Regeling vervallen per 28-02-2019

Subsidieregeling groene daken en gevels Amsterdam 2017

Geldend van 01-04-2017 t/m 27-02-2019

Intitulé

Subsidieregeling groene daken en gevels Amsterdam 2017

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

  • In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. ASA 2013: Algemene subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • b. Bestaande bouw: Alle hoofdbebouwing, op- aan- en/of bijgebouwen ouder dan 5 jaar, gerekend van de datum van oplevering tot de datum van aanvraag om subsidie. 

  • c. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • d. eigenaar: opstalhouder, erfpachter, vruchtgebruiker, gerechtigde tot appartementsrecht of degene aan wie een rechtspersoon deelnemings- of lidmaatschapsrechten heeft verleend die recht geven op het gebruik van het dak of gevel van een (bij)gebouw;

  • e. gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • f. groen dak: een dak op een gebouw dat tenminste bestaat uit een wortelwerende, een drainage-, een substraat- en een vegetatielaag;

  • g. groene gevel: een verticale constructie van planten die in de grond wortelen en al dan niet met klimbegeleiding tegen de gevel op groeien (grondgebonden) dan wel een constructie tegen of voor de gevel waarbij planten in de gehele constructie worden geplant;

  • h. sociale verhuurder: een toegelaten instelling zoals opgenomen in de Woningwet;

  • i. VvE: Vereniging van Eigenaren;

  • j. woonboot: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf, waarvoor een ligplaatsvergunning is verleend op grond van de Verordening op het binnenwater 2010;

  • k. woonwagen: voor bewoning bestemd gebouw dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst en op een daartoe bestemd perceel is geplaatst.

Artikel 2. Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel subsidieregeling

Doel van deze subsidieregeling is het stimuleren van het aanleggen van groene daken en groene gevels op bestaande gebouwen teneinde een bijdrage te leveren aan het verhogen van de biodiversiteit, de vergroening, de leefkwaliteit, de regenbestendigheid, de geluidsdruk, het verminderen van CO2-emissies door energiebesparing en het tegengaan van de opwarming van de stad.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

  • Het college kan een eenmalige subsidie verlenen voor de aanleg, aan of op bestaande bouw, van:

  • a. een groen dak met een minimumoppervlak van 30 vierkante meter, met een aantoonbare minimale wateropslagcapaciteit van 20 liter per vierkante meter;

  • b. een groene gevel met een minimumoppervlak van 30 vierkante meter, die goed zichtbaar is vanuit de openbare ruimte.

Artikel 5. Hoogte subsidie

  • 1. Subsidiabele kosten van de aanleg van een groen dak of groene gevel zijn kosten die rechtstreeks noodzakelijk zijn voor het realiseren van het groene dak of de groene gevel. 

  • 2. De subsidie voor groene daken en gevels bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een maximum van € 30,- per vierkante meter groen dak of groene gevel en een maximum totaalbedrag per subsidieaanvraag van € 100.000,-.

  • 3. Indien de wateropslagcapaciteit van een groen dak aantoonbaar groter is dan 30 liter per vierkante meter, is de maximale bijdrage € 50,- per vierkante meter.

  • 4. Bij groene gevels zijnde een constructie tegen of voor de gevel waarbij planten in de gehele constructie worden geplant (dus niet grondgebonden), is de maximale bijdrage € 50,- per vierkante meter.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond

Artikel 6. Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond voor groene daken bedraagt € 125.000,- per kwartaal vanaf 1 april 2017 tot en met december 2018.

  • 2. Het subsidieplafond voor groene gevels bedraagt € 50.000,- per kalenderjaar.

Artikel 7. Verdeelsleutel subsidieplafond

  • 1. De aanvragen van subsidie voor groene gevels worden behandeld op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvragen.

  • 2. De aanvragen voor subsidie voor groene daken worden gerangschikt op een prioriteitenlijst en volgens deze lijst gehonoreerd.

