Regeling vervallen per 01-01-2013

Beleidsregel stimulering woningbouw

Geldend van 17-03-2010 t/m 31-12-2012

Intitulé

BELEIDSREGEL STIMULERING WONINGBOUW

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN APELDOORN,

overwegende dat het college, krachtens de Algemene wet bestuursrecht artikel 4:23, bevoegd is tot de verstrekking van subsidies;

overwegende dat het college, krachtens de Algemene wet bestuursrecht artikel 4:81 bevoegd is tot de vaststelling van beleidsregels;

gelet op de Algemene Subsidieverordening 2008, vastgesteld door de raad op 27 maart 2008, en in werking getreden op 1 maart 2008, waarin het college krachtens artikel 3 is belast met de uitvoering van deze verordening;

gezien:

  • -

    de Regeling van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van 6 oktober 2009, nummer BJZ2009055677, houdende regels met betrekking tot subsidies voor het stimuleren van woningbouwprojecten (Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009, tweede tranche),

  • -

    de Besluiten tot verlening van subsidie voor de navolgende projecten namens de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie door de algemeen directeur van SenterNovem blijkens diens brieven van 11 december 2009:

  • -

    ref. nummer SW02002901, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “27 appartementen Sophiapark;

  • -

    ref. nummer SW02002903, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “Hellend Veld”;

  • -

    ref. nummer SW02002905, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “ Terp 4, fase 2, 29 woningen Vellertsheuvel Zuidbroek te Apeldoorn”;

  • -

    ref. nummer SW02002906, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “Project Nieuwstraat Apeldoorn”;

  • -

    ref. nummer SW02002907, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “ XXL Woningen”;

  • -

    ref. nummer SW02002909, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “Asselsestraat te Apeldoorn”;

  • -

    ref. nummer SW02002910, het Besluit tot gedeeltelijke verlening subsidie voor het project “De Groene Hoven”;

  • -

    ref. nummer SW02002912, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “Zonnepark Apeldoorn”;

  • -

    ref. nummer SW02002913, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “De Looreijne”;

  • -

    ref. nummer SW02002914, het Besluit tot verlening subsidie voor het project “ PWA-laan fase II”;

overwegende, dat het gewenst is ter invulling van de beleidsruimte van het college een beleidsregel vast te stellen voor de verstrekking van een subsidie ter stimulering van de verkoop van nieuwbouwwoningen in woningbouwprojecten in Apeldoorn, waarvoor namens de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie aan de gemeente een subsidie is verleend krachtens de hierboven vermelde Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009, tweede tranche;

Besluit:

  • I.

    Vast te stellen de navolgende Beleidsregel, luidend:

    BELEIDSREGEL STIMULERING WONINGBOUW

  • II.

    Dat dit besluit wordt gepubliceerd in het Apeldoorns Stadsblad en gedurende een maand ter inzage wordt gelegd bij de receptiebalie van het stadhuis.

  • III.

    Deze Beleidsregel heeft een tijdelijk karakter en is van kracht tot 1 januari 2013.

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1. Doel van de subsidie

De subsidie wordt verleend aan de ontwikkelaar/ het bouwbedrijf/ aannemersbedrijf dat de woningen in de hiervoor aangewezen woningbouwprojecten realiseert en met de eindgebruikers een koop-/aannemingsovereenkomst of voorlopig koopcontract aangaat en/of aan deze eindgebruikers, met als doelstelling het kopen van een nieuwbouwwoning in deze projecten aantrekkelijker te maken.

Artikel 2. Begripsomschrijving

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • a.

    aangewezen woningbouwproject: een woningbouwproject waarvoor namens de Minister aan de gemeente Apeldoorn een subsidie is verleend krachtens de Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009, tweede tranche;

  • b.

    aanwijzingsbesluit: het besluit van het college van Burgemeester en wethouders van 1 maart 2010, nummer 2010-009896V waarin op de aangewezen woningbouwprojecten de onderhavige Beleidsregel subsidie van toepassing wordt verklaard;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • d.

    depotovereenkomst: de door de subsidieaanvrager met de notaris die wordt ingeschakeld voor het passeren van de notariële akten terzake de eigendomsoverdracht van de nieuw te bouwen woningen/ appartementen in de aangewezen projecten te sluiten overeenkomst, waarin wordt vastgelegd dat de notaris de uitbetaling van een voorschot aan de eindgebruiker verricht in overeenstemming met deze beleidsregel en de beschikking inzake de subsidieverlening;

  • e.

    eindgebruiker: de koper/ eerste eigenaar van een woning / appartement in een van de aangewezen woningbouwprojecten;

  • f.

