Beleid Parkeernormen en parkeervoorzieningen 2020 gemeente Alphen aan den Rijn

Geldend van 06-10-2020 t/m heden

Intitulé

Beleid Parkeernormen en parkeervoorzieningen 2020 gemeente Alphen aan den Rijn

Aarlanderveen

Alphen aan den Rijn

Benthuizen

Boskoop

Hazerswoude-Dorp

Hazerswoude-Rijndijk

Koudekerk aan den Rijn

Zwammerdam

De raad van de gemeente Alphen aan den Rijn;

Overwegende dat het beleid betreffende de Parkeernormen en parkeervoorzieningen 2020 voorafgaande aan de definitieve vaststelling ervan gedurende zes weken in de inspraak is gebracht als voorgenomen besluit;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

B E S L U I T vast te stellen het:

Beleid Parkeernormen en parkeervoorzieningen 2020 gemeente Alphen aan den Rijn

Inhoudsopgave

I Inleiding 3

II Aanleiding voor nieuwe parkeernormen 4

III Parkeerplaatsen auto 5

a. parkeernormen 5

Tabellen met parkeernormen auto 8

b. parkeerbalans 14

c. gebruik, locaties, waardering en eisen aan parkeerplaatsen auto’s 15

1. gebruik en locatie parkeerplaatsen 15

2. gebruik bestaande parkeerplaatsen 16

3. waardering parkeerplaatsen bij woningen 16

4. Eisen aan parkeerplaatsen 16

5. Eisen t.a.v. elektrische oplaadpunten bij woningen 17

IV Parkeerplaatsen fiets 17

a. parkeernormen 17

Tabellen met parkeernormen fiets 17

b. parkeerbalans 19

c. gebruik, locaties, waardering en eisen aan parkeerplaatsen fiets 20

1. gebruik en locatie parkeervoorzieningen fiets 20

2. waardering parkeerplaatsen fiets 21

3. Eisen aan parkeervoorzieningen fiets 21

V Laden en lossen 21

VI. Afwijken van de parkeernormen en/of laden en lossen 21

I Inleiding

Bij gebouwen en voorzieningen horen meestal ook parkeerplaatsen waar bewoners, bezoekers en/of werknemers een fiets of auto kunnen parkeren. Komen er nieuwe gebouwen of voorzieningen, of wordt de bestemming van een gebouw of voorziening gewijzigd, dan kunnen er meer of minder parkeerplaatsen nodig zijn.

Het aantal benodigde parkeerplaatsen wordt vastgelegd in een parkeereis. Een parkeereis moet voorkomen dat er een tekort aan parkeerplaatsen ontstaat waardoor er verkeer- en parkeeroverlast ontstaat. Een parkeereis levert een bijdrage aan een leefbare, veilige en bereikbare stad.

Een parkeereis wordt bepaald aan de hand van parkeernormen. Een parkeernorm geeft het aantal vereiste parkeerplaatsen voor een gebouw of voorziening met een bepaalde functie (woning, oppervlak kantoor, sportveld, huisartsenpraktijk, etc.) per bijbehorende eenheid (aantal parkeerplaatsen per woning, per 100m2 bvo = bruto vloeroppervlak, per hectare sportveld, per behandelkamer etc.) op maatgevende momenten (nacht, werkdag, zaterdag, etc.). De parkeereis wordt berekend door de parkeernorm te vermenigvuldigen met de grootte of het aantal van de betreffende functie en deze uitkomst vervolgens te delen door de eenheid (bijv. kantoor met bvo van 800m2, parkeernorm 1,7 pp/100m2 bvo, dus parkeereis = 1,7 x 800m2 bvo/100m2 bvo = 13,6 pp = 14 pp).

Zijn er meerdere nieuwe functies die gebruik willen gaan maken van dezelfde parkeerplaatsen (dubbelgebruik), dan wordt met het berekend aantal parkeerplaatsen per functie een parkeerbalans gemaakt. De afzonderlijke berekende aantallen parkeerplaatsen per functie en het aanwezigheidspercentage van de functies op verschillende momenten bepalen dan de parkeereis. Zo zijn voor een woning op andere momenten het maximaal aantal vereiste parkeerplaatsen nodig (nacht) dan voor een kantoor (werkdag overdag). De parkeereis voor de gezamenlijke functies is dan gelijk aan het maatgevende moment in de parkeerbalans. Parkeerplaatsen die worden meegenomen in een parkeerbalans moeten wel openbaar toegankelijk zijn.

Een parkeerbalans wordt ook gemaakt als een bestemming of het gebruik wijzigt (bijv. van winkel naar woning) ook als de parkeereis van een nieuwe bestemming of gebruik niet verschilt van of lager is dan de parkeereis van de oude bestemming of gebruik. Als de parkeerbalans voor de nieuwe situatie meer parkeerplaatsen vereist dan met de oude situatie, dan is het noodzakelijk extra parkeerplaatsen aan te leggen

Als geheel of deels aan de parkeereis kan worden voldaan door gebruik van bestaande parkeerplaatsen, dan zijn er minder of geen nieuwe parkeerplaatsen nodig. Zijn er minder parkeerplaatsen nodig dan aanwezig (bijv. bij sloop en nieuwbouw of bestemmingswijziging), dan kan het aantal parkeerplaatsen worden verminderd of kan het overschot aan parkeerplaatsen in stand worden gehouden, bijv. als buffer of voor andere toekomstige ontwikkelingen. Er is dan sprake van een negatieve parkeereis waarbij de parkeereis voor de nieuwe functie(s) of bestemming(en) kleiner is dan de parkeereis voor de vervallen functie(s) of bestemming(en).

Behalve de parkeereis zijn er ook nadere eisen aan parkeerplaatsen en het gebruik, de locaties en de waardering ervan en aan de realisatie van oplaadpunten voor elektrische auto’s. Daarnaast zijn er eisen aan laden en lossen indien van toepassing.

De aanvrager van een Omgevingsvergunning berekent indien nodig de parkeereis en toont aan dat hier aan wordt voldaan met inachtneming van de overige eisen.

