Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening plaatsen voorwerpen op gemeentelijke begraafplaatsen

Geldend van 01-07-2006 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening plaatsen voorwerpen op gemeentelijke begraafplaatsen

Artikel 1 aanvraag vergunning

Een vergunning tot het plaatsen en hebben van een gedenkteken wordt ingediend bij de Gemeente Barneveld, begraafplaatsenadministratie, Postbus 63, 3770 AB Barneveld. Bij de aanvraag wordt een tekening (schaal minimaal 1 : 20) overgelegd.

Artikel 2 inhoud aanvraag

  • 1.

    Op de aanvraag wordt een duidelijke omschrijving gegeven van de te gebruiken materialen.

  • 2.

    Verder wordt opgegeven:

    • a.

      de naam van de rechthebbende op het graf of urnenruimte of indien het een algemeen graf betreft: de belanghebbende op het graf;

    • b.

      de naam en geb. datum van de overledene(n);

    • c.

      de naam van de leverancier;

    • d.

      alle afmetingen van de te gebruiken materialen;

    • e.

      het nummer van het graf of de urnenruimte;

    • f.

      het lettertype;

    • g.

      de vermelding van het gebruik van in- of opgehakte danwel bronzen letters.

Artikel 3 Het aanbrengen van een voorwerp op een eigen graf of eigen kindergraf

Op een eigen (kinder) graf mag als gedenkteken worden geplaatst:

  • a.

    een staand gedenkteken met of zonder grafbedekking;

  • b.

    een liggend gedenkteken.

Artikel 4 afmeting staande gedenktekenen

De te plaatsen gedenktekenen dienen de volgende afmetingen te hebben:

  • a.

    breedte: maximaal 90 cm – voor eigen kindergraf maximaal 60 cm;

  • b.

    hoogte: maximaal 95 cm – voor eigen kindergraf maximaal 65 cm;

  • c.

    dikte: minimaal 6 cm en maximaal 10 cm – voor eigen kindergraf min. 4 en max. 5 cm.

Artikel 5 voorwaarde staande gedenktekenen

  • 1.

    Een staand gedenkteken met grafbedekking moet worden aangebracht op een fundering van gewapend beton van 200 x 100 cm – voor eigen kindergraf 140 x 70 cm.

  • 2.

    Ter ondersteuning van de afdekplaat kunnen banden worden geplaatst met de afmetingen:

    • a.

      breedte: 12 cm – voor eigen kindergraf 6 cm;

    • b.

      b. dikte: minimaal 5 cm en maximaal 10 cm – voor een eigen kindergraf max. 6 cm.

  • 3.

    De grafbedekking dient te voldoen aan de voorwaarden:

    • a.

      hoogte aan de achterzijde 4 cm boven het maaiveld;

    • b.

      afschot 3 cm.

  • 4.

    Bij gebruik van grind dient daaronder worteldoek te worden aangebracht.

  • 5.

    Bij het aanbrengen van een omranding met zwerfkeien dienen deze te worden vastgelegd op een fundering.

Artikel 6 fundering

Een staand gedenkteken zonder grafbedekking dient te worden geplaatst op een betonnen fundering met voldoende stabiliteit.

Artikel 7 afwijking

In afwijking van het bepaalde in artikel 4 kan een staand gedenkteken in de vorm van een kruis worden toegepast. Voor deze gedenktekenen geldt dat de bovenzijde van de horizontale balk kan worden uitgevoerd tot een maximale hoogte van 95 cm – voor eigen kindergraf tot een maximale hoogte van 65 cm.

Artikel 8 Liggende gedenktekenen

  • 1.

    De te plaatsen liggende gedenktekenen dienen te voldoen aan de afmetingen:

    • a.

      lengte: 200 cm – voor eigen kindergraf 140 cm;

    • b.

      breedte: 100 cm – voor een kindergraf 70 cm.

  • 2.

    De plint die daarbij ter ondersteuning dient, voldoet aan de afmetingen:

    • a.

      hoogte aan de voorzijde: 12 cm – voor een kindergraf 6 cm;

    • b.

      hoogte aan de achterzijde: 22 cm – voor een kindergraf 11 cm.

Artikel 9 Ingraveren grafnummer

  • 1.

    Bij plaatsing van het gedenkteken dient het grafnummer door de steenhouwer in het monument te worden gegraveerd.

  • 2.

    Een vast plaats is hiervoor aangewezen. In eerste instantie aan de linkerkant van de voorband van het voetstuk en indien dit niet mogelijk is, linksonder op de staande steen.

  • 3.

    De beheerder kan in bijzondere gevallen vaststellen om hiervan af te wijken.

Artikel 10 Het aanbrengen van een voorwerp op een algemeen graf

  • 1.

    Op een algemeen graf mag als gedenkteken worden geplaatst: een gedenkteken van graniet of hardsteen, gezoet.

  • 2.

    Het granieten of hardstenen gedenkteken blijft binnen de afmetingen:

    • a.

      lengte: 50 cm;

    • b.

      breedte: 70 cm;

    • c.

      dikte: 5 cm.

  • 3.

    Dit gedenkteken wordt aangebracht onder een hoek van 10 graden.

Artikel 11 Het aanbrengen van een voorwerp voor een ruimte in de urnenmuur

  • 1.

    Voor een ruimte in de urnenmuur mag als gedenkteken worden aangebracht: een plaat Serpentino of graniet.

  • 2.

    De plaat dient te voldoen aan de afmetingen:

    • a.

      lengte: 42 cm;

    • b.

      breedte: 42 cm;

    • c.

      dikte: 3 tot 5 cm.

  • 3.

    Deze plaat dient te worden aangebracht door middel van schroeven.

Artikel 12 Het aanbrengen van beplanting

De eventueel aan te brengen beplanting dient niet te hoog zijn. Dit ter beoordeling van de beheerder.

Artikel 13 Algemene bepalingen

  • 1.

    De kleur van het gedenkteken mag niet storend zijn voor het aanzien van de begraafplaats. Dit ter beoordeling van de beheerder.

  • 2.

    Op het grafwerk mag geen firmanaam of reclame worden aangebracht:

  • 3.

    Het grafwerk wordt – ter beoordeling van de beheerder – op de juiste ligging aangebracht.

  • 4.

    Wanneer het uitgevoerde of ten tijde van de uitvoering van het plaatsen van het grafwerk niet overeenkomt met de verleende vergunning zal op kosten van de rechthebbende het gedenkteken verwijderd worden.

Artikel 20 bijzondere gevallen

Met verzoeken waarbij deze regelgeving niet in voorziet beslist het college.

Artikel 21 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 juli 2006.

  • 2.

    Op die datum wordt de regeling Voorwaarden voor het plaatsen van voorwerpen op gemeentelijke begraafplaatsen, vastgesteld bij collegebesluit van 8 november 1994, ingetrokken.

Artikel 22 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als "Verordening plaatsen voorwerpen op gemeentelijke begraafplaatsen".