Regeling vervallen per 01-01-2022

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent subsidies langparkeren voor het jaar 2021 (Subsidieregeling Langparkeren Amsterdam)

Geldend van 01-01-2021 t/m 31-12-2021

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent subsidies langparkeren voor het jaar 2021 (Subsidieregeling Langparkeren Amsterdam)

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Amsterdam besluit de volgende regeling vast te stellen:

Subsidieregeling Langparkeren Amsterdam

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    aaneengesloten periode: een onafgebroken periode van 24 uur waarin een voertuig op een aangewezen parkeerplaats staat;

  • b.

    aangewezen parkeerplaats: een parkeerplaats in een parkeergarage of op een parkeerterrein waarover het college afspraken met exploitanten heeft gemaakt met betrekking tot het beschikbaar stellen van parkeerplaatsen welke door het college zijn aangewezen als aangewezen parkeerplaatsen in de zin van deze regeling;

  • c.

    ASA: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • d.

    bewonersparkeervergunning: de vergunning die door het college is afgegeven voor bewoners zoals gedefinieerd in artikel 9 van de Parkeerverordening 2013 van de gemeente Amsterdam;

  • e.

    college: het college van Burgemeesters en Wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • f.

    kentekenregistratiesysteem: het digitale systeem van de exploitanten van de parkeerplaatsen of –terreinen waarmee de kentekens worden geregistreerd en waaruit de aaneengesloten periode is af te leiden;

  • g.

    parkeerplangebied: het gebied waarop het Parkeerplan betrekking heeft zoals dat in januari 2014 door het college in het Parkeerplanconvenant is vastgesteld;

  • h.

    subsidiesysteem: het digitale systeem dat aaneengesloten parkeeracties vastlegt en dat de gemeente gebruikt voor het nemen van een besluit op de aanvraag van de subsidie;

  • i.

    vergunninggebied: het gebied waarbinnen parkeervergunningen kunnen worden verleend, zoals bepaald in de Parkeerverordening 2013;

  • j.

    vergunningsysteem: het vergunningensysteem van de gemeente waarin gegevens van vergunninghouders zijn opgenomen.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel

Het doel van deze subsidie is om de parkeerdruk in het parkeerplangebied te verminderen door houders van bewonersparkeervergunningen te stimuleren hun voertuig voor aaneengesloten periodes op de aangewezen parkeerplaatsen te laten parkeren.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Voor subsidie komt in aanmerking het op een van de aangewezen parkeerplaatsen parkeren van een voertuig waaraan een bewonersvergunning is gekoppeld, gedurende een aaneengesloten periode van 24 uur.

  • 2. Gedurende de looptijd van de regeling komt een aanvrager voor maximaal 40 keer voor subsidie in aanmerking.

  • 3. De aangewezen parkeerplaats kan per aaneengesloten periode gedurende een onbeperkt aantal dagen worden ingenomen.

Artikel 5 Subsidiabele kosten en hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidiabele kosten zijn de bedragen per aaneengesloten periode van 24 uur voor de verschillende vergunning gebieden zoals opgenomen in bijlage II.

  • 2. De subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten voor elke volledig aaneengesloten periode van 24 uur parkeren op dezelfde aangewezen parkeerplaats voor maximaal 40 aaneengesloten periodes van 24 uur.

  • 3. Het college stelt de aaneengesloten periode vast op basis van de geregistreerde gegevens in het kentekenregistratiesysteem.

