Regeling vervallen per 31-08-2023

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels om de gevolgen van de harmonisatie voor pedagogisch medewerkers van voormalige peuterspeelzalen te compenseren (Tijdelijke subsidieregeling harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk 2020-2022 )

Geldend van 01-11-2019 t/m 30-08-2023

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels om de gevolgen van de harmonisatie voor pedagogisch medewerkers van voormalige peuterspeelzalen te compenseren (Tijdelijke subsidieregeling harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk 2020-2022 )

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASA 2013: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • b.

    beleidsplan: het beleidsplan “Eén voorziening voor alle Amsterdamse peuters, beleidsplan 2018-2022”, vastgesteld door het college op 7 februari 2017;

  • c.

    beroepskracht voorschoolse educatie: de beroepskracht voorschoolse educatie als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

  • d.

    besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie: regelgeving met minimale eisen waaraan een kindercentrum moet voldoen wanneer sprake is van gesubsidieerd aanbod voorschoolse educatie

  • e.

    Cao Kinderopvang: cao Kinderopvang 2016 – 2017 of de opvolger hiervan;

  • f.

    Cao welzijn: cao Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening 2016 – 2017;

  • g.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • h.

    frictiekosten: eenmalige kosten die rechtstreeks toegeschreven kunnen worden aan de omzetting van peuterspeelzaalwerk met voorschoolse educatie naar kinderopvang met voorschoolse educatie , die gelet op de beschikbare tijd niet te vermijden of om te buigen zijn en waarvan gelet op de omstandigheden redelijkerwijs niet verwacht kan worden dat de organisatie deze volledig zelf draagt;

  • i.

    handreiking: Handreiking harmonisatie arbeidsvoorwaarden Peuterspeelzalen-kinderopvang van de caopartners van 28 september 2017;

  • j.

    houder: degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007 toebehoort en die met die onderneming een kindercentrum exploiteert;

  • k.

    kindercentrum: kindercentrum als bedoeld in artikel 1.1 van de wet dat is gevestigd in Amsterdam en dat is opgenomen in het landelijk register kinderopvang;

  • l.

    landelijk register kinderopvang: het landelijk register, als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

  • m.

    voorschool: een kindercentrum waar voorschoolse educatie wordt uitgevoerd en als zodanig is geregistreerd in het landelijk register kinderopvang;

  • n.

    voorschoolse educatie: voorschoolse educatie als beschreven in het beleidsplan;

  • o.

    VVE: voor- en vroegschoolse educatie;

  • p.

    wet: Wet kinderopvang.

Artikel 2 Toepasselijkheid ASA 2013

De ASA 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze subsidieregeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel subsidieregeling

Het doel van deze subsidieregeling is om houders die hun peuterspeelzaal als gevolg van de inwerkingtreding van de Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk hebben omgezet naar een kindcentrum, tegemoet te komen in hun personeelskosten, die zij betalen op grond van de Handreiking Harmonisatie arbeidsvoorwaarden Peuterspeelzalen-Kinderopvang tijdelijk aanvullend op de Cao Kinderopvang.

Artikel 4 Subsidiabele activiteit

  • 1. Het college kan een periodieke subsidie verlenen aan de houder van een kindercentrum als tegemoetkoming in de extra salariskosten die hij jaarlijks op grond van de Handreiking aan hun personeel betalen in verband met de omzetting van peuterspeelzaalwerk met voorschoolse educatie naar kinderopvang met voorschoolse educatie.

  • 2. De subsidie wordt berekend op basis van het verschil in salaris dat een medewerker op grond van de inschaling volgens de Cao Kinderopvang zou ontvangen en het salaris dat de betrokken medewerker(s) op grond van de Cao Welzijn 2016-2017 van de houder conform de Handreiking uitbetaald krijgt.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond en verdeelsleutel

Artikel 5 Subsidieplafond en verdeelsleutel

  • 1. Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast voor de activiteiten die op grond van artikel 4 van deze subsidieregeling voor een subsidie in aanmerking komen.

  • 2. Indien het subsidieplafond niet toereikend is, wordt het beschikbare bedrag evenredig verdeeld over de aanvragen die voldoen aan de criteria voor subsidieverlening.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 6 De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd indien de houder van een kindercentrum voldoet aan de voorwaarden voor periodieke subsidie op grond van de Subsidieregeling voorschoolse educatie Amsterdam 2018 en aan deze houder voor het jaar 2017 en daarop volgende jaren subsidie is verleend voor het aanbieden van voorschoolse educatie in een peuterspeelzaal.