II Aanleiding voor nieuwe parkeernormen

In 2015 zijn de parkeernormen 2014 door de raad vastgesteld. Dit jaar worden de parkeernormen herzien om de volgende 4 redenen:

a. nieuwe parkeernormen woningen voor auto’s

Voor het aantal parkeerplaatsen voor woningen is met name het auto- en fietsbezit een belangrijk criterium. Voor overige voorzieningen is het auto- en fietsgebruik van belang

In de huidige parkeernormen voor woningen is o.a. uitgegaan van een indeling in prijsklassen (duur, midden en goedkoop), gelijk aan de parkeerkencijfers van het CROW (zie b). De prijsklasse van een woning is echter namelijk moeilijk toetsbaar en aan veranderingen onderhevig. De nieuwe parkeernormen voor woningen zijn bepaald aan de hand van gegevens over het aantal auto’s per huishouden bij de verschillende oppervlakteklassen van woningen. Uit de gegevens is naar voren gekomen dat het aantal auto’s per huishoudens bij de verschillende oppervlakteklassen van woningen bij sociale huurwoningen duidelijk lager is dan bij overige woningen. De parkeernormen voor sociale huurwoningen zijn dan ook lager dan de parkeernormen voor overige woningen. De nieuwe parkeernormen sluiten beter aan op de praktijk.

b. nieuwe parkeerkencijfers 2018 voor auto’s van CROW

Parkeerkencijfers zijn op onderzoek en praktijk gebaseerde cijfers over het aantal benodigde parkeerplaatsen voor auto en fiets per functie van een gebouw of voorziening. De parkeerkencijfers zijn geen vast getal maar hebben een bepaalde bandbreedte omdat het aantal parkeerplaatsen afhangt van een aantal factoren, o.a. ligging, bereikbaarheid per vervoerwijze, autobezit en gemeentelijke parkeerbeleid. Ook de mate van stedelijkheid is van belang. In een stedelijk gebied zijn woningen en voorzieningen dichter op elkaar en is er meer kans voor openbaar vervoer en fiets.

De parkeerkencijfers 2018 voor auto parkeren zijn in de afgelopen jaren niet noemenswaardig veranderd t.o.v. de parkeerkencijfers 2012. Toch zijn een aantal parkeernormen gewijzigd. Door betere alternatieve vervoermiddelen en betere regelingen in het woon-werkverkeer is bijv. bij de nieuwe parkeernorm voor kantoren in “rest bebouwde kom” (zie tabel 1) niet meer gekozen voor het maximale parkeerkencijfer van 1,9 voor “rest bebouwde kom” in de stad Alphen (sterk stedelijk), maar voor 1,7 pp/100m2 bvo. Er wordt niet gekozen voor de laagste waarde (1,4 pp/100m2) omdat de gemeente per auto goed bereikbaar is en het openbaar vervoer (nog) niet optimaal is. De waarde kan in de stad Alphen wel verder worden verlaagd bij ligging in gebieden met goed openbaar vervoer en in gebieden binnen bepaalde fietsafstand.

kantoor (zonder baliefunctie)

 

Parkeerkencijfers (per 100 m2 bvo)

centrum

schil centrum

rest bebouwde kom

buitengebied

min.

max.

min.

max.

min.

max.

min.

max.

zeer sterk stedelijk

0,6

1,1

0,9

1,4

0,9

1,4

2,3

2,8

sterk stedelijk

0,9

1,4

1,3

1,8

1,4

1,9

2,3

2,8

matig stedelijk

1,3

1,8

1,7

2,2

1,8

2,3

2,3

2,8

weinig stedelijk

1,6

2,1

2,1

2,6

2,3

2,8

2,3

2,8

niet stedelijk

1,6

2,1

2,1

2,6

2,3

2,8

2,3

2,8

n.b: sterk stedelijk: stad Alphen aan den Rijn; weinig stedelijk: dorpen in gemeente.

Tabel 1: parkeerkencijfers auto voor kantoor (CROW)

Voor distributiecentrum en loods (aantal pp/100 m2 bvo) is een aparte lagere parkeernorm ingevoerd omdat het aantal werknemers t.o.v. het bruto vloertoppervlakte laag is.

c. deelauto’s

Door structurele inzet van een deelauto die permanent inzetbaar is voor de deelnemende gebruikers, kan de parkeernorm worden verlaagd voor bepaalde woon- en werksituaties. Er moeten dan wel garanties worden afgegeven waaruit de duurzame inzet van deelauto’s kan worden afgeleid, bijvoorbeeld:

- een appartementengebouw met vereniging van eigenaren of verhuurder waarbij een deelauto uit minimaal het C-segment (kleine middenklasse) wordt aangeschaft door en op kosten van de ontwikkelaar met een vaste bijdrage van de bewoners voor de vaste gebruikskosten (onderhoud en vervanging na 2,5 jaar) gedurende een periode van minimaal 5 jaar;

- een bedrijf met een contract voor deelauto’s voor de periode van 5 jaar die ook buiten werktijden door werknemers privé gebruikt kunnen worden gebruikt.

d. nieuwe parkeerkencijfers 2019 voor fiets van CROW

De fiets parkeerkencijfers 2019 voor fiets parkeren zijn t.o.v. de fiets parkeerkencijfers 2010 voor een aantal functies aangepast en er zijn een aantal functies toegevoegd. De fietsparkeernormen zijn daarom ook aangepast en aangevuld

III Parkeerplaatsen auto

a. parkeernormen

In de parkeernormen wordt evenals in de parkeerkencijfers van het CROW onderscheid gemaakt tussen centrum, schil centrum, rest bebouwde kom. In figuur 1a en 1b is voor de stad Alphen aan den Rijn het gebied van het centrum en de schil aangegeven. In figuur 2 is voor Boskoop het centrum aangegeven (geen schil). In de overige plaatsen in de gemeente is geen onderscheid in centrum, schil en rest bebouwde kom.

