Regeling vervallen per 01-01-2012

Voorschriften betreffende de aanwijzing van de archiefbewaarplaats, het beheer van de archiefbewaarplaats, het beheer van de documenten van de gemeentelijke organen, voor zover deze documenten niet zi

Geldend van 01-06-2008 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 08-03-2006

Intitulé

Voorschriften betreffende de aanwijzing van de archiefbewaarplaats, het beheer van de archiefbewaarplaats, het beheer van de documenten van de gemeentelijke organen, voor zover deze documenten niet zi

Besluit Informatiebeheer gemeente Bergen 2008(geconsolideerde tekst)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen

Gelet op artikel 7 van de Archiefverordening gemeente Bergen 2008

B e s l u i t e n :

Vast te stellen navolgende Voorschriften betreffende de aanwijzing van de archiefbewaarplaats, het beheer van de archiefbewaarplaats, het beheer van de documenten van de gemeentelijke organen, voor zover deze documenten niet zijn overgebracht naar een archief-bewaarplaats.

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1

  • 1 Dit besluit verstaat onder:a. archiefverordening : de in de artikelen 30, eerste lid, 32, tweede lid van de wet bedoelde verordening, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 16 mei 2000;b. de archiefbewaarplaats: : de overeenkomstig artikel 31 van de wet aangewezen archiefbewaarplaats;c. documenten : de in de wet in artikel 1, onder c, bedoelde archiefbescheiden, voorzover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats;d. beheer van documenten : het treffen van maatregelen en het aanbrengen van voorzieningen, die nodig zijn om documenten in goede orde, geordende en toegankelijke staat te brengen en te bewaren;e. informatiebestand : documenten, waarin een bepaalde fysieke of logische ordening gebracht is, of met een bestaand hulpmiddel gebracht kan worden;f. informatievoorziening : het geheel van handelingen, samenhangend met de voorziening, inrichting en het beheer van informatie-systemen en documenten;g. de regeling : de Ministeriële regeling geordende en toegankelijke staat archiefbescheiden. 

  • 2 De regeling is mede van toepassing op documenten die ingevolge de voor de gemeente geldende selectielijst voor vernietiging in aanmerking komen, tenzij waar dit in dit besluit anders is bepaald.

Hoofdstuk II DE ARCHIEFBEWAARPLAATS

Artikel 2

De in artikel 31 van de wet bedoelde archiefbewaarplaats is de bewaarplaats die zich bevindt in de kelder van het gemeentehuis.

Artikel 3

Onder de bevelen van burgemeester en wethouders is de gemeentesecretaris belast met het beheer van de in de archiefbewaarplaats berustende archiefbescheiden en documentaire verzamelingen. Burgemeester en wethouders kunnen ter ondersteuning van de secretaris een deskundige aanwijzen, die in het bezit is van een diploma archivistiek als bedoeld in artikel 22 van de wet.

Artikel 4

De gemeentesecretaris is bevoegd om in de archiefbewaarplaats archiefbescheiden en documentatie op te nemen afkomstig van particuliere organisaties of personen, indien dit voor de kennis van de lokale of regionale geschiedenis van belang kan worden geacht.

Artikel 5

  • 1 Voor zover wettelijke voorschriften of voorwaarden bij de opneming in de archiefbewaarplaats gesteld, zich daartegen niet verzetten, verricht de gemeentesecretaris desgevraagd onderzoek in de door hem beheerde archiefbescheiden en documentaire verzamelingen ten behoeve van gemeentelijke organen. Hij verstrekt daaruit op hun verzoek gegevens alsmede afbeeldingen, afschriften, uittreksels of bewerkingen.

  • 2 Voor zover wettelijke voorschriften of voorwaarden bij de opneming in de archiefbewaarplaats gesteld, zich daartegen niet verzetten, is de gemeentesecretaris bevoegd ten behoeve van derden onderzoek te doen in de archiefbewaarplaats berustende archieven en verzamelingen. Hij verstrekt daaruit aan een ieder die zulks verzoekt afbeeldingen, afschriften, uittreksels of bewerkingen.

  • 3 De kosten voor het verstrekken van afbeeldingen, afschriften, uittreksels en bewerkingen van of uit archiefbescheiden die berusten in de archiefbewaarplaats alsmede voor onderzoekingen en andere werkzaamheden op verzoek van derden door of vanwege de gemeentesecretaris verricht, worden aan de verzoeker in rekening gebracht volgens een door de gemeenteraad bij verordening vastgesteld tarief. Alvorens de hier bedoelde werkzaamheden een aanvang nemen wordt de verzoeker van dit tarief op de hoogte gesteld.

Artikel 6

Wij kunnen nadere regels stellen omtrent de raadpleging van de archiefbescheiden en het beheer van de ruimten waarin deze ter beschikking worden gesteld.

Artikel 7

De gemeentesecretaris brengt eenmaal per twee jaar verslag uit aan burgemeester en wethouders over het door hem gevoerde beheer van de archiefbewaarplaats.

Hoofdstuk III Verantwoordelijkheid.

Artikel 8

Als beheerseenheden worden in verband met dit besluit de volgende organisatieonderdelen aangemerkt.- de secretarie der gemeente- de gemeentelijke ondernemingsraad- de griffie 

Artikel 9

Het hoofd van de beheerseenheid is belast met het geheel van de informatievoorziening voor de onder hen ressorterende taken alsmede het beheer van documenten van de beheerseenheid, voorzover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats.

Artikel 10

Het hoofd van de beheerseenheid kan de uitvoering van de bepalingen van dit besluit mandateren aan één of meer medewerkers.

Hoofdstuk IV Archiefvorming en –ordening

Afdeling 1 Productie van documenten

Artikel 11

Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat de vervaardiging van documenten op zodanige wijze en met zodanige materialen geschiedt, dat hun houdbaarheid tenminste in overeenstemming is met de bij of krachtens de wet gestelde eisen.

Artikel 12

Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor dat bij het wijzigen, verwijderen of vernietigen van documenten, of onderdelen daarvan, de bij of krachtens de wet gegeven regels betreffende selectie en vernietiging worden toegepast.

Artikel 13

Van documenten, waarvan een exemplaar wordt verzonden, wordt een ander exemplaar bewaard als minuut.

Artikel 14

Het hoofd van de beheerseenheid draagt – voorzover van toepassing – zorg voor de opstelling van procedures voor documentenverkeer en de behandeling van ingekomen, uitgaande en interne documenten, rekening houdend met de bij of krachtens de wet gestelde eisen.

Afdeling 1 Identificering van documenten

Artikel 15

  • 1 Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat uit ieder document, dan wel uit de daarbij behorende informatie, blijkt wanneer het document is ontvangen of opgemaakt, wie de afzender of vervaardiger is, op welke taak het document betrekking heeft, wat de status en het ontwikkelingsstadium van het document is, en wanneer en aan wie een exemplaar ervan is verzonden.

  • 2 Ten aanzien van documenten dienen kenmerken zodanig te worden vastgelegd, dat ze met behulp daarvan op eenvoudige wijze kunnen worden teruggevonden.

  • 3 Het vorige lid heeft geen betrekking op documenten, die niet nodig zijn in het kader van uitvoering van taken en de verantwoording daarover, of die niet in verband met enig wettelijk voorschrift worden opgemaakt, ontvangen of bewaard, dan wel geen verband houden met de communicatie met de burger.

Artikel 16

Het hoofd van de beheerseenheid draagt zorg voor het opstellen van procedures, waarmee de registratie van documenten en hun afdoeningstermijnen worden bewaakt.

Afdeling 1 Ordening en toegankelijkheid van documenten

Artikel 17

Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat de onder zijn beheer staande documenten in goede, geordende en toegankelijke staat worden gebracht en dat de ordening van de documenten geschiedt volgens een doelmatige en doeltreffende systematiek.

Artikel 18

  • 1 Het hoofd van de beheerseenheid ziet erop toe, dat van informatiebestanden overeenkomstig artikel 3 van de regeling een inventaris wordt aangelegd en bijgehouden, waarin de informatiebestanden worden beschreven en in verband kunnen worden gebracht met de verschillende werkprocessen en taken.

  • 2 In afwijking van de regeling worden van op termijn vernietigbare digitale documenten op zijn minst de volgende gegevens vastgelegd: een beschrijving van het bestand, van het overheidsorgaan dat het heeft opgemaakt en ontvangen, het betreffende werkproces, begin- en einddatum en indien van toepassing de relatie met voor blijvende bewaring in aanmerking komende bestanden.

  • 3 Van vernietigbare digitale documenten worden alle in artikel 9 van de regeling opgesomde gegevens geregistreerd indien de toepassingsprogrammatuur, het platform of de besturingsprogrammatuur wordt vervangen voordat de bewaartermijn verstrijkt.

  • 4 De onderdelen van de beheerseenheid als bedoeld in artikel 8 van dit besluit stellen het hoofd van de afdeling Facilitaire Zaken onverwijld in kennis van het ontvangen of opmaken van. een digitaal document of informatiebestand dat uitsluitend op digitale wijze raadpleegbaar zijn. Tenminste eenmaal per jaar verricht de afdeling Facilitaire Zaken een inventarisatie binnen de organisatie betreffende documenten en informatiebestanden die uitsluitend op digitale wijze raadpleegbaar zijn.

  • 5 De afdeling Facilitaire Zaken doet zodra nodig opgave van de noodzaak tot conversie of migratie van documenten en informatiebestanden bedoeld in het eerste lid.

  • 6 Verantwoordelijk voor tijdige en daadwerkelijke uitvoering van de in het vijfde lid bedoelde conversie en migratie zijn:de onderdelen als bedoeld in artikel 8 van dit besluit waar de betreffende digitale documenten of informatiebestanden zijn opgemaakt of ontvangen;de onderdelen als bedoeld in artikel 8 van dit besluit waaraan bij een reorganisatie of opheffing rechten of functies zijn overgegaan, voor de daarbij aan hen overdragen digitale documenten of informatiebestanden;de afdeling Facilitaire Zaken (I&A), indien er volgens beide voorgaande punten geen verantwoordelijk onderdeel is.  

  • 7 De afdeling Facilitaire Zaken (I&A) verleent technische ondersteuning bij de in het vijfde lid bedoelde conversie en migratie.

Artikel 19

Uit de in het vorige artikel beschreven inventaris blijkt te allen tijde, waar de informatiebestanden en hun onderdelen zich bevinden of wanneer ze zijn overgebracht, overgedragen, vernietigd of vervreemd.

Hoofdstuk V Beheer van documenten

Afdeling 1 Bewaring van documenten

Artikel 20

Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat de onder zijn beheer staande documenten in goede, geordende en toegankelijke staat worden bewaard.

Artikel 21

Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat ten aanzien van de archiefruimten, die onder zijn beheer staan, wordt voldaan aan de bij of krachtens de wet gestelde eisen.

Artikel 22

Plannen betreffende bouw, verbouwing, inrichting, verandering of ingebruikneming van ruimten, bestemd voor het bewaren van documenten behoeven de goedkeuring van burgemeester en wethouders.

Afdeling 1 Beveiliging en raadpleging van documenten

Artikel 23

Het hoofd van de beheerseenheid draagt zorg voor de nodige informatiebeveiliging, welke mede omvat de nodige procedurele en technische voorzieningen voor het tegengaan van wijziging, verwijdering, kopiëring of vernietiging van documenten die daarvoor gezien hun aard en status niet voor in aanmerking komen.

Artikel 24

Het hoofd van de beheerseenheid laat bijhouden welke documenten uit de onder zijn beheer staande archieven worden uitgeleend en laat controle uitoefenen op de tijdige terugbezorging ervan. Uitlening van documenten is slechts toegestaan aan functionarissen van de beheerseenheid, die ambtelijk zijn belast met behandeling van de betreffende aangelegenheid, en aan andere functionarissen na verkregen toestemming van het hoofd van de beheerseenheid.

Artikel 25

Het is verboden documenten uit informatiebestanden te verwijderen, tenzij ingevolge bij of krachtens de wet gegeven regels.

Artikel 26

  • 1 Het hoofd van de beheerseenheid draagt zorg voor de geheimhouding van daarvoor in aanmerking komende documenten.

  • 2 Raadpleging en uitlening van documenten, die aan enige bijzondere vorm van geheimhouding zijn onderworpen, is behoudens toestemming van burgemeester en wethouders slechts toegestaan aan die functionarissen van de beheerseenheid, die ambtelijk belast zijn met de behandeling van de betreffende aangelegenheid.

