Regeling vervallen per 03-01-2020

Besluit van de gemeentesecretaris, tevens algemeen directeur, van de gemeente Altena houdende regels omtrent ondermandaat Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers

Geldend van 01-02-2019 t/m 02-01-2020

Intitulé

Besluit van de gemeentesecretaris, tevens algemeen directeur, van de gemeente Altena houdende regels omtrent ondermandaat Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers

De gemeentesecretaris, tevens algemeen directeur, van de gemeente Altena,

Overwegende dat aan hem bij Mandaatbesluit Altena 2019 – versie 2 mandaat is verleend ten aanzien van de tot het college en de burgemeester behorende aangelegenheden, met uitzondering van de aangelegenheden als vermeld in bijlage 1, behorende bij het Mandaatbesluit Altena 2019 – versie 2;

overwegende, dat het doelmatig is dat de gemeentesecretaris gebruik maakt van ondermandaat bij de uitoefening van de aan hem gemandateerde bevoegdheden;

gelet op de Gemeentewet, afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht en lid 2 van artikel 1 van het Mandaatbesluit Altena 2019;

besluit:

vast te stellen:

Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers

Artikel 1 Definities

In dit besluit en de daarbij behorende bijlagen wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van Altena.

  • b.

    de burgemeester: de burgemeester van Altena als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de gemeente in en buiten rechte.

  • c.

    de directie: de directeuren gezamenlijk.

  • d.

    de gemeentesecretaris: de gemeentesecretaris van Altena en tevens algemeen directeur.

  • e.

    een directeur: een lid van de directie.

  • f.

    de teammanager: de leidinggevende van een team met een hiërarchische bevoegdheid over de medewerkers binnen dat team.

  • g.

    mandaat: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester besluiten te nemen, als bedoeld in afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • h.

    ondermandaat: het verlenen van mandaat door de mandaathouder aan een ander.

  • i.

    volmacht: de bevoegdheid om namens het bevoegde bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten, als bedoeld in artikel 160 Gemeentewet;

  • j.

    machtiging: de bevoegdheid om namens het bevoegde bestuursorgaan handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

  • k.

    mandaathouder: de functionaris die namens het bestuursorgaan een bevoegdheid uitoefent.

Artikel 2 Ondermandaat aan de teammanagers

  • 1. Aan alle teammanagers wordt ondermandaat verleend van de aan de gemeentesecretaris bij Mandaatbesluit Altena 2019 – versie 2 gemandateerde bevoegdheden, met uitzondering van:

    • a.

      bevoegdheden die bij of krachtens de wet aan de gemeentesecretaris zijn toegekend;

    • b.

      bevoegdheden waarvan de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaatverlening verzet;

    • c.

      de in bijlage 1 opgenomen bevoegdheden.

  • 2. In afwijking van het gestelde in het eerste lid worden de in bijlage 2 opgenomen bevoegdheden slechts aan de daarbij genoemde functionarissen gemandateerd.

  • 3. Ondermandaat door de teammanagers aan een of meer onder hem ressorterende medewerkers is toegestaan.

  • 4. Op ondermandaat door de teammanagers zijn de bepalingen van dit besluit van overeenkomstige toepassing.

  • 5. Een teammanager is bevoegd om mandaten die aan onder hem ressorterende medewerkers zijn verleend, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, te wijzigen of in te trekken. Een dergelijk besluit wordt schriftelijk vastgelegd en bekendgemaakt, tenzij het om een concrete, individuele en eenmalige aangelegenheid gaat.

Artikel 3 Uitoefening ondermandaat

  • 1. De secretaris kan instructies geven over de wijze waarop de gemandateerde bevoegdheden worden uitgeoefend.

  • 2. Indien naar het oordeel van de mandaathouder bij de uitoefening van een bevoegdheid belangrijke bestuurlijke aspecten zijn betrokken, legt de mandaathouder de zaak vooraf voor aan de betreffende portefeuillehouder. Deze kan bepalen dat de zaak ter besluitvorming aan het college van burgemeester en wethouders moet worden voorgelegd.

  • 3. De bepalingen in het tweede lid gelden, voor zover toepasbaar, ook voor namens de burgemeester te nemen besluiten.

Artikel 4 Algemene bepalingen/uitzonderingen ondermandaat

  • 1. Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van;

    • a.

      volmacht;

    • b.

      machtiging.

  • 2. De mandaathouder maakt van de aan hem verleende bevoegdheid slechts gebruik ten aanzien van aangelegenheden die behoren tot het werkterrein van zijn team of tot het aan hem opgedragen aandachtsgebied/project.

  • 3. De mandaathouder kan enkel gebruik maken van zijn mandaat voor het aangaan van financiële verplichtingen voor zover daarin is voorzien in de begroting.

  • 4. Geen mandaat wordt verleend indien artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is.

  • 5. Wanneer een te nemen besluit het taakgebied van een ander team raakt, legt de mandaathouder de zaak vooraf voor aan de teammanager van dat andere team. Indien geen overeenstemming wordt bereikt legt de mandaathouder de zaak voor aan de gemeentesecretaris.

Artikel 5 Vervanging mandaathouder

Bij afwezigheid van de teammanager wordt deze vervangen door een andere teammanager.

Artikel 6 Ondertekening

  • 1.

    • a.

      Indien het gemandateerde besluit wordt ondertekend geschiedt dit door vermelding namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen, gevolgd door de naam en functieaanduiding van de mandaathouder en zijn/haar handtekening.

    • b.

      Indien het gemandateerde besluit niet ondertekend wordt vermeld het besluit namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen, gevolgd door de naam en functieaanduiding van de mandaathouder.

  • 2. In publicaties en openbare kennisgevingen wordt volstaan met het vermelden van het betreffende bestuursorgaan.

Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2. Dit besluit wordt aangehaald als “Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers”.

Ondertekening

Vastgesteld door de secretaris van de gemeente Altena op 22 januari 2019.

De secretaris,

drs. A.J.E. van der Werf-Bramer

BIJLAGE 1 Aangelegenheden welke ingevolge artikel 2, eerste lid van het Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers blijven voorbehouden aan de gemeentesecretaris

Behoort bij het Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers, vastgesteld d.d. 22 januari 2019

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het nemen van een beslissing op bezwaar.

  • 2.

    Het nemen van besluiten op schriftelijk ingediende klachten die zijn gericht tegen het functioneren van een teammanager.

  • 3.

    Het aanwijzen van vertegenwoordigers van de gemeente en de gemeentelijke bestuursorganen in rechtsgedingen en bij de hoorzittingen van de commissie voor de bezwaarschriften.

Privaatrecht

Aanbestedingen

n.v.t.

Contracten

  • 1.

    Het ontbinden van een overeenkomst.

Civiele (en strafrechtelijke) procedures

  • 1.

    Het aanwijzen van vertegenwoordigers van de gemeente en de gemeentelijke bestuursorganen in civiele procedures.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    het ontzeggen van de toegang tot gebouwen/terreinen die in eigendom of gebruik zijn bij de gemeente, met uitzondering van schoolgebouwen.

B. Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Alle rechtspositionele besluiten ten aanzien van de directeuren, zoals het aanstellen en ontslaan, het toekennen van salaris bij aanstelling, het toekennen van (flexibele) beloning, verlof, toelagen en vergoedingen, etc.

  • 2.

    Uitvoering geven aan artikel 15:1:e CAR-UWO voor waar het nevenfuncties van de directeuren betreft.

  • 3.

    Het benoemen, schorsen en ontslaan van een teammanager.

  • 4.

    Het nemen van besluiten ten aanzien van een teammanager.

  • 5.

    Het verlenen van toestemming tot het vervullen van nevenfuncties door een teammanager als bedoeld in artikel 15:1 e CAR-UWO.

  • 6.

    Het toekennen van salaris bij aanstellen van een teammanager.

  • 7.

    Het toekennen van extra salarisverhoging voor een teammanager.

  • 8.

    Het toekennen van een persoonlijke toelage voor een teammanager.

  • 9.

    Het vaststellen van functiewaardering.

  • 10.

    Het verlenen van ontslag wegens arbeidsongeschiktheid als bedoeld in artikel 8:4, 8:5 en 8:5a CAR-UWO.

  • 11.

    Het verlenen van ontslag wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid als bedoeld in artikel 8:6 CAR-UWO.

  • 12.

    Ontslag op overige gronden, als bedoeld in artikel 8:7, 8:8 en 8:9 CAR-UWO.

  • 13.

    Het schorsen van een medewerker als ordemaatregel, op grond van artikel 8:15:1 CAR-UWO.

  • 14.

    Het (gedeeltelijk) inhouden van salaris tijdens een schorsing in het kader van een ordemaatregel op grond van artikel 8:15:2 CAR-UWO.

  • 15.

    Het staken van het salaris als bedoeld in 7:13:2 CAR-UWO.

  • 16.

    Het opleggen van (voorwaardelijke) disciplinaire straffen op grond van artikel 16:1:2 CAR-UWO.

  • 17.

    Gedwongen overplaatsing.

  • 18.

    Het opleggen van een verplichting tot het vergoeden van door de gemeente geleden schade op grond van artikel 15:1:12 CAR-UWO.

  • 19.

    Het opleggen van de verplichting in of meer nabij zijn standplaats te gaan wonen, als bedoeld in artikel 15:1:17 CAR-UWO.

  • 20.

    Het opleggen van de verplichting tot het betrekken van een dienstwoning, als bedoeld in artikel 15:1:18 CAR-UWO.

  • 21.

    Het ontzeggen van de toegang tot de kantoren, werkplaatsen of andere arbeidsterreinen, dan wel het verblijf aldaar, als bedoeld in artikel 15:1:19 CAR-UWO.

  • 22.

    Het opdragen van andere werkzaamheden onder andere in tijden van oorlog.

  • 23.

    Het uitvoeren van de regeling klokkenluiders.

  • 24.

    Het toepassen van hardheidsclausules van alle door het college vastgestelde (uitvoerings-)regelingen met betrekking tot personeelsaangelegenheden.

  • 25.

    Het jaarlijks vaststellen van verplichte brugdagen.

C. Overige aangelegenheden

  • 1.

    Het voeren van het georganiseerd overleg met de vakbonden.

BIJLAGE 2 Aangelegenheden welke ingevolge artikel 2, tweede lid van het Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers blijven voorbehouden aan bepaalde functionarissen

Behoort bij het Ondermandaatbesluit Altena 2019 gemeentesecretaris – teammanagers, vastgesteld d.d. 22 januari 2019

  • 1.

    Aan de teammanager Bestuursondersteuning wordt ondermandaat verleend tot het nemen van besluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur.

BIJLAGE 3 Aangelegenheden welke ingevolge artikel 2, eerste lid van het Mandaatbesluit Altena 2019 – versie 2 blijven voorbehouden aan het college respectievelijk de burgemeester

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het doen van voorstellen aan de raad.

  • 2.

    Het vaststellen van regels omtrent de ambtelijke organisatie.

  • 3.

    Het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels, voor zover deze niet door de raad worden vastgesteld.

  • 4.

    Het nemen van een beslissing op bezwaar indien deze afwijkt van het advies van de commissie voor de bezwaarschriften.

  • 5.

    Het nemen van besluiten op verzoeken om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, die betrekking hebben op een ramp als bedoeld in de Wet veiligheidsregio’s.

  • 6.

    Het nemen van besluiten over verzoeken om planschade en nadeelcompensatie.

  • 7.

    Het nemen van besluiten om bezwaar of (administratief) (hoger) beroep aan te tekenen of een verzoek om (wijziging of opheffing van) een verzoek om voorlopige voorziening in te dienen namens de gemeente of het gemeentebestuur in administratiefrechtelijke procedures.

  • 8.

    Het nemen van besluiten op schriftelijk ingediende klachten die zijn gericht tegen het functioneren van een directielid.

  • 9.

    Het nemen van een besluit tot het al dan niet verlenen van inspraak op grond van de inspraakverordening als bedoeld in artikel 150 Gemeentewet.

  • 10.

    Het vaststellen van een subsidieplafond en de wijze van verdeling ervan.

  • 11.

    Het nemen van besluiten waarbij wordt afgeweken van het beleid, richtlijnen en/of voorschriften, bij omgevingsrecht aangelegenheden met uitzondering van binnenplans afwijken van een bestemmingsplan of beheersverordening en bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen (voorheen zogenaamde kruimelgevallen).

  • 12.

    Het nemen van besluiten, indien ter voorbereiding van deze besluiten een uniforme openbare voorbereidingsprocedure (afdeling 3.4 Awb) is gevoerd en zienswijzen, bedenkingen of inspraakreacties zijn ingebracht.

  • 13.

    Het nemen van beslissingen die zijn neergelegd in een document, gericht tot:

    • a.

      de raad;

    • b.

      de Koning en andere leden van het Koninklijk Huis;

    • c.

      de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen;

    • d.

      de voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamergevormde commissie;

    • e.

      de vice-president van de Raad van State;

    • f.

      de president van de Algemene Rekenkamer;

    • g.

      de Ombudsvoorziening, voor zover het correspondentie betreft terzake van formele klachten;

    • h.

      enig bestuursorgaan van een provincie, waterschap of een hoogheemraadschap, voor zover geen sprake is van een aanvraag voor een subsidie, vergunning, ontheffing of vrijstelling ten behoeve van de gemeente Altena.

  • 14.

