Subsidieregeling non-formele educatie Stedendriehoek en Noord Veluwe

Geldend van 12-07-2016 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling non-formele educatie Stedendriehoek en Noord Veluwe.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn,

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 4 van de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn;

BESLUIT: Nadere regels non-formele taal- en rekeneducatie Stedendriehoek en Noord Veluwe

Artikel 1 Algemene begripsbepalingen

  • 1.

    Tenzij in deze regeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen van de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn 2014.

  • 2.

    Voor toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Asv: de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn 2014.

    • b.

      Beleidsplan: Regionaal beleidsplan educatie basisvaardigheden arbeidsmarktregio Stedendriehoek en Noord Veluwe.

    • c.

      non-formele educatie: niet diplomagerichte taal- en rekeneducatie, maar wel gericht op deelaspecten van de eindtermen WEB. Aanbieders hebben geen diploma-erkenning nodig.

    • d.

      ANBI instelling: (algemene nut beoogde instelling)

Taalhuis: een herkenbare, fysieke plek die als ontmoetingsruimte van de wijk, het dorp of de stad fungeert waar iedereen terecht kan die aan de slag wil met basisvaardigheden als lezen, schrijven, spreken, rekenen en digitale vaardigheden. Daarnaast is het een helpdesk voor taalvrijwilligers.

  • e.

    Unieke deelnemers: individuele deelnemers die op basis van een Burgerservicenummer door een accountant geïdentificeerd kunnen worden;

  • f.

    WEB: Wet educatie en beroepsonderwijs.

Artikel 2. Doelstelling

De subsidie heeft tot doel het opzetten, uitvoeren en realiseren van non formele educatie zoals is vastgelegd in het beleidsplan en de WEB, middels het opzetten van taalhuizen, werven en trainen van vrijwilligers, aanschaf en onderhoud lesmateriaal en het aangaan van samenwerkingsconvenanten met uitvoerders. Met als uiteindelijke doel het bestrijden van laaggeletterdheid.

Artikel 3. Aanvragers:

  • 1. De aanvragers van een subsidie voor het uitvoeren van taal- en rekeneducatie kunnen zijn: ANBI instellingen die taalaanbieders ondersteunen in activiteiten gericht op de doelen uit het regionaal beleidsplan educatie Stedendriehoek en Noord Veluwe.

  • 2. Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet er sprake zijn van een samenwerkingsverband van tenminste twee organisaties.

  • 3. De aanvrager is bereid kosteloos medewerking te verlenen aan onderzoek naar de kwaliteit en de resultaten van de taaleducatie.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

  • 1.

    Het college kan aan ANBI instellingen ten behoeve van de in artikel 2 genoemde doelstelling een subsidie verlenen voor één of meerdere van de volgende activiteiten:

    • a.

      opzetten van taalhuizen

    • b.

      non-formele educatie: niet diplomagerichte taal- en rekeneducatie, maar wel gericht op deelaspecten van de eindtermen van de WEB.

    • c.

      werving en training van taalvrijwilligers voor inzet ten behoeve van taal- en rekeneducatie.

Hierbij kan ook gedacht worden aan WWB’ers die een tegenprestatie voor hun uitkering moeten verrichten

  • d.

    aangaan van samenwerkingsverbanden waardoor een regionale educatie structuur ontstaat oftewel een doorlopende leerlijn.

    • 2.

      De aanvrager moet vooraf aannemelijk maken en achteraf aantonen dat de taalactiviteit een bijdrage levert aan het verbeteren van de taalvaardigheid in relatie tot een of meerdere leefgebieden.

    • 3.

      De activiteiten dienen in het desbetreffende jaar te worden uitgevoerd.

Artikel 5 Doelgerichte criteria

1.Voor de uit te voeren en zo nodig te ontwikkelen taal- en rekeneducatie waarvoor een

subsidieaanvraag wordt ingediend gelden de volgende voorwaarden, die nader zijn omschreven

in het regionale beleidsplan educatie.:

  • a.

    aantoonbare samenwerking door het aangaan van convenanten ;

  • b.

    concreet gedefinieerd meetbaar resultaat ; ;

  • c.

    doorlopende leerlijn;

  • d.

    alle educatie is contextgericht;

  • e.

    bereik doelgroep;

  • f.

    passende inzet personeel bij uitvoering;

  • g.

    on derbouwing individuele behoefte ;

  • h.

    aansluiten bij Taal voor het leven ;

    • 2.

      In geval van bestaande taal- en rekeneducatie geldt naast bovenstaande voorwaarden ook de voorwaarde dat er sprake is van bewezen effect/succes.

Artikel 6 Eisen aan de aanvraag

  • 1. De subsidieaanvraag dient vergezeld te gaan van:

    • a.

      een inhoudelijk plan van maximaal zes pagina’s waarin alle punten genoemd in artikel 5 zijn opgenomen, inclusief een beschrijving van de resultaten van de output en outcome;

    • b.

      .een begroting

Artikel 7 Beoordeling subsidieaanvragen

  • 1.

    Bij de beoordeling van de aanvraag worden de volgende criteria gehanteerd:

    • a.

      kwaliteit van de aanvraag;

    • b.

      in hoeverre het inhoudelijke plan past binnen het beleidsplan;

    • c.

      de inzet van vrijwilligers in combinatie met professionele taaltrainers/docenten in geval van non-formele taal- en rekeneducatie;

    • d.

      mate waarin aanvrager en leden van het samenwerkingsverband zoals beschreven in artikel 5a;

  • 2.

    Een bijdrage leveren aan de zelfredzaamheid van de burger binnen het contextgerichte

taalbeleid;

  • a..

    de mate waarin de doorlopende leerlijn voor de individuele deelnemer gerealiseerd wordt;

  • b.

    de mate waarin wordt samengewerkt met partners zoals vermeld in artikel 3 van deze nadere

regels;

c.toereikendheid van het subsidieplafond;

Artikel 8 Subsidieplafond en verdelingsregels

1 Voor het subsidiëren van de activiteiten als bedoeld in artikel 4 is het bedrag beschikbaar zoals dat in de begroting voor de web voor 2016 is vastgesteld. Dit bedrag is tevens het subsidieplafond.

2 De volledig ingediende aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst.

Artikel 9

Voorschotten

1.Aan de subsidieontvanger wordt een voorschot van 100 % van het verleende subsidiebedrag uitbetaald.

Artikel 10 Vaststelling van de subsidie

1.De aanvrager dient voor 15 juli 2016 een aanvraag tot het vaststellen van de subsidie in.

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling dient vergezeld te gaan van de volgende bescheiden:

    • a.een verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten, genoemd in artikel 5, zijn verricht en aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

b.een financieel verslag die op dezelfde wijze is ingericht als de bij de aanvraag tot subsidie ingediende begroting en aansluit op de verantwoording zoals die door de gemeente in de Sisa moeten worden aangeleverd

1.Artikel 11 Inwerkingtreding en Citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de elektronische bekendmaking

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als Regeling non-formele educatie

    Stedendriehoek en Noord Veluwe

1.Aldus vastgesteld door het college van b&w d.d 28 juni 2016

1.Inwerking getreden op de dag na de elektronische bekendmaking op www.officiëlebekendmaking.nl/gemeenteblad