Regeling vervallen per 01-01-2020

Uitvoeringsbesluit behorend bij de Verordening Naamgeving en Nummering 2015 Alphen aan den Rijn

Geldend van 01-04-2015 t/m 31-12-2019

Intitulé

Uitvoeringsbesluit behorend bij de Verordening Naamgeving en Nummering 2015 Alphen aan den Rijn

Het college van burgemeester en wethouders

Gelet op artike 6 van de Verordening Naamgeving en Nummering 2015 Alphen aan den Rijn;

B E S L U I T vast te stellen het volgende:

Uitvoeringsbesluit behorend bij de Verordening Naamgeving en Nummering 2015 Alphen aan den Rijn

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze uitvoeringsbesluit (en de daarop berustende bepalingen) wordt verstaan onder:

  • a.

    Adres: door het college aan een verblijfsobject, een standplaats of een ligplaats toegekende benaming zoals bedoeld in artikel 1, onder a, van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen (BAG) bestaande uit een combinatie van de naam van een openbare ruimte, een nummeraanduiding en de naam van een woonplaats;

  • b.

    Adresseerbaar object: een verblijfsobject, ligplaats of standplaats;

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alphen aan den Rijn;

  • d.

    Ligplaats: door het college als zodanig aangewezen plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, die is bestemd voor het permanent afmeren van een voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikt vaartuig zoals bedoeld in artikel 1, onder k, van de Wet BAG;

  • e.

    Naambord: bord met een of meer door het college toegekende namen aan een woonplaats, stadsdeel, buurtcombinatie, buurt of openbare ruimte;

  • f.

    NEN: de door Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van deze uitvoeringsvoorschriften;

  • g.

    Nummeraanduiding: door het college als zodanig toegekende aanduiding van een verblijfsobject, een standplaats of een ligplaats zoals bedoeld in artikel 1, onder l, van de Wet BAG;

  • h.

    Openbare ruimte: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorziene buitenruimte die binnen één woonplaats is gelegen zoals bedoeld in artikel 1, onder n, van de Wet BAG;

  • i.

    Pand: kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is zoals bedoeld in artikel 1, onder o, van de Wet BAG;

  • j.

    Standplaats: door het college als zodanig aangewezen terrein of een gedeelte daarvan dat is bestemd voor het permanent plaatsen van een niet direct en duurzaam met de aarde verbonden en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte ruimte zoals bedoeld in artikel 1, onder p, van de Wet BAG;

  • k.

    Verblijfsobject: de kleinste binnen één of meerdere panden gelegen en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik die ontsloten wordt via een eigen afsluitbare toegang vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte, die onderwerp kan zijn van goederenrechtelijke rechtshandelingen en in functioneel opzicht zelfstandig is zoals bedoeld in artikel 1, onder q, van de Wet BAG;

  • l.

    Veldnaam: naam van gebruikskavel, onland, waterloop of opvallende plek in het landschap die werd gebruikt om de plek te kunnen onderscheiden, vóór het instellen van het kadaster vanaf 1832, en waaraan de historie van het landschap valt af te lezen;

  • m.

    Verordening: Verordening naamgeving en nummering 2015 - Alphen aan den Rijn.

HOOFDSTUK 2. NAAMGEVING

Artikel 2 Namen

Bij het doen van voorstellen met betrekking tot de naamgeving van delen van de openbare ruimte gelden de navolgende criteria:

  • 1.

    Nieuwe namen worden zo veel mogelijk ontleend aan:

    • a.

      algemeen bekende, vertrouwde en concrete zaken uit de natuur en het leven;

    • b.

      overgeleverde veldnamen;

    • c.

      plaatselijk gebonden persoonlijkheden die langer dan 10 jaar geleden zijn overleden;

    • d.

      plaatselijke gebeurtenissen welke langer dan 10 jaar geleden plaatsgevonden.

  • 2.

    In de volgende gevallen kan worden afgeweken van voorwaarden voor het vernoemen van personen, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub c van dit uitvoeringsbesluit:

    • a.

      leden van het Koninklijk Huis kunnen bij leven vernoemd worden;

    • b.

      oud-burgemeesters van de gemeenten waaruit de gemeente Alphen aan den Rijn is ontstaan, kunnen direct na overlijden vernoemd worden;

    • c.

      plaatselijk gebonden persoonlijkheden die geen 10 jaar zijn overleden kunnen vernoemd worden als zij voor gemeente Alphen aan den Rijn een bijzondere maatschappelijke, culturele of sociale betekenis hadden;

    • d.

      personen die meer dan 10 jaar zijn overleden maar niet plaatselijk gebonden kunnen vernoemd worden als zij internationaal, nationaal of regionaal een bijzondere maatschappelijke, culturele of sociale betekenis hadden;

    • e.

      te vernoemen persoonlijkheden dienen van onbesproken gedrag te zijn, indien nodig wordt dit onderzocht.

  • 3.

