Regeling vervallen per 01-01-2012

Algemene subsidieverordening gemeente Beek 2004

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2011

Intitulé

Algemene subsidieverordening gemeente Beek 2004

Algemene subsidieverordening gemeente Beek 2004

 

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE BEEK;

 

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 januari 2004;

 

overwegende dat er formele en inhoudelijke gronden zijn om de subsidieverordening maatschappelijke zorg aan te passen;

 

gelet op titel 4.2. van de Algemene wet bestuursrecht;

 

 

                                                  BESLUIT

 

 

  • 1.

    de op 12 juni 1997 vastgestelde “subsidieverordening  maatschappelijke zorg 1997” in te trekken en

  • 2.

    vast te stellen de

 

 

Algemene subsidieverordening gemeente Beek 2004

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen.

Artikel 1 Begrippen.

voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a.aanvraag:

een aanvraag als bedoeld in artikel 4:2 Algemene wet bestuursrecht ingediend door een vereniging of instelling om in aanmerking te komen voor een subsidie in het kader van deze verordening;

b.aanvrager:

de vereniging of de instelling welke voor een subsidie in aanmerking te willen komen;

c.activiteit:

een feitelijke activiteit die door de aanvrager zal worden uitgevoerd en die door het college kan worden gesubsidieerd en die zo mogelijk in meetbare termen wordt uitgedrukt;

d.activiteitensubsidie:

een subsidie in de kosten van of deelname aan een eenmalige en bijzondere activiteit die een uitstraling "over" de grenzen van Beek heeft of een nieuwe activiteit die voor het eerst (als proef) wordt uitgevoerd";

e.afrekening:

een document waaruit blijkt hoeveel de vereniging of instelling in een bepaald subsidiejaar nodig heeft om de voor Beek geplande activiteiten uit te voeren;

f.basisbedrag:

een bedrag op basis van historische gegevens en feiten tot stand gekomen, dat een vereniging wordt toegekend ongeacht het aantal leden;

g.basissubsidie:

een subsidie in de kosten van instandhouding en/of exploitatie van een instelling;

h.begroting:

een document waaruit blijkt hoeveel de vereniging of instelling in een bepaald subsidiejaar nodig heeft om de voor Beek geplande activiteiten uit te voeren;

i.beleidsregel:

een bij besluit vastgestelde algemene regel, niet zijnde een algemeen verbindend voorschrift, omtrent de afweging van belangen, de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan;

j . instelling:

een rechtspersoon als bedoeld in het Burgerlijk wetboek;

k. jaarplan:

jaarlijkse notitie van het college van burgemeester en wethouders waarin het beleid ten aanzien van de verschillende werksoorten als aangegeven in de beleidsregels wordt uitgewerkt alsmede een financiële vertaling van de subsidienormen;

I. jeugdlid:

een persoon woonachtig in de gemeente Beek die op 1 januari van het betreffende subsidiejaar 18 jaar of jonger is, contributie betaalt voor het lidmaatschap en actief lid is van de instelling, tenzij het college anders bepaalt;

m. jumelagesubsidie:

een eenmalig subsidie in het kader van jumelageactiviteiten;

n. lid:

een persoon woonachtig in de gemeente Beek die op 1 januari van het betreffende subsidiejaar ouder is dan 18 jaar, contributie betaalt voor het lidmaatschap en actief lid is van de instelling, tenzij het college anders bepaalt;

o. maatschappelijke zorg:

activiteiten in het kader van zorg, welzijn, cultuur, educatie, sport en amateuristische kunstbeoefening alsmede aanpalende activiteiten die naar mening van de raad eveneens gericht zijn op het zich welbevinden en de ontplooiing van de burgers van de gemeente;

p.minderheden:

groep van mensen die vanwege hun ras, geloof of politieke voorkeur een minderheid

vormen binnen de Nederlandse maatschappij;

q.senior:

