Regeling vervallen per 07-07-2023

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN

Geldend van 29-07-2016 t/m 06-07-2023

Intitulé

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN

De raad, de werkgeverscommissie, het college van burgemeester en wethouders, en de burgemeester van de gemeente Apeldoorn;

ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

gelezen het voorstel van het college d.d. 6 juni 2016, nummer 49-2016;

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

BESLUITEN:

vast te stellen de navolgende gewijzigde Verordening behandeling bezwaarschriften.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • ·

    commissie: de vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.

  • ·

    commissievoorzitter: de voorzitter van de commissie.

  • ·

    expertlid: het lid van een meervoudige kamer dat gespecialiseerd is in het horen van jeugdigen die in moeilijke persoonlijke omstandigheden verkeren;

  • ·

    gemeentelijk orgaan: het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen

  • ·

    georganiseerd overleg: de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg bestaande uit een vertegenwoordiging van werkgever en werknemers.

  • ·

    gespreksleider: de leider van het informele gesprek bedoeld in artikel 9.

  • ·

    kamer: een van de commissie onderdeel uitmakende meervoudige kamer;

  • ·

    kamervoorzitter: de voorzitter van een meervoudige kamer.

  • ·

    lid: een lid van een meervoudige kamer

  • ·

    werkgeverscommissie: de commissie die het werkgeverschap uitoefent ten aanzien van de griffier en de overige op de griffie werkzame ambtenaren, genoemd in artikel 1 van de Verordening werkgeverscommissie griffie.

  • ·

    wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Onafhankelijk bezwarencommissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, de werkgeverscommissie, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie bestaat uit een commissievoorzitter, kamervoorzitters en leden.

  • 3. Wanneer in een bezwaarschrift gevraagd wordt om vergoeding van kosten als bedoeld in artikel 7:15, tweede lid, van de wet, adviseert de commissie over het al dan niet toekennen van die vergoeding.

  • 4. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.

  • 5. Het college kan categorieën bezwaarschriften uitsluiten van de voorbereiding door de commissie, als

    • a.

      er sprake is van een gering financieel belang en

    • b.

      het beluit niet sociaal-maatschappelijk van aard is.

Artikel 3 Indeling in kamers

  • 1. De commissie is onderverdeeld in kamers, waaronder een personele kamer die adviseert over bezwaarschriften over personele aangelegenheden.

  • 2. Het college stelt, gehoord de commissievoorzitter, een of meerdere andere kamers in.

  • 3. Elke kamer treedt voor de haar toegewezen zaken op als commissie.

Artikel 4 Positie kamers

  • 1. Elke kamer bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden, die allen geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Apeldoorn.

  • 2. De commissievoorzitter is tevens voorzitter van één van de kamers.

  • 3. Per kamer wordt een plaatsvervangend voorzitter aangewezen.

  • 4. Als daartoe aanleiding bestaat, kunnen de kamervoorzitter en leden van een kamer als lid van een andere kamer ingezet worden.

  • 5. Bij afwezigheid van de voorzitter of zijn plaatsvervanger bepalen de aanwezige leden in onderling overleg wie van hen als voorzitter zal fungeren. Hierbij wordt het vierde lid in acht genomen.

  • 6. De commissievoorzitter, de kamervoorzitters en de leden worden benoemd door de raad, op voorstel van het college.

  • 7. Het eerste tot en met vijfde lid zijn niet van toepassing op de personele kamer.

Artikel 5 Personele Kamer

  • 1. De personele kamer bestaat uit een voorzitter en drie leden, die allen geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Apeldoorn.

  • 2. De kamer bestaat uit:

    • a.

      één lid, te benoemen op voordracht van de in het Georganiseerd Overleg vertegenwoordigde vakorganisaties;

    • b.

      één lid, te benoemen op voordracht van het college;

    • c.

      één lid, te benoemen op voordracht van de beide hiervoor genoemde commissieleden, tevens kamervoorzitter;

    • d.

      één lid, te benoemen op voordracht van de drie hiervoor genoemde commissieleden.

  • 3. Bij afwezigheid van één der leden, genoemd in het eerste lid, onder a, b en c treedt het lid, genoemd onder d, op als algemeen lid. Hij neemt niet de rol op zich van voorzitter.

  • 4. Uit de leden, genoemd in het tweede lid, onder a en b, wordt een plaatsvervangend kamervoorzitter aangewezen.

Artikel 6 Secretariaat

  • 1. De secretarissen van de commissie en haar kamers zijn door het college aangewezen ambtenaren.

  • 2. De secretarissen zijn geen lid van de commissie.

  • 3. De secretarissen staan de commissie en haar kamers bij de uitoefening van haar taken terzijde.

Artikel 7 Zittingsduur

  • 1. De commissievoorzitter, kamervoorzitters en leden worden benoemd voor een termijn van vier jaar.

  • 2. De commissievoorzitter, kamervoorzitters en leden kunnen op ieder moment ontslag nemen. Zij blijven hun functie vervullen totdat in hun opvolging is voorzien.

  • 3. De commissievoorzitter, kamervoorzitters en leden kunnen eenmaal worden herbenoemd.

  • 4. De herbenoemingstermijn kan eenmaal verlengd worden met maximaal vier jaar indien dit in het belang wordt geacht van de continuïteit van de commissie.

Artikel 8 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt direct in handen van de commissie gesteld.

Artikel 9 Informeel gesprek

  • 1. Voordat de commissie het bezwaarschrift in behandeling neemt, onderzoeken de gespreksleider en het gemeentelijk orgaan of de zaak zich leent voor een informeel gesprek. tenzij het bezwaarschrift kennelijk niet-ontvankelijk is

  • 2. Als de zaak zich niet leent voor een informeel gesprek dan wel als tijdens het gesprek blijkt dat geen voor alle partijen bevredigende oplossing kan worden gevonden, neemt de commissie het bezwaarschrift in behandeling.

Artikel 10 Uitoefening en overdracht van bevoegdheden

  • 1. De kamervoorzitters oefenen de bevoegdheden ingevolge die hierna genoemde artikelen van de wet, namens het gemeentelijk orgaan uit:

    a.artikel 2:1, tweede lid (verzoek om een schriftelijke machtiging);

    b.artikel 6:6, (het stellen van een termijn waarbinnen het verzuim als bedoeld in artikel 6:5 kan worden hersteld);

    c.artikel 6:17 (toezenden stukken aan de gemachtigde);

    d.artikel 7:2, tweede lid (uitnodiging hoorzitting);

    e.artikel 7:3 (afzien van hoorplicht)

    f.artikel 7:4, tweede lid (ter inzage leggen van de stukken);

    g.artikel 7:6, vierde lid (bij afzonderlijk horen partijen niet op de hoogte stellen van hetgeen is gezegd);

    h.artikel 7:10, tweede tot en met vijfde lid (verdagen/opschorten beslistermijn, verder uitstel en mededeling hiervan);

  • 2. De commissie, commissievoorzitter, kamers en kamervoorzitters zijn bevoegd tot mandaat, ondermandaat, machtiging of ondermachtiging van de in deze verordening aan hen bij attributie, mandaat of machtiging toegekende bevoegdheden, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald of de aard van de bevoegdheid zich hiertegen verzet.

Artikel 11 Vooronderzoek

  • 1. Een kamervoorzitter is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. Een kamervoorzitter kan uit eigenbeweging of op verzoek van de kamer bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 12 Verstrekken van informatie aan de commissie

Het gemeentelijk orgaan

  • a.

    legt aan de commissie alle stukken over die betrekking hebben op het bezwaarschrift;

  • b.

    geeft over het bezwaarschrift desgevraagd alle benodigde informatie aan de commissie, daaronder begrepen het schriftelijk beantwoorden van vragen en het uitbrengen van een schriftelijke reactie op het bezwaarschrift.

Artikel 13 Hoorzitting

De kamervoorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het gemeentelijk orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de kamer te doen horen.

Artikel 14 Horen minderjarige

  • 1. Een kamer stelt een minderjarige van twaalf jaar of ouder die bij een bezwaarschrift in het kader van de Jeugdwet en daarop gebaseerde regelgeving is betrokken, in de gelegenheid zijn mening mondeling of schriftelijk kenbaar te maken. Een kamer kan besluiten een minderjarige jonger dan twaalf jaar te doen horen.

  • 2. De minderjarige wordt in beginsel voorafgaand aan de hoorzitting afzonderlijk gehoord door het expertlid in aanwezigheid van het gemeentelijk orgaan. Van dit horen wordt geen verslag gemaakt.

  • 3. Tijdens de hoorzitting geeft het expertlid kort en zakelijk weer wat de minderjarige heeft verklaard.

  • 4. Aan de belanghebbenden wordt geen kopie verstrekt van documenten van de minderjarige.

Artikel 15 Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De kamervoorzitter nodigt de belanghebbenden en het gemeentelijk orgaan drie weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na verzending van deze uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het gemeentelijk orgaan onder opgaaf van redenen de kamervoorzitter verzoeken de datum en/of het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de kamervoorzitter op dit verzoek wordt zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval twee weken voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het gemeentelijk orgaan meegedeeld.

  • 4. De kamervoorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de in het eerste tot en met derde lid genoemde termijnen.

Artikel 16 Niet deelneming aan de behandeling

De kamervoorzitter en de leden nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun belang dan wel onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 17 Openbaarheid hoorzitting

  • 1. De hoorzittingen van de kamers zijn openbaar.

  • 2. In afwijking van het eerste lid zijn de hoorzittingen niet openbaar als het te behandelen bezwaarschrift:

  • a. betrekking heeft op een besluit gebaseerd op de Jeugdwet, Participatiewet en de Wet maatschappelijke ondersteuning en de met deze wetten samenhangende regelgeving;

  • b. tot de bevoegdheid van de personele kamer behoort;

  • 3. Behandeling met gesloten deuren kan verder plaats hebben, indien de kamervoorzitter of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of als een belanghebbende daartoe een verzoek doet. De kamer, die het aangaat, bepaalt of er gewichtige redenen zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten.

Artikel 18 verslaglegging

  • 1. Het verslag van de hoorzitting bedoeld in artikel 7:7 van de wet bestaat uit een digitale geluidsopname.

  • 2. Er wordt op basis van de geluidsopname een schriftelijke samenvatting van het besprokene gemaakt wanneer een gerechtelijke instantie daarom verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure.

Artikel 19 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de hoorzitting, maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de kamervoorzitter uit eigen beweging of op verzoek van de leden dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden, het gemeentelijk orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden, het gemeentelijk orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het tweede lid bedoelde nadere informatie aan de kamervoorzitter een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De kamervoorzitter beslist op dit verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 20 Raadkamer

  • 1. Een kamer beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

  • 2. Een kamer beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

Artikel 21 Het advies

  • 1. Indien een hoorzitting heeft plaatsgevonden vermeldt het advies de namen van de aanwezigen en de hoedanigheid waarin zij de hoorzitting hebben bijgewoond.

  • 2. Indien op grond van artikel 7:3 van de wet is afgezien van het horen van belanghebbende(n) wordt dat gemotiveerd vermeld in het advies van de commissie.

  • 3. Indien een hoorzitting achter gesloten deuren heeft plaatsgevonden of indien belanghebbende(n) niet in elkaars aanwezigheid zijn gehoord wordt dit met opgave van redenen in het advies vermeld.

  • 4. Indien ter zitting nog nadere stukken zijn overgelegd wordt dit in het advies vermeld; voor zover de voorzitter dat nodig oordeelt, worden deze stukken als bijlage bij het advies gevoegd.

  • 5. Het advies is gemotiveerd, omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift en wordt door de kamervoorzitter en de secretaris ondertekend.

  • 6. Het advies wordt onder meezending van de eventueel door de kamer ontvangen nadere informatie uitgebracht aan het gemeentelijk orgaan.

Artikel 22 Beslissing op het bezwaarschrift

  • 1. De beslissing op het bezwaarschrift wordt vergezeld van het advies van de commissie en, indien van toepassing, het verslag van de hoorzitting.

  • 2. Indien op grond van het bepaalde in artikel 7:3 van de wet van het horen is afgezien, wordt in of bij de beslissing op het bezwaarschrift vermeld op welke grond dat is gebeurd.

Artikel 23 Het jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar en doet daarbij zo nodig aanbevelingen.

Artikel 24 Overgangsbepaling

  • 1.

    Benoemingen en herbenoemingen die golden voor de inwerkingtreding van deze verordening gelden als benoemingen en herbenoemingen krachtens deze verordening.

  • 2.

    In afwijking van artikel 7, derde lid, kunnen de commissievoorzitter, kamervoorzitters en leden, die

    • a.

      voor de inwerkingtreding van deze verordening reeds voor de eerste keer zijn herbenoemd en

    • b.

      voor deze herbenoeming een benoemingstermijn hadden van minder dan vier jaar,

na de inwerkingtreding van deze verordening nog eenmaal herbenoemd worden.

Artikel 25 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze verordening:

  • a.

    kan worden aangehaald als 'Verordening behandeling bezwaarschriften';

  • b.

    treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking onder gelijktijdige intrekking van de Verordening behandeling bezwaarschriften, in werking getreden op 6 augustus 2009 en laatstelijk gewijzigd op 24 juni 2010.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad d.d 9 juni 2016
de griffier, de voorzitter,
Vastgesteld door de werkgeverscommissie d.d . 7 juli 2016
de griffier, de voorzitter,
Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders d.d 19 april 2016.
.
de secretaris de burgemeester,
Vastgesteld door de burgemeester d.d 19 april 2016.
de burgemeester