Regeling vervallen per 22-07-2022

Beleidsregel gebiedsontzeggingen Apeldoorn 2020

Geldend van 12-02-2020 t/m 21-07-2022

Intitulé

Beleidsregel gebiedsontzeggingen Apeldoorn 2020

De burgemeester van de gemeente Apeldoorn,

Het navolgende overwegend:

Artikel 2:50A van de Algemene plaatselijke verordening (Apv) bepaald dat de burgemeester bevoegd is om een persoon een gebiedsontzegging op te leggen in het verband met het:

  • -

    alleen of in groepsverband ernstig verstoren van de openbare orde door het plegen van strafbare feiten;

  • -

    lastig vallen of schade toebrengen van personen, of bij ernstige vrees daarvoor.  

    De gebiedsontzegging wordt opgelegd aan personen die strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verrichten.

     

    In deze beleidsregel geeft de burgemeester aan op welke wijze hij, of de door of namens hem gemandateerde politieambtenaren, van de bevoegdheid van artikel 2:50A Apv gebruik kunnen maken.

     

    Het opleggen van een gebiedsontzegging houdt niet in dat er geen strafrechtelijke vervolging door het Openbaar Ministerie plaatsvindt tegen de gepleegde strafbare feiten.

     

Gelet op artikel 2:50A van de Algemene plaatselijke verordening Apeldoorn;

Besluit vast te stellen:

Beleidsregel gebiedsontzeggingen Apeldoorn 2020

Opleggen gebiedsontzegging

  • 1.

    De gedragingen waarvoor een gebiedsontzegging kan worden opgelegd, zijn opgenomen in onderdeel 21.

 

  • 2.

    Een gebiedsontzegging geldt voor een gebied dat op een gemotiveerd voorstel van de politie wordt vastgesteld.

 

  • 3.

    Voordat een gebiedsontzegging wordt opgelegd, ontvangt een persoon die zich voor de eerste keer schuldig heeft gemaakt aan een gedraging als genoemd in onderdeel 21, een schriftelijke waarschuwing. In deze waarschuwing wordt het beleid ten aanzien van gebiedsontzeggingen uitgelegd. De waarschuwing wordt één keer gegeven en geldt binnen de gehele gemeente Apeldoorn. Het uitreiken van de waarschuwing wordt door de politie vastgelegd in het BVH systeem.

 

  • 4.

    Bij ernstige openbare orde verstoringen kan zonder waarschuwing een gebiedsontzegging worden opgelegd. In dat geval dient het besluit grondig te worden gemotiveerd.

 

  • 5.

    Indien ten aanzien van een persoon voor de tweede maal een gedraging als bedoeld in onderdeel 21 wordt geconstateerd, wordt een ontzegging opgelegd overeenkomstig het bepaalde in onderdeel 22. Gedurende dat tijdvak mag de persoon zich niet bevinden in het aangewezen gebied genoemd in de ontzegging. Iedere volgende overtreding binnen 6 maanden na het opleggen van een gebiedsontzegging in hetzelfde gebied zal een volgende stap zijn in het in onderdeel 22 genoemde tijdvak. Indien de periode langer is geweest dan 6 maanden wordt de duur van het laatst opgelegde tijdvak opnieuw toegepast. Bij overtreding van een gebiedsontzegging wordt een proces-verbaal van de gedragingen op grond van artikel 184 Sr. opgemaakt.

 

  • 6.

    De duur van de opgelegde gebiedsontzegging mag effect hebben over verschillende dagen, verspreid over een jaar. Afhankelijk van de gekozen variant kan het gaan om enkele tijdstippen op een dag, of een aantal aaneengesloten uren per dag. Om het effect van een dergelijke maatregel niet te langdurig te laten zijn, telt een gebiedsontzegging met een geldigheid van een dagdeel als één volledige dag.

 

Gebiedsontzegging tot en met 28 dagen (4 weken)

 

  • 7.

    De teamchef van de politie Apeldoorn is overeenkomstig het machtigingsbesluit gebiedsontzegging en bestuurlijke waarschuwing bevoegd tot het opleggen van een gebiedsontzegging voor de duur van 24 uur, 48 uur, 7 dagen, 14 dagen en 28 dagen. Het is hem toegestaan deze bevoegdheid te mandateren aan een door hem aan te wijzen teamleidinggevende ambtenaren van de politie van het team Apeldoorn, die zijn aangesteld op grond van artikel 1, eerste lid, onder c, van het Besluit algemene rechtspositie politie.

 

Gebiedsontzegging vanaf 42 dagen (6 weken)

  • 8.

    De bevoegdheid tot het opleggen van gebiedsontzeggingen met een langere duur dan in het vorige artikel beschreven, kunnen niet worden gemandateerd. Gebiedsontzeggingen met een duur van 42 dagen en 56 dagen worden door de burgemeester opgelegd.

 

Zienswijzen

 

  • 9.

    Bij een voornemen tot het opleggen van een gebiedsontzegging tot en met 28 dagen,  wordt betrokkene voorafgaand mondeling in de gelegenheid gesteld een zienswijze kenbaar te maken. Indien betrokkene van die gelegenheid gebruik maakt, wordt de afgelegde verklaring schriftelijk vastgelegd.

 

  • 10.

