Subsidieverordening energiebesparing bestaande woningen Alphen aan den Rijn

Geldend van 10-04-2019 t/m heden

Intitulé

Subsidieverordening energiebesparing bestaande woningen Alphen aan den Rijn

De raad van de gemeente Alphen aan den Rijn;

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

B E S L U I T vast te stellen de volgende:

Subsidieverordening energiebesparing bestaande woningen Alphen aan den Rijn

1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

a) Asv 2014: Algemene subsidieverordening Gemeente Alphen aan den Rijn 2014;

b) Awb: Algemene wet bestuursrecht;

c) Bestaande woningen: een voor bewoning bestemd gebouw, dat ook permanent bewoond wordt en opgeleverd is vóór aanvraag van de subsidie;

d) College: het College van Burgemeester en Wethouders van Gemeente Alphen aan den Rijn;

e) Energieadvies op maat: een deskundig energieadvies van een erkend energieadviseur. Het advies geeft aan welke energiebesparende en andere maatregelen getroffen kunnen worden, die de woning voorbereiden naar een aardgasvrije en energieneutrale gebouwde omgeving. Het advies betreft investeringen, terugverdientijden, financieringsmogelijkheden en juridische aspecten die van belang zijn voor verduurzaming van monumentale woningen;

f) Lage temperatuur afgiftesysteem: vloer of wandverwarming, LT-radiatoren, LT-convectoren of LT luchtverwarming waarbij de maximale aanvoertemperatuur 55 oC is;

g) Monumenten glas: vensterglas met als voornaamste functie een isolerende werking, zonder de uitstraling van een monument negatief te beïnvloeden;

h) Monumentale woning: een woning die op grond van de geldende regelgeving als een gemeentelijk monument of een rijksmonument geldt;

i) Nieuwbouw: woningen die opgeleverd zijn na 1 januari 2015. Indien er sprake is van uitbouw van een woning, geldt de uitbouw als zijnde nieuwbouw;

j) Rd-waarde: warmteweerstand van isolatiemateriaal uitgedrukt in m2 K/W;

k) U-waarde: warmtedoorgangscoëfficiënt van glas, uitgedrukt in W/m² K;

l) Subsidieplafond: de maximaal beschikbare subsidie ter uitvoering van deze verordening;

m) Woning: zelfstandige woonruimte die beschikt over eigen toegang, eigen keuken, douche en wc. De woonruimte moet kadastraal gelegen zijn in de gemeente Alphen aan den Rijn.

Artikel 2 Van toepassing zijnde regelgeving

1. De Asv 2014 is van toepassing tenzij daarvan in deze regelgeving uitdrukkelijk wordt afgeweken.

2. De subsidies die op grond van deze verordening worden verstrekt, zijn eenmalige subsidies, zoals bedoeld in artikel 1, aanhef en onder e, van de Asv 2014.

2. Subsidieprogramma

Artikel 3 Doel

Het doel van deze verordening is het stimuleren van woningeigenaren van bestaande woningen energiebesparende maatregelen aan hun woning te treffen, die direct een CO2-reductie opleveren of die nodig zijn om woningen aardgasvrij te maken.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

1. Subsidie kan uitsluitend worden verleend voor de volgende maatregelen:

a. het aanbrengen van dak-, gevel- of vloerisolatie met een Rd-waarde van minimaal 3,5 m2 K/W;

b. het aanbrengen van spouwmuurisolatie met een Rd-waarde van minimaal 1,1 m2 K/W;

c. het vervangen van bestaand glas door HR++-glas of HR+++-glas met een U-waarde van maximaal 1,2 W/m2K;

d. het installeren van een lage temperatuur afgiftesystemen;

e. het loskoppelen van de woning van het gasnet bij de beheerder.

2. Indien er sprake is van een monumentale woning geldt:

a. bij het aanbrengen van dak- en gevelisolatie een Rd-waarde van minimaal 1,3 m2 K/W;

b. bij het vervangen van bestaand glas door monumentaal glas een U-waarde van maximaal 3,0 W/m2K;

c. bij het vervangen van bestaand glas door voorzetramen een U-waarde van maximaal 1,2 W/m2/K, met kierdichting aan de binnenzijde.

