Regeling vervallen per 09-09-2011

Beleidsregel van de heffingsambtenaar leges publiekszaken van de gemeente Amstelveen over de betaalde leges voor een id-kaart vanaf 19 augustus 2010 naar aanleiding van de uitspraak van hof ’s-Hertogenbosch op 7 oktober 2010

Geldend van 18-10-2010 t/m 08-09-2011

Intitulé

Beleidsregel van de heffingsambtenaar leges publiekszaken van de gemeente Amstelveen over de betaalde leges voor een id-kaart vanaf 19 augustus 2010 naar aanleiding van de uitspraak van hof ’s-Hertogenbosch op 7 oktober 2010

Overwegende dat het gewenst is regels te stellen voor het indienen van een bezwaarschrift tegen de leges voor de ID-kaart, naar aanleiding van de uitspraak van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch op 7 oktober 2010.

Beleidsregel van de heffingsambtenaar leges publiekszaken van de gemeente Amstelveen over de betaalde leges voor een id-kaart vanaf 19 augustus 2010 naar aanleiding van de uitspraak van hof ’s-Hertogenbosch op 7 oktober 2010.

Artikel 1. Doel van de regeling.

Iedere aanvrager krijgt vanaf 19 augustus 2010 de betaalde leges voor de ID-kaart terug indien ook de Hoge Raad duidelijk heeft vastgesteld dat het heffen van leges voor een ID-kaart niet mo- gelijk is op basis van het door het gerechtshof ’s-Hertogenbosch op 7 oktober 2010 vermelde oordeel.

Aangezien iedere aanvrager van een ID-kaart de mogelijkheid heeft om binnen zes weken na aan- vraag een bezwaarschrift in te dienen is alleen voor dit specifieke geval, de uitspraak van het Gerechtshof van 07 oktober 2010, een pragmatische oplossing gekozen. De burger wordt niet lastig gevallen met de verplichting een standaard bezwaarschrift in te dienen indien deze alleen zijn betaalde leges voor de ID-kaart wil terugkrijgen.

Artikel 2. Nadere uitleg van de vastgestelde datum.

De keuze voor 19 augustus 2010 is gebaseerd op de mogelijkheid om binnen zes weken na aanvraag een bezwaarschrift in te dienen. Leges die zijn betaald langer dan 6 weken voor deze uitspraak kunnen niet worden teruggevraagd.

Artikel 3. Reden van deze regeling.

Het gerechtshof heeft beslist dat:

“Het Hof is gelet op het voorgaande van oordeel dat het verkrijgen van een Nederlandse identiteitskaart zozeer dienstbaar is aan identificatieplichten die liggen in de sfeer van de publieke taakuitoefening, en zozeer ondergeschikt is aan een individualiseerbaar belang, dat het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van deze kaart niet meer kan worden aangemerkt als een dienst in de zin van artikel 229, lid 1, onderdeel b van de Gemeentewet.

De tarieventabel, behorende bij de verordening, moet derhalve voor zoveel het betreft het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart onverbindend worden verklaard.”

De uitspraak van het gerechtshof is in beginsel alleen van toepassing op de gemeente waartegen het beroep is ingesteld. Zolang de Hoge Raad, het hoogste nationale rechtscollege, niet heeft beslist, kunnen alle andere gemeenten leges blijven rekenen voor de identiteitskaarten.

Artikel 4. Ondanks deze beleidsregel blijft het mogelijk een bezwaarschrift in te dienen.

Wellicht ten overvloede: ondanks deze beleidsregel staat het de aanvrager altijd vrij alsnog een bezwaarschrift in te dienen.

Artikel 5. Inwerkingtreding.

Deze beleidsregel treedt inwerking op 18 oktober 2010 en eindigt op het moment dat de Hoge

Raad een definitief oordeel heeft uitgesproken over de uitspraak van het Gerechtshof.

Artikel 6. Citeertitel.

De beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel betaalde leges ID-kaart vanaf 19 augustus 2010 n.a.v. uitspraak Hof ’s-Hertogenbosch 07 oktober 2010”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de heffingsambtenaar leges publiekszaken, op 18 oktober 2010,
Hoofd Publiekszaken
Jeanette van Heijningen