Regeling vervallen per 01-03-2015

Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW en IOAZ 2010

Geldend van 01-07-2010 t/m 28-02-2015

Intitulé

Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW en IOAZ 2010

Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW en IOAW 2010

Raadsbesluit

Voorstelnummer: 10RV000011

Onderwerp: Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW en IOAZ 2010.

De raad van de gemeente Baarn

  • -

    gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 mei 2010;

  • -

    gehoord de commissie Samenleving, Bestuur & Financiën d.d. 1 juni 2010;

  • -

    overwegende dat het ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet investeren in jongeren (WIJ), de Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) verplicht is een verordening vast te stellen in het kader van het bestrijden van het ten onrechte ontvangen van bijstand, inkomensvoorziening en uitkering, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wetten;

  • -

    gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en de artikelen 8a van de Wet werk en bijstand, 12, lid 1 sub c van de WIJ, 35, lid 1 van de IOAW en 35, lid 1 van de IOAZ;

    • b e s l u i t :

    • 1.

      vast te stellen de “Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW en IOAZ 2010” en de ingangsdatum vast te stellen op 1 juli 2010;

    HANDHAVINGSVERORDENING WWB, WIJ, IOAW EN IOAZ 2010

    • Artikel 1. Begripsomschrijving

    • 1.

      In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a. college: het college van burgemeester en wethouders van Baarn;

    • b. bijstand: algemene en bijzondere bijstand verstrekt ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB);

    • c Inkomensvoorziening: de uitkering verstrekt ingevolge de Wet investeren in jongeren (WIJ)

    • d. uitkering: de uitkering verstrekt ingevolge de Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

    • e. handhaving: alle activiteiten die ervoor zorgen dat mensen zich aan wet-en regelgeving houden.

    • f. maatregel: het verlagen van de bijstand op grond van artikel 18, tweede lid, van de WWB, het verlagen van de inkomensvoorziening op grond van artikel 41 van de WIJ en het verlagen van de uitkering op grond van artikel 20 van de IOAW en artikel 20 van de IOAZ;

    • g. terugvordering: het terugvorderen van betaalde bijstand in de gevallen als genoemd in artikel 58 van de WWB, het terugvorderen van een inkomensvoorziening in de gevallen genoemd in artikel 54 WIJ, het terugvorderen van een uitkering in de gevallen als genoemd in artikel 25 van de IOAW en artikel 25 van de IOAZ, zoals die nader uitgewerkt zijn in de gemeentelijke Beleidsregels terugvordering;

    • h. verhaal: het terugvorderen van kosten van bijstand of een inkomensvoorziening van derden, dan wel ten laste van de nalatenschap van de bijstands- of inkomensvoorzieningontvangende, als aangegeven in paragraaf 6.5 van de WWB en artikel 57 van de WIJ, zoals die nader uitgewerkt zijn in de gemeentelijke Beleidsregels verhaal;

    • 2.

      Alle begrippen die in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de WWB, WIJ, IOAW en IOAZ en de Algemene wet bestuursrecht.

    Artikel 2.Vorm van de verordening

    Deze verordening geeft de verschillende onderdelen aan waarmee en waarlangs er in de gemeente Baarn daadwerkelijk overgegaan wordt tot een totaalconcept hoogwaardig handhaven ten aanzien van de WWB, de WIJ, de IOAW en de IOAZ, zonder dat in deze verordening zaken dieper worden uitgewerkt.

    Artikel 3 Beleidsplannen in het kader van hoogwaardig handhaven

    Het college draagt zorg voor een vastgesteld beleidsplan hoogwaardig handhaven met doelstellingen en de wegen waarlangs deze doelstellingen bereikt dienen te worden in het kader van het concept hoogwaardig handhaven. Verder draagt het college zorg voor een geldend controleplan inzake de daadwerkelijke vormgeving van het concept hoogwaardig handhaven.

    Artikel 4. Maatregelenverordening

    Het niet naleven van verplichtingen dan wel geconstateerde fraude wordt afgehandeld conform de vastgestelde Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004, de Maatregelenverordening Wet investeren in jongeren 2010 en de Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2010. De maatregelenverordeningen regelen het verlagen van de bijstand, de inkomensvoorziening of de uitkering in de vorm van het opleggen van een maatregel. Door het verlagen van de bijstand, inkomensvoorziening of uitkering wordt het niet nakomen van verplichtingen dan wel gepleegde fraude bestraft. Bij fraude boven een bepaald bedrag dat wordt vastgesteld door het Openbaar Ministerie wordt strafrechtelijke aangifte gedaan.

    Artikel 5. Terugvordering en verhaal

    Door de gemeente wordt gebruik gemaakt van de wettelijke bevoegdheid tot terugvordering en verhaal van verleende bijstand en inkomensvoorziening en terugvordering van verleende uitkering. Uitgangspunt is dat ten onrechte verleende bijstand, inkomensvoorziening en ten onrechte verleende uitkering wordt teruggevorderd. Daadwerkelijke terugvordering vindt plaats conform de door het college vastgestelde Beleidsregels terugvordering. Daar waar dat aan de orde is wordt verleende bijstand of inkomensvoorziening verhaald op derden conform de daartoe door het college vastgestelde Beleidsregels verhaal.

    Artikel 6 Nadere regels

    Naast de plannen ingevolge artikel 2 en de beleidsregels als aangegeven in artikel 5 kan het college ten behoeve van de uitvoering van deze verordening nadere beleidsregels vaststellen. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college.

    Artikel 7 Citeertitel

    Deze verordening kan worden aangehaald als de Handhavingsverordening WWB, WIJ, IOAW EN IOAZ 2010.

    Artikel 8 Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010.