    Minister: de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie;

  • g.

    start bouw: start van de bouwkundige werkzaamheden, bv. slaan van de eerste paal of de eerste betonstort;

  • h.

    stimuleringsregeling: de Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009, tweede tranche;

  • i.

    subsidieaanvrager: de bouwer/ ontwikkelaar die de woningen in de aangewezen woningbouwprojecten realiseert en daarvoor met de eindgebruiker of de belegger een koop-/aannemingsovereenkomst dan wel voorlopig koopcontract aangaat.

Artikel 3. Het subsidiebedrag

De omvang van de door de gemeente krachtens deze beleidsregel subsidie aan de subsidieaanvrager per project te verlenen subsidie is gelijk aan de aan de gemeente voor dat project verleende subsidie.

De vaststelling van de omvang van de subsidie aan de eindgebruikers van de nieuw te bouwen woningen in de aangewezen projecten vindt plaats door de subsidieaanvrager, met dien verstande dat de verdeling van een toegekende subsidie over de eindgebruikers voorafgaand aan de uitbetaling van een voorschot de schriftelijke goedkeuring van de directeur van de dienst Ruimtelijke Ontwikkeling behoeft.

Artikel 4. Aanvraag tot subsidieverlening

  • 1. De subsidieverlening wordt aangevraagd bij de directeur van de dienst Ruimtelijke Ontwikkeling.

  • 2. De subsidie aanvrager dient voorafgaande aan de formele indiening van zijn aanvraag in goed overleg met de dienst Ruimtelijke Ontwikkeling te bepalen op welke wijze(n) de door hem aan te vragen subsidie in zijn project wordt ingezet, in de vorm van de eindgebruikersregeling, als bijdrage in de kosten van de aanleg van openbare voorzieningen of als exploitatiebijdrage.

  • 3. De subsidieaanvrager dient de aanvraag in met een daarvoor door de directeur van de dienst Ruimtelijke Ontwikkeling beschikbaar gesteld formulier. In de aanvraag wordt door de subsidieaanvrager in overeenstemming met het resultaat van het krachtens lid 2 gevoerde gevoerde overleg, aangegeven op welke wijze(n) de te verlenen subsidie binnen het project wordt ingezet.

  • 4. De subsidieaanvrager voegt bij het aanvraagformulier kopieën van:

    • a.

      een kopie van de met de eindgebruiker(s) gesloten koop/aanneemovereenkomst(en) of voorlopig(e) koopcontract(en);

    • b.

      een kopie van een identiteitsbewijs van degene(n) die namens de subsidieaanvrager de subsidieaanvraag indient en ondertekent;

    • c.

      een kopie van de inschrijvingsgegevens van de subsidieaanvrager in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel.

  • 5. Subsidieaanvragen moeten in het bezit zijn van de gemeente uiterlijk op 31 december 2010. Subsidieaanvragen die na deze datum worden ingediend worden niet gehonoreerd.

  • 6. De subsidie is niet overdraagbaar.

Artikel 5. Weigeringsgronden

De subsidieverlening wordt geweigerd indien de subsidieaanvrager bij het aanvragen van de subsidie niet schriftelijk instemt met de in de stimuleringsregeling of in de aan hem verleende subsidiebeschikking gestelde voorwaarden.

Deze voorwaarden luiden dat:

  • -

    de bouw van alle woningen vóór 1 juli 2010 moet zijn gestart;

  • -

    bij de start van de bouw een afbouwgarantie ter zekerstelling van het doorgaan van de bouw bij faillissement van de subsidieaanvrager of andere betrokkenen bij de bouw moet zijn afgegeven;

  • -

    de subsidieaanvrager de gemeente onder overlegging van relevante stukken zo spoedig mogelijk in kennis dient te stellen van nieuwe omstandigheden die ertoe leiden dat de start bouw niet voor 1 juli 2010 plaatsvindt;

  • -

    de aanvraag om subsidieverlening in overeenstemming dient te zijn met de uitkomsten van het met de aanvrager voorafgaand aan de indiening gevoerde overleg omtrent de wijze van inzet van de subsidie binnen dienst project.

Artikel 6. Intrekken subsidieverlening

De subsidieverlening wordt ingetrokken:

  • a.

    als de subsidieaanvrager een van de in de stimuleringsregeling of subsidiebeschikking aan hem gestelde voorwaarden overtreedt of niet nakomt.

