Regeling vervallen per 01-02-2013

Verordening inzake de winkeltijden 2012

Geldend van 09-05-2012 t/m 31-01-2013

Verordening inzake de winkeltijden 2012

De raad van de gemeente Amstelveen,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 april 2012;

gelet op de Winkeltijdenwet en het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening winkeltijden gemeente Amstelveen, 2012

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • c.

    feestdag: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen.

Artikel 2 Zon- en feestdagenregeling

  • 1. De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a. en b. van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar tussen 06.00 en 24.00 uur.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk. Hierbij worden drie delen onderscheiden:

  • 1. Stadshart, dit is het gebied begrensd door de Keizer Karelweg, de Burgemeester van Sonweg (A9), de Beneluxbaan, de mr. G. Groen van Prinstererlaan en de Rembrandtweg tot aan de Frans Halslaan;

    - Stadshart, kan gebruik maken van de zes (6) extra toegekende openstellingen. Deze kunnen worden aangewezen mits verbonden aan een thema. Deze thema-koopzondagen kunnen niet zondermeer worden vergund. De thema’s moeten voldoen aan besluit 99/17117 van 19 oktober 1999, waarin is geregeld dat thema-koopzondagen slechts dan mogen worden toegestaan als het thema niet alleen aantrekkelijk is voor koop-publiek. Het stadshart kan per jaar van maximaal 18 koopzondagen gebruik maken .

  • 2. bedrijventerreinen Bovenkerk en Legmeer, dit is het gebied dat aan de westzijde wordt begrensd door de spoorbaan en de Hammarskjöldsingel, aan de zuidzijde door het water tussen de Bouwerij en sportpark De Kegel, aan de oostzijde door de Bovenkerkerweg/Handweg, alsmede het gebied begrensd door de Sportlaan, Wimbledonpark, Beneluxbaan en de Bovenkerkerweg;

  • 3. Amstelveen met uitzondering van de onder delen 1. en 2. aangegeven gebieden.

Artikel 3 Openstelling van levensmiddelenwinkels op de avonden van zon- en feestdagen

  • 1. Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a. en b. van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 22.00 en 16.00 uur.

  • 2. Het college kan voor ten hoogste vijf supermarkten ontheffing verlenen voor de duur van vijf jaar. Per deel van de gemeente voor één supermarkt. In Amstelveen worden vijf delen onderscheiden (zie de bij de verordening behorende kaart):

    • a.

      het gebied omvattende: Randwijck, Elsrijk-West en Karselaan, Patrimonium;

    • b.

      het gebied omvattende: Elsrijk-Oost, Kronenburg, Kostverloren en Bankras;

    • c.

      het gebied omvattende: Oude Dorp, Keizer Karelpark-West, Bovenkerk-dorp en Westwijk;

    • d.

      het gebied omvattende: Keizer Karelpark-Oost, Groenelaan, Waardhuizen en Middenhoven;

    • e.

      het gebied omvattende: midden van de stad ten noorden van A9, ten zuiden van Oranjebaan/Gr. van Prinsterlaan/Molenweg, inclusief Amsterdamse weg tussen A9 en Molenweg. Ten zuiden van A9: Oude Dorp, en ten noorden van Laan van Helende Meesters en van der Leeklaan.

  • 3. Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      de winkel dient gesloten te zijn tussen 22.00 en 16.00 uur;

    • b.

      in de winkel dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet, zoals bij een supermarkt te doen gebruikelijk.

  • 4. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de supermarkt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

  • 5. Na inschrijving en loting zal beslist worden welke supermarkt voor 5 jaar een ontheffing kan krijgen. De loting vindt plaats onder toezicht van een door het college aangewezen persoon op een openbare locatie.

Artikel 4 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

  • 1. Het college kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, nieuwjaarsdag, tweede paasdag, hemelvaartsdag, tweede pinksterdag en eerste of tweede kerstdag, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galleries.

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, kunstateliers, galeries, veilingen en beurzen.

Artikel 5 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur (nachtwinkels)

  • 1. Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen voor avondwinkels als bedoeld in artikel 3 van deze verordening.

  • 2. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 6 Regeling voor ruimere openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

  • 1. Het verbod, vervat in artikel 2, eerste lid, onder c. van de wet, geldt niet op ten hoogste tien, door het college aan te wijzen werkdagen per kalenderjaar.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk. Hiervoor geldt dezelfde gebiedsindeling als beschreven in artikel 2 van deze verordening.

Artikel 7 Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag om een ontheffing/vrijstelling binnen acht weken.