    Aan de burgemeester blijft voorbehouden het nemen van een besluit op grond van de Wet tijdelijk huisverbod en de Opiumwet.

  • 15.

    Aan de burgemeester blijft voorbehouden het besluit inhoudende een last tot inbewaringstelling (psychiatrisch ziekenhuis) in het kader van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen.

  • 16.

    Aan de burgemeester blijven voorbehouden de in de Gemeentewet aan hem toegekende bevoegdheden tenzij uitdrukkelijk gemandateerd.

Privaatrecht

Aanbestedingen

  • 1.

    Het nemen van besluiten om af te wijken van het vastgestelde aanbestedingsbeleid.

  • 2.

    Het nemen van gunningsbesluiten en het afsluiten van de daaruit voortvloeiende overeenkomsten boven het bedrag van de budgetten waarover de gemeentesecretaris als hoofdbudgethouder een bevoegdheid is verstrekt middels het vaststellen van de programmabegroting.

Contracten

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van convenanten, intentieverklaringen, en bestuursovereenkomsten.

  • 2.

    Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten met een financiële waarde buiten de toegekende budgetten en vastgestelde kaders.

  • 3.

    Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten indien:

    • a.

      op grond van de Gemeentewet het college de raad vooraf over de overeenkomst moet informeren, omdat de raad daarom heeft verzocht;

    • b.

      op grond van de Gemeentewet de raad in de gelegenheid moet worden gesteld zijn wensen en bedenkingen ten aanzien van de overeenkomst ter kennis van het college te brengen omdat deze ingrijpende gevolgen voor de gemeente kan hebben;

    • c.

      de raad ter zake om informatie heeft gevraagd.

  • 4.

    Het afgeven van garanties, borgstellingen en dergelijke, hoe ook genaamd.

Civiele (en strafrechtelijke) procedures

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van civiele procedures.

  • 2.

    Het besluit hoger beroep of cassatie aan te tekenen namens de gemeente of het gemeentebestuur in civiele procedures.

  • 3.

    Het nemen van besluiten ten aanzien van alternatieve geschillenbeslechting, niet zijnde arbitrage of het voorleggen van geschillen aan scheidslieden voor zover afspraken daarover vooraf schriftelijk zijn vastgelegd.

  • 4.

    Het treffen van een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure, indien hiervoor geen financiële middelen op de vigerende begroting beschikbaar zijn.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het besluit tot de oprichting van of de deelneming in rechtspersonen.

  • 2.

    Het kwijtschelden en buiten invordering stellen van vorderingen, niet zijnde vorderingen in het kader van belastingheffing of een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure.

  • 3.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van erfstellingen/legaten/schenkingen.

  • 4.

    Het besluit tot het doen van een schenking.

  • 5.

    Het aanvaarden van een aanbod tot sponsoring.

  • 6.

    Het aanvragen van surseance van betaling en faillissement.

  • 7.

    Het nemen van besluiten over verzoeken om schadevergoeding boven een bedrag ad € 5.000,- voor zover dergelijke verzoeken op grond van de verzekeringspolis niet aan de verzekeraar moeten worden overgedragen.

  • 8.

    Bevoegdheden zoals opgenomen in het Treasurystatuut.

B. Personeelsaangelegenheden

Bevoegdheden ten aanzien van individuele personeelsleden

  • 1.

    Het benoemen en ontslaan van de gemeentesecretaris.

  • 2.

    Het nemen van besluiten ten aanzien van de gemeentesecretaris.

  • 3.

    Het verlenen van ontslag wegens reorganisatie of verminderde behoefte aan arbeidskrachten.

  • 4.

    Het verlenen van strafontslag.

  • 5.

    Het verlenen van toestemming tot het vervullen van nevenfuncties door de gemeentesecretaris als bedoeld in artikel 15:1 e CAR.

  • 6.

    Het toekennen van salaris bij aanstelling van gemeentesecretaris.

  • 7.

    Het toekennen van extra salarisverhoging voor de gemeentesecretaris.

  • 8.

    Het toekennen van een persoonlijke toelage voor de gemeentesecretaris.

C. Overige aangelegenheden

  • 1.

    Het benoemen van personen als vertegenwoordiger van de gemeente Altena in bestuurs- en toezichthoudende organen van publiekrechtelijke- en privaatrechtelijke rechtspersonen.

  • 2.

    Het benoemen van personen in adviesorganen van het college.

  • 3.

    Het benoemen van personen in bestuurscommissies als bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet.

  • 4.

    Het benoemen van personen in commissies als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet.

  • 5.

    Het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet.

  • 6.

    Het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet.