Regeling vervallen per 29-03-2013

Marktverordening Amstelveen 2005

Geldend van 15-06-2006 t/m 28-03-2013

Intitulé

Marktverordening Amstelveen 2005

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Definities

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      markt: de markt, die krachtens besluit van het college op de daartoe aangewezen plaats, dag en tijd wordt gehouden;

    • b.

      jaarmarkt: een markt die jaarlijks op een vaste tijd wordt gehouden;

    • c.

      marktterrein: de gehele oppervlakte openbare of voor het publiek toegankelijke grond, die bij besluit van het college voor het uitoefenen van de markthandel is of wordt aangewezen;

    • d.

      standplaats: de op en voor de duur van een markt krachtens deze verordening aangewezen ruimte op de markt voor het uitoefenen van de markthandel;

    • e.

      vaste standplaats: een standplaats op de markt waarvoor een vergunning voor onbepaalde tijd wordt afgegeven;

    • f.

      dagplaats: een standplaats, die per marktdag beschikbaar wordt gesteld, indien een vaste standplaats niet wordt ingenomen, dan wel niet als vaste standplaats is toegekend;

    • g.

      standwerkerplaats: een standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld door middel van loting, die bestemd is voor het uitoefenen van de markthandel als standwerker;

    • h.

      standwerker: de marktkoopman die publiek om zich heen verzamelt en met een aansprekende uiteenzetting over het door hem te verkopen artikel tracht een aantal personen gelijktijdig tot aankoop daarvan te bewegen;

    • i.

      standplaatshouder: de natuurlijke persoon, aan wie krachtens deze verordening is toegestaan om op een markt een standplaats te bezetten;

    • j.

      marktmeester: de als zodanig van gemeentewege aangewezen persoon;

    • k.

      branche-indeling: de indeling in artikelgroepen en het vastgestelde aantal vaste standplaatshouders per artikelgroep;

    • l.

      vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend tot het innemen van een standplaats op de markt of tot het houden van een jaarmarkt;

    • m.

      voertuig: elk object dat ten doel heeft om over enige afstand een of meer personen of goederen te vervoeren;

    • n.

      marktadviescommissie: de commissie op grond van het door het college vastgestelde Reglement marktadviescommissie.

  • 2. In deze verordening wordt de mannelijke persoonsvorm gebruikt, waar dat het geval is wordt de vrouwelijke persoonsvorm geacht er in te zijn begrepen.

Artikel 2 Plaats, dag en tijd van de markt(en)

  • 1. Deze verordening is van toepassing op de door het college ingevolge artikel 160, eerste lid onder h. van de Gemeentewet ingestelde gewone marktdagen en jaarmarktdagen (bijlage 1).

  • 2. In afwijking van hetgeen door het college is besloten ten aanzien van plaats, dag en tijd van de warenmarkt zoals in het vorige lid bedoeld, kan hij na overleg met de marktadviescommissie bepalen dat de markt in incidentele gevallen zal plaatsvinden op de voorafgaande werkdag of de daar op volgende zaterdag, op een andere tijd en/of een ander terrein. De markt op Goede Vrijdag en op de vrijdag na Hemelvaartsdag zijn van verplaatsing uitgesloten.

  • 3. Het college kan van de bevoegdheid op grond van het voorgaande artikel maximaal drie maal per jaar gebruik maken met dien verstande dat tussen elke verplaatsing een tijdsverloop van ten minste acht weken is gelegen. Het college maakt zijn voornemen tot verplaatsing ten minste zes weken van tevoren bekend.

Artikel 3 Marktindeling

  • 1. Het college bepaalt ten aanzien van de markt:

    • a.

      het aantal standplaatsen;

    • b.

      de afmetingen van de standplaatsen;

    • c.

      de opstelling en indeling van de markt;

    • d.

      de plaatsen op het marktterrein, die uitsluitend bestemd zijn voor standwerkers.

  • 2. Het college kan voor de markt vaststellen:

    • a.

      een lijst met artikelengroepen (branches);

    • b.

      het maximum aantal standplaatshouders per branche;

    • c.

      het aantal verkoopwagens.

  • 3. Het is verboden andere artikelen dan die vermeld in de in lid 2 bedoelde lijst op de markt aanwezig te houden, uit te stallen, ter verkoop aan te bieden of te verkopen.

  • 4. Het college kan in bijzondere omstandigheden, in afwijking van het bepaalde in dit artikel, tijdelijke maatregelen treffen in het belang van de goede gang van zaken op de markt en/of de volksgezondheid.

Artikel 4 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening (bijlage 2).

Artikel 5 Standplaatsvergunningen

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van het college op het marktterrein een standplaats in te nemen, kramen, tafels en dergelijke te plaatsen of op te slaan of gebruik te maken van verkoopwagens of ander mobiel materiaal.

  • 2. Het college kan vergunningen voor vaste standplaatsen, dagplaatsen en standwerkerplaatsen verlenen.

  • 3. Het college kan aan een vergunning als bedoeld in eerste lid voorwaarden verbinden.

  • 4. Het college kan, indien dringende redenen hiertoe noodzaken, tijdelijk een andere standplaats toewijzen.

  • 5. De vergunning dient op verzoek aan de marktmeester te worden getoond.

Artikel 6 Jaarmarktvergunning

  • 1. Het college kan een vergunning verlenen voor het organiseren van een jaarmarkt.

  • 2. Het college kan aan een vergunning als bedoeld in het eerste lid voorwaarden verbinden.

  • 3. Ten aanzien van jaarmarkten zijn alleen de artikelen 1 tot en met 4, 6 tot en met 10, 12 en 16 van toepassing.