    Voor een goede vindbaarheid en ter vermijding van verwarring wordt bij voorkeur gekozen voor:

    • a.

      het toepassen van namen met een bepaalde onderlinge verwantschap voor grotere stedenbouwkundige eenheden, zoals bedrijventerreinen en woonwijken;

    • b.

      unieke namen, die geen klankovereenkomst, gelijkluidendheid of verwantschap van begrip opleveren met reeds bestaande straatnamen in de gemeente;

    • c.

      gemakkelijk en ongedwongen uit te spreken namen;

    • d.

      een schrijfwijze, waarvan de eerste letter van de naam met een hoofdletter begint;

    • e.

      het vermijden van wijzigen van de bestaande naamgeving van de openbare ruimte.

  • 4.

    Voor een goede vindbaarheid en ter vermijding van verwarring worden buitenlandse namen, namen die langer zijn dan 80 karakters en afkortingen in de naam vermeden. Tot slot dient er terughoudendheid te zijn met voornamen, voorletters en titels bij personen. Waar nodig vindt hoogstens vermelding van waardigheden of ambten plaats.

Artikel 3 Specifieke richtlijnen voor vaststelling van namen

  • 1. Gebruikte achtervoegsels als straat, pad, laan e.d. sluiten aan bij de betekenis en uitstraling van de benoemde openbare ruimte.

  • 2. In de schrijfwijze van de naam wordt, ook bij historische namen, de moderne spelling gebruikt.

  • 3. Bij vernoeming van personen, gebeurtenissen of veldnamen kan een verklarende tekst (onderschrift) worden vastgesteld, die op minimaal één straatnaambord wordt vermeld.

  • 4. Bij het afkorten van straatnamen wordt gebruik gemaakt van de BOCO-norm die voorgeschreven wordt door de Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR) van het Ministerie van BZK.

Artikel 4 Richtlijnen voor het consulteren van de bevolking bij naamgeving

Bij het toekennen van namen aan openbare ruimten, in de vorm van sportparken en recreatiegebieden, gemeentelijke panden of thema’s voor straatnamen kan het college besluiten de bevolking te consulteren.

HOOFDSTUK 3. NUMMERING

Artikel 5 Toekennen van nummers

  • 1. Het college kent nummers toe aan verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen en kan deze wijzigen of intrekken.

  • 2. Een nummer bestaat uit één of meer Arabische cijfers al dan niet met toevoeging van een letter en als dat noodzakelijk is gevolgd door een toevoeging.

  • 3. Het toekennen van nummers geschiedt uiterlijk binnen vier werkdagen na verlening van de omgevingsvergunning (Wet BAG).

  • 4. Het toekennen van nummers kan ook geschieden op verzoek van een belanghebbende of na eigen waarneming indien het te adresseren object voor nummering in aanmerking komt.

Artikel 6 Wijze van nummering

  • 1. De toekenning van nummers geschiedt zoveel mogelijk overeenkomstig systeem B uit de Nederlandse norm NEN 1773, uitgave 1983.

  • 2. Vanuit de beginpunten van de straat gezien wordt de rechterzijde van de straat van een even en de linkerzijde van een oneven nummering voorzien.

  • 3. Indien toepassing van deze regels leidt tot inconsistente adressering in relatie tot de overige adressering in de straat of omgeving, kan hiervan worden afgeweken.

HOOFDSTUK 4. WIJZIGING VAN NAMEN EN NUMMERS

Artikel 7 Wijziging van namen en nummers

  • 1. Bestaande namen en nummers kunnen in de volgende gevallen worden gewijzigd:

    • a.

      als door wettelijk geregelde grenswijziging, grenscorrectie of gemeentelijke herindeling één of meer identieke adressen ontstaan;

    • b.

      als nieuwe nummers niet op een juiste en logische wijze kunnen worden toegekend;

    • c.

      als de vindbaarheid van één of meer objecten door vernummering beter gewaarborgd wordt;

    • d.

      bij vernummering wordt rekening gehouden met het aantal te vernummeren objecten in relatie tot het aantal nieuw te nummeren objecten.

  • 2. Tijdens de overgangstermijn worden zo nodig nummerverwijsborden aangebracht als blijkt dat tot het moment van het van kracht worden van de vernummering de vindbaarheid niet gewaarborgd is.

HOOFDSTUK 5. TECHNISCHE UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN

Artikel 8 Nummerplaten (bij nieuwbouw of splitsing)

  • 1.

    Een nummerplaat moet voldoen aan de daarvoor vastgestelde NEN-norm 1774 voor wat betreft de functionele eisen ten aanzien van afmetingen, uitvoering, constructie, kleur en lichttechnische eigenschappen van de toegepaste materialen.

  • 2.

    De plaatsing van een nummerdrager moet voldoen aan de daarvoor vastgestelde NEN-norm 1773.

  • 3.

    Bij vervanging van nummeraanduidingen door de rechthebbende zijn geen uitvoeringsvoorschriften opgenomen inzake de bij het aanbrengen van de nummerdragers te gebruiken materialen. Volstaan is met de vermelding dat de nummering goed duidelijk zichtbaar dient te zijn vanaf de openbare weg en er een goed kleurverschil is tussen de ondergrond en de nummerdrager zelf.

Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 10 februari 2015

de secretaris, de burgemeester,