Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels over het aanwijzen van personen bij Stichting Waternet als bevoegde autoriteit op grond van het Binnenvaartpolitiereglement en aanwijzing personen bevoegd om verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen te geven op grond van de Scheepvaartverkeerswet (Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit c.a. Waternet)

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels over het aanwijzen van personen bij Stichting Waternet als bevoegde autoriteit op grond van het Binnenvaartpolitiereglement en aanwijzing personen bevoegd om verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen te geven op grond van de Scheepvaartverkeerswet (Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit c.a. Waternet)

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

Gelet op:

  • a.

    het Binnenvaartpolitiereglement (Bpr);

  • b.

    artikel 5, lid 1, aanhef en onder b, van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement;

  • c.

    artikel 9 van de Scheepvaartverkeerswet (Svw);

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit c.a. Waternet

Artikel 1

Als bevoegde autoriteit in de zin van het Bpr worden aangewezen de hierna genoemde medewerkers van Stichting Waternet (Waternet) voor de achtereenvolgens genoemde bepalingen van het Bpr:

  • a.

    alle nautisch medewerkers werkzaam bij de afdeling Waterinfrastructuur:

  • artikel 6.26, 1e lid, 3e lid onder c. en 6e lid;

  • artikel 6.28, 4e en 15e lid;

  • b.

    de senior beheerder (of diens plaatsvervanger) werkzaam bij de afdeling Waterinfrastructuur:

  • artikel 1.10, 4e lid;

  • artikel 1.12, 3e en 4e lid;

  • artikel 1.13, 2e en 3e lid;

  • artikel 1.14;

  • artikel 1.15, 2e lid;

  • artikel 1.17, eerste lid;

  • artikel 1.20;

  • artikel 1.23, 1e t/m 3e lid;

  • artikel 3.25, 3e lid;

  • artikel 3.28;

  • artikel 3.29, 2e lid;

  • artikel 4.05, 6e en 7e lid;

  • artikel 4.06, 5e lid;

  • artikel 6.19, 6e lid;

  • artikel 6.21a, 1e lid;

  • artikel 6.26, 2e lid en 3e lid onder e;

  • artikel 6.28, 2e lid en 10e lid;

  • artikel 6.32, 1e lid;

  • artikel 7.01, 4e lid;

  • artikel 7.02, 3e lid;

  • artikel 7.07, 3e lid;

  • artikel 8.08, 3e lid;

  • c.

    de algemeen directeur en de directeur Strategie en Transities (of hun plaatsvervanger):

  • artikel 1.01, sub 8 en 14;

  • artikel 3.15, 2e lid;

  • artikel 3.20, 5e lid;

  • artikel 6.08;

  • artikel 6.28b, 1e lid, aanhef en onder b;

  • artikel 6.31, 1e lid;

  • artikel 7.01, 5e lid;

  • artikel 7.02, 1e lid onder b;

  • artikel 8.06, 1e en 2e lid;

  • artikel 8.08, 2e lid.

Artikel 2

Als personen die bevoegd zijn verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen te geven zoals bedoeld bij of krachtens de Svw, worden aangewezen:

  • a.

    de medewerkers van de nautische wachtdienst, voor zover noodzakelijk voor veilige situaties tijdens calamiteiten;

  • b.

    de nautisch medewerkers werkzaam bij de afdeling Waterinfrastructuur, voor zover noodzakelijk voor veilige situaties tijdens de bediening van bruggen en sluizen;

  • c.

    de senior nautisch beheerders werkzaam bij afdeling Waterinfrastructuur.

Artikel 3

Het Besluit aanwijzing toezichthouders en opsporingsambtenaren op grond van de Verordening op het binnenwater 2010, de Scheepvaartverkeerswet, de Wrakkenwet en het Binnenvaartpolitiereglement (Bpr) alsmede de aanwijzing van personen als bevoegde autoriteit op grond van het Bpr (Gemeenteblad 2016, 171838) wordt ingetrokken.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2020.

Artikel 5

Dit besluit wordt aangehaald als Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit c.a. Waternet.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 10 december 2019,

De voorzitter

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting op het besluit

Algemeen deel

Waternet voert het nautisch beheer uit van twee doorgaande vaarroutes in Amsterdam, te weten de Kostverlorenvaartroute (ook wel de Staande Mast route) en de Oostroute (ook wel Amstelroute). Daarnaast bedient Waternet de binnen de gemeente liggende bruggen en sluizen waarbij ook het nautisch vaarwegbeheer nabij deze bruggen en sluizen wordt uitgevoerd. Nautisch vaarwegbeheer omvat vooral het verzekeren van de veiligheid en het vlotte verloop van het scheepvaartverkeer op vaarwegen en nabij bruggen en sluizen.

Het nautisch vaarwegbeheer op de overige vaarwegen binnen Amsterdam wordt uitgevoerd door het Programma Varen. Van het nautisch vaarwegbeheer moet onderscheiden worden het toezicht en de handhaving op het binnenwater van Amsterdam. Dit wordt vanaf 1 januari 2020 uitgevoerd door de directie Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte (THOR).

Voor het nautisch vaarwegbeheer dienen personen werkzaam bij Waternet te worden aangewezen als bevoegde autoriteit bedoeld in het Binnenvaartpolitiereglement (Bpr) en als personen die bevoegd zijn verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen te geven zoals bedoeld bij of krachtens de Scheepvaartverkeerswet (Svw). Het Bpr bevat regels ter voorkoming van aanvaring of aandrijving op de openbare wateren. De bevoegde autoriteit heeft op grond van het Bpr hiervoor specifieke bevoegdheden. Een aantal daarvan zijn van belang voor het nautisch vaarwegbeheer dat Waternet binnen Amsterdam uitvoert. Het geven van verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen aan het scheepvaartverkeer omvat meer een algemene bevoegdheid ter verzekering van de veiligheid en het vlotte verloop van het scheepvaartverkeer.

Deze aanwijzingen geschieden op functie en bestaan naast het algemene mandaat dat het college van burgemeester en wethouders aan de algemeen directeur van Waternet verstrekt.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

Artikel 1 ziet op aanwijzingen van functies als bevoegde autoriteit voor specifieke artikelen in het Bpr. Deze aanwijzingen zijn als volgt onderverdeeld:

Aanwijzingen die uitsluitend betrekking hebben op bevoegdheden van de bevoegde autoriteit bij het doorvaren van schepen bij bruggen en sluizen (artikel 1, onder a).  

Aanwijzingen die betrekking hebben op bevoegdheden van de bevoegde autoriteit voor de gehele vaarwegen waarvoor Waternet het nautisch vaarwegbeheer uitvoert (artikel 1, onder b en c). De aanwijzingen opgenomen onder b zijn overwegend gericht op concrete gevallen en per schip, terwijl de aanwijzingen onder c een meer algemene strekking hebben die voor al het scheepvaartverkeer gelden.

Artikel 2

Het geven van verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen kan noodzakelijk zijn bij calamiteiten, nabij bruggen en sluizen en elders op vaarwegen. Het artikel wijst daartoe alle personen binnen Waternet aan die in deze situaties verkeersinformatie of-aanwijzingen mogen geven.

Artikel 3

Waternet voert per 1 januari 2020 alleen nog binnenwaterbeheertaken uit met betrekking tot nautisch vaarwegbeheer op de genoemde doorgaande vaarroutes en bij bruggen en sluizen. Het bestaande aanwijzingsbesluit gaat uit van de situatie dat Waternet ook toezicht en handhaving en vergunningverlening met betrekking tot het binnenwaterbeheer uitvoert. Dit bestaande aanwijzingsbesluit is daarom uitgebreider dan het thans voorliggende aanwijzingsbesluit en moet worden ingetrokken.