Aanvullend zijn in figuur 1a nog de volgende gebieden binnen de stad Alphen aan den Rijn aangegeven waarin een bepaalde verlaging van de parkeernorm van toepassing is:

- gebied waarbij de afstand per fiets binnen de stad Alphen aan den Rijn niet meer dan maximaal circa 3,5 à 5 kilometer bedraagt (gebied III ).

- gebied met belangrijke openbaar vervoersvoorzieningen (NS station, gebied IV en drukke openbaar vervoeras, gebied V).

Fig. 1a. stad Alphen aan de Rijn: centrum (I), schil centrum (II), invloedsgebieden fiets (III), NS station (IV) en openbaar vervoer (V): zie externe Bijlage

In figuur 1a hebben de gebieden III, IV en V geen overlap met de gebieden I en II omdat in deze gebieden al rekening is gehouden met betere ov- en fietsbereikbaarheid. Gebieden IV en V hebben wel een overlap met gebied III. In dat geval is de verlaging van de parkeernorm voor beide gebieden van toepassing. De mate van verlaging wordt in de toelichting onder de tabellen met de parkeernormen aangegeven.

afbeelding binnen de regeling

Fig. 1b. stad Alphen aan de Rijn: centrum (I)

afbeelding binnen de regeling

Fig. 2. Boskoop: centrum (I),

Indien de lijn die de grens van een gebied aangeeft samenvalt met een weg, geldt de verlaging voor beide zijden van de weg.

Tabellen met parkeernormen auto

De hoogte van de parkeernorm is afhankelijk van in welk gebied een woning ligt.

In de tabellen is een onderverdeling gemaakt in de volgende gebieden:

a. Centrum stad Alphen aan den Rijn (zie fig. 1a en 1b).

b. Schil centrum stad Alphen aan den Rijn (zie fig. 1a).

c. Rest bebouwde kom stad Alphen aan den Rijn.

d. Centrum Boskoop (zie fig. 2).

e. Rest bebouwde kom Boskoop en bebouwde kommen overige plaatsen.

f. Gebieden buiten de bebouwde kommen.

De parkeerkencijfers voor voorzieningen die niet of weinig voor zullen komen in de gemeente (bijv. wellnesscentrum, dierenpark, ski en snowboardhal, jachthaven, bungalowpark), zijn niet vertaald in gemeentelijke parkeernormen.

Moet een gebouw of voorziening waarvoor geen parkeernorm is opgenomen toch worden gerealiseerd, dan zal een parkeernorm worden bepaald aan de hand van parkeerkencijfers 2018 van het CROW. Zijn er geen parkeerkencijfers, dan wordt het aantal parkeerplaatsen bepaald op basis van gegevens of aannames over gebruik- en bezoek en vervoerwijzen.

1. PARKEERNORMEN WONEN

A: woningen excl. sociale huurwoningen (zie B voor sociale huurwoningen)

P norm

bewoners

bezoekers

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

GBO in m2

a

b

c

d

e

f

alle gebieden

< 30

0,3

0,3

0,4

0,4

0,6

0,7

0,2

30-50

0,5

0,5

0,6

0,6

0,8

0,9

0,2

50-80

0,7

0,8

0,9

0,9

1,1

1,2

0,3

80-100

0,9

1,0

1,1

1,1

1,3

1,5

0,3

100-130 (1)

1,2

1,3

1,4

1,4

1,5

1,6

0,3

130-160 (1)

1,4

1,5

1,6

1,6

1,7

1,8

0,3

> 160 (1)

1,6

1,7

1,8

1,8

1,9

2,0

0,3

woning/kmr

a

b

c

d

e

f

alle gebieden

zorgwoning (2)

0,2

0,2

0,3

0,2

0,4

0,5

0,2

kamer student *

0,1

0,1

0,1

0,1

0,2

0,3

0,2

kamer overig* (3)

0,3

0,3

0,4

0,3

0,5

0,6

0,2

* parkeernorm per kamer met maximaal 2 bewoners; bij kamers is er sprake van het opdelen van een woning in twee of meer onzelfstandige wooneenheden óf het opdelen van een woning in één zelfstandige en één of meer onzelfstandige wooneenheden”.

Tabel 1A: parkeernormen auto voor woningen excl. sociale huurwoningen

1. Bij appartementen met gezamenlijke parkeerplaatsen mag de parkeernorm met 0,1 pp worden verlaagd.

2. Alleen voor zorgwoningen waarvoor een zorgindicatie van toepassing is.

3. In bestaande woningen norm toepassen vanaf 5 bewoners .

Nadere toelichting:

1: In de berekening van de parkeernorm is rekening gehouden met een bezettingsgraad van 85 à 90%. Bij appartementen met gezamenlijke parkeerplaatsen mag het aantal parkeerplaatsen worden verminderd omdat de parkeerbezetting hoger kan en het autobezit iets lager is (lagere CROW parkeerkencijfer 2018 voor appartementen t.o.v. vergelijkbare woningen)

3: In woningen kan het autobezit variëren van 0 tot meerdere auto’s zonder dat dit invloed heeft op de parkeernormen. De parkeernormen voor woningen zijn het resultaat van het gemiddelde autobezit voor woningen. Voor kamerverhuur in bestaande woningen aan maximaal 4 personen met minimaal 12 vierkante meter woon- en slaapruimte per persoon, is daarom geen aparte parkeernorm nodig.

Bepalen totale parkeernorm bewoners en bezoekers

• De totale parkeernorm per woning is de som van de parkeernorm voor bewoners en bezoekers. Voor het deel openbaar toegankelijke parkeerplaatsen voor bewoners en bezoekers samen, mag de parkeerbalans (tabel 8) worden toegepast.

• Bij 1 verplicht te kopen of te huren parkeerplaats per woning is de minimale parkeernorm 1 pp per woning en moet ook worden voldaan aan het aantal bezoekersparkeerplaatsen.

• Deelauto (vanaf 15 woningen): bij structurele inzet van deelauto’s (zie hoofdstuk IIc) mag per deelauto het bewonersdeel van de parkeernorm per 15 woningen met 15% worden verlaagd en wordt daarnaast 1 parkeerplaats gereserveerd voor een deelauto.