een persoon woonachtig in de gemeente Beek die op 1 januari van het betreffende subsidiejaar ouder is dan 55 jaar, contributie betaalt voor het lidmaatschap en actief lid is van de instelling, tenzij het college anders bepaalt;

r. speerpunt van beleid:

in het jaarplan opgenomen en onderbouwd speciaal aandachtspunt van beleid in een bepaald jaar of in een bepaalde periode;

s. subsidieoverzicht:

onderdeel van de begroting waarin het met toepassing van deze verordening per instelling door de raad toegekende subsidie voor het betreffende begrotingsjaar is opgenomen;

t. vereniging:

een rechtspersoon als bedoeld in het Burgerlijk wetboek in Beek werkzaam op het gebied van maatschappelijke zorg gevormd door een vrijwilligersorganisatie;

u. werkplan:

een plan of programma dat inzicht geeft van voorgenomen activiteiten, waaruit blijkt welke doelstellingen men wil realiseren, alsmede het aantal deelnemers dat naar verwachting zal deelnemen aan de activiteiten.

Artikel 2 Reikwijdte

Deze verordening heeft betrekking op alle subsidiebesluiten van de gemeente Beek tenzij de raad anders bepaalt.

Artikel 3 Algemene uitgangspunten

  • 1.

    Voor een basis- of een activiteitensubsidie komen in aanmerking in Beek werkzame verenigingen en instellingen.

  • 2.

    Subsidiering vindt uitsluitend plaats voor zover de activiteiten of te verlenen diensten naar de mening van het college in voldoende mate in overeenstemming zijn met het gemeentelijk beleid en in het belang van de gemeente Beek zijn.

  • 3.

    Door middels van beleidsregels kunnen nadere criteria worden gesteld die voor de subsidieverstrekking gelden.

  • 4.

    Subsidies kunnen uitsluitend worden verstrekt ten behoeve van activiteiten waarbij niemand op grond van ras, godsdienst, geslacht, afkomst, seksuele voorkeur of anderszins wordt gediscrimineerd, tenzij deze subsidieverlening geschiedt met het doel een bestaande achterstand te verminderen of voor activiteiten in verband met de eigen taal en cultuur.

  • 5.

    Niet voor subsidie in aanmerking komen instellingen:

    • ·

      waarvan de activiteiten uitsluitend of in hoofdzaak dienstbaar zijn aan religieuze, politieke of commerciële doeleinden.

    • ·

      die door het gemeentebestuur reeds anders dan op grond van deze verordening en/of beleidsregels worden gesubsidieerd.

Hoofdstuk 2: De subsidieaanvraag

Artikel 4 Algemeen

  • 1.

    Er wordt een onderscheid gemaakt tussen instellingen en verenigingen. Instellingen en verenigingen zijn als zodanig door de raad tot de verordening toegelaten.

  • 2.

    Om geaccepteerd te worden in de subsidieverordening overleggen instellingen en verenigingen

  • a.

    een inhoudelijke motivering, met welk doel men opgericht is, waarom de uit te voeren activiteiten niet kostendekkend zijn of kunnen zijn,

  • b.

    waarom gemeentelijke subsidiering gewenst is,

  • c.

    de statuten,

  • d.

    een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel en

  • e.

    verdere gegevens die het college nodig acht voor een goede uitvoering van deze verordening.

  • 3.a

    een verzoek tot acceptatie wordt vóór 1 juni voorafgaand aan het jaar dat de acceptatie gewenst wordt ingediend bij het college;

  • b.

    het college hoort de indiener van het verzoek;

  • c.

    de raad beslist op voorstel van het college vóór 1 december van het jaar voorafgaand aan het jaar dat acceptatie gewenst wordt.

  • 4.

    Een vereniging of instelling wordt in elk geval niet geaccepteerd als er zich al een andere vereniging op hetzelfde doelgroepengebied begeeft waardoor ongewenste concurrentie ontstaat.

  • 5.