  • 3. De rangschikking voor de groene daken wordt bepaald door het aantal punten dat wordt gehaald op basis van de volgende criteria:

    • a.

      openbare toegankelijkheid;

    • b.

      zichtbaarheid;

    • c.

      biodiversiteit;

    • d.

      locatie;

    • e.

      aantoonbare hoeveelheid wateropslagcapaciteit die gerealiseerd.

  • 4. Per criterium kan 0 tot en met 5 punten worden gehaald.

  • 5. Het criterium genoemd in lid 3 onderdeel a heeft een wegingsfactor van 1, lid 3 onderdeel b heeft een wegingsfactor van 2, lid 3 onderdeel c heeft een wegingsfactor van 3, lid 3 onderdeel d heeft een wegingsfactor van 4, lid 3 onderdeel e heeft een wegingsfactor van 5.

  • 6. De aanvragen voor groene daken worden gehonoreerd naar de volgorde op de kwartaal prioriteitenlijst.

  • 7. Indien meerdere aanvragen op dezelfde plaats op de prioriteitenlijst worden gerangschikt en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste subsidiabele kosten als eerste gehonoreerd.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 8. De aanvrager

Een subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door zowel natuurlijke als rechtspersonen.

Artikel 9. Bij de subsidieaanvraag verplicht in te dienen gegevens

  • In aanvulling op artikel 5, tweede lid ASA worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:

  • a. een gespecificeerde offerte(s) van de kosten van de aanleg van het groene dak of gevel; waarbij het aantal vierkante meter groen dak of groene gevel dat gerealiseerd wordt duidelijk staat aangegeven. Indien in een offerte meerdere opties worden vermeld, is duidelijk aangegeven voor welke optie wordt gekozen. Bij subisdieaanvragen kleiner dan € 5.000,- dient de offerte door aannemer en aanvrager ondertekend te zijn;

  • b. bij groene daken: een duidelijke berekening/uiteenzetting inclusief een duidelijk productinformatieblad, waaruit de opgegeven wateropslagcapaciteit blijkt.

  • c. een situatietekening of ontwerp van het toekomstige groene dak of gevel met schaal 1: 500 of groter;

  • d. een kleurenfoto van het bestaande dak of de bestaande gevel waarop de aanvraag betrekking heeft;

  • e. voor VvE's: een rechtsgeldig VvE-besluit waaruit blijkt dat de VvE instemt met de subsidieaanvraag als het dak of de gevel gemeenschappelijk onderdeel is van een VvE;

  • f. In aanvulling op art. 5 lid 2 van de ASA 2013, dient een kleurenkopie van de bankpas (beide zijden) te worden bijgevoegd, tenzij de aanvrager reeds beschikt over een crediteurennummer van de gemeente.

  • g. Indien de aanvrager niet de eigenaar is van het object waar de groene gevel of het groene dak wordt aangelegd, dient de eigenaar akkoord te geven via ondertekening van het toestemmingsformulier.

  • 2. Wanneer de gemeente na ontvangst van de aanvraag hierom verzoekt, dient de aanvrager binnen twee weken een kopie eigendomsbewijs of kopie huurcontract van het betreffende gebouw of woonboot waar op of aan het groene dak of gevel gerealiseerd wordt te overleggen.

Artikel 10. Indienen aanvraag groen dak

Een aanvraag om een subsidie voor een groen dak, ontvangen op uiterlijk de laatste dag van een kwartaal, wordt behandeld in het kwartaal volgend waarop het is ingediend.

Artikel 11. Beslistermijn op aanvraag groen dak

In afwijking van artikel 8 van de ASA 2013 beslist het college op een aanvraag voor een subsidie voor groene daken binnen 8 weken na afloop van het kwartaal waarin de aanvraag is ontvangen.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 12. Weigeringsgronden

  • In aanvulling op artikel 9, eerste lid, van de ASA 2013 zal het college weigeren een subsidie te verlenen als:

  • a. niet wordt voldaan aan het vereiste in artikel 4 en 5 van deze regeling;

  • b. met de activiteit al gestart is voordat de subsidie is aangevraagd;

  • c. bekend is dat benodigde vergunning(en) zijn geweigerd of niet worden verleend.

