Verordening commissie bezwaarschriften Bergen 2018

Geldend van 23-03-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften Bergen 2018

De raad van de gemeente Bergen:

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Bergen;

ieder voor zover het de eigen bevoegdheden betreft;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 januari 2018;

gezien het advies van de algemene raadscommissie van 15 februari 2018;

gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

de Verordening commissie bezwaarschriften Bergen 2018 vast te stellen.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: de commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    BUCH-gemeenten: de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo;

  • d.

    Werkorganisatie BUCH: de bedrijfsvoeringsorganisatie, genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Gemeenschappelijke Regeling Werkorganisatie BUCH.

Artikel 2. Inleidende bepaling commissie

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De voorzitter en de leden en plaatsvervangend leden van de commissie ontvangen per vergadering een door het college vast te stellen vergoeding.

  • 3. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen:

    • a.

      besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      besluiten die betrekking hebben op rechtspositionele aangelegenheden van ambtenaren in dienst van de gemeente Bergen.

Artikel 2a. Gevallen waarin de commissie niet hoort en adviseert

De commissie hoort en adviseert niet inzake:

  • a.

    bezwaren die kennelijk niet-ontvankelijk zijn;

  • b.

    bezwaren die kennelijk ongegrond zijn;

  • c.

    bezwaarschriften tegen beschikkingen over de verschuldigdheid en de hoogte van de dwangsom bij niet tijdig beslissen, tenzij het bezwaar tegen die beschikking niet op zichzelf staat, maar onderdeel is van het bezwaar tegen de beschikking op de aanvraag zoals bedoeld in artikel 4:19, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3. Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden, die rouleren indien er meer dan twee leden zijn.

  • 2.

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3.

    Het college benoemt een aantal plaatsvervangende leden.

  • 4.

    De commissie regelt de roulatie van de leden en de vervanging van de voorzitter en de leden.

  • 5.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente of van de Werkorganisatie BUCH.

Artikel 3a. Instellen van kamers

  • 1. De commissie kan kamers instellen, die belast kunnen worden met de behandeling van bepaalde categorieën bezwaarschriften.

  • 2. Elke kamer bestaat uit een voorzitter en ten minste twee (roulerende) leden.

Artikel 4. Secretaris

  • 1. De commissie en haar kamers worden ondersteund door een of meer secretarissen, die door het bestuur van de Werkorganisatie BUCH zijn aangewezen.

  • 2. Het bestuur van de Werkorganisatie BUCH regelt indien nodig plaatsvervanging van de secretaris.

Artikel 5. Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van vier jaar. Het is mogelijk één keer herbenoemd te worden.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 3. De aftredende of ontslag nemende voorzitter of leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

  • 4. In bijzondere gevallen kan het college van de gemeente Bergen NH besluiten dat wordt afgeweken van het bepaalde in het eerste lid en is herbenoeming van de voorzitter en/of één of meerdere van de leden toegestaan.

Artikel 6. Ingediend bezwaarschrift en verstrekking stukken

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift en de daarbij overgelegde stukken worden zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3. Het verwerend orgaan stelt alle op het bezwaarschrift betrekking hebbende stukken in handen van de commissie.

  • 4. Indien de commissie over het bezwaar zal adviseren, wordt dat bij het bericht van ontvangst, als bedoeld in artikel 6:14 van de Algemene wet bestuursrecht, vermeld.

Artikel 7. Bemiddeling

“Het verwerend orgaan onderzoekt of de zaak in de minne (via de informele aanpak) kan worden geschikt alvorens de zaak door de commissie in behandeling wordt genomen.”

Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden

In gevallen waarin de commissie hoort en adviseert over bezwaarschriften, oefent de voorzitter van de commissie voor de toepassing van deze verordening de bevoegdheden uit ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid, wat betreft het opvragen van een schriftelijke machtiging van de gemachtigde;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het aan de indiener stellen van een termijn voor het herstellen van een verzuim;

  • c.

    artikel 6:17, wat betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie;

  • d.

    artikel 7:3, wat betreft het afzien van het horen van belanghebbenden;

  • e.

    artikel 7:4, tweede lid, wat betreft het ter inzage leggen van stukken;

  • f.

    artikel 7:6, vierde lid, wat betreft het achterwege laten van informatie omtrent het verhandelde tijdens het horen.

Artikel 9. Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verzoek van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 10. Hoorzitting

  • 1. De secretaris bepaalt, in overleg met de voorzitter, plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. Het horen en adviseren kan ook gebeuren in een andere BUCH-gemeente. Dit is mogelijk indien de agenda van de commissie bezwaarschriften van de betreffende gemeente daar ruimte voor biedt en een indiener van een bezwaarschrift gebruik wil maken van deze mogelijkheid.

  • 3. In gevallen waarin veel bezwaarschriften zijn ontvangen over hetzelfde onderwerp, kan het college de commissie verzoeken het horen op te dragen aan de voorzitter of een lid, als bedoeld in artikel 7:13, derde lid van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 4. Indien de voorzitter op grond van artikel 7:3, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 11. Uitnodiging zitting

  • 1. De secretaris nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie werkdagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk drie werkdagen voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 12. Quorum

Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat in ieder geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, en ten minste één lid aanwezig is.

Artikel 13. Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 14. Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats achter gesloten deuren.

  • 4. Als gewichtige redenen worden in ieder geval aangemerkt persoonlijke zaken van familiaire, medische of financiële aard.

Artikel 15. Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 16. Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden of hierom verzoeken bij het verwerend orgaan.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17. Beraadslaging en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 5. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 18. Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt, onder toevoeging van het verslag, bedoeld in artikel 15 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van twaalf weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

Artikel 19. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 20. Intrekking oude regeling

De Verordening commissie bezwaarschriften Bergen 2008 wordt ingetrokken.

Artikel 21. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

Artikel 22. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften Bergen 2018.

Ondertekening

Vastgesteld door de raad van gemeente Bergen in de openbare raadsvergadering van 8 maart 2018

griffier,

voorzitter,

     

Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van gemeente Bergen op 23 januari 2018

De burgemeester,

De secretaris,

  

Vastgesteld door de burgemeester van gemeente Bergen op 23 januari 2018

De burgemeester,