Hoofdstuk 2 Subsidieaanvraag

Artikel 6 De aanvrager

  • 1. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet de aanvrager aan de volgende criteria voldoen:

    • a.

      de aanvrager heeft een bewonersparkeervergunning voor het betreffende voertuig voor een in bijlage I aangewezen vergunninggebied;

    • b.

      het voertuig waar de bewonersparkeervergunning betrekking op heeft kan feitelijk op de aangewezen parkeerplaats parkeren;

    • c.

      het kenteken van het voertuig is leesbaar voor het kentekenregistratiesysteem;

    • d.

      de aanvrager heeft zich aangemeld voor de langparkeerregeling door zich voorafgaand aan de subsidiabele activiteit te registreren met de volgende gegevens:

      • i.

        naam en adresgegevens, waaronder email en telefoonnummer;

      • ii.

        rekeningnummer op naam van de aanvrager;

      • iii.

        kenteken van het voertuig;

      • iv.

        nummer van de bewonersparkeervergunning;

      • v.

        akkoordverklaring van de aanvrager voor het gebruik van het vergunningensysteem, communicatie langs elektronische weg en het kentekenregistratiesysteem.

Artikel 7 Indienen aanvraag

In afwijking van artikel 5 eerste lid van de ASA vindt de aanvraag tot subsidieverlening plaats door een melding van het kentekenregistratiesysteem in het digitale subsidiesysteem.

Hoofdstuk 3 Weigering van de subsidie

Artikel 8 Weigeringsgronden

  • 1. In aanvulling op artikel 9 lid 1 van de ASA weigert het college de aanvraag tot subsidie als:

    • a.

      de aanvrager gegevens verstrekt die niet overeenkomen met de gegevens van het vergunningensysteem;

    • b.

      sprake is van fraude met parkeren of kentekenwijzigingen;

    • c.

      de gemeente uit het kentekenregistratiesysteem geen gegevens kan krijgen over de aaneengesloten periode.

  • 2. In aanvulling op artikel 9 lid 2 van de ASA kan het college de aanvraag tot subsidie weigeren als:

    • a.

      zich een wijziging voordoet in de omstandigheden en voor zover die gewijzigde omstandigheden zich verzetten tegen vaststelling van de subsidie.

Hoofdstuk 4 Uitbetaling van de subsidie

Artikel 9 Uitbetaling subsidie

  • 1. Het college stelt de subsidie vast in juli 2021 en januari 2022 op basis van de gegevens over de aaneengesloten periodes van parkeren op de aangewezen parkeerplaats die in het kentekenregistratiesysteem zijn geregistreerd.

  • 2. Het college gaat onmiddellijk na de vaststelling van de subsidie over tot uitbetaling van de subsidies.

  • 3. Het college kan besluiten in de volgende periode te betalen als de aangeleverde betaalgegevens niet correct zijn of vanwege andere onvoorziene omstandigheden.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 10 Inwerkingtreding en duur van de subsidieregeling

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2021.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2021.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Langparkeren Amsterdam.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 8 december 2020

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Bijlage 1: Aangewezen vergunninggebieden

Lijst met aangewezen vergunninggebieden, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, a.

Vergunninggebied

Centrum-1

Centrum-2

Centrum-3

Zuid-3.1

West 11.1

West 11.3

Bijlage 2: subsidiabele kosten

Lijst met de hoogte van de subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 5, eerste lid.

Bedragen gebaseerd op vergunningtarieven per 1-3-2020

Bedragen per vergunninggebied zoals door het College van B&W vastgesteld en gelden na bekendmaking hiervan.