Hoofdstuk 5 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 13. Aanvullende verplichtingen

  • Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • a. activiteiten moeten binnen 1 jaar na subsidieverstrekking zijn voltooid;

  • b. het groene dak of de groene gevel moet minimaal 5 jaar in stand blijven;

  • c. de gesubsidieerde activiteit moet volledig worden uitgevoerd;

  • d. de ontvanger dient aan de door het college met controle belaste personen:

    • I.

      inzage te verlenen in de op de subsidieaanvraag betrekking hebbende bescheiden en tekeningen;

    • II.

      gelegenheid te geven tot het controleren en kopiëren van alle documenten die betrekking hebben op de uitgevoerde werkzaamheden;

    • III.

      alle inlichtingen te verstrekken, die naar hun oordeel noodzakelijk zijn voor het beoordelen of de regeling juist is toegepast en of de voorschriften bij de subsidieverlening zijn nageleefd;

    • IV.

      toegang te verlenen tot de onroerende zaak waarvoor subsidie is gegeven.

Hoofdstuk 6 Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Artikel 14. Verantwoording

  • In aanvulling op artikel 14, tweede lid, van de ASA 2013 bevat de aanvraag tot subsidievaststelling

  • a. kopieën van originele facturen;

  • b. kopieën van originele betaalbewijzen;

  • c. een totale kostenopstelling, inclusief een opgave van eventueel meer- en minderwerk;

  • d. een duidelijke opgave van het aantal vierkante meter groen dak of gevel werkelijk is aangelegd;

  • e. een duidelijke berekening / uiteenzetting / beschrijving van het gerealiseerde groene dak waaruit blijkt hoe de minimale wateropslagcapaciteit van 20 liter per vierkante meter, uiteindelijk is bereikt;

  • f. minimaal één kleurenfoto van het aangelegde groene dak of de gerealiseerde groene gevel waarop de aanvraag betrekking had.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 15. Overgangsbepaling

Een aanvraag om verlening of vaststelling van subsidie voor groene daken of groene gevels, die door de gemeente is ontvangen uiterlijk 31 maart 2016, wordt behandeld conform de subsidieregeling Groene daken en gevels Amsterdam 2016-2018.

Artikel 16. Slotbepalingen

  • 1. Deze regeling treedt in werking op 1 april 2017.

  • 2. Deze regeling vervalt op 31 december 2018.

  • 3. Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling groene daken en gevels Amsterdam 2017.

Toelichting

Algemeen

Inleiding

In de Agenda Groen is het doel opgenomen: toevoegen van 50.000 m2 extra groen dak. Dit doel is ambitieus. Om de doelstelling te kunnen behalen is samenwerking en ondersteuning nodig. Actieve samenwerking met de eigenaren van de daken: bewoners, ondernemers, scholen, woningbouwcorporaties en VvE's is van groot belang. De stad heeft vaak meer baat bij de aanleg van groene daken dan de individuele eigenaren. Voor hen wegen de kosten in veel gevallen niet op tegen de baten. De gemeente Amsterdam wil dan ook hen die een groen dak of groene gevel willen aanleggen ondersteunen door de kosten van de aanleg van een groen dak of groene gevel in bestaande bouw te subsidiëren.

De regeling van Amsterdam richt zich op oppervlakten vanaf minimaal 30 vierkante meter. Er is een maximaal bedrag per subsidieaanvraag van € 100.000,-. De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een maximum van € 30,- of € 50,- per vierkante meter groen dak afhankelijk van de wateropslagcapaciteit zoals aangegeven in artikel 4 en 6 en een maximum van € 30,- of € 50,- per vierkante meter groene gevel afhankelijk van de constructie zoals aangegeven in artikel 4 en 6. De regeling is gericht op eigenaren, huurders, bewoners, en of bedrijven die groene daken en gevels aanleggen. Zij allen kunnen een aanvraag indienen / voorbereiden. Het betreft alle soorten gebouwen, kantoren, bedrijfspanden, bijgebouwen, aan- of uitbouw, woonboten, woonwagens en scholen.

