Regeling vervallen per 01-01-2020

Regeling melden financiële belangen BAR-organisatie

Geldend van 18-07-2014 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Regeling melden financiële belangen BAR-organisatie

Het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

besluit:

- gelet op artikel 30 Wet gemeenschappelijke regelingen jo. Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie;

- gelet op artikel 15:1f van de CAR-UWO;

- gelet op overeenstemming met de vakbonden;

tot het vaststellen van de navolgende regeling en deze op te nemen in de arbeidsvoorwaardenregeling van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie

REGELING MELDING FINANCIELE BELANGEN BAR-ORGANISATIE>

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

werkgever

Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie.

medewerker

De ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR.

financiële belangen

Onder financieel belang wordt in ieder geval verstaan het bezit van effecten, vorderingsrechten, onroerend goed, bouwgrond en een financiële deelneming in ondernemingen. De werkgever is bevoegd andere financiële belangen aan te wijzen, die betrekking hebben op deze regeling.

registratie

De registratie van meldingen van financiële belangen zoals bedoeld in artikel 15:1f lid 3 CAR-UWO.

Artikel 2 Melding financiële belangen

Lid 1

Iedere medewerker is verplicht financiële belangen te melden, voor zover de medewerker redelijkerwijs het vermoeden kan hebben dat het hebben van of handelen in deze financiële belangen de goede vervulling van de functie of goede functionering van de openbare dienst, niet in redelijkheid is verzekerd.

Lid 2

Medewerkers in de volgende functies worden geacht te zijn aangesteld in een functie waaraan in het bijzonder het risico van financiële belangenverstrengeling of het risico van gebruik van (koers) gevoelige informatie is verbonden:

  • a)

    Medewerkers betrokken bij het verstrekken van vergunningen

  • b)

    Medewerkers betrokken bij het verstrekken van subsidies

  • c)

    Medewerkers betrokken bij inkoop en aanbesteding

  • d)

    Medewerkers betrokken bij grondexploitatie/-zaken

  • e)

    Medewerkers met een functie op financieel gebied

  • f)

    Medewerkers met een functie op het gebied van planning en control

  • g)

    Het management (directie, domeindirecteuren en afdelingsmanagers)

Lid 3

Medewerkers, als bedoeld in lid 2 melden aan de werkgever de financiële belangen, dan wel bezit van en transacties in effecten, die de belangen van de dienst, voor zover deze in verband staan met de functievervulling, kunnen raken.

Lid 4

De medewerker maakt melding van de financiële belangen door middel van het daartoe bestemde formulier.

Lid 5

De werkgever kan de medewerker verzoeken om nadere informatie.

Artikel 3 Registratie

Lid 1

De registratie van financiële belangen geschiedt door de melding, zoals bedoeld in artikel 2, lid 4, op te nemen in het (digitale) persoonsdossier.

Lid 2

Een door de werkgever hiervoor aangewezen persoon is belast met de registratie en het actueel houden van financiële belangen.

Artikel 4 Besluit werkgever

Lid 1

Indien de werkgever van mening is dat naar aanleiding van de gemelde financiële belangen de goede vervulling van de functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze in verband staan met de functievervulling, niet in redelijk is verzekerd, ontvangt de medewerker een gemotiveerd besluit omtrent de financiële belangenverstrengeling.

Lid 2

Ongeacht of een melding is gedaan kan de werkgever het hebben van of handelen in financiële belangen waarvan de werkgever van mening is dat de goede vervulling van de functie of goede functionering van de openbare dienst niet in redelijkheid is verzekerd, verbieden.

Lid 3

Indien er sprake is van financiële belangenverstrengeling wordt in samenspraak met de betrokken medewerker naar een oplossing gezocht.

Lid 4

In het uiterste geval is de medewerker verplicht het financiële belang af te stoten.

Lid 5

Bij het aanhouden van de verboden financiële belangen kan een disciplinaire straf worden opgelegd.

Artikel 5 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 6 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling melding financiële belangen BAR-organisatie” en treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

Ondertekening

Aldus besloten door het Algemeen Bestuur van de BAR-organisatie op 24 december 2013 en bekrachtigd op 21 januari 2014.

Toelichting

In 2003 is aan de Ambtenarenwet een bepaling toegevoegd die overheidswerkgevers verplicht om voorschriften vast te stellen over het melden van financiële belangen door ambtenaren die een functie uitoefenen waarin risico bestaat op financiële belangenverstrengeling.

Het begrip financieel belang is zeer divers. Het kan gaan om het bezit van effecten, vorderingsrechten, onroerend goed, bouwgrond alsook om financiële deelneming in ondernemingen. De werkgever dient ambtenaren aan te wijzen die zijn aangesteld in een functie (dan wel feitelijke werkzaamheden verrichten) waaraan een bijzonder risico op financiële belangenverstrengeling is verbonden. Hierbij kan gedacht worden aan ambtenaren die betrokken zijn bij grondzaken, subsidieverstrekking, sponsoring, verstrekking van leningen, verstrekking van garanties, inkoop en aanbesteding zoals bijvoorbeeld het gunnen van onderzoeks- en adviesopdrachten. Ambtenaren die deze taken verrichten zouden in de verleiding kunnen komen zich bij het nemen van functionele beslissingen te laten leiden door niet-functionele belangen zoals een persoonlijk financieel belang.

Medewerkers moeten goed geïnformeerd zijn wat bedoeld wordt met deze regeling en deze in verband kunnen brengen met hun nevenwerkzaamheden of anderszins zaken die betrekking kunnen hebben met deze regeling.