Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Berg en Dal 2020

Geldend van 21-03-2020 t/m 31-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2020

Intitulé

Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Berg en Dal 2020

De raad van de gemeente Berg en Dal;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 december 2019;

gelet op de artikelen 95, tweede en vierde lid, en 96, eerste en derde lid, 97 en 99 van de Gemeentewet;

gelet op de artikelen 3.1.1, vijfde lid, 3.1.3, eerste lid, 3.1.4, eerste lid, 3.1.8, eerste lid, 3.1.9, eerste lid en 3.4.2 van het Besluit rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers (Stb. 2018, 386) en artikel 3.1 van de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers (Stcrt. 2018, 66006);

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Berg en Dal 2020.

Artikel 1 Definitiebepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Commissielid: lid van een commissie als bedoeld in de artikelen 82, 83 en 84 van de Gemeentewet, dat niet tevens raadslid is of ambtenaar die als zodanig tot lid van een commissie is benoemd; Hieronder vallen ook de carrouselleden.

  • b.

    Griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

  • c.

    Raadslid: lid van de gemeenteraad.

Artikel 2 Toelage raadslid onderzoekscommissie

Een raadslid dat lid is van een onderzoekscommissie als bedoeld in artikel 155a, derde lid, van de Gemeentewet wordt voor de duur van de activiteiten van die commissie ten laste van de gemeente een toelage toegekend. De hoogte van de toelage wordt bij verordening bepaald.

Artikel 3 Reis- en verblijfkosten raads- en commissieleden voor reizen buiten de gemeente

  • 1. Voor reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur als bedoeld in artikel 97 Gemeentewet worden aan een raads- of commissielid vergoed:

    • a.

      De kosten voor het gebruik van openbaar vervoer;

    • b.

      Bij gebruik van een eigen vervoermiddel het maximumbedrag dat door een werkgever aan een werknemer per afgelegde kilometer onbelast kan worden verstrekt conform de kortst mogelijke route gerekend vanaf het woonadres van het raadslid of commissielid;

    • c.

      Bij gebruik van een eigen auto tevens de parkeer-, veer- en tolkosten;

    • d.

      De noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten.

  • 2. Boetes en naheffingsaanslagen voor parkeren worden niet vergoed.

  • 3. Als een raadslid of commissielid een tijdelijke functionele beperking heeft, kan voor reizen als bedoeld in het eerste lid, een voor de beperking geschikte vervoersvoorziening worden vergoed of ter beschikking gesteld.

Artikel 4 Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden

  • 1. Een raads- of commissielid dat wil deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing in verband met de vervulling van zijn functie als bedoeld in artikel 3.3.3 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers, dient daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 2. Deze aanvraag gaat vergezeld van stukken met inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3. De griffier beslist op de aanvraag op basis van de overgelegde stukken en legt hierover verantwoording af in het Presidium.

Artikel 5 Informatie- en communicatievoorzieningen raads- en commissieleden

  • 1. Een raads- of commissielid tekent een bruikleenovereenkomst wanneer hem ten laste van de gemeente voor de duur van de uitoefening van zijn functie een i-Pad met hoes/toetsenbord ter beschikking wordt gesteld.

  • 2. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

  • 3. Een raads- of commissielid levert na beëindiging van zijn functie de ter beschikking gestelde i-Pad compleet in bij de griffie/gemeente.

Artikel 6 Betaling en declaratie van onkosten

  • 1. Tenzij het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers of de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers anders bepalen, vindt de betaling van kosten die op grond van deze verordening voor vergoeding of tegemoetkoming in aanmerking komen plaats door:

    • a.

      betaling uit gemeentelijke middelen, op basis van een rechtstreeks aan de gemeente toegezonden factuur,

    • b.

      betaling vooruit uit eigen middelen of

    • c.

      betaling ten laste van de gemeentelijke creditcard.

  • 2. De declaratie van de kosten die uit eigen middelen vooruit zijn betaald en de vergoeding van reiskosten met de eigen auto vindt plaats door gebruikmaking van het declaratieformulier met de bewijsstukken die hierop betrekking hebben.

  • 3. Het declaratieformulier en de bewijsstukken worden uiterlijk 1 maand na afloop van een kalenderjaar, gedateerd en ondertekend door het raads- of commissielid ingediend bij de griffier.

  • 4. Betaling aan raads- of carrouselleden vindt binnen 2 maanden na het indienen van de aanvraag plaats.

Artikel 7 Intrekking oude verordening

De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Groesbeek van 25 juni 2015 wordt per 1 januari 2020 ingetrokken.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2020.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Berg en Dal 2020.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Berg en Dal op 30 januari 2020,

De raadsgriffier plv,

E. Jonkman

De voorzitter,

mr. M. Slinkman

Toelichting

Artikel 1

Commissies waarvoor raadsleden een aparte vergoeding kunnen krijgen zijn:

  • -

    De vertrouwenscommissie voor benoeming van de burgemeester; De vergoeding wordt geregeld in de verordening waarbij de commissie wordt ingesteld. In Berg en Dal is nimmer een vergoeding toegekend aan leden van deze commissie.

  • -

    Een rekenkamercommissie waar raadsleden in zitten. In de vorige raadsperiode was dit het geval. Nu is gekozen voor een commissie met externe leden. De vergoeding voor de externe leden is geregeld in de verordening op de rekenkamercommissie.

  • -

    Een eventueel in te stellen onderzoekscommissie (artikel 2).

  • -

    De carrousel is gebaseerd op een van de genoemde artikelen van de Gemeentewet. Niet-raadsleden krijgen een vergoeding voor deelname aan de carrouselvergaderingen.

Artikel 2 Toelage raadslid onderzoekscommissie

De toelage is per jaar maximaal driemaal de maandelijkse vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Het gaat hierbij om een raadscommissie die een onderzoek instelt naar het door het college gevoerde bestuur.

Artikel 3 Dienstreizen

Raads- en commissieleden kunnen de kosten van dienstreizen declareren. Dit is gebaseerd op artikel 97 Gemeentewet. Belangrijk criterium is wel dat het moet gaan om reizen in opdracht van de raad. Voorbeelden: de vergaderingen van de Euregio waarin twee vertegenwoordigers zijn benoemd en de agendacommissie van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling. De vergoeding bedraagt nu 0,28 per km. Landelijke aanpassing van dit bedrag wordt gevolgd.

Artikel 4 Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden

Onder commissieleden vallen ook de carrouselleden.

Artikel 5 Informatie- en communicatievoorzieningen raads- en commissieleden

Onder commissieleden vallen ook de carrouselleden.