Regeling vervallen per 01-01-2011

VERORDENING BEGRAAFPLAATSRECHTEN 2010

Geldend van 18-12-2009 t/m 31-12-2010

Intitulé

VERORDENING BEGRAAFPLAATSRECHTEN 2010

De raad van de gemeente Apeldoorn;

gelezen het voorstel van het college d.d. 14 september 2009, nr. 90/2009;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van begraafplaatsrechten 2010.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1 van de verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen welke geldt op het moment van het ontstaan van de belastingplicht, is eveneens van toepassing op hetgeen in deze verordening is bepaald.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvakken

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, alsmede over de tijdvakken opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de periodiek verschuldigde rechten

De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijn van betaling

De rechten moeten worden betaald in één termijn, die vervalt twee maanden na de dagtekening van de nota.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De Verordening begraafplaatsrechten 2009, vastgesteld op 13 november 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening begraafplaatsrechten 2010’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering d.d. 12 november 2009
Gepubliceerd in Apeldoorns Stadsblad d.d. 16 december 2009
Inwerking getreden d.d. 18 december 2009

TARIEVENTABEL behorende bij de Verordening begraafplaatsenrechten 2010

Hoofdstuk 1

Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf (incl. de plaatsing van een gedenkteken), wordt geheven:

1.1.1

Voor een periode van 20 jaar

€1.025,--

1.1.2

Voor onbepaalde tijd, zijnde het recht om van het graf tot het tijdstip van sluiting van de begraafplaats gebruik te maken

€2.744,--

1.2

Voor het verlenen van een uitsluitend recht op een graf (incl. de plaatsing van een gedenkteken) op een zelfgekozen plek op een v.m. klasseafdeling

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een kindergraf (incl. de plaatsing van een gedenkteken) wordt geheven:

€ 13.136,--

1.3.1

Voor een periode van 20 jaar

€ 381,--

1.3.2

Voor onbepaalde tijd, zijnde het recht om van het graf tot het tijdstip van sluiting van de begraafplaats gebruik te maken

€ 1.016,--

1.4

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnenkelder wordt geheven:

Voor een periode van 20 jaar

€ 836,--

1.5

Voor het verlenen van een uitsluitend recht op een urnennis wordt geheven:

Voor een periode van 20 jaar

€ 836,--

1.6

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een gedenkplaats wordt geheven:

Voor een periode van 20 jaar

€ 1.025,--

1.7

Voor het verlengen met 10 jaar van het uitsluitend recht als bedoeld in:

1.1.1, wordt een recht geheven van

522,--

1.3.1, 1.4, 1.5 wordt een recht geheven van

€ 200,--

1.6 wordt een recht geheven van

€ 412,--

1.8

Voor plaatsing gedurende vijf jaar van een bronzen gedenkplaatje bij een strooiveld. In dit bedrag is begrepen de levering van het plaatje met max. 40 tekens Voor het verlengen van het plaatsingsrecht gedurende 5 jaar

€ 271,--

1.8.1

van een bronzen gedenkplaatje als bedoeld in 1.8 bij een strooiveld

€ 96,--

1.9

Voor plaatsing gedurende vijf jaar van een granieten gedenkplaatje bij een strooiveld. In dit bedrag is begrepen de levering van het plaatje met max. 30 tekens

Voor het verlengen van het plaatsingsrecht gedurende 5 jaar van een granieten

€ 348,--

1.9.1

gedenkplaatje bij een strooiveld als bedoeld in 1.9

€ 96,--

Hoofdstuk 2

Begraven

2.1

Voor het begraven van het lijk van een persoon van 12 jaar of ouder in een eigen graf wordt geheven

€ 1.001,--

2.2

Voor het begraven van het lijk van een persoon van 12 jaar of ouder in een algemeen graf wordt geheven

€ 746,--

2.3

Voor het begraven van het lijk van een kind jonger dan 12 jaar in een eigen graf of algemeen graf wordt een recht geheven gelijk aan de helft van het recht bedoeld in 2.1 resp. 2.2

2.4

Voor het begraven van het lijk van een kind jonger dan 6 jaar in een kindergraf wordt geheven een recht van

€ 364,--

2.5

Het recht als bedoeld in 2.1 t/m 2.4 wordt verhoogd:

Met 25% op werkdagen, indien het begraven op verzoek plaats-

vindt na 15.00 uur;

Met 50% op een zaterdag, Goede Vrijdag, 2e Paasdag, 2e Pinksterdag en 2e Kerstdag indien het begraven op verzoek op die dagen plaatsvindt.

Hoofdstuk 3

Bijzetten van asbussen en urnen

3.1.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:

In een urnenkelder

€ 557,--

In dit bedrag zijn begrepen de kosten van het aanbrengen van de persoonsgegevens van de overledene op de gedenkplaat.