Artikel 7 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden bij de aanvraag ingediend:

  • a.

    een overzicht van de medewerkers waarop de handreiking van toepassing is, met daarin opgenomen per medewerker:

    • i.

      zijn functie voor 1 april 2017 en op het moment van de aanvraag, inclusief de omvang van het dienstverband;

    • ii.

      het salaris dat hij/zij verdiende op 1 april 2017 op basis van de Cao welzijn;

    • iii.

      de inschaling in de Cao Kinderopvang en het salaris dat de medewerker zou verdienen op basis van deze Cao met ingang van 1 januari van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

  • b.

    een begroting waarin een berekening van de extra salariskosten is opgenomen die de aanvrager maakt over het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd vanwege de verschillen tussen de Cao Welzijn en de Cao Kinderopvang.

Artikel 8 Aanvraagtermijn periodieke subsidies

In afwijking van artikel 6 van de ASA 2013 wordt een subsidieaanvraag voor de subsidies als bedoeld in artikel 4 ingediend vóór 1 december voor afgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 9 Weigeringsgronden

  • 1.

    In aanvulling op artikel 9, eerste lid van de ASA 2013 weigert het college subsidie te verlenen als aan de houder in 2017 geen subsidie is verleend voor voorschoolse educatie in een peuterspeelzaal.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 9, tweede lid van de ASA 2013 kan het college weigeren subsidie te verlenen als:

    • a.

      aan de houder voor het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft, geen subsidie is verleend voor het aanbieden van voorschoolse educatie op grond van de Subsidieregeling voorschoolse educatie Amsterdam 2018 of de subsidie gedeeltelijk is geweigerd;

    • b.

      een of meerdere medewerkers waarvoor een aanvraag is ingediend niet direct uitvoering geven aan de voorschoolse educatie of hieraan direct ondersteunend zijn;

    • c.

      Een of meerdere medewerkers, waarvoor een aanvraag is ingediend, niet op 1 april 2017 werkzaam waren in één van deze functies op basis van een dienstverband voor onbepaalde tijd volgens de Cao Welzijn.

Hoofdstuk 5 Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Artikel 10 Verantwoording

In aanvulling op artikel 14, tweede lid, van de ASA 2013 bevat de aanvraag tot subsidievaststelling een overzicht waaruit blijkt welk bedrag aan salaris subsidieontvanger per medewerker waarvoor hij subsidie heeft ontvangen, heeft uitbetaald en op welk salaris deze medewerker volgens de Cao Kinderopvang recht zou hebben.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 11 Inwerkingtreding en geldingsduur

Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 november 2019 en vervalt van rechtswege op 31 augustus 2023.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Tijdelijke subsidieregeling harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk 2020-2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 24 september 2019.

De voorzitter

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting bij de Subsidieregeling Harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk 2020-2022

Algemene toelichting

Per 1 januari 2018 zijn peuterspeelzalen, als gevolg van de inwerkingtreding van de Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk, omgezet in kinderdagverblijven. Door deze wijziging veranderden de inkomsten van voormalig peuterspeelzalen. Deze inkomsten zijn vanaf 1 januari 2018 vooral gebaseerd op het uurtarief van de kinderopvang. Dit uurtarief is onder meer afgeleid van de Cao Kinderopvang, die aanmerkelijk lager is dan de Cao Welzijn. Er is dus vanaf 2018 bij de voormailge welzijnsorganisaties sprake van een situatie waarbij de personeelskosten gelijk blijven, maar de inkomsten gedaald zijn. Met deze tijdelijke subsidieregeling biedt de gemeente ruimte voor deze organisaties om hier een structurele oplossing voor te zoeken en wordt de continuïteit van het vve-aanbod gewaarborgd.

Artikelsgewijze toelichting

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1Begripsomschrijvingen

Voor de begripsomschrijvingen in deze nadere regels is zoveel mogelijk aangesloten bij de begrippen uit de Wet kinderopvang en het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie.