Artikel 5 Energieadvies op maat bij monumentale woningen

1. Indien er sprake is van een monumentale woning is het laten uitvoeren van één energieadvies subsidiabel.

2. De gemeente subsidieert maximaal € 200,- per energieadvies.

3. De meerkosten komen voor rekening van de aanvrager.

Artikel 6 Criteria voor de aanvrager

Subsidie kan uitsluitend verleend worden aan een natuurlijk persoon welke geldt als eigenaar-bewoner van een woning zoals bedoeld in artikel 1 sub m.

Artikel 7 Aanvraag

1. Een subsidieaanvraag wordt schriftelijk ingediend conform het beschikbaar gestelde aanvraagformulier.

2. Per woning kunnen meerdere subsidieaanvragen worden ingediend. Het maximum zoals opgenomen in artikel 9 lid 1 geldt voor alle aanvragen gezamenlijk.

3. Bij de subsidieaanvraag worden in ieder geval de volgende stukken overgelegd:

a. Het beschikbaar gestelde aanvraagformulier;

b. Opgevraagde offertes voor de uit te voeren maatregelen;

c. Betaalbewijs of kopie van de bankpas van de bankrekening waarop de subsidie overgemaakt dient te worden na subsidievaststelling; en

d. Eventueel andere benodigde bescheiden op verzoek van het College.

Artikel 8 Subsidieplafond en verdeelcriteria

1. Het subsidieplafond van deze verordening bedraagt € 500.000.

2. Het College kan het bovengenoemde subsidieplafond wijzigen.

Artikel 9 Hoogte van de subsidie

1. De subsidie bedraagt 20% van de subsidiabele kosten, met een maximum van € 3.000,- per woning.

2. Van lid 1 wordt afgeweken indien het subsidieplafond zoals opgenomen in artikel 7 wordt bereikt.

3. Eventueel verleende subsidie voor het laten uitvoeren van een energieadvies zoals bedoeld in artikel 5 heeft geen invloed bij het bepalen van het maximum zoals bedoeld in lid 1.

Artikel 10 Subsidiabele kosten

1. De subsidiabele kosten zijn:

a. Kosten voor de aanschaf van materialen die nodig zijn om de maatregel uit te voeren;

b. Kosten voor het laten installeren van de maatregel;

c. Kosten voor het loskoppelen van de woning van het gasnet die in rekening worden gebracht door de netbeheerder;

d. Kosten voor het uitvoeren van een energieadvies indien het een monumentale woning betreft.

2. Niet-subsidiabele kosten zijn:

a. Kosten die niet gemaakt worden voor het uitvoeren van de subsidiabele activiteiten;

b. Indien de subsidiabele activiteiten door de bewoner zelf worden uitgevoerd, de kosten voor de zelf verrichte arbeid;

c. Kosten die worden gemaakt voor het aanvragen van vergunningen

Artikel 11 Wijze van verdeling

1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de subsidieaanvraag de datum waarop de aangevulde subsidieaanvraag is ontvangen.

3. Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen die op die dag ontvangen zijn door middel van loting gerangschikt

Artikel 12 Beslistermijn

1. Het College is bevoegd te besluiten op de ingediende subsidieaanvragen.

2. Het College besluit binnen 10 weken nadat de eerste aanvraag om subsidie is ingediend.

3. Deze termijn wordt opgeschort gedurende de aan de aanvrager geboden hersteltermijn indien de subsidieaanvraag niet volledig is of aanvullende informatie is opgevraagd die vereist is om de subsidieaanvraag te beoordelen.

4. Het College kan deze termijn indien nodig eenmaal met 10 weken verlengen. De subsidieaanvrager wordt hiervan tijdig op de hoogte gesteld.

