Lokale aanvullende regeling in het kader van het Individuele Keuze Budget CAR-UWO

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Lokale aanvullende regeling in het kader van het Individuele Keuze Budget CAR-UWO

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN BEEK;

gelet op het bepaalde in de artikelen 4.1 tot en met 4.6 van de Cao Gemeenten”;

gelet op het overeenstemmingsvereiste van de commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 20 november 2019;

B E S L U I T E N

vast te stellen de volgende

“LOKALE AANVULLENDE REGELING IN HET KADER VAN HET INDIVIDUEEL KEUZEBUDGET CAO GEMEENTEN”.

Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

Belanghebbende : de werknemer in dienst op grond van een arbeidsovereenkomst op basis van artikel 1.1 Cao Gemeenten .

Bronnen: de zaken waaruit het IKB wordt opgebouwd conform artikel 4:2 Cao Gemeenten;

Deelnemer: belanghebbende welke gebruik maakt van deze aanvullende regeling.

Doelen: de zaken waarmee het opgebouwde IKB kan worden ingezet conform artikel 4.3 Cao Gemeenten;

IKB:Individueel KeuzeBudget conform artikelen 4.1 t/m 4.6 Cao Gemeenten;

Reiskosten: noodzakelijk te maken kosten voor het dagelijks heen en weer reizen tussen woon- en werkplaats

Sportabonnement: de kosten voor het abonnement van de sportinstelling;

Vakbondslid : een als vakbondslid geregistreerde werknemer;

Vakbondscontributie: het bedrag dat een werknemer op jaarbasis moet voldoen ten behoeve van het vakbondslidmaatschap.

Werkgever:het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beek.

Werkplaats:het gemeentehuis of het bedrijfsgebouw

Werkplek: de werkplek thuis, bijvoorbeeld een kantoor, werkkamer of studeerkamer in de woning van de werknemer;

Werkplekinrichting : de inrichting van de werkplek, voor zover het een doelmatige zitgelegenheid, een doelmatig werkblad c.q. doelmatige werktafel alsmede (voorzieningen voor) een doelmatige kunstverlichting conform Arbeidsomstandighedenbesluit betreft.

Doelstelling

Deze aanvullende regeling regelt de lokale bronnen en doelen die de werkgever conform artikelen 4.2 en 4.3 Cao Gemeenten aan het IKB kan toevoegen.

Bronnen

De werkgever hanteert geen bronnen c.q. uitruilmogelijkheden binnen het IKB, anders dan de bronnen zoals vastgelegd in de artikel 4.2 Cao Gemeenten.

Doelen

De belanghebbende kan binnen het IKB naast de doelen zoals vastgelegd in de artikelen 4.3 Cao Gemeenten onderstaande doelen inzetten:

1. Het kopen van een fiets;

2. Het financieren van de vakbondscontributie;

3. Het kopen van een werkplekinrichting;

4. Het financieren van de vaste vergoeding reiskosten woon-werk-verkeer;

5. Het financieren van het sportabonnement.

Ad 1. Fiets

1. De belanghebbende kan het IKB conform geldende fiscale regelgeving 1 keer per 3 kalenderjaren inzetten voor het aankopen van:

- een fiets (maximale cataloguswaarde € 749)

- een fietsverzekering

- accessoires, reparatie en onderhoud (max € 82 per kalenderjaar)

2. Het bedrag dat belanghebbende inzet in het IKB is in geen enkel geval hoger dan de in voorgaand lid van dit artikel aangegeven maximumbedragen.

Ad 2 Vakbondscontributie

1. De belanghebbende kan het IKB conform geldende fiscale regelgeving inzetten voor het financieren van de jaarlijkse vakbondscontributie.

2. Het bedrag dat belanghebbende inzet in het IKB is gelijk aan het bedrag van de voor dat jaar gelden de vakbondscontributie.

Ad 3 Werkplekinrichting

1. De belanghebbende kan het IKB conform geldende fiscale richtlijnen 1 keer per 5 kalenderjaren inzetten voor het kopen van een werkplekinrichting thuis.

2. Het bedrag dat belanghebbende inzet in het IKB is in geen enkel geval hoger dan het maximale toegestane fiscale bedrag (in 2020: maximaal € 1.815 inclusief BTW verspreid over 5 kalenderjaren)

3. De werknemer werkt tenminste één maal per week gedurende de gebruikelijke werktijd, zonder dat naar de arbeidsplaats buiten de woning wordt gereisd, voor de vervulling van zijn dienstbetrekking vanuit de werkplek met behulp van telematica, zoals telefoon of computer.

4. De inrichting van de werkplek voldoet aan de eisen gesteld in de Arbowet:

- de omgeving waarin beeldschermwerk wordt verricht, alsmede de inrichting van de werkplek, de apparatuur en het meubilair moeten voldoen aan ergonomische eisen, zodoende de arbeid zoveel mogelijk zittend op ergonomische wijze kan worden verricht; de werknemer heeft hiervoor een doelmatige zitgelegenheid en een doelmatig werkblad of een doelmatige werktafel tot zijn beschikking;

- op de arbeidsplaats zijn de nodige voorzieningen voor een doelmatige kunstverlichting aanwezig.

