REGELING DUURZAAMHEIDSLENINGEN ARNHEM 2018

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

• a. aanvrager: een meerderjarige natuurlijke persoon, die eigenaar en bewoner is van de in artikel 2 genoemde woonruimte, die een aanvraag indient om een voordracht bij de SVn voor een duurzaamheidslening;

• b. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem;

• c. deelnemingsovereenkomst: de deelnemingsovereenkomst en de aanvullende deelnemingsovereenkomst gesloten tussen SVn en de gemeente Arnhem op 2 september 1996 respectievelijk 4 september 2000 om door de gemeente Arnhem beschikbaar gestelde gelden aan te wenden voor onder meer het verstrekken van stimuleringsleningen door SVn;

• d. duurzaamheidslening: een gemeentelijke stimuleringslening, die de SVn aan aanvrager kan verstrekken krachtens de deelnemingsovereenkomst na voordracht door het college ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in en aan de eigen woning;

• e. duurzaamheidsmaatregelen: duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld in artikel 5;

• f. werkelijke kosten: de kosten van duurzaamheidsmaatregelen als bedoeld in artikel 5, legeskosten, bijkomende kosten voor het verkrijgen van de duurzaamheidslening en de kosten van door een deskundig vakbedrijf ter zake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren;

• g. SVn: de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Hoevelaken en kantoorhoudende te Amersfoort, financiële dienstverlener, geregistreerd onder AFM–vergunningnummer 12013647;

Artikel 5 Duurzaamheidsmaatregelen

Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend:

• 1. fotovoltaïsche zonnecellen (bijvoorbeeld zonnepaneel of zonnefolie) en de daarbij behorende spanningsomvormer;

• 2. lage-temperatuur centraal verwarmingssysteem (LTV-systeem), niet zijnde een warmtepomp, waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (T-aanvoer) maximaal 55 graden Celsius bedraagt;

• 3. installatie om warmte uit douchewater terug te winnen;

• 4. installatie voor het terugwinnen van warmte uit ruimteventilatielucht, inclusief het daarbij behorende kanaalwerk en de luchtbehandelingskast;

• 5. vloerisolatie/bodemisolatie met een warmteweerstand (Rd-waarde) van minimaal 3,5 m2.K/W;

• 6. gevelisolatie met een isolatiewaarde (Rd-waarde) van minimaal 3,5 m2.K/W;

• 7. spouwmuurisolatie in een bestaande spouw met een warmteweerstand (Rd-waarde) van tenminste 1,1m2.K/W;

• 8. dakisolatie met een warmteweerstand (Rd-waarde) van minimaal 3,5 m2.K/W;

• 9. HR ++ glas met warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) kleiner of gelijk dan 1,2 m2.K/W;

• 10. hotfill set voor (af)wasmachine;

• 11. ramen, buitendeuren en kozijnen ten behoeve van isolerende beglazing (zoals genoemd onder punt 9). Het leenbedrag voor deze maatregel(en) mag maximaal 50% van de totale investering voor HR++ glas en de ramen, buitendeuren en kozijnen bedragen. Indien van hout, dan voorzien van FSC keurmerk. Indien de ramen en/of buitendeuren draaiende delen hebben, dan moeten deze een thermische onderbreking hebben).

• 12. Gevelvergroening: het voorzien van een buitengevel van een gebouw met (fysiek) groen waardoor de isolerende werking van de gevel toeneemt. Gevelgroen heeft naast een energetisch effect ook een positief effect op het stadsklimaat.

• 13. Vegetatiedaken: het voorzien van een dak van een gebouw van een zodanig groendak waardoor de isolerende werking van het dak toeneemt.

Artikel 6 De aanvraag

• 1. De aanvraag om een voordracht als bedoeld in artikel 4 wordt bij het college ingediend op een door de gemeente beschikbaar gesteld formulier.

• 2. De aanvraag gaat vergezeld van een kopie van het legitimatiebewijs van de aanvrager, een opgave van de werkelijke kosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen alsmede een financiële onderbouwing van deze opgave op basis van offerte(s).

Artikel 7 Behandeling aanvraag

• 1. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

• 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.

• 3. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, verklaart het college de aanvraag niet-ontvankelijk.

  • 4. a.

    De aanvragen worden behandeld en beoordeeld in volgorde van binnenkomst. In geval de aanvraag niet alle gegevens bevat die ingevolge deze regeling vereist zijn, wordt de aanvraag behandeld en beoordeeld op het moment dat alle gegevens zijn overgelegd.

  • 4. b.

    Indien op de dag van binnenkomst van een aanvraag meerdere aanvragen binnenkomen en het totale bedrag van de duurzaamheidsleningen meer bedraagt dan het ex artikel 3 beschikbare bedrag, wordt laatstgenoemde bedrag verdeeld over de toe te kennen aanvragen naar rato van de hoogte van het aangevraagde bedrag van de duurzaamheidslening.

• 5. Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag dan wel na het compleet worden van de aanvraag een beslissing.

• 6. Uit overschrijding van de in het vijfde lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.

Artikel 8 Afwijzen aanvraag

Het college wijst een aanvraag af, indien:

• a. het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;.

de aanvrager voor het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen een subsidie heeft ontvangen van de Rijksoverheid of de provincie Gelderland;

• b. c.de werkelijke kosten naar zijn oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

• c. de werkelijke kosten minder bedragen dan 2.500 euro;

• d. de aanvraag wordt ingediend ná het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen;

• e. naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze regeling wordt of zal worden voldaan.

Artikel 9 Toekenning en voorwaarden SVn

• 1. De voordracht tot het verstrekken van een duurzaamheidslening geschiedt onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn.

2. SVn stelt de definitieve hoogte van de Duurzaamheidslening vast en bij een positieve financiële toets door SVn brengt SVn een offerte uit aan de aanvrager. Bij een negatieve financiële toets wijst SVn de lening af. SVn brengt de aanvrager en gemeente van het besluit van SVn op de hoogte.

3. SVn verstrekt en beheert een geoffreerde duurzaamheidslening.

Artikel 11 Kenmerken van duurzaamheidslening

• 1. De hoofdsom van de duurzaamheidslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten.

2. In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de duurzaamheidslening niet minder dan 2.500 euro en niet meer dan 25.000 euro (incl. BTW).