Artikel 7 Wijziging, schorsing en intrekking vergunning en uitsluiting van vergunninghouders

  • 1. Het college kan een vergunning wijzigen, schorsen of intrekken:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      indien niet langer wordt voldaan aan de vereisten voor het verkrijgen van een vergunning;

    • c.

      bij overlijden van de vergunninghouder, behoudens het geval dat de vergunning na overlijden wordt overgeschreven;

    • d.

      indien de vergunninghouder wegens ziekte gedurende één jaar zijn standplaats niet heeft kunnen innemen;

    • e.

      indien de vergunninghouder, anders als bedoeld onder d, minder dan tien maal per kwartaal zijn standplaats heeft ingenomen;

    • f.

      indien de vergunninghouder blijft volharden in het overtreden van de vergunningvoorschriften en/of het bepaalde in de Marktverordening Amstelveen 2005;

    • g.

      indien niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldaan wordt, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

  • 2. Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of standwerkerplaats uitsluiten voor ten hoogste acht marktdagen, gelegen binnen een periode van één jaar na de bekendmaking van het besluit tot uitsluiting indien de vergunninghouder blijft volharden in het overtreden van de vergunningvoorschriften en/of het bepaalde bij of krachtens de Marktverordening Amstelveen 2005.

HOOFDSTUK 2 ORDEMAATREGELEN

Artikel 8 Tijdstip bezetten vaste standplaats

  • 1. Degene aan wie een vaste standplaats is toegewezen is geboden deze plaats uiterlijk bezet te hebben op de openingstijd die is vermeld in het in artikel 2 bedoelde besluit van het college.

  • 2. Wanneer niet aan het gestelde in lid 1 wordt voldaan kan de betreffende plaats als dagplaats worden aangemerkt.

  • 3. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing, indien de rechthebbende de marktmeester vóór dit tijdstip onder opgave van een geldige reden, die hem belet tijdig aanwezig te zijn, heeft verzocht de plaats vrij te houden.

Artikel 9 Aanvoeren, verkopen, afleveren en afvoeren van goederen

  • 1. Het aanvoeren, verkopen, afleveren en afvoeren van koopwaren op de markt op andere dagen en uren dan daartoe aangewezen door het college is verboden.

  • 2. De standplaatshouders dienen op het in artikel 2 bedoelde besluit van het college genoemd tijdstip de markt te hebben ontruimd.

  • 3. Het college kan van het aanvangstijdstip voor het oprijden en opbouwen van de markt ontheffing verlenen.

Artikel 10 Voertuigen

  • 1. Het is verboden zich op het marktterrein met een voertuig te bevinden of op het marktterrein een voertuig aanwezig te hebben dan wel het marktterrein zodanig te gebruiken en/of hierop zodanige handelingen te verrichten dat een ongestoorde voortgang van de markt wordt belemmerd.

  • 2. Het is verboden om vanaf het tijdstip dat wordt aangevangen met de opbouw van de markt een voertuig op het terrein waar markt zal worden gehouden te parkeren of geparkeerd te laten staan.

  • 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet ten aanzien van de standplaatshouders voor het aan en afvoeren van goederen of waren op de markt noch voor invalidenwagens en kinderwagens.

  • 4. Het college kan van het verbod als bedoeld in lid 1 ontheffing verlenen onder door hem gestelde voorwaarden.

Artikel 11 Kramen op de markt

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van het college als kramenzetter en -verhuurder op de markt werkzaam te zijn.

  • 2. De vergunning kan worden geweigerd in het belang van het functioneren van de markt.

  • 3. Indien voor het plaatsen van kramen op de markt met de gemeente een overeenkomst is aangegaan, wordt degene die de overeenkomst is aangegaan geacht te beschikken over een vergunning.

  • 4. De standplaatshouder is verplicht kramen te gebruiken die beschikbaar worden gesteld door een persoon of bedrijf aan wie of waaraan een vergunning is verleend.

  • 5. Deze verplichting geldt niet indien het college aan de standplaatshouder vergunning verleent voor het plaatsen van een bepaalde kraam of verkoopinrichting in het kader van het “Warenbesluit Bereiding en Behandeling van Levensmiddelen”.

Artikel 12 Venten en propaganda

  • 1. Het is verboden op het marktterrein tijdens de duur van de markt met goederen, diensten of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden.

  • 2. Van het bepaalde in het eerste lid kan door het college ontheffing worden verleend voor wat betreft de verkoop van alcoholvrije dranken, geringe eetwaren, diensten en overige artikelen ten behoeve van de standplaatshouders.

  • 3. Het is verboden tijdens de duur van de markt op het marktterrein met gedrukte of geschreven stukken of afbeeldingen te venten of deze te verspreiden, dan wel godsdienstige, politieke of andere propaganda te voeren, anders dan op de daarvoor door het college aangewezen plaatsen.

Artikel 13 Elektriciteit en verwarmingstoestellen

  • 1. Het is verboden voor de verlichting van een standplaats gebruik te maken van andere dan elektrische verlichting, alsmede elektriciteit te betrekken anders dan van degene die door het college voor het leveren hiervan is aangewezen, dan wel hierin zelf te voorzien.

  • 2. Het college kan van het verbod als bedoeld in lid 1 ontheffing verlenen onder door hem gestelde voorwaarden.

  • 3. Het is verboden energie te betrekken door kabels die niet voldoen aan de door een wettelijk voorschrift gestelde normen.

  • 4. Het is de standplaatshouder verboden verwarmingstoestellen of bak- en kookinstallaties te gebruiken.

  • 5. Het college kan ontheffing verlenen voor het onder lid 4 gestelde.

  • 6. Het bepaalde in lid 4 is niet van toepassing voor zover de wet Milieubeheer of de daarop gebaseerde besluiten van toepassing zijn.

Artikel 14 Uiterlijk aanzien van een standplaats

  • 1. De vergunninghouder is verplicht er zorg voor te dragen dat zijn standplaats steeds een verzorgd aanzien biedt, zulks ter beoordeling aan de marktmeester.

  • 2. Tijdens de markt dient de vergunninghouder zijn afval, verpakkingsmaterialen en dergelijke zelf in te zamelen.

  • 3. Alvorens de vergunninghouder het marktterrein verlaat, dient hij zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren en het afval zelf af te voeren.