Verg. gebieden in Bewonersgebied

Bedragen per dag*

Centrum-1

€ 7,03

Centrum-2

€ 7,03

Centrum-3

€ 7,03

Oost-1

€ 3,48

Oost-1b

€ 3,48

Oost-2

€ 3,48

West 1.2

€ 3,48

West-1.1

€ 3,48

West-1.3

€ 3,48

West-10.1

€ 4,34

West-10.2

€ 4,34

West-11.1

€ 4,34

West-11.3

€ 4,34

West-2

€ 3,48

West-3.1

€ 3,48

West-3.3

€ 3,48

West-4

€ 3,48

West-5

€ 3,48

West-6

€ 3,48

West-7.1

€ 4,34

West-7.2

€ 4,34

West-7.3

€ 4,34

West-7.4

€ 4,34

West-7.5

€ 4,34

West-8.1

€ 4,34

West-8.2

€ 4,34

West-9.1

€ 4,34

West-9.2

€ 4,34

Zuid-2.2

€ 3,48

Zuid-2.3

€ 3,48

Zuid-3.1

€ 4,34

Zuid-3.2

€ 4,34

Zuid-4.1

€ 3,48

Zuid-4.2

€ 3,48

Zuid-8

€ 4,34

* voor 24 uur aaneengesloten parkeren

Toelichting

Algemeen deel

De gemeente Amsterdam werkt aan een leefbare en toegankelijke stad, met meer ruimte voor

groen, spelen, voorzieningen, voetgangers, fietsers en OV. Onderdeel daarvan is dat het aantal

parkeerplaatsen op straat in de stad vermindert. Om dit mogelijk te maken heeft de gemeente de

bezoekerstarieven voor parkeren in de stad aangepast, benutten we parkeerplaatsen in

bestaande parkeergarages, bouwen we een aantal nieuwe parkeergarages en verminderen we

het aantal parkeervergunningen in de stad. Een speciale regeling is de regeling langparkeren.

Vergunninghouders uit het centrumgebied kunnen met hun parkeervergunning in een

parkeergarage buiten het centrumgebied parkeren. Om te stimuleren dat vergunninghouders deel

gaan nemen aan dit project heeft de gemeente Amsterdam besloten een subsidieregeling op te

zetten waarbij de vergunninghouders aanspraak kunnen maken op een financiële

tegemoetkoming indien zij hun auto voor een bepaalde periode in de betreffende parkeergarages

parkeren. De subsidie is uitgewerkt in deze nadere regels.

Het college heeft het Parkeerplan op 6 november 2012 vastgesteld en heeft middelen

gereserveerd voor deze subsidie en daarmee voldaan is aan het vereiste zoals opgenomen in

artikel 3 lid 1 van de ASA.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit artikel worden de begripsbepalingen gegeven.

Er is een definitie opgenomen van een aangewezen parkeerplaats. Dit zijn de parkeerplaatsen

waar het college met de exploitanten van een parkeergarage of op een parkeerterrein afspraken

heeft gemaakt. Het college stelt een lijst samen van de beschikbare parkeergarages of –terreinen

ten behoeve van langparkeren. De subsidieontvanger mag zelf kiezen waar geparkeerd wordt.

Het kentekenregistratiesysteem is het digitale systeem dat de exploitanten van de

parkeerplaatsen of –terreinen gebruiken om kentekens mee te registreren. Uit dit systeem kan de

gemeente bepalen wat de parkeertijd is geweest. De subsidie wordt toegekend aan de hand van

de parkeertijd.

De gemeente heeft een eigen digitaal subsidiesysteem opgezet voor het afhandelen van de

subsidies op grond van deze nadere regels.

Het vergunningensysteem is het systeem van de gemeente dat door EPS wordt beheerd en door

burgers wordt gebruikt om vergunningen aan te vragen. De gemeente heeft de gegevens van dit

systeem nodig om te kunnen controleren of de vergunning is verleend.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

Op deze nadere regels is de ASA van toepassing. Deze is te vinden op

www.regelgeving.amsterdam.nl. Conform artikel 2 lid 1 van de ASA is het college bevoegd om

voor een aantal beleidsterreinen subsidieregelingen vast te stellen. Dit geldt onder andere voor

het beleidsterrein verkeer, vervoer en infrastructuur. Deze subsidieregeling past binnen dit

beleidsterrein. Hiermee mag het college de subsidieregeling vaststellen mits de Gemeenteraad

de beleidskaders en het bijbehorende budget reeds heeft vastgesteld (artikel 3 lid 1 ASA).