Ad. 4 Reiskosten woon-werk-verkeer

1. De belanghebbende die doorgaans op jaarbasis naar één of meer vaste werkplaatsen met een vervoermiddel reist, kan het IKB conform geldende fiscale regelgeving in het kader van het woon-werk-verkeer inzetten voor een onbelaste tegemoetkoming (zgn. vaste reiskostenvergoeding) ongeacht op welke wijze de deelnemer de afstand overbrugt.

2. De belanghebbende is er voor verantwoordelijk dat veranderingen in de vaste reiskostenvergoeding als gevolg van bijvoorbeeld verhuizing of wijzigingen in het werktijdenpatroon van de deelnemer correct worden gemuteerd.

3. De hoogte van de onbelaste tegemoetkoming voor de vaste reiskostenvergoeding is gebaseerd op het bedrag per kilometer op grond van artikel 15b van de Wet op de loonbelasting en is afhankelijk van de enkele reisafstand woning-werk én het aantal dagen waarop de afstand wordt afgelegd.

De hoogte van de tegemoetkoming wordt berekend aan de hand van onderstaande factoren:

a. aantal reguliere werkdagen per jaar: 214 (hierbij is reeds rekening gehouden met een reisonderbreking i.v.m. bijvoorbeeld incidenteel thuiswerken, ziekte, vakantie);

b. de totale reisafstand, dat wil zeggen heen en terug, bedraagt maximaal 150 kilometer per dag. De hoogte van het belastingvrije bedrag is afhankelijk van het aantal kilometers en het aantal werkdagen waarop deze kilometers worden afgelegd.

c. de werknemer reist op minstens 70% van de gewerkte dagen naar de vaste arbeidsplaats (150 van de 214 dagen).

d. per kilometer mag een bedrag van € 0,19 belastingvrij worden uitgeruild. De hoogte van het belastingvrije bedrag is afhankelijk van het aantal kilometers en het aantal werkdagen waarop deze kilometers worden afgelegd.

De toegestane vaste reiskostenvergoeding is op jaarbasis: 214 x factor b x € 0,19.

Deeltijd

Voor een werknemer die in deeltijd werkt, kan deze praktische regeling naar evenredigheid worden toegepast. Als een werknemer in deeltijd bijvoorbeeld doorgaans drie dagen per week naar een vaste arbeidsplaats reist, dient de uitkomst van de berekening met factor 0,6 (3/5) te worden vermenigvuldigd.

Langere reisafstanden

Indien de enkele reisafstand woning-werk meer dan 75 kilometer per dag bedraagt, dan zal uiterlijk in de maand januari van het jaar volgende op dat waarover de tegemoetkoming is toegekend, een nacalculatie plaatsvinden op basis van het daadwerkelijk aantal verreden kilometers.

4. Het bedrag dat belanghebbende inzet in het IKB is gelijk aan het bedrag zoals aangegeven in voorgaand lid van dit artikel.

5. De enkele reisafstand woning-werk is de afstand van “deur tot deur”. De afstand wordt gemeten langs de meest gebruikelijke weg voor het vervoermiddel dat de werknemer gebruikt.

6. Het aantal dagen waarop de afstand woning-werk wordt afgelegd is overeenkomstig het individueel vastgestelde werktijdenpatroon.

7. De hoogte van de onbelaste vaste reiskostenvergoeding blijft gehandhaafd tijdens kortstondige afwezigheid. Van kortstondige afwezigheid is sprake als een afwezigheid van maximaal zes aaneensluitende weken in redelijkheid is te verwachten.

8. Op het moment dat een langdurige afwezigheid in redelijkheid is te voorzien, wordt de vaste reiskostenvergoeding de lopende en de eerstvolgende kalendermaand nog onbelast uitbetaald. Daarna is een onbelaste vaste reiskostenvergoeding pas weer toegestaan per de eerste van de maand volgende op de maand van herstel.

Ad 5 Sportabonnement

1. De belanghebbende kan het IKB conform geldende fiscale richtlijnen inzetten voor het uitruilen van het sportabonnement.

2. Het bedrag dat belanghebbende inzet in het IKB is in geen enkel geval hoger dan het maximale toegestane fiscale bedrag (maximaal € 300 per jaar).

Overige

1. Betalingsbewijzen en/of facturen van de aangekochte fiets of werkplekinrichting, de betaalde vakbondscontributie danwel het sportabonnement worden door de belanghebbende bewaard.

2. De werkgever aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade en/of diefstal aan de belanghebbende, aan hem toebehorende zaken en/of schade aan derden, die voortvloeit uit het gebruik, uit gebreken en/of schade die anderszins verband houden met de aangekochte c.q. betaalde zaken vanuit het IKB.

3. Schade en/of diefstal van de vanuit het IKB aangekochte c.q. betaalde zaken ontheft de belanghebbende niet van de verplichting tot betaling.

4. Indien de belanghebbende gedurende de looptijd van een van de IKB-regelingen uit dienst gaat, vindt er indien aan de orde een verrekening plaats van de resterende termijn.

5. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, treft de werkgever een voorziening.

6. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2020.

Met ingang van de genoemde datum vervalt de Lokale aanvullende regeling in het kader van het Individuele Keuze Budget CAR-UWO vastgesteld op 26 februari 2018.

Ondertekening

Beek,

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN BEEK,

Ron de Louw Christine van Basten-Boddin

Gemeentesecretaris Burgemeester