  • b.

    indien de subsidie-aanvrager de door de gemeente verzochte verantwoordingsinformatie over het project vanwege de vaststelling van de subsidie door of vanwege de minster, niet tijdig voor 1 april 2011 bij het college heeft ingediend.

  • c.

    ten aanzien van de woningen of appartementen uit het project waarvan de eigendomsoverdracht aan de eindgebruiker niet vóór 1 januari 2013 heeft plaatsgevonden.

Artikel 7. De subsidievaststelling

  • 1. Na vaststelling van de subsidie door of vanwege de minster wordt de verleende subsidie door de gemeente vastgesteld, zulks overeenkomstig het vaststellingsbesluit van de minister.

    De subsidieaanvrager ontvangt daarover schriftelijk bericht.

Artikel 8. Werkingssfeer

De beleidsregel is van toepassing op woningen binnen de hiervoor aangeduide tien woningbouwprojecten waarvoor geldt dat de datum van de start bouw ligt voor 1 juli 2010.

Artikel 9. Overgangs- en slotbepalingen

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als Beleidsregel stimulering woningbouw, en treedt in werking op 17 maart 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld krachtens mandaat van het college door de directeur dienst Ruimtelijke Ordening d.d. 17 maart 2010
Gepubliceerd in het Apeldoorns Stadsblad d.d. 31 maart 2010
Inwerking getreden d.d. 17 maart 2010

Toelichting

Inleiding

Het college zet zich in voor de stimulering van nieuwbouwprojecten in de gemeente Apeldoorn.

De gemeente heeft daarom voor diverse nieuwbouwprojecten die binnen de gemeente op stapel staan een aanvraag ingediend om in aanmerking te komen voor een subsidie krachtens de door het Rijk ingestelde stimuleringsregelingen. Namens de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie is nu voor een tiental projecten een koperssubsidie verleend krachtens de Tijdelijke stimuleringsregeling woningbouwprojecten 2009, tweede tranche.

Deze stimuleringsregeling is een projectspecifieke regeling welke als doel heeft het kopen van een nieuwbouwwoning aantrekkelijker te maken door het verstrekken van een subsidie.

Financiering

Deze beleidsregel wordt volledig gefinancierd uit de aan de gemeente krachtens de stimuleringsregeling van de Minister verleende subsidies.

Verlening subsidies

Namens het college wordt aan de ontwikkelaars/ bouwbedrijven die de woningen in de aangewezen projecten gaan bouwen, de subsidie verleend voor de bedragen waarvoor voor de aangewezen projecten door de Minster een subsidie is toegezegd.

De subsidies kunnen worden ingezet om de aan de gemeente voor de aanleg van openbare ruimten verschuldigde exploitatiebijdragen te verminderen en kunnen ook in de vorm van een koperssubsidie aan de individuele eindgebruikers worden uitbetaald. Dat gebeurt dan door tussenkomst van de notaris die wordt ingeschakeld bij het passeren van de notariële aktes terzake de eigendomsoverdracht van de woningen of appartementen uit het project. Voor alle aangewezen projecten zijn met de ontwikkelaars/ bouwbedrijven die de woningen realiseren concrete afspraken gemaakt over de inzet van de te verlenen subsidie. Door de bouwers van de woningen wordt voor die gevallen met de notaris een depotovereenkomst aangegaan, waarin de uitbetaling van de voorschotbedragen wordt geregeld.

De belangrijkste voorwaarde waaraan de projecten moeten voldoen is dat de bouwkundige werkzaamheden gestart moeten zijn vóór 1 juli 2010.

Einddatum

De einddatum van de stimuleringsregeling is door de Minister vastgesteld op 1 januari 2013.

De gemeente is verplicht om uiterlijk op 15 juli 2011 de verantwoordingsinformatie aan de Minister te verstrekken. Als de gemeente daaraan niet voldoet, kan de Minister de subsidie intrekken of op een lager bedrag dan de verleende subsidie vaststellen.

Om de regeling goed te kunnen uitvoeren, dienen de subsidieaanvragers desverzocht uiterlijk op 1 april 2011 de door de gemeente benodigde informatie over het project te verstrekken welke zij nodig heeft om vóór 15 juli 2011 de verantwoordingsinformatie aan de minster te kunnen verstrekken.

Op basis daarvan stelt de minister de subsidie definitief vast, waarna de gemeente dat op haar beurt naar de aanvragers ook kan doen. Daarmee staat dan vast, dat de subsidie definitief is verkregen.