De subsidie op grond van deze nadere regels is aan te merken als een eenmalige subsidie zoals

bepaald in artikel 1 onder c ASA. Dit is gedefinieerd als een subsidie die is bedoeld voor

activiteiten van de aanvrager waarvoor de gemeente slechts tijdelijk geld voor beschikbaar wil

stellen.

Artikel 3 Doel

Het globale doel van de gemeente Amsterdam vanuit haar parkeerbeleid is het verbeteren van

het woon-, werk- en bezoekersklimaat binnen de gemeente. De parkeerdruk in het

parkeerplangebied heeft een hier een negatief effect op. Met deze subsidieregeling wil het

college houders van bewonersparkeervergunningen stimuleren om hun auto voor

aaneengesloten periodes buiten het parkeerplangebied te parkeren. De parkeerproblematiek kan

worden verminderd indien de auto’s voor een langere periode in de aangewezen parkeergarages

en –terreinen geplaatst worden (hiermee blijven verkeersbewegingen door vergunninghouders

van en naar de binnenstad beperkt).

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Om voor een subsidie in aanmerking te komen is vereist dat de auto voor een aaneengesloten

periode van 24 uur op de aangewezen locaties buiten het parkeerplangebied is geparkeerd.

Daarbij geldt een beperking dat alleen binnen de duur van de nadere regels subsidie mogelijk is.

Deze is nu vastgesteld op 365 dagen na inwerkingtreding. De gegevens zoals beschikbaar via

het kentekenregistratiesysteem zijn leidend voor het bepalen van de duur van de parkeertijd.

Verder geldt er een aantal aanvullende eisen. Zo moet de aanvrager in bezit zijn van een

bewonersparkeervergunning in het vergunningengebied in het parkeerplangebied zoals

vastgesteld door het college. De gemeente wil zich richten op het verminderen van de

parkeerdruk in het parkeerplangebied. Om deze reden kunnen enkel de houders van een

vergunning voor het parkeren binnen het parkeerplangebied in aanmerking komen voor

subsidieverstrekking. De aanvrager moet daarom woonachtig zijn in het gebied waar de

bewonersparkeervergunning betrekking op heeft. Om voor subsidie in aanmerking te komen

moet het betreffende voertuig wel toegang kunnen krijgen tot de parkeergarage of -terrein en

moet kunnen worden geparkeerd op de aangewezen parkeerplaats. Hieraan is bijvoorbeeld niet

voldaan als het voertuig te groot, te breed of te hoog is of als alle parkeerplaatsen bezet zijn. De

gemeente heeft dit aan willen geven met de zinsnede ‘om welke reden dan ook’. Alleen de gele

EU kentekenplaat wordt als geldig gezien. Verder moet het kenteken in het midden aan de

voorkant van het voertuig en leesbaar zijn voor het kentekenregistratiesysteem. Dit betekent

bijvoorbeeld dat een motor niet voor subsidie in aanmerking komt. Dit geldt ook voor een Alfa

Romeo, omdat het kentekenbewijs niet in het midden zit. Dit is wellicht niet leesbaar door het

kentekenregistratiesysteem.

Aangemelde vergunninghouders kunnen onbeperkt parkeren op aangewezen parkeerplaatsen

als deze beschikbaar zijn.

Artikel 5 Subsidiabele kosten en hoogte van de subsidie

De subsidie is een bedrag voor elke aangesloten periode van 24 uur zoals gemeten door het

kentekenregistratiesysteem naar rato van de subsidiabele kosten. De subsidiabele kosten zijn de

bedragen die zijn opgenomen in een aparte bijlage die is gepubliceerd. De subsidie bedraagt

maximaal 100% van deze bedragen. Er geldt alleen subsidie voor elke aaneengesloten periode

van 24 uur. Als een voertuig een deel van deze periode parkeert dan is er dus geen subsidie voor

deze periode mogelijk. De hoogte van de bedragen zijn gebaseerd op de relatieve parkeerdruk in

die gebieden.

