Regeling vervallen per 04-02-2014

Procedure overleg huisvesting onderwijs Alphenaan den Rijn

Geldend van 16-01-1997 t/m 03-02-2014

Intitulé

Procedure overleg huisvesting onderwijs Alphenaan den Rijn

VERORDENING PROCEDURE OVERLEG HUISVESTING ONDERWIJS ALPHEN AAN DEN RIJN

(vastgesteld door de gemeenteraad op 31 oktober 1996, ingaande 16 januari 1997)

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder

a bevoegd gezagsorgaan:

het bestuur van een volgens de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs bekostigde openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, algemeen voorgezet onderwijs en voorbereidend beroepsonderwijs, die geheel of gedeeltelijk gehuisvest is in een gebouw dat zich bevindt op het grondgebied van de gemeente;

b bestuurlijk overleg:

het op overeenstemming gericht overleg tussen het gemeentebestuur en de bevoegde gezagsorganen als bedoeld in artikel 76, vijfde lid van de Wet op het basisonderwijs, artikel 84, vijfde lid van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en artikel 76m, vijfde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs;

c Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs:

de vast te stellen of te wijzigen Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs als bedoeld in artikel 76, eerste lid van de Wet op het basisonderwijs, artikel 84, eerste lid van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en artikel 76m, eerste lid van de Wet op het voortgezet onderwijs;

d advies van de Onderwijsraad:

het advies van de Onderwijsraad als bedoeld in artikel 76, zesde lid van de Wet op het basisonderwijs, artikel 84, zesde lid van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en artikel 76m, zesde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs.

Artikel 2 Uitnodiging

1 Voordat burgemeester en wethouders een voorstel aan de raad doen over de vaststelling of wijziging van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs, wordt de voorgenomen inhoud van dit voorstel met een toelichting daarop en de inventarisatie als bedoeld in artikel 4 van deze verordening toegezonden aan alle bevoegde gezagsorganen.

2 De toezending geschiedt onder bekendmaking van de plaats, de datum en het tijdstip waarop het bestuurlijk overleg hierover zal aanvangen. Tussen de datum van de toezending van het voorstel en de datum van het overleg liggen tenminste twee weken.

Artikel 3 Voorzitterschap en secretariaat

1 De portefeuillehouder belast met onderwijszaken treedt op als voorzitter van het bestuurlijk overleg.

2 Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het secretariaat van het bestuurlijk overleg.

Artikel 4 Voorbereiding

Het bestuurlijk overleg kan worden voorafgegaan door een voorbereidend overleg tussen vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen en burgemeester en wethouders. Dit voorbereidend overleg wordt afgerond met een inventarisatie van de onderwerpen waarover wel en waarover geen overeenstemming is bereikt.

Artikel 5 Vertegenwoordiging

1 Alle bevoegde gezagsorganen kunnen zich laten vertegenwoordigen in het bestuurlijk overleg. Hiertoe wijzen zij maximaal het volgende aantal vertegenwoordigers aan, die namens dit bevoegd gezag het bestuurlijk overleg voeren:

  • -

    burgemeester en wethouders van de gemeente Alphen aan den Rijn als bevoegd gezag van het openbaar onderwijs: twee;

  • -

    de Vereniging voor Christelijk Primair Onderwijs te Aarlanderveen, Alphen aan den Rijn en Zwammerdam: twee;

  • -

    de Stichting Katholiek Basisonderwijs Alphen aan den Rijn: twee;

  • -

    de Vereniging voor Gereformeerd Onderwijs Alphen aan den Rijn e.o.: één;

  • -

    de Vereniging voor Christelijk Onderwijs op Reformatorische Grondslag: één;

  • -

    de Stichting Islamitische Basisschool Alphen aan den Rijn e.o.: één;

  • -

    de Vereniging Montessori-onderwijs Alphen aan den Rijn: één;

  • -

    de Vereniging Werkgroep Vrije School Alphen: één;

  • -

    de Stichting voor Schoolvoorziening Speciaal Onderwijs Alphen aan den Rijn: één;

  • -

    de Stichting LOM-school: één;

  • -

    de Gemeenschappelijke Regeling Openbaar Voortgezet Onderwijs Alphen aan den Rijn: twee;

  • -

    de Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs: twee;

  • -

    de Katholieke Stichting Ashram College: twee.

2 Bevoegde gezagsorganen kunnen zich gezamenlijk laten vertegenwoordigen in het bestuurlijk overleg. Voor het bepalen van het aantal vertegenwoordigers is het gestelde in het eerste lid van toepassing.

3 Burgemeester en wethouders in hun rol als lokale overheid worden in het overleg vertegenwoordigd door de portefeuillehouder onderwijs.

4 De vertegenwoordigers kunnen zich laten bijstaan door een adviseur.

Artikel 6 Advies Onderwijsraad

1 Indien één of meer vertegenwoordigers in het bestuurlijk overleg een advies van de Onderwijsraad wensen over het voorstel tot vaststelling of wijziging van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs in relatie tot de vrijheid van richting en vrijheid van inrichting, dan wordt dit tijdens het bestuurlijk overleg door de vertegenwoordiger(s) bekend gemaakt. Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk gemotiveerde omschrijving van de onderwerpen waarover het advies van de Onderwijsraad wordt verwacht. Hierbij wordt ook het verband aangegeven tussen deze onderwerpen en de vrijheid van richting en de vrijheid van inrichting.

2 Alle vertegenwoordigers worden in het bestuurlijk overleg in de gelegenheid gesteld hun zienswijze naar voren te brengen over het verzoek om advies van de Onderwijsraad.