    Vastgesteld in de openbare vergadering,

    op 23 juni 2010,

    griffier voorzitter

    ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING OP DE HANDHAVINGSVERORDENING WWB, WIJ, IOAW en IOAZ 2010.

    ALGEMEEN

    Onder handhaving worden “alle activiteiten die ervoor zorgen dat mensen zich aan wet-en regelgeving houden” verstaan.

    Handhaving draagt bij aan een goede balans tussen het recht op een uitkering en de plicht om mogelijk zelf in het bestaan te voorzien. Fraude verstoort dit evenwicht. Wie de uitkering misbruikt gebruikt ten onrechte gemeenschapsgeld en haalt uiteindelijk de solidariteit onderuit en belemmert een doeltreffende bevordering van de uitstroom

    Het is dan ook niet verwonderlijk dat ook de Handhaving in de wetten een prominente plaats heeft gekregen. Aan het onderwerp is expliciet aandacht aan besteed in artikel 8a WWB, artikel 12 WIJ, artikel 35 IOAW en artikel 35 IOAZ.

    Het is belangrijk bij het handhavingsbeleid te onderkennen dat er achtereenvolgens gehandeld kan worden met preventieve maatregelen en repressieve maatregelen. Preventieve maatregelen richten zich op het voorkomen van fraude door optimale voorlichting en dienstverlening. Tot de repressieve maatregelen behoren het vroegtijdig constateren en afhandelen van niet nagekomen verplichtingen en fraude.

    Zoals hierboven al aangegeven staat op het terrein van handhaving het bevorderen van de spontane nalevingbereidheid van de cliënt voorop. Klanten worden (iedere keer weer) gewezen op de aan de uitkering verbonden verplichtingen. Het is daarbij echter niet realistisch te denken dat daarmee in alle gevallen voorkomen wordt dat door klanten onjuiste of onvolledige informatie verstrekt wordt. In die gevallen zullen repressieve maatregelen gehanteerd worden. In dit kader zijn dat opsporing, zonodig met inzet van de sociale recherche en sanctionering.

    Artikel 1

    In dit artikel zijn een aantal begrippen omschreven. Begrippen die niet omschreven zijn hebben dezelfde betekenis als in de WWB, WIJ, IOAW en IOAZ en de Algemene wet bestuursrecht.

    Artikel 2

    Met dit artikel wordt aangegeven dat het totaalconcept hoogwaardig handhaven niet in deze verordening wordt geregeld. Deze verordening geeft alleen een opsomming van de andere gemeentelijke stukken die in onderling verband het totaalconcept hoogwaardig handhaven regelt.

    Artikel 3

    In dit artikel wordt aangegeven dat het college verantwoordelijk is voor de vaststelling van een tweetal stukken waarin wordt aangegeven hoe er vorm dient te worden gegeven aan de handhaving. Naast de algemene doelstellingen staat in deze stukken aangegeven hoe er tot een goede handhaving wordt gekomen, hoe de controle in de praktijk plaatsvindt, welke instrumenten en hulpmiddelen gebruikt worden enz.

    Artikel 4

    Een belangrijk aspect van hoogwaardig handhaven is het reageren op geconstateerd niet naleven van verplichtingen dan wel fraude. Rechten en plichten zijn twee kanten van één medaille. Het recht op bijstand, inkomensvoorziening of uitkering is altijd verbonden aan de plicht zich in te zetten om weer onafhankelijk van de uitkering te worden. Dit betekent dat de vaststelling van de hoogte van de uitkering niet alleen afhangt van de toepasselijke norm en de beschikbare middelen van de belanghebbende, maar ook van de mate waarin de opgelegde verplichtingen worden nagekomen. Het gaat hierbij om zowel verplichtingen die te maken hebben met de arbeidsinschakeling als om verplichtingen die te maken hebben met het rechtmatig ontvangen van een uitkering. In de maatregelenverordeningen staan normeringen opgenomen hoe er gereageerd wordt op het niet nakomen van verplichtingen, zoals arbeidsverplichtingen, het niet- of te laat verstrekken van inlichtingen, het verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen, fraude, tekortschietend besef van verantwoordelijkheid (is geen item in de Maatregelenverordening Wet investeren in jongeren 2010 omdat die wet dat begrip niet kent) en zeer ernstige misdragingen.

    Artikel 5

    Het terugvorderen van ten onrechte verleende bijstand dan wel inkomensvoorziening of uitkering en daar waar mogelijk het terug vorderen van bijstand en inkomensvoorziening op derden (verhaal) heeft direct te maken met het voor ogen staande hoogwaardige handhavingsbeleid. In de wet is het een bevoegdheid (en dus niet langer een verplichting) om ten onrechte verleende bijstand, inkomensvoorziening en uitkering terug te vorderen en het daar waar mogelijk toepassen van verhaal van bijstand en inkomensvoorziening op derden. Van deze bevoegdheid wordt gebruik gemaakt en regels waarlangs dit gebeurt zijn door het college vastgesteld.

    Artikel 6

    In deze verordening staat al aangegeven dat het hoogwaardige handhavingsbeleid vorm wordt gegeven middels allerlei andere stukken waaronder verordeningen, plannen en beleidsregels. Ondanks dat lijkt het toch zinvol te bepalen dat het college nadere beleidsregels kan vaststellen ter uitvoering van deze verordening. Hiermee wordt voorkomen dat niet geregelde (afgeleide) zaken iedere keer voorgelegd moeten worden aan de gemeenteraad ter besluitvorming. Om deze reden is in dit artikel ook de bevoegdheid aan het college gegeven om te beslissen op zaken die niet in deze verordening zijn geregeld.

    Artikel 7

    Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

    Artikel 8

    Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.