    Een geaccepteerde vereniging of geaccepteerde instelling kan in aanmerking komen voor een basissubsidie. De lijst van geaccepteerde verenigingen en instellingen is bij de beleidsregels voor elk beleidsveld gevoegd.

Artikel 5 Aanvraag basissubsidie

1. Een instelling overlegt jaarlijks vóór 1 april:

a. een begroting voor het komende jaar,

b. een werkplan voor het komende jaar, alsmede

c. een rekening en verantwoording over het afgelopen jaar voorzien van een accountantsverklaring.

2. Een vereniging dient jaarlijks vóór 1 april het door het college opgestelde "aanvraagformulier basissubsidie" te overleggen. Dit dient vergezeld te gaan van een door de koepelorganisatie gewaarmerkte ledenlijst.

Artikel 6 Aanvraag activiteitensubsidie

Een vereniging of instelling kan vóór 1 januari, respectievelijk vóór 1 juli via een standaardformulier een verzoek om een activiteitensubsidie voor de respectievelijke periodes april t/m september en oktober t/m maart indienen.

Hoofdstuk 3: De subsidieverlening

Artikel 7 Bevoegdheden en algemene uitgangspunten

  • 1.

    Het college beslist op subsidieaanvragen, tenzij de raad deze bevoegdheid nadrukkelijk aan zich heeft voorbehouden. Het college beslist met inachtneming van de beleidsregels die door de raad of het college zijn vastgesteld.

  • 2.

    De grondslagen voor de subsidieverlening en de berekening van de subsidie aan een vereniging of instelling dan wel het subsidiëren van activiteiten van een vereniging of instelling worden opgenomen in de beleidsregels.

Artikel 8 Het subsidieplafond, verdelingscriteria en financiële positie gemeente

  • 1.

    Het college stelt jaarlijks één of meerdere subsidieplafonds vast. Dit overzicht wordt opgenomen bij of in de begroting of in een afzonderlijk besluit.

  • 2.

    Het college bepaalt de wijze van verdeling van de subsidiebedragen binnen de vastgestelde beleidskaders.

  • 3.

    Indien naar het oordeel van de raad of het college de financiële positie van de gemeente daartoe aanleiding geeft, kan men bij de subsidieverlening afwijken van de grondslagen tot subsidieverlening.

  • 4.

    Het subsidieplafond alsmede de wijze van verdeling van de subsidies wordt bekend gemaakt vóór het tijdvak waarvoor het subsidieplafond is vastgesteld.

  • 5.

    Bij het bekendmaken van dit plafond kan erop gewezen worden dat dit gevolgen kan hebben voor de hoogte van het subsidie, ook ten aanzien van reeds ingediende aanvragen.

Artikel 9 Beslissing op aanvraag basissubsidie

Het college beslist op een aanvraag om basissubsidie uiterlijk 31 december van het kalenderjaar.

Artikel 10 Beslissing op aanvraag activiteitensubsidie

Het college beslist op een aanvraag om een activiteitensubsidie vóór 1 maart, respectievelijk vóór 1 september voor de respectievelijke periodes april t/m september en oktober t/m maart.

Artikel 11 Weigeringsgronden

Onverminderd de weigeringsgronden opgenomen in de artikelen 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht kan de subsidieverlening in elk geval worden geweigerd indien naar het oordeel van het college er een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:

  • 1.

    de activiteiten niet of niet geheel passen binnen het vastgestelde gemeentelijk beleid;

  • 2.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die naar het oordeel van het college in strijd (kunnen) zijn met wet, algemeen belang, openbare orde, leefbaarheid en veiligheid;

  • 3.

    de instelling zelf in de kosten daarvan kan voorzien hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden of een combinatie daarvan, tenzij het college van oordeel is dat de activiteiten dermate in het gemeentelijk belang zijn dat van dit beleidsuitgangspunt kan worden afgeweken;

  • 4.

    de aanvraag niet past in het beleid op het terrein van de maatschappelijke zorg;

  • 5.

    de basissubsidie voorziet of kan voorzien in de kosten waarvoor een activiteitensubsidie wordt gevraagd.