  • 2. Het college kan de beslissing voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 8 Overdracht van de ontheffing

  • 1. Een ontheffing op grond van deze verordening is door de eigenaar van de supermarkt overdraagbaar op een supermarkt, gelegen op dezelfde locatie, voor de resterende looptijd van de ontheffing, na verkregen toestemming van het college.

  • 2. In geval van voorgenomen overdracht doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 9 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan de ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten dit noodzakelijk maken in verband met het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 10 Intrekking voorgaande regeling

De Verordening winkeltijden gedateerd op 11 september 1996 wordt ingetrokken.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 9 mei 2012.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening winkeltijden Amstelveen 2012”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 9 mei 2012.

TOELICHTING OP DE VERORDENING WINKELTIJDEN AMSTELVEEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Hier zijn de definities opgenomen zoals die in deze verordening worden gehanteerd. Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet. Koninginnedag is in de wet niet meer aangemerkt als een feestdag.

Artikel 2 Zon- en feestdagenregeling

Deze bepaling stelt onder 1 dat de verboden die uit de wet voortvloeien niet gelden op de genoemde tijden voor de betreffende dagen.

Onder 2 wordt er gesteld dat de gemeente de bevoegdheid heeft onder de genoemde delen.

Artikel 3 Openstelling van levensmiddelenwinkels op de avonden van zon- en feestdagen

Onder deze bepaling kan men onder 1 verstaan dat het college op aanvraag een ontheffing kan verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zullen zijn op de zon- en feestdagen tussen 22.00 en 16.00 uur.

Onder 2 kan men verstaan dat het college het recht heeft om ten hoogste voor vijf supermarkten een ontheffing te verlenen. Elk deel van de gemeente kan voor één supermarkt voor een ontheffing in aanmerking komen. De desbetreffende delen zijn aangegeven in de bijlage. De ontheffingen worden voor maximaal 5 aaneengesloten jaren verleend. Daarna zal opnieuw loting binnen het gebied plaatsvinden.

Onder 3 kan men de voorschriften vinden waaraan de ontheffing is gebonden. Indien deze voorschriften niet worden aangehouden kan er sprake zijn van artikel 9 intrekken of wijzigen van de ontheffing.

Onder 4 van dit artikel wordt er bepaald dat een ontheffing geweigerd kan worden op de aangegeven gronden.

Onder 5 De supermarkten in het gebied waar een vergunning beschikbaar is zullen worden verzocht om een aanvraag in te dienen. Middels loting zal de vergunning worden verleend. De loting wordt verricht door een door het college aangewezen persoon.

.

Artikel 4 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

Deze bepaling stelt dat het college ontheffing kan verlenen voor de genoemde verboden uit artikel 2, voor zover deze betrekking hebben op de genoemde dagen

Artikel 5 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur ( nachtwinkels)

Deze bepaling stelt onder 1 dat het college op aanvraag een ontheffing kan verlenen voor de verboden uit artikel 2, indien er sprake is van artikel 3 uit deze verordening.

Onder 2 kan men verstaan dat een betreffende ontheffing geweigerd kan worden indien er sprake is van een situatie zoals deze wordt opgesomd.

Artikel 6 Regeling voor ruimere openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Onder deze bepaling kan men onder 1 verstaan dat een verbod genoemd in artikel 2, lid 1, onder sub c niet geldt op ten hoogste tien, door het college aan te wijzen werkdagen per kalenderjaar.

Onder 2 kan men verstaan dat de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente, welk wordt aangegeven in artikel 3 onder lid 2 van deze verordening en de bijgaande bijlage.

Artikel 7 Beslistermijn

Deze bepaling geeft aan dat het college een beslistermijn heeft van 8 weken op een aanvraag voor een ontheffing. Indien het college niet een beslissing kan nemen binnen 8 weken mag zij deze verdagen met een maximum van 8 weken.

Artikel 8 Overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van het college. Deze tussenkomst geeft het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de handel en wandel van de opvolger. Er mag alleen worden overgedragen aan een eigenaar van een supermarkt, gelegen op dezelfde locatie, voor de resterende looptijd van de ontheffing.

Artikel 9 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Onder deze bepaling kan men verstaan dat het college te allen tijde het recht heeft om een ontheffing in te trekken of te wijzigen indien er sprake is van een bepaling uit de leden a t/m f.

Artikel 10 Intrekking voorgaande regeling

Krachtens deze bepaling wordt er gesteld dat de voorgaande regeling komt te vervallen en de huidige van toepassing zal zijn in het heden.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze bepaling stelt dat de verordening winkeltijdenwet intreedt vanaf de genoemde datum.

Artikel 12 Citeertitel

In deze bepaling wordt de titel zoals deze aangeduid dient te worden aangegeven.