Uitvoeringsbesluit Verordening parkeerbelastingen 2021

Uitvoeringsbesluit Verordening parkeerbelastingen 2021

1. Op grond van artikel 2, eerste lid, en artikel 9 Verordening parkeerbelastingen 2021 worden de volgende gebieden en locaties aangewezen alwaar parkeerbelasting wordt geheven: als genoemd in het Uitvoeringsbesluit Parkeerverordening 2021.

2. Op grond van artikel 5, eerste lid, Verordening parkeerbelastingen 2021 stelt het college de volgende voorschriften:

1. De parkeerbelasting kan worden voldaan via een daarvoor bestemde parkeerautomaat, of via mobiel parkeren zoals beschreven in artikel 6, eerste lid, Verordening parkeerbelastingen;

2. Op de parkeerautomaat dient de automaat in werking te worden gesteld door aanraking van de knop aan de voorzijde bij het aanraakscherm;

3. Op de parkeerautomaat dient via de keuzeknoppen op het aanraakscherm geldeenheden toegevoegd te worden welke gelijk staan aan de aan te kopen tijd volgens de tarieventabel;

4. Op de parkeerautomaat dient via het toetsenbord op het aanraakscherm het kenteken van het te parkeren voertuig te worden ingegeven;

5. Op de parkeerautomaat dienen de ingegeven keuzes via het aanraakscherm bevestigd te worden;

6. Op de parkeerautomaat dient via de daarvoor bestemde apparatuur de pinbetaling of betaling per creditcard te worden voldaan;

7. Indien de parkeerbelasting wordt voldaan via mobiel parkeren als omschreven in artikel 6, eerste lid, Verordening parkeerbelastingen dan dient dit te geschieden volgens de instructies en richtlijnen van de betreffende provider van mobiel parkeren.

3. Op grond van artikel 11, tweede lid, Verordening parkeerbelastingen 2021 wijst het college de volgende terreinen en weggedeelten aan waar een wielklem mag worden gebruikt en mag worden weggesleept:

Alle op grond van artikel 2, eerste lid, Parkeerverordening 2021 aangewezen gebieden.