Regeling vervallen per 24-08-2018

VERORDENING AMBTELIJKE BIJSTAND EN ONDERSTEUNING

Geldend van 22-03-2004 t/m 23-08-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2004

Intitulé

VERORDENING AMBTELIJKE BIJSTAND EN ONDERSTEUNING

De gemeenteraad van Bergen op Zoom;

gelezen het voorstel van het presidium van 17 december 2003, nr. GRI F/04/01;

gelet op artikel 33, derde lid, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de navolgende

"VERORDENING AMBTELIJKE BIJSTAND EN ONDERSTEUNING"

Artikel 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    bijstand: ambtelijke bijstand aan de raad of elk van haar leden;

  • b.

    ondersteuning: ondersteuning aan de in de raad vertegenwoordigde groeperingen.

Artikel 2 INFORMATIE EN ADVIES

Een raadslid dat bijstand, of een in de raad vertegenwoordigde groepering die ondersteuning wenst, kan zich daarvoor rechtstreeks wenden tot de griffier.

Artikel 3 AMBTELIJKE BIJSTAND

De griffier is gerechtigd via de algemeen directeur of een sectordirecteur de ambtenaren werkzaam bij de gemeente Bergen op Zoom te verzoeken medewerking te verlenen aan de hem gevraagde bijstand en ondersteuning. Zij zijn gehouden deze medewerking te verlenen. Indien zij van oordeel zijn aan dat verzoek geen medewerking te kunnen of mogen verlenen wenden zij zich tot hun direct leidinggevende.

Artikel 4

Bijstand en ondersteuning worden verleend tenzij:

  • a.

    het raadslid of de in de raad vertegenwoordigde groepering niet aannemelijk heeft gemaakt, dat de bijstand of ondersteuning betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

  • b.

    de taakuitoefening van de betreffende functionarissen hierdoor aanmerkelijk zou worden belemmerd en de bijstand niet tot geringere, meer aanvaardbare proporties kan worden teruggebracht.

Artikel 5

Wanneer de algemeen directeur of de sectordirecteur van mening is, dat zich een geval voordoet, waarin geen bijstand of ondersteuning kan of behoort te worden verleend, legt hij het verzoek voor aan het college en doet hij daarvan mededeling aan de aanvrager. Het college beslist zo spoedig mogelijk.

Artikel 5a VERGOEDING VOOR FRACTIEONDERSTEUNING

  • 1. Aan elke in de raad vertegenwoordigde groepering wordt per kalenderjaar een vergoeding voor fractieondersteuning toegekend, samengesteld uit:

    • a.

      een basisvergoeding en

    • b.

      een bedrag per raadslid dat namens de betreffende groepering zitting heeft in de raad.

  • 2. De raad stelt de hoogte vast van de bedragen als bedoeld in lid 1.

  • 3. De vergoeding als bedoeld in lid 1 is bestemd voor het doen van uitgaven ten behoeve van:

    • a.

      het inhuren van extern advies;

    • b.

      het vergoeden van een fractieassistent, fractiesecretaris of andere ondersteuning;

    • c.

      financiële en facilitaire ondersteuning bij het uitwerken van initiatieven ter invulling van de volksvertegenwoordigende rol;

    met dien verstande dat de vergoeding niet mag worden aangewend voor:

    • a.

      campagne- dan wel partijbelangen

    • b.

      inzet ten behoeve van controle of contra-expertise; dit om vermenging met het onderzoeksbudget van de raad te voorkomen.

  • 4. Na afloop van elk jaar leggen de fracties verantwoording af aan de voorzitter van de raad inzake de aanwending van de vergoeding. Een eventueel overschot wordt gerestitueerd.

Artikel 6 ALGEMENE BEPALINGEN

  • 1. Wanneer een raadslid of een in de raad vertegenwoordigde groepering niet (geheel) tevreden is over de verschafte bijstand of ondersteuning, kan hij, indien het betreft door of namens de griffier verleende bijstand of informatie, de zaak voorleggen aan het college.

  • 2. Indien het betreft bijstand of ondersteuning verleend door een ander, kan het raadslid of de in de raadvertegenwoordigde groepering zich tot de griffier wenden, die de zaak vervolgens met die ander bespreekt.

Artikel 7

De ambtenaren aan wie medewerking is gevraagd geven van de door hen mondeling of schriftelijk verstrekte bijstand of ondersteuning kennis aan de betreffende portefeuillehouder in het college, indien zij moeten of kunnen vermoeden dat zulks in het belang is van een goede bestuursvoering.

Artikel 8

Bij het vragen van bijstand of ondersteuning mag degene die deze hulp verleent, niet tot geheimhouding verplicht worden.

Artikel 9 SLOTBEPALINGEN

Voor zover er behoefte bestaat aan andere hulp dan die welke valt onder de definitie van de begrippen bijstand of ondersteuning moet deze via raad en/of commissies worden gevraagd.

Artikel 10

  • 1. Deze verordening treedt zes weken na de bekendmaking in werking, dit met terugwerkende kracht tot 1januari 2004.

  • 2. Met ingang van dezelfde datum vervalt de 'Verordening ambtelijke bijstand en ondersteuning", zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 31 januari 2002.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 29 januari 2004.

De griffier
De voorzitter