Beleidsregel handhavend optreden tegen (brom)fietswrakken, wees(brom)fietsen en buiten de fietsenstalling geplaatste (brom)fietsen

Januari 2018

Inleiding

Overwegende dat:

• •

  (Brom)fietsen die buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen of langdurig binnen de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen worden gestald voor overlast dan wel gevaarlijke situaties en onnodige inname van stallingscapaciteit kunnen zorgen;

• •

  Het in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente Ameland en ter voorkoming of opheffing van overlast op sommige plaatsen gewenst is (brom)fietswrakken en onjuist gestalde (brom)fietsen te verwijderen en op te slaan;

• •

  Om hier uitvoering aan te geven gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden om via bestuursdwang de (brom)fietsen, die in strijd met artikel 5.12 van de APV zijn gestald, te verwijderen.

• •

  Het op grond van artikel 5:5 van de APV verboden is een voertuig dat rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een kennelijk verwaarloosde toestand verkeert op de weg te parkeren;

• •

  Het (vrijwel) onmogelijk is de eigenaar van een wees(brom)fiets, (brom)fietswrak of een buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen gestalde (brom)fiets te achterhalen. Gelet op deze onbekendheid van de eigenaar, wil het college bekendmaken hoe zij de handhaving effectueert;

Heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ameland, gelet op de Gemeentewet, Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de artikelen 5.5 en 5:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Ameland 2016 (APV) besloten deze beleidsregel vast te stellen.

Definities

APV: Algemene Plaatselijke Verordening Ameland 2016 (APV).

Awb: Algemene wet bestuursrecht.

Bromfiets: een bromfiets als bedoeld in artikel 1 lid 1 sub e van de Wegenverkeerswet.

(brom)fietswrak: (brom)fiets die rijtechnisch in een onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een kennelijk verwaarloosde toestand verkeert. Of een (brom)fiets in kennelijk verwaarloosde toestand verkeert blijkt onder andere uit de aanwezigheid van roest, zand, stof, begroeiing en dergelijke. Als meerdere van de onderstaande gebreken zich voordoen is er evident sprake van een (brom)fietswrak. Een exemplaar:

• •

  zonder band, wiel, ketting en/of zadel;

• •

  met een fors krom wiel, voor- en/of achtervelg, stuur en/of stuurstang of frame;

• •

  waaraan minimaal een trapper ontbreekt;

• •

  met een vastgeroeste of kapotte ketting, verteerde banden, leeggelopen banden;

• •

  waarvan eventuele andere vitale onderdelen ontbreken.

buiten de stalling gestalde fietsen: fietsen of bromfietsen die onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te staan, zowel gevaarlijk als ongevaarlijk.

fiets: een fiets, al dan niet met trapondersteuning, als bedoeld in artikel 1 lid 1 sub ea van de Wegenverkeerswet.

fietsdepot Ameland: een afzonderlijk gedeelte van de gemeentewerf waar de verwijderde fietsen worden geregistreerd en bewaard.

toezichthouder: een door het college gemandateerde toezichthouder, werkzaam voor de gemeente Ameland

wees(brom)fiets: kennelijk verwaarloosde (brom)fiets die langer dan twee weken zonder wezenlijke tijdonderbreking een stallingsplaats bezet houdt. Of een (brom)fiets in kennelijk verwaarloosde toestand verkeert blijkt onder andere uit de aanwezigheid van roest, zand, stof, begroeiing en dergelijke.

Beleid

• 1.

  Onbeheerd op een daartoe aangewezen plaats op de weg buiten de stalling gevaarlijk of hinderlijk gestalde (brom)fietsen

• 1.

  Bij het aantreffen van een (brom)fiets die op een daartoe aangewezen plaats op de weg buiten de daarvoor bestemde ruimte of plaats op een gevaarlijke of hinderlijke manier is gestald, wordt overgegaan tot het toepassen van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:31 van de Awb.

• 2.

  Van het afvoeren wordt proces-verbaal als bedoeld in artikel 5:29 lid 2 van de Awb opgemaakt. Hiertoe wordt het ‘formulier (brom)fietsruiming’ als opgenomen in bijlage A gebruikt.

• 2.

  Onbeheerd op een daartoe aangewezen plaats op de weg buiten de stalling gestalde (brom)fietsen

• 1.

  Bij het aantreffen van een (brom)fiets die op een daartoe aangewezen plaats op de weg buiten de daarvoor bestemde ruimte of plaats, maar niet op een gevaarlijke of hinderlijke wijze als bedoeld in het vorige artikel is gestald, wordt overgegaan tot het toepassen van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb.

• 2.

  De last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb wordt bekendgemaakt door middel van een beschikkingslabel dat aan de betreffende (brom)fiets wordt bevestigd. De last onder bestuurs-dwang bestaat uit de verplichting de (brom)fiets binnen de gestelde begunstigingstermijn te verwijderen als bedoeld in artikel 5:24 van de Awb. Hiertoe wordt het label als opgenomen in bijlage B gebruikt.

• 3.

  Indien de (brom)fiets niet binnen de begunstigingstermijn door de eigenaar is verwijderd, wordt de (brom)fiets meegevoerd en opgeslagen als bedoeld in artikel 5:29 van de Awb. Van het afvoeren wordt proces-verbaal als bedoeld in artikel 5:29 lid 2 van de Awb opgemaakt. Hiertoe wordt het ‘formulier (brom)fietsruiming’ als opgenomen in bijlage A gebruikt.

• 3.

  Op de weg gestalde (brom)fietsen die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een verwaarloosde toestand verkeren (fietswrakken)

• 1.

  Bij het op de weg aantreffen van een gestalde (brom)fiets die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een verwaarloosde toestand verkeert wordt overgegaan tot het toepassen van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb.

• 2.

  De last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb wordt bekendgemaakt door middel van een beschikkingslabel dat aan de betreffende (brom)fiets wordt bevestigd. De last onder bestuurs-dwang bestaat uit de verplichting de (brom)fiets binnen de gestelde begunstigingstermijn te verwijderen als bedoeld in artikel 5:24 van de Awb. Hiertoe wordt het label als opgenomen in bijlage C gebruikt.

• 3.

  Indien de (brom)fiets niet binnen de begunstigingstermijn door de eigenaar is verwijderd, wordt de (brom)fiets meegevoerd en opgeslagen als bedoeld in artikel 5:29 van de Awb. Van het afvoeren wordt proces-verbaal als bedoeld in artikel 5:29 lid 2 van de AWB opgemaakt. Hiertoe wordt het ‘formulier (brom)fietsruiming’ als opgenomen in bijlage A gebruikt.

• 4.

  (Brom)fietsen die zonder tijdsonderbreking langer dan twee weken in de stalling zijn gestald (wees(brom)fietsen)

• 1.

  Bij het aantreffen van een (brom)fiets die vermoedelijk zonder wezenlijke tijdsonderbreking gedurende langere tijd is gestald in de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen, wordt een datumpeilingslabel aan de spaak van de (brom)fiets bevestigd. Op dit label worden datum en tijdstip vermeld.

• 2.

  Indien na twee weken blijkt dat de maximale stallingsduur is overschreden, wordt overgegaan tot het toepassen van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb.

• 3.

  De last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:21 van de Awb wordt bekendgemaakt door middel van een beschikkingslabel dat aan de betreffende (brom)fiets wordt bevestigd. De last onder bestuurs-dwang bestaat uit de verplichting de (brom)fiets binnen de gestelde begunstigingstermijn te verwijderen als bedoeld in artikel 5:24 van de Awb. Hiertoe wordt het label als opgenomen in bijlage C gebruikt.

• 4.

  Indien de (brom)fiets niet binnen de begunstigingstermijn door de eigenaar is verwijderd, wordt de (brom)fiets meegevoerd en opgeslagen als bedoeld in artikel 5:29 van de Awb. Van het afvoeren wordt proces-verbaal als bedoeld in artikel 5:29 lid 2 van de Awb opgemaakt. Hiertoe wordt het ‘formulier (brom)fietsruiming’ als opgenomen in bijlage A gebruikt.

• 5.

  Afvoer en opslag

• 1.

  Indien de (brom)fiets is vastgemaakt of vastgezet aan een voorwerp wordt het slot of de ketting met behulp van gereedschap verbroken. Bij het verbreken van het slot of de ketting wordt de nodige zorgvuldigheid betracht, teneinde schade voor de eigenaar zoveel mogelijk te voorkomen dan wel te beperken. Het slot of de ketting wordt bij de (brom)fiets opgeslagen. De kosten voor de vervanging van een verbroken slot dan wel ketting alsmede overige schade door het verwijderen, komen voor rekening van de eigenaar van de (brom)fiets.

• 2.

  De af te voeren (brom)fiets wordt overgebracht naar het fietsdepot Ameland.

• 3.

  Na afvoer wordt de (brom)fiets gefotografeerd en wordt het ‘formulier(brom)fietsruiming’ verder ingevuld. Het ‘formulier (brom)fietsruiming’ wordt bewaard in een register.

• 6.

  Kosten afvoer en opslag

De kosten verbonden aan het afvoeren van de (brom)fiets bedragen €10,00. De kosten verbonden aan het bewaren van een (brom)fiets bedragen €7,00 per week of een gedeelte daarvan.

• 7.

  Bewaartermijn

De (brom)fiets wordt overeenkomstig artikel 5:30 lid 1 van de Awb dertien weken bewaard.

• 8.

  Teruggave en verkoop

• 1.

  Een opgeslagen (brom)fiets wordt tegen betaling van genoemde kosten ter beschikking gesteld aan de eigenaar. Als eigenaar wordt beschouwd degene die redelijkerwijs aannemelijk kan maken dat de (brom)fiets hem of haar in eigendom toebehoort (door aankoopbewijs, bewijs van framenummer, graveercode, beschrijving, fietssleutel en dergelijke). De gemeente Ameland heeft, overeenkomstig artikel 5:29 lid 4 van de Awb, het recht teruggave van de opgeslagen (brom)fiets op te schorten tot de verschuldigde kosten zijn voldaan.

• 2.

  Een (brom)fiets, die uiterlijk dertien weken na de datum van opslag niet door de eigenaar is opgehaald, kan worden verkocht als bedoeld in artikel 5:30 van de Awb. De eigenaar kan, conform artikel 5:30 lid 4 van de Awb, gedurende drie jaar recht doen gelden op de opbrengst van eventuele verkoop. Van de opbrengst van eventuele verkoop worden de kosten van opslag, zijnde € 7,00 per week of een gedeelte daarvan, vermeerderd met de kosten verbonden aan het afvoeren van de (brom)fiets ad €10,00, afgetrokken.

• 9.

  (Brom)fietsen aangemerkt als wrak

(Brom)fietsen die als wrak zijn aangemerkt worden overeenkomstig artikel 5:30 lid 5 Awb als oud ijzer afgevoerd.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op DATUM