Handreiking: bevat een regeling van de Cao-partners betreffende de omzetting van de functie van peuterspeelzaalleidsters (Cao Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening) naar pedagogisch medewerkers (Cao Kinderopvang), waarbij het uitgangspunt is dat de werknemer aanspraak behoudt op zijn bruto salaris plus vakantietoeslag en eindejaarsuitkering, zoals vastgesteld op het moment van omzetting tot het moment dat hij op grond van de inschaling volgens de Cao Kinderopvang meer gaat verdienen.

Artikel 2Toepasselijkheid Algemene subsidieverordening Amsterdam 2013

Deze subsidieregeling heeft de vorm van nadere regels als bedoeld in artikel 3 onder 2 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (verder de ASA). Dit betekent dat op de subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt tevens de ASA en de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing zijn.

Deze regeling vormt een aanvulling op hetgeen in de ASA is geregeld. Waar dat noodzakelijk is wordt verwezen naar het betreffende artikel uit de ASA. In deze toelichting wordt voor zover noodzakelijk per artikel nadere uitleg gegeven.

Artikel 3Doel subsidieregeling

Hiervoor wordt verwezen naar hetgeen hierboven in het algemene deel van de toelichting is opgenomen.

Artikel 4Subsidiabele activiteiten

Het is uitsluitend mogelijk om cao-compensatie aan te vragen voor personeel dat op 1 april 2017 al in vaste dienst was en toen werkzaam was in een peuterspeelzaal met voorschoolse educatie of hieraan direct ondersteunend was.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond, verdeelsleutel en hoogte subsidiebedrag

Artikel 5Subsidieplafond en verdeelsleutel

Het subsidieplafond bepaalt het bedrag dat per jaar beschikbaar is voor cao-compensatie op grond van deze regeling. De toelichting bij de ASA 2013 bevat verdere uitleg over het subsidieplafond.

Indien de aanvraag voldoet aan de criteria in deze regeling wordt deze gehonoreerd totdat het subsidieplafond bereikt is. Indien het subsidieplafond niet toereikend is, wordt het beschikbare bedrag evenredig verdeeld over alle aanvragen.

De hoogte van het bedrag voor het verschil in beloning volgens de cao welzijn 2-16-2017 en de lopende cao kinderopvang bedraagt maximaal het verschil in personeelskosten tussen deze cao’s. Alleen de personeelskosten voor de medewerkers die in het jaar waarop de subsidie betrekking heeft, direct uitvoering geven aan de voorschoolse educatie of hieraan direct ondersteunend zijn en die op 1 april 2017 werkzaam waren in één van deze functies op basis van een dienstverband voor onbepaalde tijd volgens de cao welzijn, kunnen in de berekening worden meegenomen. Indien het dienstverband van een medewerker wordt beëindigd tijdens het jaar waarvoor subsidie is verleend, wordt het subsidiebedrag naar rato voor het aantal gewerkte maanden vastgesteld.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 6De aanvrager

Dit artikel voorziet er in dat subsidie alleen aangevraagd kan worden door de houder van een geregistreerd kindercentrum dat voldoet aan de voorwaarden voor subsidie voor het uitvoeren van voorschoolse educatie op grond van de Subsidieregeling voorschoolse educatie Amsterdam 2018 en aan wie voor het jaar 2017 subsidie is verleend voor het aanbieden van voorschoolse educatie in een peuterspeelzaal.

Artikel 7Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

Bij de subsidieaanvraag dient een overzicht opgenomen te worden met daarin minimaal de volgende gegevens over het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd:

Met betrekking tot het verschil in beloning volgens de cao welzijn en de cao kinderopvang

  • a.

    medewerkers, zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid.

  • b.

    functies

  • c.

    omvang van dienstverband

  • d.

    salarisschaal en periodiek

  • e.

    het salaris volgens de cao welzijn 2016-2017

  • f.

    het salaris volgens de cao kinderopvang over het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd

  • g.

    het verschil tussen bovenstaande salarissen per medewerker

  • h.

    het verschil getotaliseerd

Artikel 8 Aanvraagtermijn subsidie

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 9 Weigeringsgronden

Dit artikel bevat de gronden waarop subsidie kan worden geweigerd. Indien een van deze gronden van toepassing is, kan de subside worden geweigerd.

Hoofdstuk 5

Artikel 10Verantwoording

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 11 Inwerkingtreding en geldingsduur

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 12 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 24 september 2019.

De voorzitter

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink