Regeling vervallen per 01-01-2022

Regeling subsidiëring amateuristische kunst- en cultuurbeoefening 2011

Geldend van 16-06-2011 t/m 31-12-2021

Intitulé

REGELING SUBSIDIËRING AMATEURISTISCHE KUNST- EN CULTUURBEOEFENING 2011

Burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn;

overwegende:

dat het college bevoegd is voor bepaalde vormen van subsidie nadere regels te stellen dan wel specifieke regelingen vast te stellen;

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet, Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Apeldoorn en de Uitvoeringsregeling Algemene Subsidieverordening;

BESLUITEN:

vast te stellen de navolgende Regeling subsidiëring amateuristische kunst- en cultuurbeoefening 2011.

Artikel 1 Algemene bepalingen

  • 1. Tenzij in deze regeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen in de Algemene subsidieverordening (Asv) en de Uitvoeringsregeling Algemene subsidieverordening;

  • 2. Voor toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      amateurkunst en cultuur: het beoefenen van zang, muziek, dans, toneel, beeldende kunst, literatuur, geschiedenis, audiovisuele of andere hiermee verwante activiteiten, waarbij deze cultuurbeoefening niet of niet in hoofdzaak in beroepsmatig verband of met beroepsmatige pretenties plaatsvindt;

    • b.

      koepel: plaatselijk overlegorgaan voor ondersteuning en belangenbehartiging van de activiteiten van verenigingen;

    • c.

      vereniging: rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie waarvan de statuten de beoefening van de amateurkunst en cultuur als voornaamste doel stellen;

    • d.

      lid: een natuurlijk persoon die overeenkomstig de statuten van de vereniging als lid van die vereniging is ingeschreven en actief betrokken is bij het nastreven van de verenigingsdoeleinden en daarvoor jaarlijks een door de vereniging vast te stelen contributie betaalt. Donateurs of begunstigers worden daaronder niet begrepen.

  • 3.

    • 1.

      De vereniging moet volgens haar statuten in de gemeente gevestigd en als amateurvereniging ingeschreven zijn bij de Kamer van Koophandel. De leden moeten volgens de statuten bepalende invloed hebben op het beleid van de vereniging.

    • 2.

      Voor een vereniging, die in een gemeente gevestigd is grenzend aan de gemeente Apeldoorn en waarvan minimaal 20 leden woonachtig zijn in de gemeente Apeldoorn, kan van het bepaalde in het eerste lid worden afgeweken.

  • 4.

    • 1.

      Van de leden van de vereniging moet tenminste 2/3 deel in de gemeente Apeldoorn wonen.

    • 2.

      Het college kan in het belang van de amateuristische kunst- en cultuurbeoefening in Apeldoorn van het bepaalde in lid 1 afwijken.

    • 3.

      Indien om andere redenen dan bedoeld in lid 2 afgeweken wordt van het bepaalde in lid 1 vindt een beperking van het subsidiebedrag plaats.

    • 4.

      Verenigingen die voor een subsidie krachtens deze regeling in aanmerking wensen te komen moeten zijn aangesloten bij een plaatselijke koepel.

Artikel 2 Specifieke voorwaarden en bepalingen

  • 1. Het college kan aan de in artikel 1, lid 2, bedoelde verenigingen subsidie toekennen met inachtneming van de in deze regeling opgenomen bepalingen.

  • 2. De gesubsidieerde vereniging is verplicht tenminste eenmaal in het subsidiejaar met een belangrijk deel van haar leden binnen de gemeente in het openbaar op te treden en/of een manifestatie/publicatie te verzorgen overeenkomstig de doelstelling van de statuten.

  • 3.

    • 1.

      Verenigingen die voor een subsidie krachtens artikel 2, lid 1, van deze regeling in aanmerking willen komen moeten vóór 1 november van het voorafgaande jaar een subsidieverzoek indienen.

    • 2.

      Naast de op basis van de Algemene subsidieverordening over te leggen stukken dient een lijst overgelegd te worden met de namen, adressen en telefoonnummers van de actieve leden van de vereniging per 1 oktober voorafgaande het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

  • 4.

    • 1.

      Het aan de vereniging toe te kennen subsidiebedrag bedraagt niet meer dan het door de vereniging als contributie van de subsidiabel gestelde leden te ontvangen totaalbedrag.

    • 2.

      Indien subsidie plaatsvindt na toepassing van het bepaalde in de artikelen 1, lid 3, sub 2, en 1, lid 4, sub 3, bedraagt het subsidie niet meer dan het totaal ontvangen contributiebedrag van de in de gemeente Apeldoorn woonachtige leden.

  • 5.

    • 1.

      Binnen de ter beschikking staande middelen wordt het subsidiebedrag bepaald op een vast bedrag plus een subsidie per actief lid per categorie waaronder de vereniging naar het oordeel van het college valt.

    • 2.

      Als het aantal leden minder is dan het in artikel 2, lid 6, aangegeven minimum voor de betreffende categorie wordt geen subsidie verstrekt, met dien verstande dat de beëindiging van het subsidie niet eerder plaatsvindt dan nadat het minimum aantal leden zich over een ononderbroken periode van twee jaar heeft voorgedaan.

  • 6. Voor de toepassing van deze regeling en de bepaling van het subsidie worden de volgende categorieën met het minimum aantal leden onderscheiden:

    a. grote muziekverenigingen als muziekkorpsen/-orkesten, harmonie en fanfare orkesten, met minimaal 40 leden;

    b. kleine muziekverenigingen als muziekkorpsen/-orkesten, harmonie en fanfare orkesten, met minimaal 20 leden;

    c. grote specifieke ensembles als opera, operette, oratorium, symfonie orkesten en diverse ensembles met minimaal 40 leden;

    d. kleine specifieke ensembles als opera, operette, oratorium, symfonie orkesten en diverse ensembles met minimaal 20 leden;

    e. grote zangkoren met minimaal 40 leden;

    f. kleine zangkoren met minimaal 20 leden;

    g. grote dansverenigingen met minimaal 40 leden;

    h. kleine dansverenigingen met minimaal 20 leden;

    i. grote toneelverenigingen met minimaal 25 leden;

    j. kleine toneelverenigingen met minimaal 15 leden;

    k. grote verenigingen met beeldende activiteiten met minimaal 40 leden;

    l. kleine verenigingen met beeldende activiteiten met minimaal 20 leden;

    m. verenigingen op het gebied van literatuur en historie met minimaal 20 leden.

  • 7. Het uit te keren subsidie kan in enig jaar lager zijn dan het subsidie dat de verenigingen in het daaraan voorafgaande jaar van de gemeente hebben ontvangen indien de beschikbare middelen en/of het aantal verenigingen daartoe aanleiding geven.

  • 8.

    • 1.

      De in de artikelen 1, lid 3, sub 2 en 1, lid 4, sub 3, bedoelde verenigingen kunnen alleen voor de in Apeldoorn wonende leden een subsidie ontvangen. Dit subsidie is beperkt tot het bedrag per lid dat geldt in de betreffende categorie en bedraagt niet meer dan het voor die leden ontvangen jaarbedrag aan contributies.

    • 2.

      Deze subsidiemogelijkheid vervalt als de betreffende vereniging van de vestigingsgemeente voor alle leden een subsidie ontvangt.

  • 9. Het college kan aan een vereniging of aan een groep van verenigingen een éénmalig subsidie toekennen voor:

    a. bijzondere activiteiten in verband met een jubileum van de vereniging van 12 1/2, 25, 50, 75 of 100 jaar;

    b. activiteiten van bijzonder artistiek belang voor Apeldoorn mits deze plaatsvinden via een activiteit van de koepel;

    c. subsidie voor deze activiteiten zal in een zo vroeg mogelijk stadium, tenminste 6 weken voorafgaand, aangevraagd moeten worden.

  • 10. Het college kan in afwijking van de bepalingen van deze regeling nieuw opgerichte verenigingen die zich na 1 november aanmelden een éénmalig subsidie van maximaal € 500,= toekennen voor gemaakte of te maken startkosten.

Artikel 3 Slotbepalingen

  • 1. Het college kan in individuele gevallen van één of meer bepalingen van deze regeling afwijken.

  • 2. Deze regeling kan worden aangehaald als 'Regeling Subsidiëring Amateuristische Kunst- en Cultuurbeoefening'.

  • 3. Deze regeling treedt in werking op 16 juni 2011