Artikel 15 Legitimatie

Een ieder die een standplaats op de markt bezet of wenst te bezetten dient zich tegenover de marktmeester te kunnen legitimeren door middel van een door een officiële instantie afgegeven, van een goed gelijkende foto voorzien legitimatiebewijs.

HOOFDSTUK 3 STRAFBEPALINGEN

Artikel 16 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 5, 6 en 9 tot en met 15 van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste twee maanden.

Artikel 17 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college, indien hij dit noodzakelijk acht, een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • b.

    zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • c.

    niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkerplaats.

Artikel 18 Handhaving en toezicht op de naleving

Met de handhaving en de zorg voor de naleving van deze verordening en de opsporing van de daarin omschreven strafbare feiten zijn belast - behalve de in artikel142 van het Wetboek van Strafvordering genoemde ambtenaren - de marktmeester en bij besluit van het college aangewezen personen.

HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 19 Overgangsbepalingen

  • 1. Vergunningen en ontheffingen verleend krachtens de Marktverordening 1994 blijven, indien en voor zover het gebod of verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft ook vervat is in deze verordening, van kracht tot de termijn waarvoor zij werden verleend is verstreken of twee jaar na inwerkingtreding van deze verordening.

  • 2. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de Marktverordening 1994 blijven, indien en voorzover de bepalingen ingevolge welke deze verplichtingen zijn opgelegd ook zijn vervat in deze verordening, van kracht tot de termijn waarvoor zij zijn opgelegd is verstreken of twee jaar na inwerkingtreding van deze verordening.

  • 3. Vergunningen en ontheffingen bedoeld in het eerste lid en verplichtingen bedoeld in het tweede lid worden geacht vergunningen, ontheffingen en verplichtingen in de zin van deze verordening te zijn.

  • 4. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening 1994 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 20 Citeertitel

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als “Marktverordening Amstelveen 2005”.

  • 2. te bepalen dat deze verordening in werking treedt op de derde dag na afkondiging.

  • 3. in te trekken de Marktverordening voor de gemeente Amstelveen, vastgesteld 13 juli 1994, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 11 juli 2001.

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 8 februari 2006.

Bijlage 1

Besluit van het college d.d.________ o.g.v. art. 160 eerste lid onder h van de Gemeentewet

Plaats, dag en tijd van de weekmarkt(en)

Vrijdag

openingstijd

Tijdstip opbouwen vaste standplaats en afrijden

Stadshart (Stadsplein, Verlengde Rembrandtweg en Nieuw Loopveld)

09.00 uur tot 16.00 uur

Opbouwen vaste standplaatsen van 5.00 uur tot 9.00 uur, afrijden tot 18.00 uur

De marktmeester wordt gemandateerd om een besluit te nemen inzake wijziging van de markttijden dan wel afgelasten van een markt in geval van

  • a.

    windkracht 8 of meer;

  • b.

    temperatuur van 30 graden Celsius of meer;

  • c.

    temperatuur van -5 graden Celsius of minder;

Voor de vaststelling van de weersgesteldheid zijn de meteogegevens van Schiphol bepalend.

Bijlage 2

Besluit van het college d.d. __________

Nadere regels op grond van artikel 4 Marktverordening Amstelveen 2005

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Definities

In deze nadere regels wordt, voor zover deze omschrijvingen niet reeds zijn vermeld in artikel 1 van de Marktverordening Amstelveen 2005, verstaan onder:

  • a.

    meeloperlijst : de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats;

  • b.

    anciënniteitlijst : de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

  • c.

    CRK : Centraal Registratiekantoor.

Artikel 2 Geluidsapparatuur

Voor het gebruik van geluidsapparatuur op de markt dient een ontheffing te worden aangevraagd bij het college conform de regels in hoofdstuk 4 van de APV.

HOOFDSTUK 2 VASTE STANDPLAATS

Artikel 3 Vereisten voor het verkrijgen van een vaste standplaats

  • 1.

    Voor het innemen van een vaste standplaats komt in aanmerking:

    • a.

      een natuurlijk persoon,

    • b.

      die handelingsbekwaam is,

    • c.

      en voldaan heeft aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van de bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie door een recent afschrift te verstrekken van de inschrijving als ambulante handelaar bij de Kamer van Koophandel, alsmede een geldige registratiekaart van het CRK,

    • d.

      die van het uitoefenen van handel zijn hoofdberoep maakt,

    • e.

      en die voldoende verzekerd is tegen vorderingen tot schadevergoeding waartoe hij als gebruiker van een verkoopinrichting op een markt krachtens wettelijke aansprakelijkheidsbepalingen zou kunnen worden verplicht wegens aan derden toegebrachte schade; betrokkene dient jaarlijks het bewijs te overleggen dat de door hem verschuldigde premie is voldaan.

  • 2.

    Een marktkoopman wordt geacht aan het eerste lid onder e te hebben voldaan, indien hij een geldig bewijs van lidmaatschap overlegt van een organisatie die voor haar leden een collectieve verzekering als bedoeld in het eerste lid onder e heeft afgesloten.

Artikel 4 Toetsingscriteria

  • 1.

    De te verkopen artikelen moeten passen binnen het branchepatroon en het assortiment moet zo uitgebreid mogelijk zijn.

  • 2.

    Van het branchepatroon kan afgeweken worden indien de betreffende branche nog niet op de markt vertegenwoordigd is en dit in het belang van het functioneren van de markt is.

  • 3.

    Tevens wordt gelet op de wijze van uitstallen en de uitstraling van de kraam en omgeving ervan. Zowel de kraam als de directe omgeving dienen er verzorgd uit te zien.

  • 4.

    Zelfbouw wordt niet toegelaten op de markt. Markavans dienen inpasbaar te zijn en een transparant karakter te hebben, zodat de achterliggende ondernemingen zichtbaar blijven.

Artikel 5 Toewijzing vaste standplaatsvergunningen

  • 1.

    Een vergunning voor een vaste standplaats wordt voor onbepaalde tijd afgegeven en voor maximaal 2 subbranches.

  • 2.