3.1.2

In een urnennis

In dit bedrag zijn begrepen de kosten van het aanbrengen van de persoonsgegevens van de overledene op de afdekplaat.

€ 557,--

3.1.3

Op een eigen graf

€ 241,--

3.1.4

In een eigen graf

€ 241,--

3.1.5

In een algemeen graf

€ 144,--

3.1.6

In een kindergraf

€ 70 --

Hoofdstuk 4

Onderhoud

4.1

Voor het door of vanwege de gemeente plegen van onderhoud op de wijze als omschreven in artikel 29 van de Beheersverordening begraafplaatsen 2001 wordt geheven:

4.1.1

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven is verleend voor de tijd van 20 jaar, voor de duur van die periode

€ 751,--

4.1.2

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld in 4.1.1 is verlengd met 10 jaar, voor de duur van die periode

€ 447,--

4.1.3

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven vóór 1 januari 1996 is verleend voor onbepaalde tijd, per periode van 10 jaar

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven is verleend voor

€ 447,--

4.1.4

onbepaalde tijd, voor de duur van 100 jaar

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld in 4.1.4 is verlengd met

€ 2.634,--

4.1.5

10 jaar, voor de duur van die periode

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven op een zelfgekozen

€ 447,--

4.1.6

plek op een v.m. klasseafdeling is verleend voor onbepaalde tijd, voor de duur van 100 jaar

Voor een eigen graf, waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld in 4.1.6 is verlengd met

€ 5.164,--

4.1.7

10 jaar, voor de duur van die periode

Voor een eigen kindergraf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven is verleend voor de tijd van 20 jaar, voor de duur van die periode

€ 447,--

4.1.8

Voor een eigen kindergraf waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld in 4.1.8 is verlengd met 10 jaar, voor de duur van die periode

€ 274,--

4.1.9

Voor een eigen kindergraf, waarvoor het uitsluitend recht op begraven is verleend voor onbepaalde tijd, voor de duur van 100 jaar

€ 185,--

4.1.10

Voor een eigen urnenkelder, waarvoor het uitsluitend recht tot het bijzetten van asbussen met of zonder urnen is verleend voor de tijd van 20 jaar, voor de duur van die periode

€ 826,--

4.1.11

Voor een eigen urnenkelder, waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld onder 4.1.11 is verlengd met 10 jaar, voor de duur van die periode

Voor een eigen urnennis, waarvoor het uitsluitend recht tot het bijzetten van asbussen

€ 376,--

4.1.12

met of zonder urnen is verleend voor de periode van 20 jaar, voor de duur van die periode

Voor een eigen urnennis waarvoor het recht als bedoeld onder 4.1.13 is verlengd met

€ 200,--

4.1.13

10 jaar, voor de duur van die periode

Voor een eigen gedenkplaats, waarvoor het uitsluitend recht tot plaatsing van een gedenkteken is verleend voor de tijd van 20 jaar, voor de duur van die periode

€ 376,--

4.1.14

Voor een eigen gedenkplaats, waarvoor het uitsluitend recht als bedoeld in 4.1.15 is verlengd met 10 jaar, voor de duur van die periode

€ 200,--

4.1.15

€ 800,--

4.1.16

€ 548,--

Hoofdstuk 5

Overschrijving van verleende rechten

5.1

Voor het overschrijven van een recht op een eigen graf als bedoeld in artikel 20 van de Beheersverordening begraafplaatsen 1995 wordt geheven

€ 22,--

Hoofdstuk 6

Opgraven en verstrooien

6.1

Voor zowel het opgraven van een lijk als voor het na opgraven weer opnieuw begraven daarvan in een ander graf.

6.1.1

Voor het verlengen van de begraafcyclus door middel van het samenvoegen van de stoffelijke resten van één lijk in hetzelfde graf wordt een recht geheven gelijk het bedrag dat overeenkomstig hoofdstuk 2 voor het begraven wordt geheven

€ 1.078,--

6.2

Voor zowel het opgraven of verwijderen van een asbus of urn als voor het herplaatsen daarvan in een ander graf of andere urnenkelder

€ 241,--

6.3

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

6.3.1

In een eigen graf

€ 241,--

6.3.2

In een algemeen graf

€ 186,--

6.3.3

In een kindergraf

€ 94,--

6.3.4

Op een verstrooiingsplaats of eigen graf:

6.3.4.1

In aanwezigheid van nabestaanden

€ 241,--

6.3.4.2

Zonder nabestaanden

€ 100,--

Behorende bij het raadsbesluit van 12 november 2009.