B: sociale huurwoningen

P norm

bewoners

bezoekers

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

GBO in m2

a

b

c

d

e

f

alle gebieden

< 30

0,3

0,3

0,4

0,4

0,5

0,6

0,2

30-50

0,4

0,4

0,5

0,5

0,6

0,7

0,2

50-80

0,5

0,5

0,6

0,7

0,8

0,9

0,3

80-100

0,6

0,7

0,8

0,9

1,0

1,1

0,3

100-130

0,8

0,9

1,0

1,1

1,2

1,3

0,3

> 130

1,0

1,1

1,2

1,2

1,3

1,4

0,3

Tabel 1B: parkeernormen auto voor sociale huurwoningen

2. PARKEERNORMEN BEDRIJVEN

Omschrijving

Norm: per 100m2 bvo

Aandeel bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

a

b

c

d

e

f

alle geb.

Kantoor **

1,1

1,3

1,6*

1,4

1,7

1,9

5%

Commerciële dienstverl (1)**

1,5

1,7

2,1*

1,8

2,2

2,5

20%

Arbeidsint/bez extensief (2)**

1,3

1,5

1,9*

1,6

2,1

2,3

5%

Arbeidsex/bez extensief (3)

0,6

0,7

0,8

0,8

0,9

1,0

5%

Distributiecentrum / loods

0,3

0,4

0,5

0,5

0,6

0,7

5%

Bedrijfsverzamelgeb (4)**

1,0

1,2

1,5*

1,3

1,6

1,8

10%

Tabel 2. Parkeernormen auto voor bedrijven

1. Commerciële dienstverlening: dienstverlening ten behoeve van het publiek, zoals een uitzendbureau, bank, wasserette, reisbureau, kapper .

2. A rbeidsint / bez extensief: laboratorium, werkplaats, industrie.

3. A rbeidsex / bez extensief: industrie met groot aandeel geautomatiseerde werkprocessen.

4. Bedrijfsverzamelgebouw: gelijkwaardige mix van kantoren zonder balie, arbeidsextensieve en arbeidsintensieve bedrijven .

** Deelauto: per 500 m2 bvo bedrijfsruimte mag 1 deelauto worden ingezet om de parkeernorm te verlagen. Bij structurele inzet van deelauto’s (zie hoofdstuk IIc ) mag per deelauto de parkeernorm voor 500m2 bvo bedrijfsruimte met 15% worden verlaagd en wordt daarnaast 1 parkeerplaats gereserveerd voor een deelauto.

Toelichting:

Bij voorzieningen die liggen in de gebieden III (binnen redelijke fietsafstand) en/of IV/V (met goede openbaar vervoerverbinding) wordt de parkeernorm verlaagd:

De verlagingen zijn:

- in III: verminderen met 0,1

- in IV/ V: verminderen met 0,1

3. PARKEERNORMEN WINKELEN

Omschrijving

Norm: per 100m2 bvo indien niet anders vermeld

Aandeel bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

a

b

c

d

e

f

alle geb.

Hfdwnkgb <100.000 inw*

3,3

n.v.t.

n.v.t.

 
 
 

92%

Centrum Boskoop

 
 
 

3,5*

n.v.t.

n.v.t.

72%

Winkelcentr < 15 winkels**

n.v.t.

3,0

3,5***

n.v.t.

3,5***

n.v.t.

76%

Winkelcentr. 15-50 wnkls**

n.v.t.

3,5

4,0***

n.v.t.

4,0***

n.v.t

79%

Winkelcentr. > 50 wnkls**

n.v.t.

4,0

4,5***

n.v.t.

4,5***

n.v.t.

81%

Supermarkt

3,3

3,5

4,0***

3,5

4,0***

5,0

93%

XL superm. (>2500m2)

4,5

5,5

6,5***

5,5

6,5***

7,5

84%

Markt (per m marktkraam)

0,15

0,15

0,20

0,20

0,20

n.v.t.

85%

Bruin- en witgoedwinkels

3,5

4,5

5,5

4,0

6,0

7,5

85%

Winkel met showroom

1,0

1,5

1,7

1,5

1,8

2,1

91%

Bouwmarkt

n.v.t.

2

2,5

n.v.t.

2,5

2,7

87%

Tuin-/groencentrum

n.v.t.

2,5

2,8

n.v.t.

2,8

3

89%

Kringloopwinkel

0,6

1,0

1,6

1,0

1,6

2,1

85%

* hoofdwinkelgebied, aantal inwoners gemeente ca. 107.000; aantal inwoners stad Alphen ca. 70.0000 inw.

** Indien supermarkt met hogere norm aanwezig, dan deze toepassen voor supermarkt.

*** Buiten woongebieden (bijv. op bedrijventerrein) norm met 1 pp per 100m2 bvo verhogen

Tabel 3: Parkeernormen auto voor winkelen.

4. PARKEERNORMEN HORECA. EVENEMENTEN E.D.

Omschrijving

Norm: per 100m2 bvo (behalve indien anders vermeld)

Aandeel

bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

A

b

c

d

e

f

alle geb.

Restaurant

8

9

12**

10

12

13

80%

Café/bar/cafetaria

4

5

6**

5

6

n.v.t.

90%

Discotheek

8

10

17**

16

17

20

99%

Evenementen/congres

3

4

6

4

6

8

97%

Bed & Breakf. (per kmr)

0,3

0,4

0,5

0,5

0,6

0,7

90%

1* hotel (per 10 kmrs)

1

1,5

2,5

1,5

2,5

4,5

77%

2* hotel (per 10 kmrs)

1,5

2,5

4

2,5

4

6

80%

3* hotel (per 10 kmrs)

2

3

5

3

5

7

77%

4* hotel (per 10 kmrs)

3

5

7

5

7

9

73%

5* hotel (per 10 kmrs)

5

7

9

7

9

10

65%

* het cijfer in combinatie met * is een maat voor de voorzieningen en faciliteiten in een hotel

**korting op norm in gebieden III, IV en/of V (zie toelichting en figuur 1a)

Tabel 4: Parkeernormen auto voor horeca

Toelichting:

Bij voorzieningen die liggen in de gebieden III (binnen redelijke fietsafstand) en/ of IV/V (goed openbaar vervoer) mag de parkeernorm worden verlaagd. De verlagingen zijn:

- Café/bar/cafetaria in III: verlagen met 0,5 pp.