Uitvoering

Volledigheidshalve wordt benadrukt dat de subsidieaanvrager / eigenaar te allen tijde zelf verantwoordelijk is en blijft voor de bouwkundige staat van het gebouw en het voldoen aan de bouwregelgeving in het Bouwbesluit en de Bouwverordening, als ook voor het noodzakelijke onderhoud van het groene dak en de groene gevel.

Dragende dakconstructie en vergunningen

De beoordeling of de dragende constructie van een gebouw voldoende draagkracht bezit om het groene dak te dragen en of het dak in de juiste staat verkeert, is a priori de verantwoordelijkheid van de subsidieaanvrager / eigenaar. In het subsidiebedrag is rekening gehouden met de kosten van bouwkundige berekeningen die in bepaalde situaties zijn vereist.

Een aanvrager / eigenaar is zelf verantwoordelijk voor het, hebben van de benodigde vergunningen. Het kan zijn dat voor groene daken of gevels een omgevingsvergunning onderdeel bouwen nodig is (bijvoorbeeld bij schuine daken of wanneer een constructie verzwaard moet worden), een omgevingsvergunning onderdeel monumenten, of een vergunning in het kader van de Verordening op het Binnenwater.

Ook moet aanvrager / eigenaar rekening houden met eventuele welstandseisen.

Subsidies worden aangevraagd via het digitale subsidiebeheersysteem, waarin voor groene daken en groene gevels een specifiek aanvraagformulier is toegevoegd.

Deze subsidieregeling met toelichting en een populaire samenvatting is te zijner tijd te vinden op de gemeentelijke website.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1f

Een grondgebonden groene gevel hoeft niet in de volle grond te staan, of zelfs maar op het maaiveld. Met een grondgebonden groene gevel zijn bijvoorbeeld klimop of wingerd, die zich vanuit de grond, of een plantenbak, al dan niet met klimbegeleiding tegen de gevel op groeien. Het maximale subsidiabele bedrag hiervoor is lager dan een bij een constructie voor de gevel (of soms onderdeel van de gevel) waarbij planten in de gehele constructie worden geplaatst.

Grondgebonden                                       Niet grondgebonden, gevelconstructie 1

Artikel 3 Doel

Gebouwen in de stad met een groen dak of een groene muur stralen minder hitte uit. Groen op een dak of tegen een muur werkt niet alleen verkoelend, maar heeft ook positieve effecten op gebied van waterberging, biodiversiteit, geluidsdruk, isolatie, educatie, recreatie, leefkwaliteit en luchtkwaliteit. Een groen dak met zonnepanelen is ook mogelijk en heeft als voordeel dat de zonnepanelen in combinatie met een groen dak meer rendement opleveren. Tussen 2010 en 2014 is in Amsterdam naar schatting 45.000 m2 dak vergroend. Daarmee beschikt Amsterdam op dit moment over circa 150.000 m2 groen dak. Dat zijn overwegend daken met een dun groenpakket met sedum of mos. De baten van een dak met een dik groenpakket zijn veel groter, zeker op gebied van waterbergend vermogen. Zo kan een daktuin met een dikke laag van 10-25 cm substraat 60 tot 90% van het regenwater vasthouden. De voorkeur gaat dan ook uit naar groene daken met een dik groenpakket, echter niet alle daken hebben hier voldoende draagkracht voor.

