Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2017

Geldend van 01-01-2020 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2017

DE RAAD VAN DE GEMEENTE BEEK;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016;

gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende:

"Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2017".

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    perceel: een gebouwde onroerende zaak –of gedeelte ervan- dat blijkens zijn indeling bestemd is om als afzonderlijk geheel door een particuliere huishouding te worden gebruikt en ook als zodanig wordt gebruikt;

  • -

    ‘gebruik maken’: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.

  • -

    kalenderjaar: een tijdvak van twaalf kalendermaanden beginnende op 1 januari;

  • -

    kalenderhalfjaar: een tijdvak van zes kalendermaanden beginnende op 1 januari of 1 juli;

  • -

    (verzamel-)container en/of emmer: een ten behoeve van de inzameling van huishoudelijk afval door of vanwege de gemeente per perceel of per groep van percelen ter beschikking gesteld of geplaatst inzamelmiddel.

Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

  • 2. De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan, ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer, een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt degene die naar omstandigheden beoordeeld, al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht, gebruik maakt van een perceel

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Deze maatstaven en tarieven worden vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.

Artikel 5 Belastingtijdvak

  • 1. Met betrekking tot de belasting die per belastingjaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de belasting die per kilogram én per lediging/inworp wordt geheven is het belastingtijdvak gelijk aan een kalenderhalfjaar.

  • 3. Het eerste belastingtijdvak gaat in op de datum van ingang van de heffing

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting als bedoeld in de hoofdstukken 1.1 en 1.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.

  • 1. De belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. De belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.2 van de tarieventabel, is verschuldigd na afloop van het belastingtijdvak.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting, als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voordat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat, voor de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 5. Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen als bedoeld in hoofdstuk 1.1. van de tarieventabel bij deze Verordening Afvalstoffenheffing worden betaald:

    • a.

      Bij niet-automatische incassoIn twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede een maand later.

    • b.

      Bij automatische incasso:in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen tenminste vier en maximaal tien bedraagt.

  • 2. In afwijking van het eerste lid onder b geldt, dat de aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke betaaltermijnen, ingeval het totaalbedrag van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar een aanslag bevat, het bedrag van deze aanslag hoger is dan € 20.000. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede termijn een maand later;

  • 3. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen als bedoeld in hoofdstuk 1.2 van de tarieventabel bij deze Verordening Afvalstoffenheffing worden betaald binnen een maand na dagtekening van de aanslag dan wel bij automatische betalingsincasso in twee termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt een maand na dagtekening en de tweede termijn een maand later.

  • 4. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.

Artikel 10 Geen kwijtschelding

Bij de invordering van de afvalstoffenheffing kan alleen voor de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1, onderdeel 1.1.1, van de tarieventabel gehele of gedeeltelijke kwijtschelding worden verleend, indien de belasting niet anders dan met buitengewoon bezwaar kan worden betaald.

Artikel 11 Overgangsrecht

De “Verordening Afvalstoffenheffing 2016” van 17 december 2015 , wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening afvalstoffenheffing 2017.

Ondertekening

Beek,  8 december 2016
GEMEENTERAAD,
Guliël Erven
Raadsgriffier
Christine van Basten-Boddin
Voorzitter

Tarieventabel Afvalstoffenheffing 2020 behorende bij de Verordening Afvalstoffenheffing 2017

Het College van burgemeester en wethouders van Beek;

Gelet op artikel 4 lid 2 van de Verordening Afvalstoffenheffing gemeente Beek 2017;

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende:

"Tarieventabel Afvalstoffenheffing 2020 bij de Verordening Afvalstoffenheffing 2017”

ALGEMEEN

De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze is verschuldigd.

MAATSTAVEN EN TARIEVEN AFVALSTOFFENHEFFING

HOOFDSTUK 1.1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing

1.1.1

De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:

€ 155,44

 

 

 

1.1.2

De belasting als bedoeld in onderdeel 1.1.1 wordt vermeerderd voor het op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, in bruikleen hebben van:

 

1.1.2.1

een éxtra container van 240 liter (restafval):

€ 59,50

 

1.1.2.2

een éxtra container van 140 liter (gft-afval):

€ 59,50

 

1.1.2.3

een éxtra emmer:

€ 30,00

   

HOOFDSTUK 1.2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing.

