen van dagverblijf aan meer dan 10 personen jonger dan 12, of meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen.

van 0 tot 100 m2 met een vast bedrag van

€ 251,30

van 101 tot 500 m2 met een vast bedrag van

€ 120,00

vermeerderd met een bedrag per m2 oppervlakte van

€ 1,32

van 501 tot 1.000 m2 met een vast bedrag van

€ 386,50

vermeerderd met een bedrag per m2 oppervlakte van

€ 0,77

van 1.001 tot 1.500 m2 met een vast bedrag van

€ 560,00

vermeerderd met een bedrag per m2 oppervlakte van

€ 0,61

van 1.501 tot 2.500 m2 met een vast bedrag van

€ 970,10

vermeerderd met een bedrag per m2 oppervlakte van

€ 0,33

meer dan 2.500 m2 met een vast bedrag van

€ 1.249,55

vermeerderd met een bedrag per m2 oppervlakte van

€ 0,21

3.6.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.11.1 lid 1 A en B van het Besluit brandveiligheid bouwwerken en in artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening voor het in gebruik hebben of houden van een inrichting voor de maximale duur van 30 dagen bedraagt voor inrichtingen met een oppervlakte van

van 0 tot 100 m² een vast bedrag van

€ 62,15

van 101 tot 500 m² een vast bedrag van

€ 92,10

van 501 tot 1.000 m² een vast bedrag van

€ 185,35

van 1.001 tot 1.500 m² een vast bedrag van

€ 278,65

van 1.501 tot 2.500 m² met een vast bedrag van

€ 465,10

van 2.500 tot 5.000 m² een vast bedrag van

€ 837,00

voor oppervlakte van meer dan 5.000 m² wordt voor elke 2500m² of een gedeelte daarvan het bedrag vermeerderd met

€ 233,10

3.6.3

Overschrijving

Ingevolge de voorwaarde in de gebruiksvergunning kan degene op wiens naam de vergunning is gesteld of de rechtsverkrijgende, om overschrijving op naam van een ander dan degene op wiens naam de vergunning is gesteld verzoeken, voor zover er geen wijzigingen zijn opgetreden in het gebruik van de inrichting of de inrichting zelf niet gewijzigd is. Dit betreft inrichtingen als bedoeld in:

Artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot overschrijving bedraagt:

3.6.3.1

indien het alleen een wijziging van de tenaamstelling betreft, waarbij er sprake is van een administratieve handeling (dossier aanvullen, brief opstellen en verzenden en dergelijke)

€ 112,30

3.6.4

Bij een uitbreiding van het bouwwerk, waarbij geen wijzigingen zijn opgetreden in het gebruik van het oorspronkelijke bouwwerk of het bouwwerk zelf niet gewijzigd is vindt de berekening plaats conform de tarieven zoals opgenomen in artikel 3.6.1 en 3.6.2 ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van vergunning voor het in gebruik hebben of houden van bouwwerken, waarbij alleen leges worden berekend over het aantal m2 van de uitbreiding.

3.6.5

Bij een wijziging van het bestaande- en/of een uitbreiding van het bouwwerk, waarbij de wijziging van de oppervlakte meer bedraagt dan 50% van de oorspronkelijke oppervlakte, vindt de berekening plaats conform de tarieven zoals opgenomen in artikel 3.6.1 en 3.6.2

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

3.7.1.1

een verzoek als bedoeld in artikel 5:32, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 61,15

3.7.2.2

Het verstrekken van een beschikking op aanvraag, hieronder begrepen een niet geheel afwijzende beschikking, vergunning of verklaring, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen.

€ 9,80

Ondertekening

Behoort bij besluit van de raad van 3 november 2016,

De raadsgriffier van Almelo,

drs. C.M. Steenbergen