Artikel 4. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Dit artikel geeft aan welke activiteiten voor subsidie in aanmerking komen. Zoals o.a. het minimumoppervlakte, de minimale wateropslagcapaciteit waaraan het groene dak moet voldoen, en dat een groene gevel alleen subsidiabel is als deze vanaf de openbare ruimte ook zichtbaar is. Ook is de regeling alleen gericht op bestaande gebouwen gelegen in Amsterdam waarbij geen onderscheid wordt gemaakt t.a.v. platte- en schuine daken. Voor nieuwbouwprojecten, nog te bouwen gebouwen en gebouwen jonger dan 5 jaar, wordt aangenomen dat een groen dak dan wel een daktuin of verticaal groen wordt meegenomen in het programma van eisen en het ontwerp. In een dergelijk geval zijn de kosten van een groen dak integraal onderdeel van de ontwerp- en nieuwbouwkosten zodat ze niet gesubsidieerd hoeven te worden. Deze redenatie geldt ook voor opbouwen, aanbouwen en bijgebouwen. Ook wanneer deze jonger zijn dan vijf jaar, komen ze niet in aanmerking voor subsidie groen dak of groene gevel.

Met ‘aantoonbaar' wordt bedoeld productinformatie / productblad met daarin duidelijk vermeld het aantal l/m2 waterbergend vermogen (dus niet in vol.%).

Verschillende dakoppervlakten van verschillende eigenaren mogen worden samengevoegd in één aanvraag, om zo boven het minimale oppervlakte van 30 m2 uit te komen. Daarbij is het van belang dat door de aanvragers een penvoerder wordt aangewezen die namens de overige eigenaren een aanvraag doet. De gemeente behandeld het als één aanvraag, waarbij dus ook de subsidie naar één rekeningnummer wordt overgemaakt. Een door de verschillende eigenaren ondertekende toestemming is dan noodzakelijk, waaruit duidelijk blijkt welke eigenaar voor welk adres meedoet.

Artikel 5. Hoogte subsidie

Hier wordt het maximum aan subsidie aangegeven. Maximaal 50% van de subsidiabele kosten, het maximum bedrag per m2 en het maximum totaal bedrag per aanvraag. Een subsidieregeling is namelijk altijd slechts een bijdrage in de kosten en dus nooit een 100% bijdrage, voor het overige deel van de kosten is aanvrager zelf verantwoordelijk. Voor een groene gevel is het maximale bedrag per m2 hoger bij een constructie voor de gevel waar de planten in wortelen, dan bij een grondgebonden groene gevel.

Lid 4. Met dit artikel wordt aangegeven dat alleen subsidiabele kosten meegerekend kunnen worden. Dit zijn kosten die rechtstreeks voor het groene dak of gevel noodzakelijk zijn. Als de aanvrager de omzetbelasting (BTW) kan verrekenen, bijvoorbeeld met de Belastingdienst, beperkt de subsidie zich tot de ‘kale' ontwerp- en aanlegkosten.

Kosten die NIET tot subsidiabele kosten horen zijn bijvoorbeeld,

  • de aanleg van een dakterras;

  • dakramen, verlichting;

  • vervanging of onderhoud van reguliere dakbedekking/bestaande dakbedekking;

  • projectmanagement;

  • meerwerk;

  • constructieberekening uitgevoerd door een ander dan een ter zake deskundige

  • kosten die reeds door een andere subsidie zijn gedekt.

Artikel 6. Subsidieplafond

Bij de regeling hoort een fonds van maximaal € 875.000,- tot en met december 2018 voor groene gevels. Dat is € 125.000,- per kwartaal. Daarnaast is voor 2017 en 2018 jaarlijks € 50.000,- beschikbaar voor groene gevels. Voor 2017 betekent dat dat € 50.000,- beschikbaar is voor het volledige kalenderjaar, waarbij het eerste kwartaal dus nog onder de oude regeling wordt beschikt.

Artikel 7. Verdeelsleutel subsidieplafond

Groene daken:

Aanvragen voor groene daken worden op een kwartaal prioriteitenlijst geplaatst. Wanneer in een kwartaal meer wordt aangevraagd dan beschikbaar is, komen de hoogst scorende aanvragen als eerste in aanmerking voor subsidie totdat het kwartaal budget is vergeven. Overige aanvragen worden geweigerd wegens bereiken van het subsidieplafond. Wanneer nog niet is gestart met het aanleggen van het dak, kunnen deze aanvragen wederom door de aanvrager worden ingediend voor het volgende kwartaal.