    Een standplaats moet door de houder ervan persoonlijk worden ingenomen en mag derhalve niet aan een ander worden afgestaan of in gebruik worden gegeven.

  • 3.

    Een vaste standplaatshouder dient bij toewijzing van meerdere subbranches deze daadwerkelijk te voeren.

  • 4.

    De houder van de standplaats mag zich laten bijstaan door één of meerdere medewerkers.

  • 5.

    Een verzoek tot wijziging van de toegewezen vaste standplaatsvergunning van kraam naar markavan of verkoopwagen dient schriftelijk plaats te vinden.

  • 6.

    Voor een dergelijke wijziging dient toestemming te worden verkregen, waarbij nadere eisen kunnen worden gesteld.

Artikel 6 Inhoud vergunning tot innemen vaste standplaats

  • 1.

    Vergunningen op grond van artikel 5 van de Marktverordening Amstelveen 2005 bevatten ten minste:

    • a.

      de naam, voorletters, geboortedatum en -plaats, het huisadres en de woonplaats van de vergunninghouder;

    • b.

      een duidelijke omschrijving van de standplaats met vermelding van het nummer daarvan;

    • c.

      de grootte van de standplaats;

    • d.

      de subbranche(s) die door de vergunninghouder mogen worden verhandeld;

    • e.

      de inboekdatum van de vergunning;

    • f.

      de voorwaarden waar de vergunninghouder aan dient te voldoen.

Artikel 7 Verhindering en vervanging

  • 1.

    Vergunninghouders die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd zijn hun vaste plaats te bezetten, alsmede de personen bedoeld in artikel 5.4, dienen de marktmeester daarvan in kennis te stellen. In geval van afwezigheid wegens vakantie geeft de vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt.

  • 2.

    Deze mededelingen dienen, behoudens in geval van overmacht, uiterlijk vierentwintig uur voor de betreffende marktdag te worden gedaan.

  • 3.

    Bij langdurige afwezigheid van vergunninghouder wegens ziekte (tenminste 3 maanden) dient een geneeskundige verklaring te worden overlegd. Deze verklaring dient, behoudens ontheffing, iedere drie maanden te worden vernieuwd.

  • 4.

    Indien de in 7.3 bedoelde geneeskundige verklaring niet wordt overlegd of indien behoefte bestaat aan meer informatie, dient de vergunninghouder een keuring te ondergaan bij de GGD.

  • 5.

    De in 7.1 onder e Marktverordening Amstelveen 2005 vervatte regeling blijft buiten werking indien vergunninghouder, na te hebben voldaan aan het gestelde onder 7.1, wegens vakantie afwezig is.

  • 6.

    De vergunninghouder kan op buitenwerkingstelling van de in 7.5 genoemde regeling alleen dan aanspraak maken, indien hij op de marktdag, voorafgaand aan zijn vakantie de hem toegewezen vaste plaats heeft bezet dan wel een dagplaats of standwerkerplaats toegewezen heeft gekregen of blijkens zijn aanmelding bij de marktmeester getracht heeft een plaats te verkrijgen. Voorts heeft vergunninghouder als bedoeld in 7.5. de verplichting op de eerstvolgende marktdag volgend op die waarop hij met vakantie afwezig was, zijn vaste plaats weer in te nemen.

  • 7.

    Op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder kan in geval van ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden ontheffing verleend worden zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met name genoemde persoon.

  • 8.

    De vervanger dient te voldoen aan alle in artikel 3 gestelde eisen alsmede aan de legitimatieplicht van artikel 14 Marktverordening Amstelveen 2005. De ontheffing tot vervanging dient op verzoek getoond te worden.

Artikel 8 Overschrijving vaste standplaatsvergunning

  • 1.

    Bij blijvende arbeidsongeschiktheid of het overlijden van de vergunninghouder kan de standplaatsvergunning worden overgeschreven op de achterblijvende echtgenoot, de geregistreerde partner of de levenspartner van de vergunninghouder met behoud van de anciënniteit.

  • 2.

    Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan de standplaatsvergunning worden overgeschreven op een kind van de vergunninghouder, indien hij tenminste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende een zelfde periode als mede-eigenaar van het bedrijf heeft gefunctioneerd en ook aantoonbaar met de vergunninghouder op de markt heeft gestaan. De datum van overschrijving bepaalt de nieuwe plaats op de anciënniteitlijst.

  • 3.

    Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste of tweede lid, kan de standplaatsvergunning worden overgeschreven op een werknemer van de vergunninghouder, indien hij tenminste drie jaar aantoonbaar met de vergunninghouder op de markt heeft gestaan. De datum van overschrijving bepaalt de nieuwe plaats op de anciënniteitlijst.

  • 4.

    Na het bereiken van de 55-jarige leeftijd van de vergunninghouder kan de standplaatsvergunning worden overgeschreven op een kind van de vergunninghouder, indien hij tenminste 3 jaar aantoonbaar met de vergunninghouder op de markt heeft gestaan. De datum van overschrijving bepaalt de nieuwe plaats op de anciënniteitlijst.

  • 5.

    Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het voorgaande lid, kan de standplaatsvergunning worden overgeschreven op een werknemer van de vergunninghouder, indien hij tenminste 3 jaar aantoonbaar met de vergunninghouder op de markt heeft gestaan. De datum van overschrijving bepaalt de nieuwe plaats op de anciënniteitlijst

  • 6.

    Een aanvraag tot overschrijving wordt schriftelijk ingediend binnen twee maanden na het overlijden of de pensionering van de vergunninghouder dan wel nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld.

  • 7.

    De verzoeker als bedoeld in 8.6, die rechthebbende is op een andere vaste plaats op dezelfde markt, verliest het recht op die plaats.

  • 8.

    Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 9 Inschrijving op de anciënniteitlijst

Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden met vermelding van en in volgorde van de datum, waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen, op een doorlopend te nummeren lijst ingeschreven. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld welke artikelen de vergunninghouder mag verhandelen.

HOOFDSTUK 3 MEELOPERLIJST

Artikel 10 Inschrijving op de meeloperlijst

  • 1.

    De aanvrager wordt ingeschreven op de meeloperlijst indien hij voldoet aan het bepaalde in artikel 3, maar aan hem geen vaste plaats kan worden toegewezen, en hij heeft aangegeven dat hij op de meeloperlijst wil worden geplaatst.

  • 2.

    Bij de inschrijving worden in elk geval vermeld naam en voorletters, geboortedatum en -plaats, huisadres en woonplaats van de aanvrager, de datum waarop de aanvraag is ontvangen, de subbranche(s) die hij wil verhandelen en de verkoopmaterialen die hij wil gebruiken.

Artikel 11 Verkrijgen van een dagvergunning

  • 1.

    Een vergunning op grond van artikel 5 van de Marktverordening Amstelveen 2005 voor een dagplaats wordt afgegeven op het moment dat de standplaats niet als vaste plaats wordt ingenomen.

  • 2.

    Toewijzing van een dagplaats kan slechts geschieden als de gegadigde zich op de marktdag uiterlijk om 7.45 uur persoonlijk bij de marktmeester heeft gemeld. Toewijzing vindt plaats overeenkomstig de plaats op de meeloperlijst en aan de hand van het branchepatroon. Indien noodzakelijk wordt overgegaan tot loting.

  • 3.

    Toewijzing van een dagplaats is mogelijk indien voldaan wordt aan c.q. overeenkomstig het gestelde in artikel 3 en 4.

  • 4.

    Een dagplaats wordt niet toegewezen aan een gegadigde voor een dergelijke plaats indien door deze een gelijke branche wordt gevoerd als die van de vaste standplaatshouder.

  • 5.

    De dagplaats dient binnen één uur na openingstijd te zijn ingenomen.

Artikel 12 Volgorde toewijzing vaste standplaats

  • 1.

    Indien voor de toewijzing van een beschikbare vaste standplaats meer aanvragers in aanmerking komen wordt, rekeninghoudend met artikel 4 van deze regeling, de plaats achtereenvolgens schriftelijk toegewezen aan:

    • a.

      de vergunninghouder van een vaste standplaats die aan burgemeester en wethouder schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven van standplaats te willen veranderen, in volgorde van plaatsing op de anciënniteitlijst;

    • b.

      degene die zich op de meeloperlijst heeft laten inschrijven in volgorde van inschrijving op deze lijst;

    • c.

      degene die een artikelgroep verkoopt dan wel in een artikelgroep valt die nog niet op de markt aanwezig is krijgt hierbij voorrang.

  • 2.

    Degene van de meeloperlijst die een vaste standplaats toegewezen krijgt en deze niet accepteert wordt, na ontvangst van de schriftelijke weigering van de toegewezen standplaats of indien de schriftelijke acceptatie of weigering niet binnen 4 weken na dagtekening van verzending van de toewijzing is ontvangen, geacht zich voor de meeloperlijst te hebben aangemeld op de datum van ontvangst van deze weigering of de datum van 4 weken na dagtekening van verzending van de toewijzing.

Artikel 13 Doorhalen van inschrijving op de meeloperlijst.

  • 1.

    De inschrijving op de meeloperlijst wordt doorgehaald:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene;

    • b.

      bij overlijden van de ingeschrevene;

    • c.

      indien de ingeschrevene niet tenminste 10 maal per kwartaal een plaats op de markt inneemt of zich bij de marktmeester heeft aangemeld en getracht heeft een dagplaats te verkrijgen, tenzij het bepaalde in artikel 7 van toepassing is;

    • d.

      wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een vaste plaats is verleend:

    • e.

      indien niet meer aan de vereisten van artikel 3 wordt voldaan.

HOOFDSTUK 4 STANDWERKERPLAATS.

Artikel 14 Verkrijgen van een standwerkerplaats

  • 1.

    Een gegadigde voor een standwerkerplaats dient op de marktdag aan de marktmeester om 08.30 uur zijn (voorlopige) standwerkerkaart af te geven en op te geven welk artikel zal worden gevoerd.

  • 2.

    Het is een ingeschrevene op de meeloperlijst niet toegestaan deel te nemen aan de telefonische aanmelding voor een standwerkerplaats zolang deze inschrijving niet definitief is vervallen.

  • 3.

    De afgifte van een vergunning voor het innemen van een standwerkerplaats geschiedt door middel van loting.

  • 4.

    Tot de loting voor het verkrijgen van een standwerkerplaats kunnen slechts worden toegelaten standwerkers die voldoen aan de in artikel 3 genoemde eisen en die overigens bij voortduring daadwerkelijk als standwerker optreden.

  • 5.

    Een standwerker mag slechts één artikel voeren. Dit artikel mag niet bestaan uit verschillende maatvoeringen/gewichten.

  • 6.

    Standwerkers die gezamenlijk willen optreden kunnen voor een vergunning voor een standwerkerplaats loten waarbij slechts één soort artikel aangeboden mag worden. De betrokkenen dienen dat vóór loting aan de marktmeester kenbaar te maken met vermelding van het te verhandelen artikel.

  • 7.

    Een standwerker mag de aan hem toegewezen plaats niet samen met een ander benutten, waaronder mede wordt verstaan dat hij zich niet door een ander mag doen aflossen. Het bovenstaande geldt niet voor degenen bedoeld in het zesde lid van dit artikel.

Artikel 15 Het gebruik van de standwerkersplaats

  • 1.

    De standwerker die is ingeloot, is verplicht de toegewezen standwerkersplaats gedurende de hele marktdag te bezetten en daadwerkelijk te standwerken. Hij dient zich niet als ‘stille” kramer te gedragen.

  • 2.

    De standwerker is verplicht het artikel te voeren dat bij de loting is opgegeven en dient voldoende van dit artikel bij zich te hebben om de gehele marktdag de hem toegewezen standwerkersplaats te benutten.

  • 3.

    Het gebruik van prijs- en aanduidingskaarten alsmede van weegwerktuigen is niet toegestaan.

HOOFDSTUK 5 DE JAARMARKTVERGUNNING

Artikel 16 Jaarmarktvergunning

  • 1.

    Een aanvraag voor een vergunning tot het organiseren van een jaarmarkt wordt gericht aan het college en dient schriftelijk plaats te vinden.

  • 2.

    Het college beslist binnen zes weken na ontvangst van een aanvraag voor een vergunning.

  • 3.

    Het college kan de in het tweede lid genoemde termijn met ten hoogste vier weken verlengen. Van een verlenging van deze termijn wordt de aanvrager schriftelijk in kennis gesteld.

  • 4.

    Een vergunning wordt verleend voor een door het college aangewezen plaats, tijd en branche.

Artikel 17 Voorwaarden jaarmarktvergunning

  • 1.

    Het college kan in de vergunning nadere regels stellen met betrekking tot onder andere:

    • a.

      plaats;

    • b.

      aanvangstijd;

    • c.

      eindtijd;

    • d.

      veiligheidseisen;

    • e.

      overlast voor de omgeving;

    • f.

      het marktterrein;

    • g.

      situering van de marktkramen;

    • h.

      eisen aan de marktondernemers;

    • i.

      wettelijke eisen die in acht moeten worden genomen.

  • 2.

    De vergunninghouder zorgt er voor dat het verkoopmateriaal en het assortiment er verzorgd uitzien en passen in de omgeving. De te verkopen artikelen moeten passen binnen de aard van de markt waarvoor de vergunning is aangevraagd.

  • 3.

    De wijze van uitstallen, de uitstraling van de kraam en de omgeving van de kraam dienen er verzorgd uit te zien.

  • 4.

    Zelfbouw wordt niet toegelaten op de markt. Verkoopwagens worden niet in carré-opstelling geplaatst. Verkoopwagens mogen alleen geplaatst worden op locaties waar sprake is van een “achterkant” van de markt. Markavans dienen een transparant karakter te hebben, zodat de achterliggende ondernemingen zichtbaar blijven.

  • 5.

    De vergunninghouder dient zich te houden aan de nadere voorschriften die in de beschikking worden vermeld.

  • 6.

    Het college kan nadere voorwaarden stellen met betrekking tot de vergoeding van door de gemeente te maken kosten en-/of het verschuldigd zijn van huur voor het gebruik van de grond.

TOELICHTING NADERE REGELS OP GROND VAN ARTIKEL 4 MARKTVERORDENING AMSTELVEEN 2005

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Toelichting

In artikel 1 worden begripsomschrijvingen gegeven. Er is aangesloten bij de Marktverordening Amstelveen 2005. Een aantal begrippen komt uitsluitend voor in de nadere regels, zodat hiervoor een omschrijving gegeven dient te worden.

Artikel 2 Geluidsapparatuur

Toelichting

Er dient voorkomen te worden dat door gebruik te maken van geluidsapparatuur overlast voor omwonenden of overigens voor de omgeving ontstaat. Niet elke marktkoopman maakt gebruik van dergelijke apparatuur. Het opnemen van een standaardvoorschrift in de standplaatsvergunning is in het kader van het voorkomen van overbodige voorschriften niet wenselijk.

Door in de nadere regels een bepaling op te nemen wordt in voorkomende gevallen het gebruik maken van geluidsapparatuur op een (jaar)markt gekoppeld aan een reguliere APV-vergunning. Het toetsingskader is hiermee gelijk aan de overige aanvragen o.g.v. de APV die op dit punt worden ingediend.

Artikel 7 Verhindering en vervanging

Toelichting

Verhindering en vervanging wordt geregeld in artikel 7. Ter voorkoming van het innemen van de standplaats door anderen dan de vergunninghouder en het reguleren van de sancties voor het niet innemen van de plaats zonder goede redenen zijn criteria aangegeven. Daarnaast wordt aangegeven wat een koopman dient te doen bij verhindering.

Artikel 8 Overschrijving vaste standplaatsvergunning

Toelichting

De ondernemers die een vaste standplaats op de markt innemen zijn veelal familiebedrijven. Een standplaats is persoonsgebonden en niet overdraagbaar. Een gevolg hiervan is dat indien bijvoorbeeld een vader de bedrijfsactiviteiten beëindigt de zoon de standplaats niet kan overnemen. Met deze bepaling wordt ruimte gemaakt om in bepaalde gevallen een overname door echtgenoot/partner, kind of werknemer van het bedrijf mogelijk te maken.

Artikel 9 Inschrijving op de anciënniteitenlijst

Toelichting

Met deze bepaling wordt een overzicht gegenereerd waarbij marktkooplui op volgorde van anciënniteit voor een andere standplaats (zgn. plaatsverbetering) in aanmerking kunnen komen.

Artikel 10 Inschrijving op de meeloperslijst

Toelichting

Voor marktstandplaatsen is het gebruikelijk een lijst aan te houden waarop kandidaten voor een dagplaats (zgn. meelopers) staan ingeschreven. Deze personen zijn tevens potentiële kandidaten voor een vaste standplaats. In het onderhavige artikel is bepaald welke criteria gelden voor een plaats op de meeloperslijst en welke informatie op de lijst wordt vermeld.

Artikel 12 Volgorde toewijzing vaste standplaats

Toelichting

Voor een vrijkomende vaste standplaats kunnen meerdere belangstellenden zijn. In dit artikel wordt de volgorde aangegeven waarin deze aan de daarvoor in aanmerking komende personen wordt aangeboden. Voorts wordt bepaald, dat weigering van de standplaats door een meeloper tevens een verplaatsing naar de laatste plaats van de meeloperslijst zal inhouden. Hiermee wordt voorkomen dat een meeloper de aangeboden plaats niet als vaste standplaats wil innemen omdat deze minder aantrekkelijk is.

Artikel 14 Verkrijgen van een standwerkerplaats

Toelichting

Naast vaste standplaatshouders en meelopers op de markten worden standwerkers onderscheiden. In dit artikel zijn de voorwaarden opgenomen waaronder een standwerkersplaats wordt uitgegeven, wie hiervoor in aanmerking komt en hoe toewijzing zal plaatsvinden.

Bijlage 3

Besluit van het college d.d. ………….

Sanctie matrix

Overtreding

1e actie

2e actie

1e sanctie bij herhaling na 2e actie

2e sanctie bij herhaling na 1e sanctie

Te vroeg of te laat innemen standplaats (art. 8 jo bijlage 1 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Te vroeg of te laat verlaten standplaats (art. 8 jo bijlage 1 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet kunnen tonen vergunning (art. 5 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet voldoen aan legitimatieplicht

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet persoonlijk innemen standplaats (art. 4 en 5 marktverordening jo art. 5 regels)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet afmelden wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden (art. 4 en 5 marktverordening jo art. 7 regels)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Gebruik/betrekken andere elektriciteit voor verlichting dan door B&W aangewezen of gebruik onjuist materiaal (art. 13 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Uitstallen van goederen buiten de aangewezen standplaats* (standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

2 marktdagen schorsen

4 marktdagen schorsen

Niet innemen van en/of uitstallen van goederen op de standplaats tot sluitingstijd (standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Verkoop van artikelen anders dan waarvoor de vergunning is afgegeven (art. 3.3 marktverordening jo standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Wangedrag (art. 16 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

2 marktdagen schorsen

Onmiddellijke verwijdering

Bedrog (art. 16 marktverordening)

Schriftelijke waarschuwing

4 marktdagen schorsen

Onmiddellijke verwijdering

Niet zorgdragen voor inzameling afval (standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet zorgdragen voor het schoon opleveren van de standplaats (standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Vergoeden van de extra door de reiniging gemaakte kosten (bestuursdwang)

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

Niet aanwezig zijn bedrijfsaanduiding (standplaatsvergunning)

Schriftelijke waarschuwing

Schriftelijke waarschuwing

1 marktdag schorsen

3 marktdagen schorsen

TOELICHTING

Marktverordening: Marktverordening Amstelveen 2005.

Regels: de nadere regels op grond van artikel 4 van de marktverordening Amstelveen 2005.

Schorsen: met schorsen wordt bedoeld het tijdelijk intrekken van een standplaatsvergunning op grond van artikel 7.1 lid f van de marktverordening.

Verwijdering: op grond van artikel 17 van de marktverordening kan wanneer er sprake is van spoedeisend belang een koopman direct verwijderd worden.

*)Uitstallen buiten standplaats: bij het veroorzaken van direct gevaar in die zin dat de doorgang door brandweer en hulpdiensten wordt belemmerd, wordt de zaak die de belemmering veroorzaakt zonder voorafgaande waarschuwing direct verwijderd; de eigenaar kan deze tegen betaling van de door de gemeente gemaakte kosten weer ophalen op de plaats van bewaring.

Toelichting ten aanzien van de Marktverordening Amstelveen 2005

Door het kaderstellend karakter van de verordening is het aantal artikelen in de verordening teruggebracht van 46 naar 20 artikelen.

De nieuwe marktverordening is ingedeeld in vier hoofdstukken, te weten

hoofdstuk 1: Algemene bepalingen;

hoofdstuk 2: Orde maatregelen;

hoofdstuk 3: Strafbepalingen;

hoofdstuk 4: Slotbepalingen.

Artikel 1 Definities

Toelichting.

In artikel 1 worden definities gegeven van termen die in de verordening voor komen.

Onder a. is “de raad” vervangen door “het college” omdat het hier gaat om de markt in de zin van artikel 160 van de Gemeentewet waarin sinds de Wet Dualisering Gemeentebestuur de bevoegdheid tot het instellen van markten aan het college is geattribueerd. Dit zelfde geldt voor sub c..

Onder b. wordt het begrip jaarmarkt geïntroduceerd. Voorbeelden van jaarmarkten zijn een paasmarkt, een kerstmarkt, een groenmarkt en een koopzondagmarkt. Jaarmarkten dienen te worden onderscheiden van braderieën, die kunnen worden omschreven als feestelijke, kermisachtige markt met straatverkoop door onder andere winkeliers. Jaarmarkten worden in Amstelveen nog niet gehouden, maar dat kan in de toekomst veranderen. De organisatie van een jaarmarkt zal in het algemeen niet door de gemeente plaatsvinden, maar door derden. De gemeente hoeft slechts een vergunning aan de organisator af te geven. Omdat jaarmarkten in veel opzichten op een gewone markt lijken, is het praktisch om deze in de marktverordening op te nemen. Voor deze jaarmarkten gelden dan dezelfde regels als voor de weekmarkten, behalve die inzake de vergunningverlening en de branchering. Op grond van de marktverordening kan het aantal jaarmarkten worden beperkt.

Onder h. en k. worden de begrippen vergunninghouder en standplaatshouders afzonderlijk gedefinieerd.

Onder j. is “branchepatroon” vervangen door “branche-indeling”. Dit is meer in overeenstemming met het gebruik in de verordening.

De begrippen verkoopwagen, kraam, branche, zijn uit de verordening gehaald omdat een nadere omschrijving niet nodig wordt geacht.

De begrippen sollicitantenlijst en wachtlijst zijn uit de verordening gehaald, omdat deze begrippen niet langer in de verordening voorkomen.

Artikel 2 Plaats, dag en tijd van de markt(en)

Deze verordening is van toepassing op de door het college ingevolge artikel 160, eerste lid onder h. van de Gemeentewet ingestelde gewone marktdagen en jaarmarktdagen.

Toelichting.

Ingevolge artikel 160, eerste lid onder h. van de Gemeentewet is het college bevoegd tot het instellen, afschaffen of veranderen van jaarmarkten en gewone marktdagen. De raad hoeft deze bevoegdheid daardoor niet meer te delegeren aan het college. Het college geeft in een besluit de plaats, de dagen en de tijden van gewone markten en jaarmarkten aan.

Artikel 4 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Toelichting.

Artikel 4 is een geheel nieuw artikel. In de verordening worden slechts de hoofdlijnen geregeld. Op detailniveau dienen evenwel nog de nodige onderwerpen uitgewerkt te worden. Hierbij kan gedacht worden aan punten met betrekking tot het verstrekken van vergunningen en de dagelijkse praktijk op de markt. Met het onderhavige artikel wordt aan het college de mogelijkheid geboden hier de nodige beleidslijnen voor vast te stellen. Artikelen van de oude verordening zullen zoveel mogelijk in nadere regels worden vastgelegd. Grote delen van de titels II., III. en IV. zullen hierin worden geregeld, alsmede de regeling tot het aanwijzen van plaatsen op de markt.

Artikel 5 Standplaatsvergunningen (= artikel 7 en volgende van de oude verordening)

De artikelen 7 en volgende van de oude verordening geven voorschriften ten aanzien van vergunningen en standplaatsen. In de nieuwe verordening is in artikel 5 een kader aangegeven. De overige bepalingen zullen worden opgenomen in nadere regels van het college.

Toelichting.

Het is niet de bedoeling dat de markt(en) veelvuldig worden verplaatst. De ervaring leert dat marktverplaatsingen de kooplieden sterk in hun omzet benadelen. Een tijdelijke verplaatsing wordt alleen overwogen als er sprake is van dringende redenen waardoor verplaatsing noodzakelijk is. Te denken valt bijvoorbeeld aan het verrichten van bestratings- en rioleringswerkzaamheden op het marktterrein of de maximaal drie jaarlijkse evenementen.

Artikel 6 Jaarmarktvergunning

  • 1.

    Het college kan een vergunning verlenen voor het organiseren van een jaarmarkt.

  • 2.

    Het college kan aan een vergunning als bedoeld in het eerste lid voorwaarden verbinden.

  • 3.

    Ten aanzien van jaarmarkten zijn alleen de artikelen 1 tot en met 4, 6 tot en met 10 en 16 van toepassing.

Toelichting.

Artikel 6 is een nieuwe bepaling en geeft regels voor jaarmarkten. Gezien het feit dat er regelmatig een verzoek komt voor het houden van een jaarmarkt en de APV niet in nadere regelgeving voorziet, zijn hiervoor regels opgenomen in de Marktverordening.

Artikel 7 Wijziging, schorsing en intrekking vergunning en uitsluiting van vergunninghouders

Artikel 7 geeft bepalingen over wijziging, schorsing en intrekking van een vergunning en voegt de bepaling uitsluiting van vergunninghouders toe. In dit artikel zijn bepalingen opgenomen van het oude artikel 22 (intrekking en overschrijving van vergunning en intrekking van vergunning en inschrijving). De eventuele overschrijving van de vergunning wordt in nadere regelgeving vastgelegd.

Toelichting

In het artikel is een bepaling over schorsing van ondernemers en het (tijdelijk) uitsluiten van ondernemers opgenomen. Deze bepaling is van toepassing op ondernemers die niet elke week op de markt staan, zoals standwerkers en zogenaamde “meelopers”, ondernemers die een plaats op de markt krijgen toegewezen op het moment dat een vaste standplaatshouder is verhinderd. Er is voor deze bepalingen een lid ingevoegd (artikel 7, lid 2).

Artikel 8 Tijdstip bezetten vaste standplaats

Artikel 8 is in de plaats gekomen van artikel 23 uit de Marktverordening 1994.

Toelichting.

Door een gebod in te stellen op het op tijd aanwezig zijn kan op het niet nakomen daarvan een sanctie worden gesteld.

Artikel 9 Aanvoeren, verkopen, afleveren en afvoeren van goederen

Artikel 9 vervangt het oude artikel 26.

In de Marktverordening1994 luidde artikel 26 als volgt:

  • 1.

    Het is verboden vroeger dan vier uur voor de aanvang van de markt goederen of waren op het marktterrein aan te voeren.

  • 2.

    De afvoer van goederen of waren en de verwijdering van voertuigen moet uiterlijk één uur na sluiting van de markt beëindigd zijn.

Artikel 9 luidt als volgt:

  • 1.

    Het aanvoeren, verkopen, afleveren en afvoeren van koopwaren op de markt op andere dagen en uren dan daartoe aangewezen door het college is verboden.

  • 2.

    De standplaatshouders dienen op het in artikel 2 bedoelde besluit van het college genoemd tijdstip de markt te hebben ontruimd.

  • 3.

    Het college kan van het aanvangstijdstip voor het oprijden van de markt ontheffing verlenen.

Toelichting.

In dit artikel is opgenomen op welke tijden en wanneer de marktkooplieden de markten kunnen oprijden en verlaten moeten hebben. Het tijdstip van oprijden voor het Stadshart is van belang om de bewoners zo min mogelijk last te bezorgen. In incidentele gevallen kan het tijdstip van opbouwen te laat zijn om nog tijdig met de verkoop te kunnen aanvangen. Dit zou een belemmering kunnen inhouden voor het opbouwen van bepaalde kramen. Voor deze specifieke situaties bestaat de mogelijkheid een ontheffing te verlenen.

Artikel 16 Strafbepaling

Toelichting

Ten opzichte van de Marktverordening 1994 is de strafbepaling nu ook van toepassing verklaard op de artikelen 6 (jaarmarktvergunning) en 15 (legitimatie). Met deze aanvulling is de strafbaarstelling van verboden gedragingen compleet. Op grond van dit artikel zijn de overtredingen strafrechtelijk vervolgbaar. Dit is een standaard bepaling in verordeningen. In de praktijk zullen de regels veelal bestuursrechtelijk worden gehandhaafd middels een dwangsom of schorsing.

Artikel 19 Overgangsbepalingen.

Toelichting

In de Marktverordening 1994, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 11 juli 2001, werd in artikel 45 verwezen naar de Marktverordening 1953, 1962 en 1968. In artikel 19 wordt nu verwezen naar de Marktverordening 1994.