Regeling vervallen per 08-06-2013

Subsidieregeling Jongeren en Studentenhuisvesting 2008

Geldend van 09-10-2008 t/m 07-06-2013

Intitulé

Subsidieregeling Jongeren en Studentenhuisvesting 2008

Subsidieregeling

Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort;

gelezen de nota d.d. 23 april 2008 (reg. nr. 2746678);

overwegende dat het gewenst is aanvullende regels te geven voor de subsidieverstrekking ten behoeve van jongeren- en studentenhuisvesting, voor zover een andere wettelijke regeling of gemeentelijke verordening of subsieregeling hierin niet voorziet;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening Amersfoort 2008;

besluit vast te stellen:

Subsidieregeling Jongeren en Studentenhuisvesting 2008

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Jongeren: personen van 16 t/m 30 jaar;

  • b.

    Student: iemand die ingeschreven staat bij HU Amersfoort;

  • c.

    Studentenhuisvesting: onzelfstandige kamers en zelfstandige 1-kamerwoningen door

studenten bewoond;

d.Jongerenhuisvesting: onzelfstandige kamers, zelfstandige één-kamerwoningen of zelfstandige

woningen door jongeren bewoond;

  • e.

    Aanvrager: realisator die studentenhuisvesting en/of jongerenhuisvesting realiseert;

  • f.

    Realisator: woningbouwcorporaties of ontwikkelaars met rechtspersoonlijkheid die voor een

afgesproken prijs studenten- of jongerenhuisvesting wensen te realiseren.

Artikel 2 Doelgroepen/Activiteiten

Alleen de woningbouwcorporaties kunnen subsidie aanvragen om jongeren- en studentenhuisvesting in Vathorst te realiseren.

Artikel 3 Subsidieplafond

De raad heeft in de meerjarenbegroting 2003-2006 € 4,5 miljoen gereserveerd voor jongeren- en

studentenhuisvesting. Dit is tevens het subsidieplafond.

Artikel 4 Toetsingscriteria

1.De subsidie is bedoeld om huisvesting te realiseren met bij jongeren en studenten passende

huurprijzen;

2.De subsidie dient als bijdrage in de onrendabele investering bij nieuw te bouwen woningen of

verbouw van bestaande woningen of kantoorpanden tot onzelfstandige kamers, zelfstandige

1-kamerwoningen of zelfstandige woningen.

HOOFDSTUK 2 SUBSIDIEVERSTREKKING

Artikel 5 Subsidieverlening

Het college kan subsidie verlenen voor:

  • 1.

    Een zelfstandige woning voor jongeren, die voldoet aan de volgende eigenschappen:

    • a.

      Een 3-kamerwoning van minimaal 65 m2 gebruiksoppervlakte;

b. of een 2-kamerwoning van minimaal 44 m2 gebruiksoppervlakte, waarbij bij de bouw

(constructief) al rekening wordt gehouden met toekomstige samenvoeging tot grotere

eenheden;

c.Het plafond van de huurprijs wordt jaarlijks gekoppeld aan de aftoppingsgrens 1-2

persoonshuishoudens (huurtoeslag) van de Belastingdienst (€ 485,33 per 1-7-2006).

2.Een zelfstandige 1-kamerwoning voor jongeren of studenten, die voldoet aan de volgende

eigenschappen:

  • a.

    Een zelfstandige1-kamerwoning van minimaal 25 m2 gebruiksoppervlakte;

  • b.

    Het plafond van de huurprijs wordt jaarlijks gekoppeld aan de aftoppingsgrens voor jongeren

onder de 23 jaar (huurtoeslag) van de Belastingdienst (€ 339,08 per 1-7-2006).

  • 3.

    Een onzelfstandige kamer voor studenten, die voldoet aan de volgende eigenschappen:

    • a.

      Een kamer van minimaal 18 m2 gebruiksoppervlakte;

    • b.

      De bewoner deelt met maximaal 7 anderen badkamer en toilet;

    • c.

      Het plafond van de huurprijs wordt jaarlijks gekoppeld aan de aftoppingsgrens voor jongeren

onder de 23 jaar (huurtoeslag) van de Belastingdienst (€ 339,08 per 1-7-2006).

  • 4.

    De maximale subsidie bedraagt voor:

    • a.

      een zelfstandige woning voor jongeren € 11.688,- per woning;

    • b.

      een zelfstandige 1-kamerwoning voor jongeren of studenten € 5.843,- per woning;

    • c.

      een onzelfstandige kamer voor studenten € 2.509,- per kamer.

  • 5.

    Het college besluit over de subsidie binnen drie maanden nadat de aanvraag is ingediend. Deze

termijn kan éénmaal met maximaal drie maanden worden verlengd.

Artikel 6 Verplichtingen

1.De subsidieontvanger verplicht zich de huisvesting 15 jaar te verhuren aan de doelgroep

(jongeren of studenten) waarvoor de subsidie is verleend. Indien daar binnen die termijn door

onvoorziene omstandigheden wijzigingen in optreden dan kan het college besluiten het

subsidiebedrag aan te passen en het te veel betaalde terug te vorderen. Dit met een bedrag

evenredig aan het aantal jaren dat nog te gaan was tot en met het vijftiende jaar (x jaren maal

1/15 van het totale subsidiebedrag);

2.De in artikel 5 lid 4 genoemde subsidiebedragen zijn de maximale bedragen. Het

subsidiebedrag zal in ieder geval niet hoger zijn dan 50% van de totale onrendabele

investering;

3.De huurprijs wordt bepaald op maximaal 90% van de maximaal redelijke huur op basis van

het puntensysteem/Woningwaarderingsstelsel(WWS) van het ministerie van VROM;

4.De aanvrager dient er voor zorg te dragen dat voor (werkzaamheden binnen) het voor subsidie

in aanmerking komende project de benodigde vergunningen reeds verkregen zijn of nog

worden. Indien benodigde vergunningen binnen een jaar na subsidieverlening nog niet zijn

verleend kunnen burgemeester en wethouders de verleende subsidie op nihil vaststellen;

5.Veranderingen die in het project gaan plaatsvinden of hebben plaatsgevonden na aanvraag

van de subsidie moeten worden gemeld aan burgemeester en wethouders en, indien subsidie

is verleend, door hen worden geaccordeerd;

6.Een subsidieverplichting is dat de toewijzing plaats vindt via Woonkompas.

Artikel 7 Indieningstermijn aanvraag

De aanvraag moet tenminste drie maanden voor de start van de bouw van de studenten- en/of

jongerenhuisvesting worden ingediend.

Artikel 8 Eisen aan de aanvraag

  • 1.

    Bij een aanvraag moeten worden overgelegd:

    • a.

      een motivering van de aanvraag;

    • b.

      een exploitatiebegroting (dit houdt in: geraamde totale investeringskosten, opbrengsten,

tekorten) waarin de gevolgen van de investering zijn verwerkt;

  • c.

    onrendabele top op basis van parameters Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW);

  • d.

    in geval van verbouw een bouwkostentoets en in het geval van nieuwbouw een

gecertificeerde Kosten Kwaliteitstoets;

e.de woningplattegronden in viervoud. Deze dienen ook ter toesting te worden voorgelegd aan

de Woonadviescommissie Amersfoort (WAC).

  • 2.

    Bij een eerste subsidie-aanvraag van een realisator moeten daarnaast worden overgelegd:

    • a.

      de statuten of het reglement van de realisator;

    • b.

      een opgave van de bestuurssamenstelling;

    • c.

      de laatste jaarrekening en het laatste verslag van de activiteiten.

  • 3.

    Het college kan nadere eisen stellen voor het aanvragen van subsidie.

Artikel 9 Beschikking op de aanvraag

  • 1. De beschikking tot subsidieverlening vermeldt:

    • a.

      het subsidiebedrag;

    • b.

      voor welke prestaties de subsidie wordt toegekend.

  • 2. Aan de subsidieverlening kunnen nadere voorwaarden worden verbonden.

Artikel 10 Verstrekken van een voorschot

In gevallen waarin de noodzaak naar het oordeel van het college is aangetoond, kan het college een

voorschot verlenen in de planvoorbereidingsfase. Het voorschot bedraagt maximaal 20% van het

bedrag dat aan subsidie is verleend. Vervolgens wordt 30% bij aanvang van de realisatie uitgekeerd.

De overige 50% wordt betaald na vaststelling.

Artikel 11 Uitbetaling subsidie

Betaling van de verleende subsidie vindt plaats in twee termijnen. De helft van de subsidie wordt

uitgekeerd bij aanvang van de realisatie van de huisvesting; het overige na vaststelling van de

subsidie.

Artikel 12 Gereedmelding en vaststellingvan de subsidie

1.De aanvrager meldt de realisatie van de huisvesting binnen drie maanden na voltooiing bij het

college gereed.

  • 2.

    De gereedmelding bevat:

    • a.

      een gedetailleerd exploitatieoverzicht met een goedkeurende verklaring van een

registeraccountant dat het overzicht juist en volledig is;

b.onrendabele top op basis van parameters Waarborgfonds Sociale Woningbouw

(WSW);

c.in geval van verbouw een bouwkostentoets en in het geval van nieuwbouw een

Kosten Kwaliteittoets.

3.Het college stelt aan de hand van de gereedmelding vast of het verleende subsidiebedrag nog

steeds juist is. De juistheid wordt vastgesteld door vergelijking van de opgegeven kosten van

het project met de werkelijke kosten bij de gereedmelding van het project;

  • 4.

    Het college stelt de subsidie vervolgens vast;

  • 5.

    De subsidie die wordt vastgesteld na gereedmelding kan niet hoger zijn dan de subsidie die op

de aanvraag is verleend;

6.Het college kan de subsidie op een lager bedrag vaststellen in het geval dat het project tot

realisatie van huisvesting ingrijpend is gewijzigd, zonder dat het college met deze wijziging

akkoord is gegaan.

Artikel 13 Informatieplicht

1.De aanvrager verleent op eerste verzoek inzage in de bescheiden en documenten die op het

realiseren van de huisvesting betrekking hebben en verstrekt alle inlichtingen die het college

nodig acht om te beoordelen of aan de verplichtingen, verbonden aan het verlenen van

subsidie, wordt voldaan;

2.De aanvrager verleent zonder uitstel medewerking aan vragen en enquêtes met betrekking tot

de evaluatie en het monitoren van de jaarlijkse voortgang door de gemeente Amersfoort;

3.De kosten van de informatieverstrekking, als bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel, worden niet gecompenseerd door het college.

HOOFDSTUK 3 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 14 Hardheidsclausule

Het college kan

  • 1.

    van de bepalingen in deze subsidieregeling afwijken indien toepassing van de bepaling zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

  • 2.

    in alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet of onduidelijk is beslissen.

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De Subsidieverordening Jongeren- en Studentenhuisvesting zoals vastgesteld op 12 juni 2007

wordt ingetrokken.

Artikel 16 Overgangsbepaling

  • 1. De bepalingen van de beleidsregels bedoeld in artikel 15 lid 2 blijven van toepassing op de subsidies die op basis van die beleidsregels zijn verstrekt.

  • 2. Indien voor het tijdstip van de inwerkingtreding van deze subsidieregeling een aanvraag om een subsidie op grond van de beleidsregels bedoeld in artikel 15 lid 2 is ingediend en voor het tijdstip van de inwerkingtreding van deze subsidieregeling nog niet op de aanvraag is beslist, worden daarop de overeenkomstige toepasselijke bepalingen van de onderhavige subsidieregelingtoegepast.

  • 3. Op een aanhangig beroep- of bezwaarschrift, betreffende een subsidie, bedoeld in het eerste lid, dat voor of na het tijdstip bedoeld in artikel 15 lid 1 is ingekomen binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de beleidsregels bedoeld in artikel 15 lid 2.

  • 4. De intrekking van de beleidsregels bedoeld in artikel 15 lid 2 heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die beleidsregels genomen nadere regels, beleidsregels en aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze beleidsregels en voor zover niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

Artikel 16 Citeertitel

Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Jongeren en Studentenhuisvesting 2008.

Vastgesteld in de vergadering van 20 mei 2008

De secretaris, De burgemeester,

PUBLICATIEDATUM: 1 oktober 2008