  

1.2.1

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor groente-, fruit- en tuinafval:

 

1.2.1.1

welke periodiek in een container wordt ingezameld, per kilogram:

€ 0,10

1.2.1.2

vervallen:

Vervallen

1.2.1.3

welke periodiek in een dubbele verzamelcontainer in het compartiment uitsluitend bestemd voor 60 liter zakken wordt ingezameld, per inworp:

€ 1,49

1.2.1.4

welke periodiek in een dubbele verzamelcontainer in het compartiment uitsluitend bestemd voor 30 liter zakken wordt ingezameld, per inworp:

€ 0,75

 

 

 

1.2.2

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor restafval:

 

1.2.2.1

welke periodiek in een container wordt ingezameld, per kilogram:

€ 0,26

1.2.2.2

vervallen:

Vervallen

1.2.2.3

welke periodiek in een dubbele verzamelcontainer in het compartiment uitsluitend bestemd voor 60 liter zakken wordt ingezameld, per inworp:

€ 1,49

1.2.2.4

welke periodiek in een dubbele verzamelcontainer in het compartiment uitsluitend bestemd voor 30 liter zakken wordt ingezameld, per inworp:

€ 0,75

1.2.2.5

per lediging van de container of emmer:

€ 0,80

 

 

 

1.2.3

Indien de gemeente buiten haar schuld – om wat voor reden dan ook – niet kan beschikken over de informatie die nu de basis vormt voor de gemeentelijke heffing, is de gemeente gerechtigd middels een forfaitaire heffing toch de kosten bij de aanbieder van het huishoudelijk afval in rekening te brengen indien de dienstverlening toch heeft plaatsgevonden. De gebruikelijke heffingsgrondslag vervalt voor de duur van deze forfaitaire heffing.

 

  

HOOFDSTUK 1.3 Medische indicatie

  • 1.3.1 Aan mensen met een medische indicatie (incontinentie- en stomapatiënten) wordt een tegemoetkoming in het extra afvalaanbod verstrekt volgens de volgende bepalingen:

    • a.

      Voor eenpersoonshuishoudens geldt, voor zover het aangeboden afval 58 kg per halfjaar te boven gaat, een tegemoetkoming gelijk aan het nog te betalen bedrag met een maximum bedrag per halfjaar van: € 37,30

    • b.

      Voor meerpersoonshuishoudens geldt, voor zover het aangeboden afval 167,5 kg per halfjaar te boven gaat, een tegemoetkoming gelijk aan het nog te betalen bedrag met een maximum bedrag per halfjaar per geïndiceerd persoon van: € 37,30

    • c.

      Bij mutaties (aanvraag/beëindiging) gedurende het heffingstijdvak wordt de tegemoetkoming herleid tot maandbedrag.

    • d.

      Het tarief voor een eventuele extra container/emmer wordt vrijgesteld.

    • e.

      Voor de bepaling van het huishoudtype geldt als peildatum de eerste dag van het heffingstijdvak (1 januari en 1 juli)

 

  • 1.3.2 Om voor een tegemoetkoming medische indicatie in aanmerking te komen dient belanghebbende bij de eerste aanvraag en bij elke wijziging van de situatie waarvoor de medische indicatie is aangevraagd een aanvraagformulier in te vullen en onder overlegging van een actuele medische verklaring (van apotheek, huisarts, behandelend specialist of ziekenfonds) bij het college van burgemeester en wethouders in te dienen.

HOOFDSTUK 1.4 Milieupark tarieven

 

Prijs per kg

Aantal kg per m3 (*)

Prijs per m3

Asbest

€ 0,20

300

€ 60,00

Grof restafval

€ 0,20

300

€ 60,00

puin

€ 0,08

1.000

€ 80,00

A/B/C hout

€ 0,08

333

€ 26,65

(*) Bij de bepaling van het aantal kilogram per kubieke meter afval is uitgegaan van het soortelijk gewicht van de afvalstroom uitgaande van een verdichting van het afval van 50%, aangezien de afvalstromen los op aanhangers worden aangeleverd (geen massieve m3).

Het minimumtarief dat per milieuparkbezoek in rekening wordt gebracht bedraagt € 2,00.

HOOFDSTUK 2 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 2.1 De “Tarieventabel Afvalstoffenheffing 2019” van 6 november 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.2 Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.3 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

  • 2.4 Dit besluit kan worden aangehaald als “Tarieventabel Afvalstoffenheffing 2020”.

Beek, 22-10-2019

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN BEEK,

Ron de Louw

Gemeentesecretaris

Christine van Basten-Boddin

Burgemeester