- Restaurant, discotheek in III: verlagen met 2 pp; in IV/V: verlagen met 1 pp.

5. PARKEERNORMEN GEZONDHEID

Omschrijving

Norm: per…… (bij omschrijving vermeld)

Aandeel

bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

A

b

c

d

e

f

alle geb.

Huisarts(praktijk) (p bhk)

2

2,4

2,9*

2,5

3,2

3,5

57%

Fysiotherapie (p bhk**)

1,2

1,4

1,7*

1,6

1,9

2,1

57%

Tandarts(praktijk)(p bhk)

1,5

1,9

2,3*

1,9

2,5

2,7

47%

Consultatiebur. (p bhk)

1,2

1,5

1,8*

1,7

2,0

2,2

50%

Gezondheidscntr(p bhk)

1,5

1,8

2,1*

1,9

2,4

2,6

55%

 
 
 
 
 
 
 
 

Apotheek (per 100m2)

2,2

2,7

3,1*

2,6

3,3

3,5

45%

 
 
 
 
 
 
 
 

Ziekenhuis (per 100m2)

1,4

1,6

1,7*

n.v.t.

n.v.t

n.v.t

29%

 
 
 
 
 
 
 
 

Vrplg/vrz huis (/woning)

0,5

0,5

0,6

0,6

0,7

0,8

60%

* korting op norm in gebieden III, IV en/of V (zie toelichting en figuur 1a)

** per bhk = per behandelkamer

Tabel 5: Parkeernormen auto voor gezondheid en (sociale) voorzieningen.

Toelichting:

Bij voorzieningen die liggen in de gebieden III (binnen redelijke fietsafstand) en/ of IV/V (goed openbaar vervoer) mag de parkeernorm worden verlaagd. De verlagingen zijn:

- in III: verminderen met 0,1

- in IV/V: verminderen met 0,1

6. PARKEERNORMEN CULTUUR, RELIGIE, SPORT EN ONTSPANNING

Omschrijving

Norm: per 100m2 bvo (behalve indien anders vermeld)

Aandeel

bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

a

b

c

d

e

f

alle geb.

Bibliotheek

0,5

0,7

1

0,7

1,1

1,3

97%

Museum

0,4

0,6

0,9

0,7

1,1

1,3

95%

Bioscoop

4

6

9*

7

9

13,5

94%

Theater

6

7

9*

8

10

12,5

87%

Filmhuis

3

5

8*

5

8

9,5

97%

Cult ctr/wijkgb(/100m2)

2

2,5

3

2, 7

3

3,5

90%

Religiegeb. (/ zitplaats)

0,1

0,1

0,2

0,1

0,2

0,3

99%

Sporthal /sportzaal

incl. wedstrijdfunctie**

1,5

2,0

2,5*

2,0

3,0

3,5

96%

0,1

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

Sportveld(per ha, netto)

n.v.t.

15

18*

17

20

22

95%

Sportschool

2

3

4,5*

3

4,5

6

87%

Dansstudio

3

4

5*

4

5,5

7

93%

Zwembad overdekt

n.v.t.

10

11*

n.v.t.

11,5

12,5

97%

Zwembad openlucht

n.v.t.

9,5

12*

n.v.t.

12,5

15

99%

(per 100m2 bad)

 
 
 
 
 
 
 

* korting op norm in gebieden III, IV en/of V (zie toelichting en figuur 1a)

** per bezoekersplaats

Tabel 6: Parkeernormen auto voor sport, cultuur en ontspanning

Toelichting:

Bij voorzieningen die liggen in de gebieden III (binnen redelijke fietsafstand) en/of IV/V (met goede openbaar vervoerverbinding) mag de parkeernorm worden verlaagd:

De verlagingen zijn:

- bioscoop, theater, filmhuis, sportveld en zwembad: in III: verlagen met 1 pp; in IV/V: verlagen met 0,5 pp;

- sportschool en dansstudio: in III: verminderen met 0,5; in IV/V: verlagen met 0,1 pp;

- sporthal: in III: verminderen met 0,2; in IV/V: verlagen met 0,1 pp.

7. PARKEERNORMEN ONDERWIJS

Omschrijving

Norm: per…… (bij omschrijving vermeld)

Aandeel

bezoek

Stad Alphen aan den Rijn

Dorpen en buitengebied

a

b

c

d

e

f

alle geb.

Kinderdagverbl. (/100m2)

(excl. K+R, zie toelichting )

0,8

1

1,1

1

1,4

1,5

0%

 
 
 
 
 
 
 

Basisschool (per lokaal)

(excl K+R, zie toelichting)

0,5

0,7

0,8

0,7

0,9

1

0%

 
 
 
 
 
 
 

Middelb sch (per 100 leerl)

3,3

4

4,3

4

4,5

4,9

11%

ROC (per 100 studenten)

4,2

4,6

5,2*

4,6

5,5

6,5

7%

HBO (per 100 studenten)

8,3

8,9

9,5*

8,9

9,9

10,5

72%

Avondonderwijs (/10 stud)

4

5

6*

5

6,5

9,5

95%

* korting op norm in de gebieden III, IV en/of V (zie toelichting en figuur 1a)

Tabel 7: Parkeernormen auto voor Hoofdgroep Onderwijs (sterk stedelijk gebied)

Toelichting:

Bij voorzieningen die liggen in de gebieden III, IV en/of V mag de parkeernorm worden verlaagd. De verlagingen zijn:

- in III: verminderen met 0,2

- in IV/V: verminderen met 0,3

Voor K+R wordt de rekenmethode van het CROW toegepast (zie blz. 14) waarbij de percentages dat wordt gehaald en gebracht door de gemeente wordt bepaald.

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

b. parkeerbalans

Als een inrichtingsplan wordt gemaakt waarbij voorzieningen worden aangelegd met verschillende functies (bijv. wonen, werken en winkelen), dan kan bij gezamenlijk gebruik van dezelfde parkeerplaatsen een parkeerbalans worden opgesteld omdat niet elke functie op hetzelfde moment de maximale parkeervraag heeft. Voor een gezamenlijk gebruik zijn de maximale loopafstanden tot een voorziening in tabel 9 van toepassing.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 8: aanwezigheidspercentages op parkeervoorzieningen

Aan de hand van tabel 8 kan de maximale parkeervraag voor de diverse functies worden bepaald.

c. gebruik, locaties, waardering en eisen aan parkeerplaatsen auto’s

1. gebruik en locatie parkeerplaatsen

Openbaar toegankelijke parkeerplaatsen zijn vanwege de uitwisselbaarheid tussen parkerende gebruikers van dezelfde of van andere voorzieningen (dubbelgebruik) efficiënter te gebruiken dan privé parkeerplaatsen. In principe moeten parkeerplaatsen op eigen terrein worden aangelegd, maar daarbij wel (deels) openbaar toegankelijk te zijn voor gebruikers (bewoners of werknemers e.d. en bezoekers) waarvoor de parkeerplaatsen zijn aangelegd.

Als nieuwe gebouwen en/of voorzieningen in gebieden worden aangelegd waar het parkeren niet gereguleerd is, dan mogen op de bij de gebouwen en/of voorzieningen behorende parkeerplaatsen geen parkeerregulerende maatregelen worden getroffen. Anders is de kans groot dat gebruikers van de nieuwe gebouwen en/of voorzieningen in die gebieden gaan parkeren.

Indien parkeerplaatsen (voor een deel) niet op eigen terrein kunnen worden aangelegd, kan worden bekeken of deze elders in het openbaar gebied of op privé terrein kunnen worden aangelegd of al aanwezig zijn (zie 2b). Daarbij gelden de volgende maximale loopafstanden tot deze vervangende parkeerplaatsen.

Functie

Afstand tot vervangende p-plaatsen

Wonen centrum

400 meter

Wonen schil

250 meter

Wonen overige gebieden

100 meter

Winkelen centrum

600 meter

Winkelcentra

300 meter

Winkels en supermarkten

150 meter

Werken

800 meter

Vrije tijd, sport, ontspanning

300 meter

Gezondheidszorg

100 meter

Onderwijs

150 meter

Tabel 9: maximale loopafstanden tot parkeerlocaties t.b.v. gebouw en/of voorziening

De loopafstand wordt gemeten via de kortste looproute over de openbare weg vanaf de openbare ruimte voor de hoofdtoegang van een gebouw of voorziening tot aan de eerste parkeerplaats van de vervangende parkeerplaatsen of tot de ingang van parkeerterrein of parkeergebouw met vervangende parkeerplaatsen.

Aan te leggen parkeerplaatsen in openbaar gebied worden door de gemeente aangelegd op kosten van de aanvrager

2. gebruik bestaande parkeerplaatsen

Bij het meetellen van reeds aanwezige parkeerplaatsen in de parkeereis, mag de parkeerbezetting op maatgevende momenten met de nieuwe voorziening niet hoger worden dan 80 tot 90%, Het percentage is afhankelijk van het aantal en de ligging van de parkeerplaatsen:

- klein aantal (t/m 40) en verspreide ligging: 80%;

- klein aantal (t/m 40) en geconcentreerde ligging: 85%

- groot aantal (vanaf 41) en verspreide ligging: 85%;

- groot aantal (vanaf 41) en geconcentreerde ligging: 90%.

Ten aanzien van het meetellen van reeds aanwezige parkeerplaatsen is de maximale afstand tot parkeerplaatsen in tabel 9 van toepassing.

Voor aanleg of gebruik van parkeerplaatsen op privé terrein moet een overeenkomst voor onbepaalde tijd worden afgesloten voor de periode waarin de voorziening waarvoor het parkeren bedoeld is aanwezig is.

3. waardering parkeerplaatsen bij woningen

Bij woningbouwprojecten kunnen parkeerplaatsen op eigen terrein worden aangelegd of op (toekomstige) voor het verkeer openstaande wegen.

Voor parkeerplaatsen op eigen terrein gelden de volgende waarden:

• 1 garage met opstelruimte voor 1 auto op eigen terrein: = 1 parkeerplaats

voor extra opstelruimte in lengterichting voor extra auto: = 0,5 pp/auto

• 1 garage zonder opstelruimte: = 0,2 pp

• 1 vrijstaande garagebox: = 0,4 pp

• 1 tuinparkeerplaats voor 1auto: = 0,8 pp;

voor extra opstelruimte in lengterichting voor extra auto: = 0,5 pp/auto

- Bij een gezamenlijke eigen parkeergarage of eigen parkeerterrein geldt elke parkeerplaats als 1 pp;

- Als op eigen terrein bij een woning meer parkeerplaatsen worden aangelegd dan vereist volgens de parkeernormen voor bewoners (dus excl. bezoek), dan tellen deze extra parkeerplaatsen niet mee in de parkeereis. Uitzonderingen zijn mogelijk als de parkeersituatie dit vereist”.

4. Eisen aan parkeerplaatsen

De maatvoering en het ontwerp van openbare parkeerplaatsen zal moeten voldoen aan de geldende eisen en richtlijnen hiervoor van de gemeente Alphen aan den Rijn. Zijn deze er niet dan zijn de richtlijnen van het CROW maatgevend. Voor parkeergarages en parkeerterreinen is de laatste uitgave van de NEN 2443, Parkeergarages en parkeerterreinen, van toepassing.

5. Eisen t.a.v. elektrische oplaadpunten bij woningen

Bij gezamenlijke parkeervoorzieningen op privé terrein moeten bij de bouw aansluitmogelijkheden voor oplaadpunten worden meegenomen:

- elektriciteitskabel + contactpunten voor laadpunten

- aanpassen capaciteit netaansluiting aan aantal laadpunten.

Per 4 eigen parkeerplaatsen voor bewoners komt er 1 aansluitmogelijkheid. Zijn de parkeerplaatsen voor bewoners en bezoekers onderling uitwisselbaar dan kan worden volstaan met 1 aansluitmogelijkheid per 8 parkeerplaatsen. Voor aparte bezoekersplaatsen is er 1 aansluitmogelijkheid per 10 parkeerplaatsen.

Afwijkende oplossingen voor laadinfrastructuur op privéterrein kan alleen in overleg met en na goedkeuring van de gemeente.

IV Parkeerplaatsen fiets

a. parkeernormen

In de parkeernormen wordt evenals in de parkeerkencijfers van het CROW onderscheid gemaakt tussen centrum, schil centrum, rest bebouwde kom. In figuur 1a en 1b is voor de stad Alphen aan den Rijn het gebied van het centrum en de schil aangegeven. In figuur 2 is

voor Boskoop het centrum aangegeven (geen schil). In de overige plaatsen in de gemeente is geen onderscheid in centrum, schil en rest bebouwde kom.

Tabellen met parkeernormen fiets

  • 1.

    PARKEERNORMEN WONEN

Functie

Parkeernorm

centrum

schil

rest

Woning, appartement (per geheel van 25m2 GBO)*

1

1

1

Kamerverhuur student (per kamer)

1

1

1

Kamerverhuur overig (per kamer)

0,5

0,5

0,5

Bezoekers appartementen/kamers (per app./kmr.)**

0,3

0,25

0,2

Tabel 9: parkeernormen fiets voor wonen

2. PARKEERNORMEN BEDRIJVEN

Functie

Parkeernorm

% bezoek

centrum

schil

rest

Commerciële dienstverlening*

4

3

2

25%

Kantoor (per 100m2 bvo)

2,5

2

1,5

5%

Arbeidsintensief/bezoekers extensief (per 100m2 bvo)*

2

1,5

1

5%

Arbeidsextensief/bezoekers extensief (per 100m2 bvo)*

0,5

0,4

0,25

5%

Bedrijfsverzamelgebouw*

2

1,5

1

5%

* voor omschrijving functies zie tabel 2

Tabel 10: parkeernormen fiets voor bedrijven

3. PARKEERNORMEN WINKELEN

Functie

Parkeernorm

% bezoek

centrum

schil

rest

Winkels (per 100m2 bvo)

3,5

3

2,5

85%

Winkelcentrum (per 100m2 bvo)

--

--

3,5

85%

Weekmarkt (per m marktkraam)

0,2

0,18

0,15

95%

Supermarkt (per 100m2 bvo)

3,5

3,5

3,5

85%

Bouwmarkt (per 100m2 bvo)

0,5

0,4

0,3

85%

Bouwmarkt, tuincentrum (per 100m2 bvo)

0,5

0,4

0,3

85%

Winkel met showroom (per 100m2 bvo)

0,5

0,4

0,3

85%

Tabel 11: parkeernormen fiets voor winkelen

4. PARKEERNORMEN HORECA, EVENEMENTEN E.D.

Functie

Parkeernorm

% bezoek

centrum

schil

rest

Café, bar, cafetaria (per 100m2 bvo)

8

7

6

90%

Restaurant, luxe (per 100m2 bvo)

4

3

2

80%

Restaurant (per 100m2 incl. terras)

8

7

5

90%

Fastfoodrestaurant (per 100m2 incl. terras)

15

10

5

90%

Discotheek, evenement (per 100m2)

18

17

15

90%

Hotel 1 en 2 sterren, incl. bed&breakfast (per kamer)

0,5

0,4

0,3

50%

Hotel 3, 4 en 5 sterren (per kamer)

0,4

0,3

0,2

50%

Tabel 12: parkeernormen fiets voor horeca

5. PARKEERNORMEN GEZONDHEID

Functie

Parkeernorm

% bezoek

centrum

schil

rest

Ziekenhuis (per 100m2 bvo)

n.v.t.

n.v.t.

1,2

40%

Gezondheidscentrum/-praktijk (per 100m2 bvo)

n.v.t.

2,5

2

75%

Apotheek, (per 100m2 bvo)

3,5

3

2,5

75%

Tabel 13: parkeernormen fiets voor gezondheid

6. PARKEERNORMEN CULTUUR, RELIGIE, SPORT EN ONTSPANNING

Functie

Parkeernorm

% bezoek

centrum

schil

rest

Bibliotheek (per 100m2 bvo)

4

3,5

3

95%

Museum (per 100m2 bvo)

2

1,5

1

95%

Bioscoop, theater (per 100m2 bvo)

9

7

4

95%

Cultureel centrum/wijkgebouw (per 100m2 bvo)

5

4

3

95%

Religiegebouw (per zitplaats)

0,5

0,45

0,4

95%

Sportschool, dansstudio (per 100m2 bvo)

6

5

4

90%

Sporthal: sporters (per 100m2 bvo)

n.v.t.

n.v.t.

3

95%

Sporthal: bezoekers (per 100 bezoekerscapaciteit)

n.v.t.

n.v.t.

30

100%

Sportveld (per hectare)

n.v.t.

n.v.t.

65

95%

Zwembad, open lucht (per 100m2 bassin)

n.v.t

n.v.t.

35

95%

Zwembad, overdekt (per 100m2 bassin)

n.v.t.

n.v.t.

25

95%

Tabel 14: parkeernormen fiets voor cultuur en religie

7. PARKEERNORMEN ONDERWIJS

Functie

Parkeernorm

centrum

schil

rest

Basisschool, leerlingen (per 10 leerlingen)

6

6

5

Middelbare school, leerlingen (per 10 leerlingen)

7,5

7,5

7,5

Beroepsonderwijs, leerlingen (per 10 leerlingen)

6

6

6

Onderwijs, medewerkers (per 10 medewerkers)

5

4,5

4

Tabel 15: parkeernormen fiets voor onderwijs

b. parkeerbalans

Als een inrichtingsplan wordt gemaakt waarbij voorzieningen worden aangelegd met verschillende functies (bijv. wonen, werken en winkelen), dan kan bij gezamenlijk gebruik van dezelfde parkeerplaatsen een parkeerbalans worden opgesteld (tabel 8).

c. gebruik, locaties, waardering en eisen aan parkeerplaatsen fiets

1. gebruik en locatie parkeervoorzieningen fiets

• Bij appartementen: ligging en ontsluiting inpandige fietsenbergingen:

1. inpandige fietsbergingen liggen bij voorkeur op de begane grond van een gebouw;

2. bij ligging in een kelder of op een verdieping moet een fietsvriendelijke toegang worden gemaakt met een helling van maximaal 10 graden voor een trap en maximaal 5 graden voor een hellingbaan;

3. naast een trap minimaal 1 goot van (ongeveer) 10 cm breed en 4 cm diep; bij ontsluiting van meer dan 15 fietsenbergingen aan beide zijden van de trap een goot met de voornoemde afmetingen;

4. boven- en onderaan de trap of hellingbaan dient een vlak plateau aanwezig te zijn van minimaal 2 meter.

5. gangpaden en hellingbanen of trappen zijn minimaal 1,20 meter breed, bij ontsluiting van meer dan 15 fietsenbergingen zijn deze minimaal 2 meter breed;

6. de toegang(en) vanaf buiten is (zijn) gelegen aan of nabij de zijde van de openbare weg waarop de toegangsroute is aangesloten.

• Indien er geen verplichtingen zijn bij woningen fietsenbergingen toe te passen of als fietsenbergingen om bepaalde redenen niet mogelijk zijn, moeten goed toegankelijke (gemeenschappelijke) overdekte of inpandige afsluitbare fietsenstallingen op eigen terrein worden gemaakt met geschikte fietsenrekken waarop c2 en c3 (zie hierna) van toepassing zijn. De loopafstand tussen de deur van een stalling en buitendeur en tussen de deur van een stalling en een deur naar lift of trappenhuis is maximaal 15 meter. Grotere afstanden alleen met toestemming van de gemeente. De vrij hoogte van de fietsenstalling ter plaatse van de looproutes en stallingsplaatsen is minimaal 2,20 meter. Bij inpandige fietsenstallingen gelden de eisen 1 t/m 5 die gelden voor de ligging en ontsluiting van inpandige fietsenbergingen bij appartementen, waarbij de breedte van minimaal 2 meter voor trappen en gangpaden en fietsgoten aan beide zijden van de trap geldt vanaf 30 fietsenrekken. Bij ombouw van een bestaand gebouw kan hiervan worden afgeweken waarbij goedkeuring van de gemeente vereist is. Verder gelden aanvullend de eisen van het actuele Politiekeurmerk Veilig Wonen voor Nieuwbouw voor collectieve stallingen, ook bij ombouw van bestaande gebouwen naar appartementen. Per 5 fietsparkeerplaatsen of gedeelte daarvan is er 1 oplaadpunt voor een elektrische fiets. Per 10 fietsparkeerplaatsen of gedeelte daarvan minimaal 1 parkeerplaats met een breedte van 1 meter en een aanbindvoorziening voor bromfietsen en afwijkende fietsen.

• Overige gebouwen en voorzieningen

1. fietsparkeerplaatsen liggen in principe op eigen terrein.

2. fietsparkeerplaatsen voor bezoekers en personeel zijn bij voorkeur van elkaar gescheiden.

3. fietsparkeerplaatsen voor personeel bij voorkeur inpandig, in ieder geval overdekt.

4. De loopafstand tussen stallingen en een toegang van de bestemming is maximaal 25 meter. Grotere afstanden alleen met toestemming van de gemeente.

5. Bij meerdere ingangen dienen de fietsparkeerplaatsen te worden verdeeld over de ingangen naar verhouding van verwachte aantallen per ingang.

6. Per 10 fietsparkeerplaatsen of gedeelte daarvan minimaal 1 parkeerplaats voor bromfietsen en afwijkende fietsen met een breedte van 1 meter zonder fietsrek of aanleunvoorziening.

7. Per 10 fietsparkeerplaatsen voor personeel of gedeelte daarvan minimaal 1 oplaadpunt voor een elektrische fiets aanbrengen met een minimum van 1.

2. Waardering parkeerplaatsen fiets

Bij het toepassen van hoog-laag rekken geldt een maximale capaciteit van 0,75 x aantal plaatsen. De hart op hartafstand tussen een hoog en een laag rek is minimaal 40 centimeter.

3. Eisen aan parkeervoorzieningen fiets

De fietsparkeervoorzieningen moeten voldoen aan de fietsparkeur. Fietsparkeur zijn normen die de kwaliteit van een fietsenrek garanderen

V Laden en lossen

Indien de bestemming en/of functie van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden en lossen, moet op eigen terrein in voldoende mate in deze behoefte zijn voorzien. Op basis van afmetingen van te verwachten vrachtverkeer en rijcurves wordt de bruikbaarheid van de laad en los mogelijkheid getoetst.

VI Afwijken van de parkeernormen en/of laden en lossen

Het bevoegd gezag kan geheel of gedeeltelijk afwijken van de parkeereis toestaan. De afwijking moet goed onderbouwd worden. Van het afwijken van de parkeereis kan sprake zijn bij:

a. Maatwerk: de afwijking moet onderbouwd worden aan de hand van specifieke kenmerken van de locatie, functie en doelgroep van het project.

b. Locatie: er moet sprake zijn van een locatie waar het feitelijk onmogelijk is om geheel of gedeeltelijk aan de parkeereis te voldoen of waar het in alle redelijkheid onmogelijk of onwenselijk is om geheel of gedeeltelijk te voldoen aan de parkeereis.

Ondertekening

Vastgesteld door de gemeenteraad van Alphen aan den Rijn in de openbare vergadering van 24 september 2020,

De griffier, de voorzitter,

Drs. J.A.M. Timmerman, mr. drs. J.W.E. Spies