3 Burgemeester en wethouders zijn belast met de indiening van een verzoek om advies bij de Onderwijsraad. Daarbij wordt de Onderwijsraad ook geïnformeerd over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen voor zover deze afwijken van de inhoud van het verzoek.

4 Een afschrift van het door de Onderwijsraad uitgebrachte advies wordt zo spoedig mogelijk door burgemeester en wethouders toegezonden aan alle bevoegde gezagsorganen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies van de Onderwijsraad zou leiden tot één of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over de vaststelling of wijziging van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs zoals dat aan de orde is geweest in het bestuurlijk overleg als bedoeld in het eerste en tweede lid, dan worden de bevoegde gezagsorganen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor een nader bestuurlijk overleg.

In alle andere gevallen beoordelen burgemeester en wethouders of nader bestuurlijk overleg over het advies van de Onderwijsraad noodzakelijk is. Burgemeester en wethouders geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies van de Onderwijsraad.

5 Het overleg als bedoeld in het vorige lid vindt binnen twee weken plaats nadat de Onderwijsraad zijn advies heeft uitgebracht. Burgemeester en wethouders informeren de raad over dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 7.

Artikel 7 Verslaglegging en informeren raad

1 Van het bestuurlijk overleg wordt door burgemeester en wethouders een verslag gemaakt.

2 Het verslag bevat in ieder geval:

a een overzicht van de gevolgde procedure;

b een weergave van de zienswijzen zoals deze tijdens het bestuurlijk overleg door de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen en de vertegenwoordiger van burgemeester en wethouders naar voren zijn gebracht;

c een overzicht van de onderwerpen waarover in het bestuurlijk overleg geen of geen volledige overeenstemming is bereikt, waarbij wordt aangegeven wat de inhoudelijke redenen daarvan zijn;

d een overzicht van de door de vertegenwoordiger van de gemeente in het overleg toegezegde wijzigingen in het oorspronkelijk voorstel, naar aanleiding van de naar voren gebracht zienswijzen als bedoeld onder b.

Als artikel 6, eerste lid wordt toegepast, wordt hiervan eveneens een weergave opgenomen in het verslag.

3 Burgemeester en wethouders zenden het concept van het verslag ter commentaar toe aan de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen die hebben deelgenomen aan het bestuurlijk overleg. De bevoegde gezagsorganen die niet hebben deelgenomen aan het bestuurlijk overleg ontvangen het concept van het verslag ter kennisneming. Binnen één week na de dag waarop het concept van het verslag is toegezonden, maken de bevoegde gezagsorganen die deel hebben genomen aan het bestuurlijk overleg schriftelijk hun opmerkingen over het concept van het verslag bekend. Vervolgens stellen burgemeester en wethouders, met inachtneming van de opmerkingen, het verslag definitief vast.

4 Burgemeester en wethouders brengen het verslag gelijktijdig met het voorstel tot vaststelling of wijziging van de Verordening onderwijshuisvesting ter kennis van de gemeenteraad. Voor zover door burgemeester en wethouders is afgeweken van de in het bestuurlijk overleg naar voren gebrachte zienswijzen, zoals weergegeven in het vastgestelde verslag, wordt hiervan in het voorstel aan de raad melding gemaakt. Daarbij worden de redenen voor het niet (geheel) overnemen van deze zienswijzen vermeld.

Artikel 8 Heropening overleg

1 Indien uit het advies van de betrokken raadscommissie over het voorgenomen voorstel aan de raad tot vaststelling of wijziging van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs met de daarbij behorende stukken als bedoeld in artikel 7, vierde lid, blijkt dat de meerderheid van de raadscommissie of een deel van de raadscommissie dat volgens burgemeester en wethouders een meerderheid in de raad vertegenwoordigt, van oordeel is dat het voorstel op één of meer onderdelen inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan het bestuurlijk overleg heropend worden. Burgemeester en wethouders beslissen daarover. Het bestuurlijk overleg wordt in ieder geval heropend als het oordeel als bedoeld in de eerste volzin betrekking heeft op inhoudelijke onderdelen van het voorstel waarover in het bestuurlijk overleg overeenstemming was bereikt.

2 Indien burgemeester en wethouders beslissen met betrekking tot de voorgenomen vaststelling van de verordening het bestuurlijk overleg te heropenen dan roepen zij de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk voor het moment waarop de raad een besluit neemt over het voorstel tot vaststelling van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. Tussen de toezending van het oordeel als bedoeld in het vorige lid en de datum van het heropende bestuurlijke overleg liggen tenminste tien dagen. In het overleg worden de vertegenwoordigers in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven op het in het eerste lid genoemde oordeel. Burgemeester en wethouders informeren de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 7. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn besluitvorming over de vaststelling van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs.

3 Indien burgemeester en wethouders beslissen met betrekking tot een voorgenomen wijziging van de verordening het bestuurlijk overleg te heropenen dan roepen zij de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen opnieuw bijeen.

Tussen de toezending van het oordeel als bedoeld in het eerste lid en de datum van het heropende bestuurlijke overleg liggen tenminste twee weken. In het overleg worden de vertegenwoordigers in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven op het in het eerste lid genoemde oordeel. Burgemeester en wethouders informeren eerst de betrokken raadscommissie en vervolgens de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 7. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn besluitvorming over de wijziging van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs.

Artikel 9

 Beslissing burgemeester en wethouders

in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders gehoord de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen in het bestuurlijk overleg.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op de dag waarop deze verordening wordt bekend gemaakt.

Artikel 11 Citeertitel

De verordening kan worden aangehaald als: Verordening procedure overleg huisvesting onderwijs.