Controleverordening 2014

Geldend van 08-04-2014 t/m heden

Intitulé

Controleverordening 2014

Inhoud

Artikel 1 Definities

  • In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. accountant: de door de Gemeenteraad (hierna: Raad) benoemde:

    • -

      registeraccountant;

    • -

      accountant-administratieconsulent ten aanzien van wie in het accountantsregister een aantekening is geplaatst als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel i, van de Wet op het accountantsberoep of:

    • -

      organisatie waarin accountants die mogen worden aangewezen, samenwerken;

  • b. accountantscontrole: de controle van de in artikel 197 van de Gemeentewet bedoelde jaarrekening van de gemeente Amsterdam, en aangewezen jaarrekeningen van organisatie-eenheden, uitgevoerd door de door de Raad benoemde accountant van:

    • 1.

      het getrouwe beeld van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de activa en passiva;

    • 2.

      het in overeenstemming zijn van de opgestelde jaarrekening met het krachtens algemene maatregel van bestuur vastgestelde Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten;

    • 3.

      de overeenstemming van de totstandkoming van de opgenomen baten en lasten en balansmutaties met de begroting en van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder verordeningen;

    • 4.

      de verenigbaarheid van het jaarverslag met de jaarrekening;

    • 5.

      de inrichting van het financiële beheer en de financiële organisatie, gericht op de vraag of deze een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken;

  • c. rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole: het overeenstemmen van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan met de begroting en de relevante wet- en regelgeving, zoals omschreven in het Besluit accountantscontrole decentrale overheden;

  • d. jaarrekening van de gemeente: de in artikel 197 van de Gemeentewet bedoelde jaarrekening van de gemeente Amsterdam. Het College van Burgemeester en Wethouders (hierna: College) is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening van de gemeente conform de geldende extern en interne wet- en regelgeving;

  • e. jaarrekening van een organisatie-eenheid: de jaarrekening van een door het College of door de Raad afzonderlijk ingesteld onderdeel van de gemeentelijke organisatie dat deel uitmaakt van de concernconsolidatie. De leiding of het dagelijks bestuur van een organisatie-eenheid is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening conform de geldende externe en interne wet- en regelgeving;

  • f. jaarrekening van een verbonden partij: de jaarrekening van een rechtspersoon waarin de gemeente Amsterdam zowel een bestuurlijk belang (zeggenschap) als een financieel belang heeft. Het bestuur van de verbonden partij is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening conform de geldende externe en interne wet- en regelgeving;

  • g. andere verantwoordingen: alle verantwoordingen, niet-zijnde jaarrekeningen die op grond van externe regelgeving worden vereist en die aan accountantscontrole moeten worden onderworpen. De verantwoordelijkheid voor het opstellen van de andere verantwoording berust bij degene die de verantwoording moet indienen;

  • h. aangewezen jaarrekening van een organisatie-eenheid: de jaarrekening van een door het College of de Raad afzonderlijk ingesteld onderdeel van de gemeentelijke organisatie waarvan de jaarrekening wordt voorzien van een controleverklaring en waarover afzonderlijk een accountantsverslag wordt uitgebracht;

  • i. programma van Eisen voor de accountantscontrole: het programma waarin ten behoeve van de accountantscontrole onderwerpen worden benoemd en ingevuld waaraan de accountant in de controle specifiek aandacht moet besteden en waarin de door de Raad aangewezen jaarrekeningen van organisatie-eenheden worden benoemd;

  • j. rekeningencommissie: de Rekeningencommissie van de gemeente Amsterdam.

Artikel 2 Opdrachtverlening accountantscontrole

  • 1. De accountantscontrole van de jaarrekening van de gemeente en aangewezen organisatie-eenheden wordt uitgevoerd door de accountant, die benoemd wordt door de Raad. De door de Raad benoemde accountant wordt door het College benoemd tot directeur de Auditdienst ACAM. De directeur van de Auditdienst ACAM is bevoegd accountants in ambtelijke dienst aan te wijzen om specifieke accountantscontroles binnen deze opdracht uit te voeren.

