Subsidieregeling incidentele subisidie lokale journalistieke producties& mediainnovatie

1. Deze regeling is van toepassing op activiteiten/producten die bijdragen aan de versterking en vernieuwing van het lokale media-aanbod en/of de lokale journalistiek in Amersfoort.

2. Subsidie kan aangevraagd worden door zelfstandig werkende journalisten, rechtspersonen zonder winstoogmerk gericht op media, journalistiek en innovatie, mediabedrijven en studenten journalistiek (hbo, wo).

1. Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten:

• a.

  Journalistieke producties met lokale inhoud gericht op Amersfoort of;

• b.

  Projecten met een innovatief karakter, die vernieuwingen tot stand brengen in inhoud en strekking, exploitatiewijze of vormgeving van journalistieke functies als nieuwsgaring, nieuwsduiding of opinievorming, zodat daarmee een vernieuwende bijdrage wordt geleverd aan de journalistieke informatievoorziening in Amersfoort.

2. Daarnaast gelden de volgende voorwaarden:

• a.

  De inhoud is maatschappelijk relevant voor Amersfoorters;

• b.

  De inhoud van de productie moet een actualiteitswaarde hebben, een bijdrage leveren aan een actueel, cultureel, maatschappelijk of politiek debat;

• c.

  De productie/het project is gericht op het bereiken van een breed publiek;

• d.

  De productie wordt uitgezonden via/gepubliceerd in een lokaal medium in Amersfoort of het project is gericht op vernieuwing van de nieuwsvoorziening/een lokaal medium in Amersfoort;

• e.

  Er is samenwerking met meerdere (media)partijen in Amersfoort;

• f.

  Als de productie over een specialistisch onderwerp gaat, dient het ook voor anderen dan alleen geïnteresseerden/betrokkenen interessant te zijn;

• g.

  In geval van een geschiedkundige productie komt alleen recente geschiedschrijving met betekenis voor het heden in aanmerking voor subsidie;

1. Het aan te vragen subsidiebedrag bedraagt minimaal € 750 en maximaal € 7.500.

2. De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten in de begroting van de betreffende activiteit.

3. Uitsluitend kosten die direct aan de/het betreffende productie/project zijn toe te rekenen kunnen voor subsidie in aanmerking komen.

4. Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen zijn:

• a.

  Aankoop van (audiovisuele) apparatuur

• b.

  Structurele kosten, zoals maandelijkse huurlasten, telefoonabonnementen

• c.

  Onvoorziene kosten die meer dan 5% van de totale begroting zijn

1. De adviesgroep beoordeelt de aanvragen op de volgende criteria:

• a.

  Journalistieke kwaliteit

• b.

  Innovatief karakter

• c.

  Maatschappelijke relevantie

• d.

  Bereik

• e.

  Samenwerking

2. Voor zover het totaal van de toe te kennen subsidie het subsidieplafond zoals bedoeld in artikel 9 overschrijdt, maakt de adviesgroep een voorstel voor verdeling van het subsidiebudget. Zij baseert het voorstel op de mate waarin de aanvragen voldoen aan de in lid 1 van dit artikel genoemde criteria.

1. Voor de subsidieaanvraag wordt het standaardformulier op de gemeentelijke website ingevuld en voorzien van alle daarin aangegeven bijlagen.

2. De subsidieaanvraag bevat in ieder geval:

• a.

  Beschrijving van het project met helder verwoorde doelstelling

• b.

  Werkplan en planning

• c.

  Sluitende begroting

3. Als het een aanvraag voor een productie betreft wordt bij de aanvraag meegestuurd:

• a.

  Cv van de maker(s)

• b.

  Eerder werk van de maker(s)

• c.

  Intentieverklaring van de redactie/uitgever dat productie gepubliceerd wordt

1. De maximaal te verstrekken subsidie binnen deze regeling wordt jaarlijks in de gemeentebegroting vastgesteld. In 2015 is het subsidieplafond € 38.900.

2. Jaarlijks vinden twee subsidierondes plaats. Het beschikbare subsidieplafond wordt gelijkelijk verdeeld over de twee subsidierondes.

1. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

2. De subsidieregeling incidentele subsidie lokale journalistieke producties & media-innovatie zoals vastgesteld op 21 januari 2014 wordt ingetrokken.