Hoe zichtbaarder het dak, hoe waardevoller. Een aanvraag voor een dak waar potentieel veel mensen op uitkijken krijgt een hogere waardering op dit criterium t.o.v. een aanvraag voor een groen dak waar potentieel weinig mensen op uitkijken. De aantrekkelijkheid van de planten voor insecten en het aantal plantensoorten zijn indicatoren waarmee de bijdrage van het groene dak / groene gevel t.a.v. biodiversiteit bepaald kan worden. Een openbaar toegankelijk groen dak wordt hoger gewaardeerd dan een ontoegankelijk groen dak. Een dak met meer waterberging per m2 doet meer voor heftige regenbuien, en wordt hoger gewaardeerd dan een dak met minder waterberging. Op basis van de 3DI kaart wordt Amsterdam in urgentie zones ingedeeld, afhankelijk van de locatie van het gebouw volgt een lage dan wel hoge score.

In dit artikel wordt duidelijk gemaakt hoe de beoordeling van de verschillende aanvragen plaatsvindt. Zo wordt er gebruik gemaakt van een kwartaal prioriteitenlijst waar de in eerste instantie goedkeurde aanvragen in opgenomen worden. Vervolgens worden deze aanvragen gescoord op basis van een vijftal criteria. Voor elk criterium kan een aantal punten worden gescoord. Daarnaast heeft elk criterium een bepaalde wegingsfactor waarmee de betreffende punten worden vermenigvuldigd. Al deze punten worden opgeteld wat leidt tot een totaalscore per aanvraag. Hoe hoger de totale score hoe hoger op de prioriteitenlijst.

Voorbeeld:

Aanvraag X:

Criterium a: 0 punt x 1 (wegingsfactor) = 0

Criterium b: 1 punt x 2 (wegingsfactor) = 2

Criterium c: 2 punt x 3 (wegingsfactor) = 6

Criterium d: 3 punt x 4 (wegingsfactor) = 12

Criterium e: 4 punt x 5 (wegingsfactor) = 20

Aanvraag X totaal = 40 punten

Aanvraag Y:

Criterium a: 0 punt x 1 (wegingsfactor) = 0

Criterium b: 0 punt x 2 (wegingsfactor) = 0

Criterium c: 2 punt x 3 (wegingsfactor) = 6

Criterium d: 3 punt x 4 (wegingsfactor) = 12

Criterium e: 5 punt x 5 (wegingsfactor) = 25

Aanvraag Y totaal = 43 punten

Conclusie: aanvraag Y komt hoger op de lijst dan aanvraag X en daarmee ook eerder in aanmerking voor subsidie.

Groene gevels

Aanvragen voor groene muren worden behandeld via volgorde van binnenkomst.

Artikel 8. De aanvrager

De regeling is gericht op eigenaren van gebouwen, kantoren, bedrijfspanden, woonwagens, woonboten, sportgebouwen, werven en scholen. Daaronder vallen ook: bedrijven, Verenigingen van Eigenaren, sociale verhuurders (Woningcorporaties).

Ook huurders, bewoners die uitkijken op te vergroenen daken en gevels en bedrijven die groene daken of gevels aanleggen kunnen een aanvraag voorbereiden / indienen, echter alleen met akkoord van de eigenaar, via ondertekening van het toestemmingsformulier bij het aanvraagformulier. Er is altijd en uitsluitend sprake van een subsidierelatie tussen de gemeente en de aanvrager. De gemeente treedt in geen geval op als intermediair tussen betrokken partijen.

Voorheen waren scholen voor primair onderwijs in principe uitgesloten van het aanvragen van subsidie onder deze regeling. Door een wetswijziging die in werking is getreden per 2015 geldt deze uitsluiting niet meer, dus schoolbesturen voor primair onderwijs kunnen voortaan ook subsidie aanvragen. Alleen voor gymlokalen geldt echter dat aanpassing en buitenonderhoud in de wet niet aan de schoolbesturen is toevertrouwd. In beginsel geldt voor die gymlokalen de ‘Verordening voorzieningen onderwijshuisvesting'. Wanneer uitkomst van een en ander zou zijn dat slechts een deel van een dak c.q. gevel onder de onderhavige regeling vergroend kan worden en een deel niet, zal bekeken worden of dit aanleiding kan zijn om onderhavige regeling bij wijze van uitzondering toch toe te passen.