De subsidie is beschikbaar voor maximaal 40 dagen per 365 dagen. Dit maximum geldt voor elke

aanvrager. Het college bepaalt de aaneengesloten periode uitsluitend op basis van het

kentekenregistratiesysteem.

Artikel 7 Aanvraag tot subsidievaststelling

Om voor subsidie in aanmerking te komen kan de aanvrager een melding doen in het daarvoor

beschikbare digitale systeem van de gemeente. In dit systeem moet een aantal gegevens worden

overlegd. Het kenteken van het voertuig is nodig om de parkeerduur te bepalen op grond van het

kentekenregistratie systeem en dus de hoogte van de subsidie. Ook moet de aanvrager verklaren

ermee akkoord te gaan dat de gemeente de gegevens van het vergunningensysteem en het

kentekenregistratiesysteem voor de subsidie gebruikt.

Het college ziet de melding als een aanvraag tot vaststelling van de subsidie. Het college beslist

over deze aanvraag bij de betaling van de subsidie. De betaling vindt plaats in juli van het lopend

jaar van de subsidieperiode en januari van het opvolgend jaar op basis van de gegevens van het

kentekenregistratiesysteem. Op grond van artikel 8 lid 2 ASA kan het college de beslistermijn van

een aanvraag uitstellen als dit bij wettelijk voorschrift is vastgelegd. De vaststelling van de

subsidie vindt dan direct plaats na afronding van de activiteiten zonder verdere

verantwoordingsplicht, zoals bepaald in artikel 13 ASA (en de toelichting).

Artikel 8 Weigeringsgronden

Het is mogelijk dat ondanks het feit dat een subsidieaanvraag is ingediend en verleend wordt, in

de praktijk blijkt dat er bij de parkeergarages of –terreinen niet voldoende parkeerplaatsen

beschikbaar zijn. Hierdoor is er geen subsidie mogelijk. De auto kan dan immers niet voor een

aaneengesloten periode van 24 uur in de aangewezen parkeergarages of op de aangewezen

parkeerterreinen geplaatst worden. Bij een situatie als deze zal er geen tegemoetkoming

verleend worden. Ook kan er geen aanspraak op tegemoetkoming worden gedaan indien het niet

mogelijk is om via het kentekenregistratiesysteem de duur van het parkeren van de auto te

bepalen. Of deze situatie is ontstaan door het al dan niet toedoen van de vergunninghouder doet

hier niets aan af. De aanvraag kan eveneens worden afgewezen als er geen subsidie mogelijk is.

Op grond van artikel 6 heeft het college een lijst samengesteld waar de vergunninggebieden

staan die voor subsidie in aanmerking komen. Als op deze lijst een bepaald vergunningengebied

niet staat dan is er geen subsidie mogelijk en kan de aanvraag worden afgewezen. Tevens is een

weigering mogelijk als zich onvoorziene omstandigheden voordoen, zoals een brand in een

parkeergarage.

Artikel 9 Uitbetaling subsidie

Het college betaalt de subsidie uit in juli 2021 en januari 2022 op basis van de aaneengesloten

periode van parkeren op de aangewezen parkeerplaats op basis van de gegevens van het

kentekenregistratiesysteem. Het college kan besluiten in de volgende periode te betalen als de

aangeleverde betaalgegevens niet correct zijn of vanwege andere onvoorziene omstandigheden.

Artikel 10 Inwerkingtreding en duur van de nadere regels

Het college heeft op 13 december 2016 voorgaande subsidieregelingen Langparkeren

geëvalueerd. Daarbij is geconcludeerd dat de regeling bijdraagt aan de parkeerplandoelstellingen

en er elk jaar in principe een nieuwe subsidieregeling wordt vastgesteld met een looptijd van 1

januari tot en met 31 december met een maximum van 40 subsidiabele activiteiten. De looptijd

van deze regeling is daarom van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 met 40

subsidiabele activiteiten.