Artikel 13 Aanvullende weigeringsgronden

Aanvullend op artikel 14 van de Asv 2014 kan subsidieverlening worden geweigerd als sprake is van één van de onderstaande situaties:

1. Niet voldaan wordt aan de criteria en voorwaarden van deze verordening;

2. De woning als nieuwbouw geldt;

3. De activiteit gestart is voordat de subsidieaanvraag is ingediend;

4. De aanvrager in de voorgaande twee jaar niet heeft voldaan aan één of meer aan een subsidie verbonden voorwaarden of verplichtingen en deze subsidie door de Gemeente Alphen aan den Rijn is verleend;

5. Niet wordt voldaan aan een verzoek tot het verstrekken van -aanvullende- gegevens;

6. Er geen redelijk verband bestaat tussen de hoogte van de gevraagde subsidie en de activiteiten en prestaties waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, dan wel de resultaten die hiermee behaald worden en/of in welke mate een bijdrage wordt geleverd aan de doelstellingen van deze verordening;

7. De aanvrager niet alle benodigde vergunningen en ontheffingen ten behoeve van de gesubsidieerde activiteiten heeft of zal kunnen verkrijgen, of het project anderzijds in strijd is met de geldende regelgeving

Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Voor de subsidieontvanger gelden de volgende verplichtingen:

1. De maatregelen worden binnen 6 maanden na subsidieverlening volledig uitgevoerd;

2. Met de uitvoering van de maatregelen mag niet eerder worden begonnen dan nadat de subsidie is verleend en de eventueel vereiste vergunningen zijn verleend;

3. Een door de gemeente aangestelde inspecteur wordt op zijn/haar verzoek in de gelegenheid gesteld de uitgevoerde werkzaamheden ter plaatse te inspecteren

Artikel 15 Subsidievaststelling

1. In afwijking van artikel 15 lid 1 van de Asv 2014 dient de subsidieontvanger binnen 6 weken nadat de maatregelen zijn uitgevoerd een aanvraag tot subsidievaststelling in.

2. De aanvraag tot subsidievaststelling bevat het daartoe opgestelde formulier met daarbij de facturen en betaalbewijzen.

3. Het College kan aanvullende stukken opvragen ter onderbouwing van de ingediende aanvraag tot subsidievaststelling.

4. Het College stelt binnen 10 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling de subsidie vast.

5. Na subsidievaststelling wordt de subsidie uitbetaald.

3. Slotbepalingen

Artikel 16 Hardheidsclausule

Het College kan in bijzondere gevallen van het bepaalde in deze verordening afwijken of bepalingen buiten toepassing laten, voor zover toepassing ervan leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 17 Looptijd en citeertitel

Deze nadere regels worden officieel aangehaald als “Subsidieverordening Energiebesparing bestaande woningen Alphen aan den Rijn” en gaan in op de dag volgende op de dag van bekendmaking en vervallen met ingang van 31 december 2020.

Ondertekening

Vastgesteld door de raad van Alphen aan den Rijn in de openbare raadsvergadering van 28 maart 2019,

de griffier, de voorzitter,

drs. J.A.M. Timmerman, mr. drs. J.W.E. Spies

Toelichting

Inleiding

Om de duurzaamheidsambities op het gebied van klimaat en energie te behalen is versnelling nodig. De gemeente Alphen aan den Rijn heeft met het Actieprogramma Duurzaamheid meerdere thema’s gespecificeerd waarop de focus gelegd wordt. Een belangrijk thema is het verduurzamen van de woningen en de transitie naar aardgasvrij.

Dit wil de gemeente samen met de woningeigenaren bewerkstelligen. De eerste stap is het treffen van energiebesparende maatregelen en/of maatregelen die vereist zijn om woningen in de toekomst aardgasvrij te maken. De gemeente stelt voor maatregelen die hieraan bijdragen subsidie beschikbaar.

Er is € 500.000 door de raad beschikbaar gesteld voor een subsidieverordening die de woningeigenaren stimuleert tot het treffen van deze maatregelen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit artikel zijn de begrippen uitgelegd die van belang zijn om de inhoud en voorwaarden van de verordening te begrijpen.

Subsidiering is alleen mogelijk voor bestaande woningen. Als het nieuwbouw betreft, komen de te treffen maatregelen niet voor subsidie in aanmerking.

Bij isolatiemaatregelen zijn minimale Rd-waarden opgenomen. Dit betekent dat niet alle isolatie voor subsidie in aanmerking komt. Met de Rd-waarde wordt de mate van isolatie van het materiaal berekend. Hoe hoger de Rd-waarde, hoe beter de woning is geïsoleerd.

Voor glas zijn U-waarden bepalend. Hierbij geldt dat hoe lager de U-waarde is, hoe beter de woning geïsoleerd is. Deze waarden komen terug in artikel 4.

Als lage temperatuur afgiftesysteem gelden vloer of wandverwarming, LT-radiatoren, LT-convectoren of LT luchtverwarming. De maximale aanvoertemperatuur is 55 oC. Dit moet uit een verklaring van de installateur blijken.

Subsidie kan alleen worden aangevraagd voor bestaande woningen, nieuwbouw is uitgesloten. Onder nieuwbouw worden woningen verstaan die opgeleverd zijn na 1 januari 2015. Woningen die na 1 januari 2015 zijn opgeleverd zijn wettelijk verplicht om een energieprestatiecoëfficiënt (EPC) van maximaal 0,4 te hebben. Dit betekent dat deze woningen al relatief duurzaam zijn.

Artikel 3 Doel

Het doel van deze verordening is het stimuleren van woningeigenaren van bestaande woningen om energiebesparende maatregelen aan hun woning te treffen. Deze maatregelen dienen direct een CO2-reductie op te leveren of zijn nodig om de woning in de toekomst aardgasvrij te maken.

De gemeente wil op deze wijze de bestaande woningen verduurzamen en zo bijdragen aan het thema “Duurzaam wonen” van het Actieprogramma Duurzaamheid en de transitie naar aardgasvrij.

In artikel 4 zijn hier nadere eisen aan verbonden.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

In artikel 4 zijn de eisen opgenomen waaraan de subsidiabele activiteiten moeten voldoen. Hierbij is het onderscheid met monumentale woningen van belang. Voor isolatiemaatregelen en het vervangen van bestaand glas gelden de volgende minimale Rd-waarden en maximale U-waarden.

Maatregel

Reguliere bestaande woning

Monumentale woning

Dak- en gevelisolatie

Rd-waarde minimaal 3,5 m2 K/W

Rd-waarde minimaal 1,3 m2 K/W

Vloerisolatie

Rd-waarde minimaal 3,5 m2 K/W

Rd-waarde minimaal 3,5 m2 K/W

Spouwmuurisolatie

Rd-waarde minimaal 1,1 m2 K/W

Rd-waarde minimaal 1,1 m2 K/W

Vervangen glas

U-waarde maximaal 1,2 W/m2 K

Indien monumentaal glas: U-waarde maximaal 3,0 W/m2 K

Indien voorzetramen: U-waarde maximaal 1,2 W/m2K, met kierdichting aan binnenzijde

Hiernaast zijn het installeren van een lage temperatuur afgiftesysteem en het loskoppelen van het gasnet ook subsidiabel. Het loskoppelen van de het gasnet moet worden aangevraagd bij de netbeheerder. Deze zal een offerte opstellen die de aanvrager mee kan sturen bij de subsidieaanvraag. Als de woning losgekoppeld is, krijgt de aanvrager hier een factuur van, deze wordt meegestuurd bij het verzoek tot subsidievaststelling.

Er zijn verschillende typen lage temperatuur afgiftesystemen. Deze zijn opgenomen in artikel 1. Met een lage temperatuur afgiftesysteem is de aanvoertemperatuur lager dan bij reguliere verwarming. Dit betekent dat er minder energie nodig is en de woning energiezuiniger wordt. De eis voor de lage temperatuur afgiftesystemen is dat de maximale aanvoertemperatuur 55 oC is.

Artikel 5 Energieadvies op maat bij monumentale woningen

Indien het een monumentale woning betreft, kan de aanvrager ook subsidie krijgen voor het laten uitvoeren van een energieadvies. Voor niet-monumentale woningen wordt deze service reeds door de gemeente aangeboden. Voor monumentale woningen is dit niet het geval.

Daarom is in deze verordening opgenomen dat voor monumentale woningen € 200,- subsidie per energieadvies kan worden aangevraagd. De meerkosten voor de rekening van de aanvrager. Het energieadvies moet worden uitgevoerd door een erkend energieadviesbureau dat ervaring heeft met energieadvisering bij monumenten.

Artikel 6 Criteria voor de aanvrager

De doelgroep van de regeling is eigenaar-bewoners van bestaande woningen die een woonbestemming hebben binnen de gemeente Alphen aan den Rijn. Ondernemingen, corporaties, particuliere verhuurders en huurders zijn uitgesloten. Eigenaar-bewoners binnen een Vereniging van Eigenaren (VVE) komen wel in aanmerking voor subsidie.

Artikel 7 Aanvraag

In dit artikel is beschreven op welke wijze een aanvraag gedaan kan worden. Per woning kunnen meerdere subsidieaanvragen worden gedaan. Niet alle maatregelen hoeven dus tegelijkertijd te worden getroffen. Het maximum van € 3.000,- geldt per woning, ongeacht de hoeveelheid subsidieaanvragen die zijn gedaan.

In lid 3 is opgenomen welke stukken daarbij dienen te worden overgelegd. Het College kan aanvullende stukken opvragen indien dit nodig is voor een juiste afhandeling van de aanvraag. Na ontvangst van de aanvraag zal beoordeeld worden of deze compleet is. Indien dit niet het geval is, dan krijgt de aanvrager de mogelijkheid om de aanvraag aan te vullen.

Artikel 8 Subsidieplafond en verdeelcriteria

In dit artikel is het subsidieplafond opgenomen. Het subsidieplafond bedraagt € 500.000. Het subsidieplafond kan door het College tussentijds worden gewijzigd.

Artikel 9 Hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt 20% van de gemaakte subsidiabele kosten. Per woning geldt een maximum van € 3.000,-. De eventueel uitgevoerde energieadviezen worden hierbij niet meegenomen. Deze zijn alleen subsidiabel als het een monumentale woning betreft. Voor de energieadviezen subsidieert de gemeente € 200,- per energieadvies. Meerkosten zijn voor rekening van de aanvrager. Van het bovenstaande wordt afgeweken als het subsidieplafond zoals opgenomen in artikel 8 worden bereikt.

Artikel 10 Subsidiabele kosten

Kosten die zijn gemaakt ten behoeven van het uitvoeren van de maatregelen zijn subsidiabel. Deze kosten dienen in direct verband te staan met de subsidiabele activiteiten. Gedacht kan worden aan kosten voor aanschaf van het materiaal en kosten voor het installeren van de maatregelen. Kosten voor het loskoppelen van de woning van het gasnet die in rekening worden gebracht door de netbeheerder zijn tevens subsidiabel.

In lid 2 zijn een aantal kostensoorten uitgesloten. Kosten voor zelf verrichte arbeid zijn niet subsidiabel. Ook zijn kosten voor het aanvragen van vergunningen e.d. niet subsidiabel.

Artikel 11 Wijze van verdeling

De subsidieaanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Dit betekent dat de subsidieaanvraag die het eerste (volledig) wordt ingediend als eerste voor subsidie in aanmerking komt. Een aanvraag is volledig, wanneer de aanvrager het juiste formulier volledig heeft ingevuld en de volgens het aanvraagformulier vereiste stukken heeft meegezonden. Eerst wanneer de aanvraag voldoet aan de gestelde eisen zal inhoudelijk beoordeeld worden of subsidie aan het project verleend kan worden. Zodra het betreffende subsidieplafond bereikt is kunnen aanvragen die daarna worden ingediend niet meer gehonoreerd worden.