    Bij een voornemen tot het opleggen van een gebiedsontzegging voor meer dan 28 dagen, wordt betrokkene daarvan schriftelijk op de hoogte gebracht en in de gelegenheid gesteld om binnen 3 werkdagen een zienswijze in te dienen bij de gemeente Apeldoorn, eenheid Veiligheid en Recht.

 

Uitreiking gebiedsontzegging en zwaarwegende belangen

 

  • 11.

    Het besluit tot het opleggen van een gebiedsontzegging wordt in persoon aan de betrokkene uitgereikt. De gedragingen waarop de gebiedsontzegging is gebaseerd, worden meegedeeld, alsmede voor welk tijdvak en gebied de ontzegging geldt. Tevens wordt een kaart uitgereikt van het gebied. Het bij het besluit behorende dossier wordt na uitreiking bij een gebiedsontzegging ingevuld door de teamchef van de politie Apeldoorn. Vervolgens wordt deze verstuurd aan de gemeente Apeldoorn, eenheid Veiligheid en Recht.

 

  • 12.

    Indien de betrokkene kan aantonen dat hij een zwaarwegend belang heeft om zich op een bepaalde plaats in het gebied op te houden, wordt in het besluit tot oplegging van een gebiedsontzegging een looproute opgenomen. Het is de betrokkene in dat geval slechts toegestaan om de desbetreffende locatie via de aangegeven looproute te bereiken. Of iemand een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, zal door betrokkene zelf moeten worden aangetoond. Doorgaans zal het daarbij gaan om belangen in de persoonlijke sfeer, zoals wonen, werken, het bezoek aan een huisarts, advocaat of hulpverleningsinstantie.

 

Inwerkingtreding en cumulatie

 

  • 13.

    Een gebiedsontzegging treedt in werking op het moment dat het besluit aan de betrokkene wordt uitgereikt. Als een gebiedsontzegging wordt uitgereikt terwijl er al een gebiedsontzegging geldt, gaat de termijn van de nieuwe gebiedsontzegging in na afloop van de eerder opgelegde gebiedsontzegging.

 

Dossiervorming en verslaglegging

 

  • 14.

    Voor het opleggen van een gebiedsontzegging als bedoelt in artikel 8 levert de politie binnen twee weken na het gepleegde strafbare feit een dossier aan bij de gemeente Apeldoorn, team Veiligheid & Recht. Dit dossier dient in ieder geval te bevatten:

- het voorblad met de contactgegevens van de behandelend politie ambtenaar;

- het verzoek tot opleggen van een gebiedsontzegging;

- het gebied waarvoor een gebiedsontzegging dient te worden opgelegd;

- de waarschuwing en het onderliggende proces-verbaal van het strafbare feit;

- het verslag van het uitreiken van de waarschuwing;

- de na het uitreiken van de waarschuwing opgemaakte ondertekende processen-verbaal van de in onderdeel 21 genoemde strafbare feiten en openbare orde verstorende handelingen;

- de eerder opgelegde gebiedsontzeggingen;

- de opgemaakte registraties;

 

  • 15.

    In een proces-verbaal van bevindingen worden alle bij de politie bekende en geregistreerde gedragingen voor een gebiedsontzegging van de overtreder vastgelegd. Dit met doel om een totaalbeeld van de gedragingen van de overtreder te schetsen en daardoor in juridische procedures inzicht te geven in de wijze van totstandkoming van de bevelen.

 

  • 16.

    De politie houdt een registratie bij van de in onderdelen 13 en 14 genoemde documenten.

 

Informatieplicht

 

  • 17.

    De teamchef van de politie Apeldoorn informeert de burgemeester en de eenheid Veiligheid en Recht van de gemeente Apeldoorn door middel van een jaarrapportage over het aantal uitgereikte gebiedsontzeggingen.

 

  • 18.

    Het Openbaar Ministerie informeert de burgemeester door middel van een jaarlijkse rapportage over het aantal veroordelingen ter zake overtreding van de gebiedsontzegging. De burgemeester levert daartoe een namenlijst aan met overtreders.

 

  • 19.

    De burgemeester informeert het Openbaar Ministerie en de teamchef van de politie Apeldoorn over een ingediend bezwaar tegen een gebiedsontzegging en over de beslissing op bezwaar.

 

Strafbare feiten en openbare orde verstorende handelingen

 

  • 20.

    Bij constatering van de volgende strafbare feiten kan een gebiedsontzegging worden opgelegd:

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Duur van de gebiedsontzegging

  • 21.

    In het hiernavolgende wordt de duur van de op te leggen gebiedsontzegging aangegeven. Afhankelijk van de ernst van het strafbare feit of de combinatie van strafbare feiten kan van onderstaand schema worden afgeweken.

 

afbeelding binnen de regeling

Intrekking

  • 22.

    De beleidsregel gebiedsontzeggingen Apeldoorn 2015, voor het inzetten van het instrument gebiedsontzegging in de gemeente Apeldoorn wordt ingetrokken.

Inwerkingtreding

  • 23.

    Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na publicatie.

 

Citeertitel

 

  • 24.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel gebiedsontzeggingen Apeldoorn 2020.

  

Aldus vastgesteld op ………………….

  

De burgemeester van Apeldoorn,

    

Dhr. A.J.M. Heerts

Ondertekening

]