Regeling vervallen per 01-07-2014

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN GEMEENTE BEESEL

Geldend van 01-07-2014 t/m 30-06-2014

Intitulé

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN GEMEENTE BEESEL

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Beesel;

Ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

Gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

Besluiten vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN GEMEENTE BEESEL

HOOFDSTUK I Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    wet: Algemene wet bestuursrecht

HOOFDSTUK II Behandeling van de bezwaarschriften

Paragraaf 1 De commissie

Artikel 2

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie is niet bevoegd t.a.v. bezwaarschriften op het gebied van:

    • a.

      belastingzaken;

    • b.

      besluiten genomen door de Stichting Uitvoeringsinstelling Sociale Zekerheid voor Overheid en Onderwijs (USZO) te Heerlen ter zake van het toekennen, weigeren, intrekken dan wel terug- of invorderen van suppletie op grond van de suppletieregeling gemeente Beesel, alsmede ter zake van andere besluiten genomen op grond van de voornoemde regeling.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en tenminste twee leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. Het college benoemt een genoegzaam aantal plaatsvervangende leden.

  • 4. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan in Beesel.

  • 5. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4

  • 1. De commissie bestaat uit:

    • a.

      een “enkelvoudige” kamer en

    • b.

      twee “meervoudige” kamers.

  • 2.

    • a.

      De in lid 1, onder letter a, vermelde “enkelvoudige” kamer bestaat uit de voorzitter zoals genoemd in artikel 3.

    • b.

      Deze kamer behandelt uitsluitend bezwaar- en beroepschriften ten aanzien waarvan op grond van het gestelde in artikel 7:3 en 7:17 van de wet, wordt afgezien van het horen van belanghebbende(n).

  • 3. De in lid 1 onder b vermelde “meervoudige” kamers zijn:

    • a.

      De “meervoudige” P&O-kamer bezwaar- en beroepschriften betreffende personeelsaangelegenheden;

    • b.

      De “meervoudige” (rest-)kamer bezwaar- en beroepschriften gericht tegen alle overige besluiten van enig gemeentelijk bestuursorgaan.

  • 4. De in het derde lid vermelde “meervoudige” kamers bestaan uit:

    • a.

      Een voorzitter zoals vermeld in artikel 3 en

    • b.

      Tenminste twee leden zoals vermeld in artikel 3.

  • 5. De voorzitter als bedoeld in artikel 3 kan beslissen dat de behandeling van bezwaar- en beroepschriften ten aanzien waarvan op grond van het gestelde in artikel 7:3 en artikel 7:17 van de wet, is afgezien van het horen van belanghebbende(n) door één van de meervoudige kamers als bedoeld in lid 1, onder b zal geschieden.

Artikel 5 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door de gemeentesecretaris aangewezen ambtenaar.

  • 2. De gemeentesecretaris wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de gemeenteraad.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Paragraaf 2 Procedure

Artikel 7 Ingediend bezwaar- of beroepschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 8 Overdracht bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de wet worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • -

    2:1, tweede lid,

  • -

    6:6, voor wat betreft het de indiener stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet voldoen aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet, kan worden hersteld,

  • -

    6:17, voor zover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie,

  • -

    7:4, tweede lid,

  • -

    7:6, vierde lid.

Artikel 9 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is in verband met de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij derden/deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen.

    Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist.

Artikel 10 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van de artikelen 7:3 van de wet.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van de in het tweede lid genoemde artikelen besluit van het horen af te zien doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 11 Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval twee weken voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste, tweede en derde lid.

Artikel 12 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat tenminste twee leden, waaronder in ieder geval de voorzitter dan wel zijn plaatsvervanger, aanwezig zijn.

Artikel 13 Niet deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 14 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 15 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en overigens ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 16 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de commissie dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze regeling, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17 Beraadslaging en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

  • 2.

    • a.

      De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    • b.

      Indien bij een stemming de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter.

    • c.

      Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

  • 3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 18 Uitbrengen advies

  • 1. Het advies wordt, onder meezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

HOOFDSTUK III Slotbepalingen

Artikel 19 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na die waarop het bekend is gemaakt en vervangt de “Regeling behandeling bezwaarschriften gemeente Beesel”.

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Beesel 2005”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de Raad van Beesel in zijn openbare vergadering van 21 november 2005
mr. M.J.H. van der Burgt drs. L.M. Oord
plv. griffier burgemeester