Indien een aanvraag wordt ingediend die nog niet volledig is, zal de aanvrager een hersteltermijn worden geboden van twee weken waarbinnen de aanvraag volledig gemaakt kan worden. Indien de aanvrager dit nalaat, zal de aanvraag op grond hiervan niet in behandeling worden genomen. Aanvulling van de aanvraag binnen de hersteltermijn leidt tot een latere datum van ontvangst. Dit zou kunnen leiden tot afwijzing van de aanvraag omdat het subsidieplafond tussen het indienen van de aanvraag en het compleet maken ervan is bereikt.

In het geval dat een subsidieplafond bereikt wordt als gevolg van meerdere aanvragen die op dezelfde dag worden ingediend, worden de aanvragen door middel van blinde loting gerangschikt. De loting zal door een financieel controller worden uitgevoerd waarbij gewaarborgd zal worden dat de loting objectief uitgevoerd wordt.

Artikel 12 Beslistermijn

In dit artikel is bepaald dat het College binnen 10 weken nadat de eerste aanvraag om subsidie is ingediend een besluit neemt op de aanvraag. Gedurende een eventuele hersteltermijn wordt deze beslistermijn opgeschort. De gemeente kan deze termijn eenmaal met 10 weken verlengen.

Artikel 13 Aanvullende weigeringsgronden

In lid 2 is opgenomen dat indien het nieuwbouw betreft, geen subsidie kan worden verleend. Woningen die zijn opgeleverd na 1 januari 2015 gelden als nieuwbouw. Deze woningen zijn reeds relatief duurzaam.

Lid 3 stelt dat de activiteiten niet gestart mogen zijn voor het moment van subsidieaanvraag.

Lid 4 is van toepassing als Gemeente Alphen aan den Rijn reeds eerder een subsidie heeft verstrekt en de aanvrager de daaraan verbonden voorwaarden niet in acht neemt of verplichtingen niet nakomt. Dit geldt niet alleen voor subsidies die verstrekt zijn in het kader van deze verordening, maar ook voor eventuele andere subsidies die door de Gemeente Alphen aan den Rijn zijn verleend. In dat geval kan het College besluiten subsidieverlening te weigeren. In lid 6 wordt de proportionaliteit van de aangevraagde subsidie gewaarborgd. De subsidieverlening kan geweigerd worden als de aangevraagde subsidie niet in redelijk verband staat met de resultaten die met de maatregelen behaald zullen worden. De hoogte van de aangevraagde subsidie moet in verhouding staan tot de mate waarin de maatregelen een bijdrage levert aan het doel van deze verordening. Tenslotte kan het College de subsidieverlening weigeren als de aanvrager niet kan aantonen dat hij over alle benodigde ontheffingen en vergunningen beschikt, of dat hij deze zal kunnen verkrijgen. Indien deze wel zijn aangevraagd, maar nog niet zijn verleend, dan zal het College de subsidie verlenen onder de ontbindende voorwaarde dat deze wel verkregen worden. Het verlenen van een subsidie leidt niet direct tot het verlenen van een vergunning.

Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In dit artikel staan de verplichtingen van de subsidieontvanger opgenomen. In lid 1 is opgenomen dat de maatregelen binnen 6 maanden volledig moeten worden uitgevoerd. Indien dit niet gebeurt, kan de aanvrager geen aanspraak maken op de verleende subsidie. In lid 2 is bepaald dat de werkzaamheden mogen worden uitgevoerd als de subsidie is verleend en alle vereiste vergunningen zijn verleend.

Indien een door de gemeente aangestelde inspecteur de uitgevoerde werkzaamheden wil inspecteren, dan dient de aanvrager hiertoe de inspecteur in de gelegenheid te stellen.

Artikel 15 Subsidievaststelling

In dit artikel is de wijze waarop subsidievaststelling moet plaatsvinden omschreven. Nadat het project is afgelopen, dient de subsidieontvanger binnen 6 weken een aanvraag tot subsidievaststelling in. Hiervoor wordt het beschikbaar gestelde format gebruikt. Bij de aanvraag tot subsidievaststelling dienen alle gemaakte subsidiabele kosten te zijn uitbetaald. Indien er nog openstaande facturen zijn, dan kunnen deze niet worden opgevoerd als subsidiabele kosten.