  • 2. De accountantscontrole kan mede omvatten de jaarrekeningen van verbonden partijen. Het besluit tot opdragen van de accountantscontrole aan de Auditdienst ACAM kan afkomstig zijn van de verbonden partij zelf of van de Raad.

  • 3. Bij de accountantscontrole van verbonden partijen is artikel 1, onder b, punten 1, 2, 4 en 5, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat punt 2 moet worden gelezen als het in overeenstemming zijn van de opgestelde jaarrekening met de voor de verbonden partij geldende wet- en regelgeving ten aanzien van de verslaggeving.

Artikel 3 Inhoud en reikwijdte van de accountantscontrole

  • 1. Bij de accountantscontrole van de gemeente en aangewezen organisatie-eenheden worden de in het Besluit accountantscontrole decentrale overheden geformuleerde goedkeuringstoleranties in acht genomen.

  • 2. Voor de accountantscontrole van de gemeenterekening en de jaarrekening van aangewezen organisatie-eenheden wordt in overleg met de accountant door de Rekeningencommissie een programma van eisen opgesteld. Het programma van eisen wordt door de Rekeningencommissie aan de Raad ter vaststelling aangeboden, gehoord de raadscommissie met de portefeuille Financiën.

  • 3. Het programma van eisen wordt opgesteld voor de duur van ten minste een verantwoordingsjaar, maar niet langer dan de duur van de (resterende) zittingsperiode van de Raad. Vaststelling van het programma van eisen door de Raad vindt plaats vóór aanvang van het jaar of de jaren waarop het programma betrekking heeft.

  • 4. In het programma van eisen voor de accountantscontrole worden in ieder geval de volgende onderwerpen opgenomen en ingevuld:

    • a.

      de reikwijdte van de rechtmatigheidscontrole;

    • b.

      de toe te passen goedkeuringstoleranties als deze lager worden vastgesteld dan is voorgeschreven in het Besluit accountantscontrole decentrale overheden;

    • c.

      de maximaal toe te passen rapporteringstolerantie;

    • d.

      de aangewezen jaarrekeningen van organisatie-eenheden.

  • 5. Aan het programma van eisen kan het volgende worden toegevoegd:

    • a.

      de inrichtingseisen voor het accountantsverslag;

    • b.

      de eventuele frequentie van tussentijdse rapportering en de inrichtingseisen daarvoor;

    • c.

      de posten in de gemeenterekening en (specifieke) jaarrekeningen van organisatie-eenheden met bijbehorende goedkeurings- en rapporteringstolerantie, waaraan bij de accountantscontrole specifiek aandacht moet worden besteed.

Artikel 4 Informatieverstrekking voor de accountantscontrole

  • 1. De in artikel 1, onder d tot en met f, aangewezen verantwoordelijken voor het opstellen van een jaarrekening dragen er zorg voor, dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende verordeningen, nota's, college- en raads- en andere besluiten, administraties, plannen, overeenkomsten, berekeningen enzovoorts voor de accountantscontrole tijdig beschikbaar en goed toegankelijk zijn.

  • 2. Bij de jaarrekening bevestigen de in artikel 1, onder d tot en met f, aangewezen verantwoordelijken voor het opstellen van een jaarrekening schriftelijk aan de accountant, dat alle hun bekende informatie van belang voor de oordeelsvorming van de accountant is verstrekt.

  • 3. Alle informatie die na afgifte van de controleverklaring en vóór de behandeling van een jaarrekening in het daartoe bevoegde orgaan beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft, wordt terstond door de in artikel 1, onder d tot en met f, aangewezen verantwoordelijken voor het opstellen van een jaarrekening aan dat orgaan en aan de accountant gemeld.

  • 4. De bepalingen van dit artikel zijn van overeenkomstige toepassing op de verantwoordelijken voor het opstellen van andere verantwoordingen.

Artikel 5 Inrichting accountantscontrole

  • 1. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de wijze waarop de accountantscontrole wordt ingericht, alsmede de aard en omvang van de daarbij behorende werkzaamheden.

  • 2. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de frequentie van de uit te voeren controles. De accountant kan de controlewerkzaamheden zonder voorafgaande kennisgeving uitvoeren.

  • 3. De accountant is bij de uitvoering van zijn opdrachten gehouden aan de dan vigerende voorschriften inzake geheimhouding voor accountants.

  • 4. Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt minimaal twee keer per jaar overleg plaats tussen de accountant en de Rekeningencommissie.

Artikel 6 Toegang tot informatie

  • 1. De accountant is zonder meer, ongeacht classificatie, en zonder nadere aankondiging bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle administraties, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. De accountant heeft toegang tot de raads- en commissievergaderingen, al dan niet besloten. Het college, het dagelijks bestuur van een bestuurscommissie of het bestuur van een verbonden partij dragen er zorg voor, dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen, terreinen, en informatiedragers van de gemeente, een bestuurscommissie of een verbonden partij.

  • 2. De accountant is bevoegd om van alle in de organisatie werkzame personen mondelinge en schriftelijke inlichtingen en verklaringen te verlangen die hij voor de uitvoering van zijn opdracht denkt nodig te hebben. Het College, het dagelijks bestuur van een bestuurscommissie of het bestuur van een verbonden partij draagt er zorg voor dat alle in de organisatie werkzame personen zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, opdat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, het gevoerde beheer, de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie en de getrouwheid van de gecontroleerde verantwoording.

Artikel 7 Controle van andere verantwoordingen en overige auditwerkzaamheden

  • 1. De accountantscontrole met betrekking tot andere verantwoordingen wordt onverschillig onder wiens verantwoordelijkheid de andere verantwoording wordt opgesteld, uitgevoerd door de in artikel 2 aangewezen accountant, tenzij het inschakelen van een andere accountant noodzakelijk is. Als deze noodzaak wordt geconstateerd, wordt door het College of een dagelijks bestuur de accountant schriftelijk op de hoogte gesteld en wordt gelijktijdig een afschrift hiervan verzonden naar de Raad respectievelijk het algemeen bestuur van de bestuurscommissie.

  • 2. De raad, het college, het algemeen bestuur van een bestuurscommissie of de leiding van een organisatie-eenheid kan de Auditdienst ACAM opdracht geven tot het uitvoeren van andere dan in deze verordening genoemde (audit)werkzaamheden voor zover de onafhankelijkheid van de accountant conform de dan vigerende beroepsvoorschriften daarmee niet worden aangetast.

Artikel 8 Rapportering

  • 1. Als de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende controleverklaring bij de jaarrekening van een aangewezen organisatie-eenheid, dan meldt hij dit bij het College en informeert gelijktijdig het algemeen bestuur respectievelijk de leiding van de organisatie-eenheid over deze melding. De accountant informeert eveneens de Rekeningencommissie over deze afwijkingen.

  • 2. Als de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende controleverklaring bij de gemeenterekening, dan meldt hij dit bij de Rekeningencommissie en informeert hij gelijktijdig het College van deze melding.

  • 3. De controleverklaring en het verslag van bevindingen worden voor verzending aan het orgaan dat verantwoordelijk is voor de behandeling van de jaarrekening, aan de in artikel 1, onder d tot en met f, aangewezen verantwoordelijken voor het opstellen van een jaarrekening voorgelegd om de mogelijkheid te bieden op deze stukken te reageren.

  • 4. De accountant bespreekt voorafgaand aan de behandeling van de gemeenterekening in de Raad het accountantsverslag met de Rekeningencommissie.

  • 5. Het accountantsverslag inzake de controle van een jaarrekening van een bestuurscommissie wordt aangeboden aan het algemeen bestuur van de bestuurscommissie en in afschrift verzonden aan het College, de Rekeningcommissie en de Raad. Het accountantsverslag inzake de controle van een jaarrekening van een andere aangewezen organisatie-eenheid wordt aangeboden aan het College en in afschrift verzonden aan de Rekeningcommissie en de Raad.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie in het Gemeenteblad.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam Controleverordening gemeente Amsterdam.