Verordening klachten verdringing en concurrentieverstoring Wet inschakeling werkzoekenden

Geldend van 05-11-1999 t/m heden

Intitulé

Verordening klachten verdringing en concurrentieverstoring Wet inschakeling werkzoekenden

Inhoud

Hoofdstuk 1.  Begripsbepalingen.

Art. 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    de commissie: de commissie als bedoeld in art. 2;

  • b.

    de Wiw: de Wet inschakeling werkzoekenden;

  • c.

    klager: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die een klacht heeft ingediend over de toepassing van art. 6, leden 2 en 3, van de Wiw.

Hoofdstuk 2.  Samenstelling van de commissie, functie leden, zittingsduur.

Art. 2 Instelling klachtencommissie.

  • 1. De commissie verdringing en concurrentieverstoringWiw heeft tot taak Burgemeester en Wethouders te adviseren over klachten met betrekking tot overtreding van art. 6, leden 2 en 3, van de Wiw.

  • 2. De commissie adviseert over klachten, voortkomend uit de uitvoering van de Wiw, in alle gemeenten binnen het werkgebied van het Regionaal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening Zuidelijk Noord-Holland die dat in een klachtenregeling hebben vastgelegd en dat aan Burgemeester en Wethouders van Amsterdam te kennen hebben gegeven.

  • 3. De kosten verbonden aan een zitting van de commissie, worden verrekend naar de  gemeenten die verantwoordelijk zijn voor de Wiw-plaatsen waarop de klachten betrekking hebben.

Art. 3 Samenstelling klachtencommissie.

  • 1. De Wiw-klachtencommissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden, die worden benoemd, geschorst en ontslagen door Burgemeester en Wethouders. De twee leden van de commissie worden benoemd op voordracht van representatieve organisaties van werkgevers en werknemers in de regio.

  • 2. Burgemeester en Wethouders benoemen overeenkomstig het eerste lid drie plaatsvervangende leden.

  • 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van de betrokken gemeenten of organisatie die belast is met de uitvoering van de Wiw.

  • 4. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

  • 5. De leden van de commissie ontvangen een vergoeding op grond van de artikelen 2 en 14 van het Rechtspositiebesluitraads- en commissieleden.

Art. 4 Secretaris.

De secretaris van de commissie en zijn plaatsvervanger zijn door Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaren. De secretaris maakt geen deel uit van de commissie.

Art. 5 Zittingsduur.

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de Gemeenteraad.

  • 2. De voorzitter en de leden kunnen op ieder moment hun ontslag vragen.

  • 3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Hoofdstuk 3.   De procedure.

Art. 6 Ingediende klacht.

  • 1. De klager dient zijn klacht schriftelijk in bij de gemeente die verantwoordelijk is voor de Wiw-plaats waarop de klacht betrekking heeft.

  • 2. Op de ingediende klacht wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 3. De klacht en de daarbij overgelegde stukken worden zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 4. De klager ontvangt een bericht van ontvangst, met de mededeling dat de commissie over de klacht zal adviseren aan Burgemeester en Wethouders.

Art. 7 Inhoud klacht.

  • 1. De klacht wordt schriftelijk ingediend en ondertekend, en bevat ten minste:

    • a

      de naam en het adres van de klager;

    • b

      de dagtekening;

    • c

      de omschrijving van de klacht;

    • d

      een nadere motivatie.

  • 2. Indien niet is voldaan aan het gestelde in lid 1, kan de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard, mits de klager de gelegenheid heeft gehad het verzuim binnen vier weken te herstellen.

Art. 8 Vooronderzoek.

  • 1. De commissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De commissie kan bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en deze, zo nodig, uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien hieraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van Burgemeester en Wethouders vereist.

    Indien de kosten redelijkerwijs in proportie staan tot het doel van het onderzoek en het onderzoek in het belang moet worden geacht van het geven van een correct advies, zullen Burgemeester en Wethouders deze machtiging verlenen.

Art. 9 Hoorzitting.

  • 1. De voorzitter bepaalt de plaats en het tijdstip van de zitting waarin klager, belanghebbenden en de gemeente op wier besluit de klacht betrekking heeft, in de gelegenheid worden gesteld te worden gehoord.

  • 2. De hoorzitting vindt plaats binnen vier weken nadat de klacht is ontvangen. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd.

  • 3. Van het horen van klager kan worden afgezien indien de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van de mogelijkheid om te worden gehoord.

  • 4. Van de hoorzitting wordt een verslag gemaakt. Het verslag bevat:

    • a

      de naam en de functie van de aanwezigen;

    • b

      een zakelijke weergave van wat over en weer is gezegd.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en een commissielid.

Art. 10 Quorum.

Voor het houden van een zitting is vereist dat ten minste twee leden van de commissie, onder wie de voorzitter of zijn plaatsvervanger, aanwezig zijn.

Art. 11 Niet-deelneming aan de behandeling.

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een klacht, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Art. 12 Openbaarheid zitting.

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter, een lid van de commissie, de klager of de vertegenwoordiger van de gemeente daarom verzoekt.

Art. 13 Advies.

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het advies.

  • 2. Het advies is gemotiveerd en bevat een voorstel voor de te nemen beslissing.

  • 3. Het advies wordt ondertekend door de voorzitter en een commissielid.

  • 4. De commissie zendt het advies en het verslag van de hoorzitting binnen vier weken na de hoorzitting naar Burgemeester en Wethouders of naar het gemeentebestuur van de gemeente waarop de klacht betrekking heeft. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd.

Art. 14

  • 1. Burgemeester en Wethouders nemen binnen vier weken na ontvangst van het advies van de commissie een besluit. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden verlengd.

  • 2. Burgemeester en Wethouders stellen klager schriftelijk en gemotiveerd op de hoogte van het genomen besluit. Het advies van de commissie en het verslag van de hoorzitting zijn bij dit besluit gevoegd.

Art. 15

De commissie brengt jaarlijks schriftelijk verslag van de door haar verrichte werkzaamheden uit aan het gemeentebestuur van de gemeenten waarop deze klachtenregeling van toepassing is.

Art. 16

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Art. 17 Citeertitel.

Deze regeling kan worden aangehaald als de Verordening klachten verdringing en concurrentieverstoringWiw.