Artikel 9. Bij de subsidieaanvraag verplicht in te dienen gegevens

Om te kunnen bepalen of een aanvraag aan het gestelde doel voldoet is het nodig dat verschillende documenten / overzichten overlegd worden. Alleen op basis van deze complete documenten kan worden bepaald of aan het vereiste is voldaan en in hoeverre de doelen bereikt worden. Conform ASA 2013 worden aanvragen t/m € 5.000,- direct vastgesteld. Echter, ook deze activiteiten maken deel uit van de prioriteitenlijst.

Voor aanvragen beneden de € 5.000,-, die op grond van de ASA worden vastgesteld zonder voorafgaande verlening, is het van belang dat de begrote kosten realistisch zijn. Dat voorkomt moeizame controles en terugvorderingen als de aanleg van de groene daken of gevels aanzienlijk goedkoper uitvallen. Daarom dient bij deze aanvragen de offerte reeds ondertekend te zijn.

Artikel 10. Looptijd regeling

De looptijd van de regeling wordt hier benoemd.

Artikel 11. Beslistermijn

Gezien de systematiek van de regeling dat aanvragen voor groene daken per kwartaal worden gerangschikt op een prioriteitenlijst, in tegenstelling tot ‘wie het eerst komt, eerst maalt' is het noodzakelijk om de beslistermijn op de aanvraag daarmee gelijk te stellen.

Artikel 12. Weigeringsgronden

Aan subsidie voor groene daken en gevels zijn een aantal eisen verbonden. Als aan deze eisen niet kan worden voldaan wordt er geen subsidie verstrekt en wordt de aanvraag geweigerd.

Groene daken of gevels mogen nog niet zijn aangelegd voordat een aanvraag om subsidie is ingediend. Wanneer een groen dak is aangelegd voordat vervolgens de beslissing op de aanvraag is ontvangen, en de subsidie wordt geweigerd wegens bereiken van het subsidieplafond, kan een aanvraag niet meer opnieuw worden ingediend. Dit is een risico voor de aanvrager.

Het verkrijgen van de juiste vergunningen is een verantwoordelijkheid van de aanvrager. Mocht het bekend zijn dat benodigde vergunningen niet kunnen of zullen worden verkregen, is dit een weigeringsgrond.

Artikel 13. Aanvullende verplichtingen

Naast de inhoudelijk verplichtingen (artikel 9) zijn er ook procedurele verplichtingen, deze worden hier benoemd.

Er is een verplichting opgenomen dat de gesubsidieerde activiteiten ook volledig moeten worden uitgevoerd. Daarmee wordt buiten twijfel gesteld dat de subsidievaststelling op grond van artikel 4:57, eerste lid onder c. van de Awb kan worden ingetrokken of worden gewijzigd in het nadeel van de ontvanger als de activiteit niet (volledig) wordt uitgevoerd. De subsidie kan vervolgens op grond van artikel 4:57 van de Awb worden teruggevorderd. Dat is vooral van belang voor subsidies onder de € 5.000,-, die immers worden vastgesteld zonder voorafgaande verlening.

Artikel 14 Verantwoording

Om de subsidie vast te kunnen stellen zijn specifieke documenten noodzakelijk, welke dit zijn worden hier benoemd.

Artikel 15. Overgangsbepaling

De aanvragen die binnen komen vóórdat deze nieuwe regeling op 1 april 2017 van start gaat, worden behandeld conform de regeling die toen nog van kracht was.

Artikel 16. Slotbepalingen

Ingangsdatum, looptijd en citeertitel worden hier behandeld.

Bijlage bij Toelichting artikel 1f


Noot
1

[de foto's ter verduidelijking staan apart in Bijlage bij Toelichting artikel 1f]