Hoofdstuk 4: Verplichtingen van de verenigingen en instellingen

Artikel 12 Administratie en controle

De vereniging en instelling is verplicht tot:

  • 1.

    het bijhouden van een nauwkeurige en overzichtelijke leden-/ deelnemersadministratie, waarin minimaal opgenomen de namen, adressen en geboortedata;

  • 2.

    het bijhouden van een nauwkeurige en overzichtelijke financiële administratie, waarin ook zijn verwerkt de resultaten van aanpalende fondsenwerving (kantine, comité van bijstand, sponsoring, etc);

  • 3.

    het verstrekken van inlichtingen en/of inzage in de administratie aan leden van het college of aan een of meerdere door het college aan te wijzen ambtenaren.

  • 4.

    de administratie moet zodanig zijn ingericht dat de controle op een eenvoudige wijze kan worden uitgevoerd.

Artikel 13 Voorwaarden/beperkingen

Het college is te allen tijde bevoegd aanvullende dan wel bijzondere voorwaarden en/of beperkingen aan het verleende subsidie te verbinden. Redenen voor het gebruik maken van deze bevoegdheid kunnen gelegen zijn in door de raad vastgestelde algemene dan wel specifieke beleidsuitgangspunten.

Hoofdstuk 5: De subsidievaststelling

Artikel 14 Ledensubsidies en subsidies op basis van vaste bedragen

De basissubsidies aan verenigingen met leden worden vastgesteld met als peildatum het ledenaantal op 1 januari voorafgaande aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

Artikel 15 De subsidievaststelling

  • 1.

    Het college besluit direct tot vaststelling van een basissubsidie indien dit mogelijk is. Het stelt hiertoe jaarlijks een lijst op voor welke verenigingen of instellingen deze procedure geldt.

  • 2.

    In de gevallen waarin een basissubsidie niet direct kan worden vatgesteld, wordt een voorschot verstrekt. Definitieve vaststelling vindt plaats op basis van een afrekening die vóór 1 april van het jaar volgend op het subsidiejaar wordt ingediend.

  • 3.

    Het college besluit direct tot vaststelling van een activiteitensubsidie. Indien een bedrag van meer dan € 1.000 is toegekend dient de vereniging of instelling binnen 6 weken na de activiteit een inhoudelijk en financieel verslag in.

Hoofdstuk 6: Bijzondere subsidievormen

Artikel 16 Samenwerking / fusie tussen verenigingen

In voorkomende gevallen kan het college een eenmalige subsidie verstrekken ter ondersteuning van de bemoeienissen van een aantal verenigingen om te komen tot een fusie. Per geval wordt bekeken wat een reële bijdrage is. Deze zal echter nooit hoger zijn dan een jaarsubsidie van de kleinste vereniging die aan het proces deelneemt.

Hoofdstuk 7: Slotbepalingen

Artikel 17 Ontheffing

Het college kan al dan niet op verzoek van een vereniging of instelling van een of meer bepalingen van deze verordening ontheffing verlenen.

Artikel 18 Overgangsrecht

Aanvragen die zijn ingediend voor de datum van inwerkingtreding van deze verordening worden behandeld volgens deze verordening tenzij het college anders bepaalt.

Artikel 19 Hardheidsclausule

Het college heeft de bevoegdheid om in bijzondere situaties af te wijken van deze regeling.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2004 en geldt vanaf het subsidiejaar 2004.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening kan aangehaald worden als "Algemene subsidieverordening gemeente Beek 2004".

Aldus besloten door de raad der gemeente Beek in zijn openbare vergadering van 5 februari 2004, gewijzigd in zijn vergadering van 6 december 2005 en 14 december 2006.

De raadsgriffier, De voorzitter,

drs. G.H.M. Erven drs. A.M.J.Cremers