  • 3 Het hoofd van de beheerseenheid draagt er zorg voor, dat de in het eerste lid genoemde functionarissen aan degenen, aan wie op grond van artikel 11 de uitvoering van dit besluit is opgedragen, meedelen welke documenten aan enige bijzondere vorm van geheimhouding zijn onderworpen. Zij bepalen tenminste eenmaal per jaar gezamenlijk of verlenging van geheimhouding van de betreffende documenten noodzakelijk is.

  • 4 Aan het verlenen van toestemming als bedoeld in het tweede lid kunnen burgemeester en wethouders voorwaarden verbinden.

Afdeling 1 Vervreemding en overdracht van documenten

Artikel 27

Overdracht van documenten aan andere beheerseenheden, waarbij het bepaalde in Artikel 30 van dit besluit niet van toepassing is, behoeft de goedkeuring van burgemeester en wethouders.

Afdeling 1 Selectie en vernietiging van documenten.

Artikel 28

  • 1 Het hoofd van de beheerseenheid zorgt voor het in een zo vroeg mogelijk stadium selecteren van documenten voor bewaring en vernietiging overeenkomstig de daarvoor bij en krachtens de wet gegeven voorschriften.

  • 2 Ingeval van selectie voor vernietiging worden de documenten voorzien van een kenmerk, dat de bewaartermijn aangeeft.

  • 3 Van deze bewaartermijn wordt tevens aantekening gehouden in de in artikel 18 bedoelde inventaris.

Artikel 29

Het hoofd van de beheerseenheid stelt alvorens tot vernietiging van documenten over te gaan voor zijn beheerseenheid een lijst op van vernietigbare documenten met inachtneming van de geldende selectielijst. De lijst van vernietigbare documenten behoeft de goedkeuring van de gemeente-secretaris, welke goedkeuring geldt als een machtiging tot vernietiging.

Afdeling 1 Overbrenging van documenten

Artikel 30

Bij overbrenging van documenten als bedoeld in artikel 12 van de wet wordt, in het geval het in een informatiesysteem opgenomen documenten betreft, het informatiesysteem, voorzover onmisbaar voor raadpleging, overgebracht.

Hoofdstuk VI Slotbepalingen

Artikel 31

Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit besluit vervalt het Besluit Informatiebeheer gemeente Bergen 2000.

Artikel 32

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juni 2008 en werkt terug tot en met 8 maart 2006

Artikel 33

Dit besluit kan worden aangehaald als het Besluit Informatiebeheer gemeente Bergen 2008.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op 27 mei 2008
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Bergen, de secretaris,                    de burgemeester,G.B. Kuipers                   C.W.H.M. Klaverdijk 

Toelichting 1

Toelichting bij concept-Besluit Informatiebeheer gemeente Bergen 2008

1. AlgemeenDit besluit is gebaseerd op artikel 8 van de Archiefverordening gemeente Bergen 2008, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 13 mei 2008. Met dit besluit wordt beoogd de ambtelijke verantwoordelijkheid voor het beheer van documenten, het in goede, geordende en toegankelijke staat brengen en bewaren van documenten te regelen. In het besluit wordt nadrukkelijk rekening gehouden met digitale informatiebronnen. Om deze reden is het begrip “archiefbescheiden” vervangen door het ook bij automatiseerders bekende begrip “document”. Het besluit is zowel van toepassing op digitale als op papieren documenten.Archiefrechtelijk is het begrip “documenten” weer gerelateerd aan het begrip “archiefbescheiden”.Het besluit bevat bepalingen inzake de verantwoordelijkheid voor het beheer, de archiefvorming en –ordening en inzake het beheer van documenten.

2. Artikelsgewijze toelichting.

Artikel 1 eerste lidDe begrippen informatiebestand en informatievoorziening (sub e en f) zijn met name opgenomen om ten aanzien van specifieke aspecten van digitale documenten regels te kunnen stellen.De regeling geordende en toegankelijke staat (sub g) is op grond van artikel 12 van het Archiefbesluit 1995 vastgesteld door de staatssecretaris van Onderwijs, cultuur en wetenschappen en gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant nr. 43 d.d. 1 maart 2002 en in werking getreden op 3 maart 2002.

Artikel 1 tweede lidDe uitvoering van vele overheidstaken ligt vast in uiteindelijk vernietigbare documenten. Deze dienen ter verantwoording van het beleid en de democratische controle daarop, alsmede in het belang van de rechtszekerheid van de gemeente, de andere overheidsorganen en de burger gedurende de bewaartermijn in geordende en toegankelijke staat te worden gehouden. Dit geldt zowel voor de klassieke papieren documenten als voor de digitale. Het is daarom van het grootste belang dat ook uiteindelijk voor vernietiging in aanmerking komende documenten en informatiebestanden gedurende hun termijn van bewaring onder dezelfde regels vallen als de voor blijvende bewaring in aanmerking komende. Andere medewerkers dan die van de afdeling Facilitaire Zaken (P&A) zijn niet op de hoogte van de wettelijke regels omtrent het beheer van voor vernietiging in aanmerking komende archiefbescheiden. Voorts is niet altijd vooraf duidelijk welk gedeelte van de documenten en informatiebestanden voor blijvende bewaring dan wel voor vernietiging in aanmerking komt. Ook om deze reden dienen deze bescheiden onder de werking van dit besluit te vallen.Aangezien voor vernietiging in aanmerking komende documenten, en met name digitale documenten niet werkelijk aan alle eisen van de digitale duurzaamheid zoals omschreven in de regeling behoeven te beantwoorden, zijn daarvoor op de terzake doende plaatsen in dit besluit uitzonderingen gemaakt, met name in artikel 18 van dit besluit.

Artikel 8Tenminste die onderdelen, die belast zijn met zelfstandige uitvoering van taken en zelfstandig documenten registreren, ordenen en beheren, worden hier als beheerseenheid aangemerkt.

Artikel 11Tot de bij of krachtens de wet gestelde eisen behoort ook de in artikel 11, 2e lid Archiefbesluit 1995 bedoelde ministeriële regeling.

Artikel 12De bepaling in dit artikel heeft een algemene strekking, maar is specifiek van belang voor digitale informatiesystemen, waarin selectie en vernietiging dikwijls in de systemen is ingebouwd, zonder dat met de wettelijke voorschriften inzake selectie en vernietiging is rekening gehouden.

Artikel 13Een minuut is de vastgestelde versie van een document, waarnaar de uitgaande versie wordt opgemaakt (expeditie genaamd). Een minuut bestaat in de praktijk veelal uit een kopie, die door middel van kenmerken is geauthentiseerd. Deze bepaling van algemene strekking dient ook in een digitale omgeving te worden nagevolgd.

Artikel 14De opstelling van procedures wordt aan het hoofd van de beheerseenheid overgelaten, omdat deze het best in staat is de relaties met de verschillende werkprocessen te leggen. Wijziging in die werkprocessen of in de technische ondersteuning daarvan door middel van informatiesystemen kan op deze wijze leiden tot snelle en eenvoudige aanpassing van de procedures.

Artikel 15In tegenstelling tot de traditionele registratiebepalingen wordt in dit artikel niet voorgeschreven hoe registratie van documenten dient plaats te vinden. Voorgeschreven wordt alleen het resultaat. Voortschrijdende technische ontwikkelingen hoeven derhalve niet automatisch te leiden tot wijziging van dit artikel. Gezien het arbeidsintensieve karakter van de registratie worden in het derde lid belangrijke uitzonderingen gemaakt op de plicht tot registratie. De regeling vereist niet dat ook de functionarissen betrokken bij de behandeling van een zaak of werkproces worden geregistreerd. Om de behandelingen en werkprocessen te reconstrueren en aan andere wettelijke bepalingen te voldoen is dat echter wel noodzakelijk. Vanwege het arbeidsintensieve karakter van de registratie, worden in het derde lid belangrijke uitzonderingen gemaakt op de plicht tot registratie.

Artikel 16Zie hiervoor de toelichting bij artikel 14..

Artikel 17Dit artikel schrijft geen speciale ordeningssystematiek voor. Verandering van opvatting ten aanzien van ordeningsmethoden en de voortschrijdende technische ontwikkelingen maken dit weinig zinvol.De toetsing van ordeningssystematieken als doelmatig en doeltreffend dient te geschieden door de toezichthouder(s).

Artikelen 18 en 19

AlgemeenDe bepaling van deze artikelen heeft een algemene strekking, maar is specifiek van belang ten aanzien van digitale informatiebestanden. Papieren bestanden worden traditioneel al opgenomen in een dossierinventaris.

Vierde tot en met zevende lidMet dit artikel wordt beoogd het probleem het hoofd te bieden van het (niet) digitaal duurzaam zijn van informatie die uitsluitend digitaal is te benaderen en die blijvend moet worden bewaard. Door tijdig te signaleren voor welke documenten conversie en/of migratie nodig is, kan de informatie die deze documenten bevatten, worden behouden voor de organisatie. Men dient de conversie of migratie tijdig en daadwerkelijk uit te voeren en er financiële middelen voor beschikbaar te hebben. Dit soort conversies en migraties is wettelijk verplicht. Artikel 8 van de Regeling duurzaamheid archiefbescheiden (Nederlandse Staatscourant nr. 180, d.d. 18 september 2001) regelt dat archiefbescheiden op optische schijven of elektromagnetische dragers worden overgezet op of in nieuwe dragers, zodra het gevaar dreigt dat de informatie verloren gaat door veroudering van de drager of de leesapparatuur. Als er geen verantwoordelijk organisatieonderdeel meer is, zorgt de afdeling Facilitaire Zaken (I&A) ervoor dat de conversie en migratie wordt uitgevoerd. Ook dan zullen er financiële middelen beschikbaar moeten komen. De identificatie van dergelijke informatiebestanden zal gemeenschappelijke inspanning vereisen van de afdeling Facilitaire Zaken (I&A en P&A). I&A kan uiteraard niet verantwoordelijk zijn voor de inhoud van de informatiebestanden.

Artikel 21Tot deze bij of krachtens de wet gestelde eisen behoort ook de in artikel 13, 4e lid Archiefbesluit 1995 genoemde ministeriële regeling.

Artikel 23Zie hiervoor de toelichting bij artikel 14.

Artikel 25Archiefrechtelijke regels maken verwijdering mogelijk, bijvoorbeeld ingeval vervanging, vernietiging, vervreemding of uitlening plaatsvindt. De Wet Persoonsregistraties bepaalt – evenals verschillende andere privacywetten – in welke gevallen persoonsgegevens uit registraties verwijderd dienen te worden. Vervolgens dienen archiefrechtelijke regels inzake selectie en vernietiging te worden gepast (dus bepalen bewaartermijn en bij vernietiging opstellen vernietigingslijst).

Artikel 26Dit artikel beoogt te voorkomen, dat documenten, ten aanzien waarvan uitzonderingsgronden van de Wet Openbaarheid van Bestuur worden gehanteerd, in strijd daarmee openbaar gemaakt worden of door ondeskundig beheer verloren gaan.

Artikel 28De bepaling, dat selectie in een zo vroeg mogelijk stadium dient plaats te vinden is van algemene strekking. Bij papieren documenten wordt hier al zoveel mogelijk rekening mee gehouden.De bepaling is echter specifiek van belang ten aanzien van digitale informatiesystemen. Wanneer in de conceptiefase daarvan geen rekening wordt gehouden met de eisen van selectie kan dit namelijk tot herstelbaar verlies van informatie leiden.

Artikel 29Deze lijst is enerzijds noodzakelijk als onderdeel van de in artikel 8 Archiefbesluit bedoelde verklaring, en dient anderzijds om de toezichthouders een toetsingsinstrument te verschaffen voor het correct toepassen van de selectielijst.

Artikel 30Voor het op lange termijn toegankelijk houden van met name digitale gegevens, zijn naast de gegevens zelf ook de programmatuur, documentatie en apparatuur noodzakelijk. Wanneer dit nodig is dienen ook deze te worden overgebracht. Van toepassing zijn met name de op grond van artikel 12 Archiefbesluit 1995 te stellen ministeriële regels. Uit de toelichting bij laatstgenoemd besluit blijkt overigens dat de elektronische gegevens raadpleegbaar moeten zijn c.q. gemaakt worden in hun oorspronkelijke context.