Beleidsregel kledinginzameling

Het college van burgemeester en wethouders van Bergeijk;

gelet op het bepaalde in artikel 5.13 van de Algemene Plaatselijke Verordening;

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

overwegende dat voor het inzamelen van kleding en/of schoeisel een vergunning ingevolge de APV vereist is;

dat het wenselijk is een uniform toetsingskader te formuleren op welke wijze vergunningaanvragen worden beoordeeld;

Dat uit een oogpunt van effectiviteit van de kledinginzameling en ter voorkoming van overlast het wenselijk het aantal inzamelingen jaarlijks te maximaliseren.

Dat het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) adviseert terughoudend te zijn met het aantal te verlenen vergunningen voor het huis aan huis inzamelen van kleding.

Dat op grond van ervaring kan worden vastgesteld dat 4 inzamelingen per jaar, gespreid over het kalender jaar als voldoende kan worden aangemerkt;

dat uit een oogpunt van rechtszekerheid het wenselijk is criteria te formuleren op welke wijze ‘spaarzame’ vergunningen worden verdeeld;

besluit vast te stellen:

Beleidsregel kledinginzameling

• 1.

  Er worden per jaar maximaal 4 vergunningen verleend, per kwartaal 1;

• 2.

  Aanvragen voor een vergunning moeten zijn ingediend vóór 1 november voorafgaande aan het jaar waarvoor de vergunning wordt aangevraagd;

• 3.

  Bij de aanvraag dient te worden vermeld: de naam van de organisatie, het charitatieve doel van de organisatie, de periode waar de aanvraag betrekking op heeft en op welke dag men kleding wil inzamelen.

• 4.

  Als er meer dan 4 vergunning aanvragers zijn worden de vier vergunningen verleend volgens het volgende systeem:

  • a.

    Inzamelaars die inzamelen voor een gemeentelijk doel gaan voor op inzamelaars voor een regionaal / landelijk of internationaal doel;

  • b.

    Lokale inzamelaars gaan voor regionale / landelijke inzamelaars;

  • c.

    Regionale / landelijke aanvragers moeten in het bezit zijn van een keurmerk van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF);

  • d.

    Vergunning verlening aan de regionale / landelijke aanvrager(s)vindt plaats aan de inzamelaar(s) die in het jaar voorafgaande aan de vergunningverlening de meeste kilo’s kleding heeft ingezameld. Daarbij wordt uitgegaan van de gegevens zoals die zijn opgenomen in de door het CBF uitgegeven “Mededelingen Kledinginzameling” van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de vergunning wordt aangevraagd.