Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem houdende regels omtrent regeling clientenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid Regeling Cliëntenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2016

Geldend van 25-10-2016 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem houdende regels omtrent regeling clientenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid Regeling Cliëntenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2016

Regeling Clientenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2016

Artikel 1 - Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a) Participatie :

de gestructureerde wijze waarop de gemeente de zelforganisatie van belanghebbenden betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van het integraal gehandicaptenbeleid van de gemeente Arnhem voor de onderdelen die van toepassing zijn voor mensen met een chronische ziekte of een beperking en bij;

b)

integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid: de samenhangende wijze waarop de gemeente, in al haar beleid en verantwoordelijkheden, werkt aan de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van inwoners met een beperking of een chronische aandoening;

c)

platform: de door het college als zodanig aangewezen en binnen de gemeente actief zijnde zelforganisatie van inwoners met een beperking of een chronische aandoening, die als doelstelling heeft de verbetering van de positie van inwoners met deze beperkingen;

d)

inwoner met een beperking: inwoner van de gemeente Arnhem met een beperking of een chronische aandoening die ten gevolge van een langdurige lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking, of door blijvende gezondheidsproblemen belemmeringen ondervindt in het inrichten van zijn eigen leven of in zijn mogelijkheden tot maatschappelijke participatie;

e)

college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem;

f)

Stichting Arnhems Platform Chronisch zieken en Gehandicapten; instelling van overleg, advies en belangenbehartiging van en voor gehandicapten en chronisch zieken.

Artikel 2 – Instellen en instandhouden van een platform

  • 1. Het college bevordert het instellen en in standhouden van een platform voor inwoners met een beperking in de gemeente Arnhem.

  • 2. De functie van het platform wordt inhoud gegeven door en valt onder verantwoordelijkheid van de Stichting Arnhems Platform Chronisch zieken en Gehandicapten (APCG).

Artikel 3 - Doelstelling

  • 1. Vanuit haar taak als collectieve belangenbehartiger signaleert en informeert het platform over alle levensterreinen aan de gehele Arnhemse samenleving (waaronder inwoners, relevante organisaties en de adviesraden).

  • 2. De cliëntenparticipatie heeft voorts tot doel bij te dragen aan de totstandkoming en de verbetering van het integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid dat gericht is op het realiseren van volwaardig burgerschap en op het bieden van gelijke mogelijkheden aan inwoners met een beperking of een chronische aandoening.

Artikel 4 - Beleidsterreinen

In het kader van de participatie wordt het platform betrokken bij het integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid met betrekking tot:

1º voornemens, beleid of activiteiten van de gemeente welke zijn gericht op het brengen van samenhang in het beleid op verschillende terreinen ten behoeve van inwonersinwoners met een beperking of een chronische aandoening.

2º het beleid en de uitvoering op die terreinen die invloed hebben op de positie van inwonersinwoners met een beperking of een chronische aandoening, waaronder in ieder geval de terreinen (niet limitatief):

a) welzijn en volksgezondheid

b) c) (speciaal) onderwijs

d) volkshuisvesting en bouwzaken

e) ruimtelijke ordening

f) verkeer en vervoer

g) cultuur en sport

Artikel 5 - Advies

  • 1.

    In het kader van de participatie vraagt het college het platform om advies.

  • 2.

    Het platform kan uit eigen beweging advies uitbrengen aan het college.

  • 3.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd dat het van invloed kan zijn op het te nemen besluit; dit houdt in ieder geval in dat:

a.

bij nieuw beleid en verandering van beleid het platform betrokken wordt bij de totstandkoming van het beleid en bij het vaststellen van de hoofdlijnen van beleid;

b.

bij de verdere invulling van het beleid het platform betrokken wordt bij de invulling van de hoofdlijnen van het beleid;

c.

bij evaluatie het platform betrokken wordt bij het vaststellen van vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie, het trekken van conclusies en het doen van aanbevelingen.

  • 4.

    In het geval het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van het platform, wordt dit bij het voorstel vermeld waarbij tevens wordt aangegeven op welke gronden van het advies is afgeweken.

  • 5.

    Het college draagt zorg voor het geven van informatie aan het platform ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van het platform. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

Artikel 6 - Overleg

  • 1.

    Tussen het college en het bestuur van het platform vindt tenminste één maal per jaar overleg plaats.

  • 2.

    Het overleg betreft :

a) de onderwerpen waarover het platform geconsulteerd wordt;

b) de wijze en het moment waarop het platform in betreffende beleidsvormingsprocessen wordt betrokken;

c) de financiële middelen voor de werkzaamheden van het platform op basis van een werkplan en een begroting;

d) de voortgang van de cliëntenparticipatie en het draagvlak binnen de divers samengestelde doelgroep;

e) de samenhang tussen en zonodig afstemming met verschillende gemeentelijke beleidsterreinen.

  • 3.

    Overleg tussen het college en het platform vindt voorts plaats indien het belang van het advies daartoe aanleiding geeft.

  • 4.

    De conclusies van overleg en de afspraken met het platform worden schriftelijk door de gemeente vastgelegd.

  • 5.

    Het college wijst een ambtelijke contactpersoon aan voor de communicatie met het platform. Tussen het platform en de contactpersoon vindt regelmatig overleg plaats over de vorm en inhoud van de participatie.

  • 6.

    Met betrekking tot de in het eerste lid bedoelde overleg kunnen zowel het college als het platform agendapunten aandragen.

Artikel 7 - Faciliteiten

  • 1. Het college stelt aan het platform zodanige middelen ter beschikking dat het platform redelijkerwijze in staat kan worden geacht om in het kader van de uitvoering van deze regeling de belangen te behartigen van inwoners met een beperking of een chronische aandoening.

  • 2. De middelen als bedoeld in het eerste lid worden jaarlijks toegekend op basis van een jaarlijks in te dienen werkplan en begroting. De Algemene Subsidieverordening van de gemeente Arnhem is daarbij van toepassing.

  • 3. Voor de beschikbaarheid van middelen geldt het voorbehoud dat de raad jaarlijks besluit voor dit doel middelen beschikbaar te stellen.

Artikel 8 - Slotbepalingen

  • 1. In gevallen, de uitvoering van deze regeling betreffende, waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college na raadpleging van het platform.

  • 2. Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling Clientenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2016”.

  • 3. De Regeling Wmo-cliëntenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2010 vervalt

  • 3. Deze regeling treedt in werking de dag na haar bekendmaking.